TOTUS TUUS, MARIA!

In opdracht van de Meesteres van alle zielen leg ik ter inleiding op dit geschrift het getuigenis af, dat alle teksten van het menupunt God en de dieren, alsook het reeds verscheidene jaren voordien ontstane manifest De Beekjes van het Heil, de uiteindelijke vruchten zijn van een groot aantal visioenen en private openbaringen via dewelke Maria mij reeds diverse jaren vóór het schrijven van De Beekjes van het Heil begon voor te bereiden, alsook van een opmerkelijk aantal ongewone ervaringen met dieren in mijn privaat leven.
De Koningin des Hemels verklaarde op zeker ogenblik dat Zijzelf aan de basis van deze ervaringen lag omdat Zij in mijn eigen leven bewijzen wilde stellen voor de buitengewone doch uiterst onderschatte rol van dieren als kanalen van Gods Liefde en als werktuigen tot vorming van het spirituele leven van mensenzielen.
Met dit getuigenis biedt de Moeder Gods een eerste aanzet tot bezinning voor zielen die ten prooi zouden vallen aan de bekoring, te menen dat spirituele manifesten in verband met de immense rol van dieren en de omgang van mensenzielen met dieren in het kader van de vervulling van de Goddelijke Wet van de Ware Liefde, en wel met het oog op de bestrijding van alle duisternis, ellende en ongeluk in de wereld, niet ernstig hoeven te worden genomen.
Ik sta daarom met mijn hele leven borg voor de authentiek Hemelse Bron van al deze inspiraties.
Myriam, in dienst van Maria, de Meesteres van alle zielen.

Schema van Gods Basisstelling met betrekking tot de
NOODZAKELIJKE OMGANGSWIJZE VAN MENSENZIELEN MET DE DIEREN

Speciale Openbaring van Maria,
Moeder van Christus en Koningin des Hemels

Myriam van Nazareth

Deze Openbaring werd kort vóór Pinksteren 2020 door de Heilige Maagd Maria geïnspireerd en door Haar Zelf gemotiveerd met de volgende woorden:

"Geef aan de zielen het volgende schema, dat Ik hen geef als de Grondstelling van God Zelf met betrekking tot de noodzakelijke omgang van de mensenziel met de dieren. In waarheid zeg Ik dat dit schema tevens geldt als de spirituele rechtvaardiging voor de werken van organisaties voor de bescherming en het welzijn van dieren en tegen elke vorm van mishandeling en verwaarlozing van dieren".

De Heilige Maagd Maria ontvouwt het volgende schema

   1. Evenals elke mensenziel is elk dier een schepsel van God. De dieren zijn geschapen tot vreugde van de mensenziel, en als helpers bij haar spirituele vervolmaking (zie verder in punt 11).

   2. God heeft de mensenziel aangesteld tot behoedster van de Schepping, met de verantwoordelijkheid om Hem en Zijn volmaakte Liefde te vertegenwoordigen jegens alle schepselen – medemensen én dieren, zelfs de plantenwereld.

   3. God heeft de Schepping gemaakt als een netwerk waarin alle schepselen onderling met elkaar verbonden zijn, zodat elk gedrag en elke hartsgesteldheid van elke mensenziel een weerslag heeft – hetzij positief hetzij negatief – op het hele netwerk.

   4. Elk schepsel krijgt zijn leven op aarde met een bepaalde zin, doelstelling en rol binnen Gods Plan. Daarom moet elk schepsel worden beschouwd als een door God voorzien werktuig tot vervulling van Zijn Werken. De uiteindelijke doelstelling van alle Werken van God is de grondvesting van Gods Rijk van volmaakte Liefde, Vrede, Geluk en Gerechtigheid tussen alle schepselen, de staat van Leven die Ik eerder heb aangeduid als het Messiaans Tijdperk (* zie verder onderaan).

   5. God vervult Zijn Werken en Plannen bij voorkeur in de eerste plaats via de vrijwillige, spontane en actieve medewerking vanwege mensenzielen. De brandstof van al deze Werken en Plannen is de Ware Liefde (** zie verder onderaan).

   6. God verwacht daarom dat elk dier door mensenzielen wordt behandeld met zachte, zelfverloochenende Liefde, respect en waardigheid, in het volle besef dat elk schepsel de handtekening van de Schepper Zelf in zich draagt en een werktuig is voor de vervulling van Zijn Werken, en om deze redenen een waardigheid bezit die niet van deze wereld is.

   7. De in het vorige punt bedoelde wijze van behandeling geldt voor God als een onomstotelijke Wet, op grond van de levensopdracht die God aan elke mensenziel toevertrouwt, namelijk een leven te leiden in uitsluitende dienst aan de voltooiing van Gods Werken op aarde. Deze opdracht is de enige ware zin van het leven op aarde.

   8. De Schepper voorziet elke mensenziel in haar wezenskern van de kennis en het besef dat de zelfverloochenende Liefde de ware draagkracht en levenskracht van het hele netwerk van de Schepping vormt, en dat derhalve elk gebrek aan Liefde in het gedrag van een mensenziel, ook jegens een dier, deze ziel schuldig maakt aan verstoring of tegenwerking van Gods Werken en Plannen en aan het verminderen van de levenskracht van het hele netwerk van de Schepping.

   9. Omdat een liefdevolle en respectvolle omgang van elke mensenziel met alle dieren geldt als een Goddelijke Wet, geldt elke overtreding tegen deze Wet door liefdeloos gedrag jegens een dier zonder meer als een zonde.

  10. Elk dier is door God uitgerust met specifieke vermogens (die oneindig variëren van soort tot soort en van individu tot individu) via dewelke het dier kan fungeren als kanaal voor de doorstroming van de Liefde die God onophoudelijk doorheen het hele netwerk van de Schepping stuurt. God beoogt met elk dier, dat het op grond van zijn vermogens de kans moge krijgen om mensenzielen te helpen bij het overwinnen van inwendige factoren die het aanvoelen, beleven en toepassen van de ware zelfverloochenende Liefde bemoeilijken of verhinderen. Deze vermogens zijn groter en krachtiger naarmate het dier tot een zogenaamd hogere diersoort behoort.

  11. Elk dier kan op grond van zijn specifieke vermogens de zielsvermogens van mensenzielen helpen ontsluiten, helpen bloeien en helpen vervolmaken. Daarom kunnen dieren een mensenziel helpen genezen in hart en ziel, en de mensenziel helpen vervolmaken in vele deugden (geduld, zachtheid, respect, zelfverloochening, verdraagzaamheid...).

  12. Elke vorm van mishandeling of verwaarlozing vanwege een mensenziel jegens een dier geldt derhalve als een meervoudig verbreken van een verbond dat deze ziel met God heeft gesloten:

  • een overtreding tegen de Wet van de Ware Liefde;
  • een niet-vervulling van de levensopdracht van de ziel als vertegenwoordigster van God en Zijn Liefde jegens een medeschepsel;
  • de beschaming van een geschenk dat God de ziel heeft geschonken door een dier op haar levensweg te sturen als helper in haar spirituele vervolmaking;
  • een open tegenwerking van Gods bedoeling om de Schepping via een vlekkeloze toepassing van de Liefde te leiden naar een Rijk van volmaakte Liefde, Vrede, Geluk en Gerechtigheid voor alle schepselen.

De Koningin des Hemels besluit met de woorden:

"Reeds de Bijbel zegt dat God de mensenziel de opdracht gaf om hoedster van de Schepping te zijn en te heersen over alle schepselen. Dit betekent niet dat God de mensenziel toelating zou hebben gegeven om dieren te mishandelen of hun waardigheid aan te tasten, doch dat Hij van de mensenziel verwachtte dat deze Zijn Tegenwoordigheid en Zijn Werken van Liefde voelbaar zou maken voor alle schepselen, en met alle schepselen zou omgaan zoals God Zelf met hen zou omgaan, namelijk in onvoorwaardelijke zelfverloochenende Liefde en in volle respect voor hun waardigheid.

Hierdoor maakte God de mensenziel verantwoordelijk voor de behandeling en het welzijn van alle dieren, en voor een vlekkeloze doorstroming van Gods Liefde doorheen de hele Schepping.

Om deze reden is de mensenziel eveneens verantwoordelijk voor elke ontsporing in de Schepping, want de Schepping wordt ontregeld door elke uiting van zonde en duisternis, dus door elk gebrek aan Liefde in de houding en gesteldheid van mensenzielen naar alle medeschepselen (medemensen en dieren, alsook de plantenwereld) toe.

Laten de zielen nooit uit het oog verliezen dat alle ellende, duisternis, leed, chaos, ongerechtigheid en ongeluk in de wereld, met inbegrip van de ontregelingen in natuur en klimaat, én alle roofzucht en agressie tussen schepselen, uiteindelijk in de Schepping zijn gekomen door de erfzonde en de ontelbare daaropvolgende zonden vanwege alle mensenzielen van alle tijden.

Ik wees er reeds bij herhaling op, dat het aandeel van alle verschijnselen die door de wetenschap kunnen worden waargenomen, gemeten en/of verklaard, niet groter is dan de top van een ijsberg: Van een ijsberg is negentig procent onzichtbaar omdat dit gedeelte zich onder water bevindt, en slechts tien procent kan worden waargenomen. Zo is het met alle ontregelingen en storingen die zich binnen de Schepping voltrekken: Het overgroot gedeelte ervan is van spirituele oorsprong en van spirituele aard, en kan niet met de zintuigen noch met behulp van wetenschappelijke instrumenten worden waargenomen noch gemeten. Precies daarom schiet de wetenschap onvermijdelijk tekort in alle verklaring voor om het even welk verschijnsel in de wereld. Verklaringen die geen rekening (kunnen) houden met spirituele factoren, zijn noodgedwongen onvolledig, onnauwkeurig, in vele gevallen zelfs ronduit verkeerd.

In waarheid zeg Ik, dat de wetenschap slechts een minimaal aandeel kan waarnemen en verklaren van alles wat zich in de Schepping voltrekt. De allergrootste factor van alle processen die zich in en tussen schepselen voltrekt, is de niet zintuiglijk waarneembare Goddelijke Wet van de Ware Liefde en de mate waarin deze al dan niet door mensenzielen wordt nageleefd.

Alle handelingen, woorden, gedachten, gevoelens, verlangens, bestrevingen en innerlijke gesteldheden van mensenzielen jegens hun medeschepselen – medemensen én dieren – zijn in een bepaalde mate hetzij dragers van Liefde hetzij dragers van liefdeloosheid. Alle Liefde versterkt de levenskracht in de Schepping en helpt de Schepping en alle schepselen in harmonie houden met Gods Wetten van Leven, groei en bloei, en stelt de Goddelijke Intelligentie in staat, zich in de Schepping uit te werken. Alle liefdeloosheid verzwakt de levenskracht en verstoort en verziekt de levensprocessen in de schepselen en verstoort het evenwicht in de Schepping, met inbegrip van het klimaat.

Ik heb er daarom meermaals met klem op gewezen, en doe dit thans nogmaals in de vorm van een zeer dringende en uiterst belangrijke oproep aan alle mensenzielen, dat een groot gedeelte van alle ellende, leed, ongerechtigheid, chaos, ongeluk, en van de atmosfeer van duisternis, beklemming, onzekerheid, angst en uitzichtloosheid in de wereld wordt veroorzaakt door de vele miljoenen overtredingen die wereldwijd dagelijks door mensenzielen worden begaan tegen dieren via de meest uiteenlopende vormen van mishandeling, verwaarlozing en ontwaardiging.

Deze wereld kan niet uit de immense duisternis van alle ellende worden bevrijd indien niet miljoenen mensenzielen een radicale ommekeer tot stand brengen in hun hele gesteldheid, houding en omgang jegens dieren. Dit moet gebeuren door deze gesteldheid, houding en omgang grondig te zuiveren van elke duistere neiging, onverschilligheid en liefdeloosheid, en te vervangen door oprechte zelfverloochenende Liefde, zorgzaamheid en de vaste wil om de dieren te beschouwen als wezens die met welbepaalde doelstellingen door God in de Schepping zijn voorzien. De dieren behoren niet te worden beschouwd als slaafse dienaren van de mens doch als waardevolle medeschepselen en reisgezellen van de mensenziel op weg naar de vervulling van het beloofde Messiaanse Tijdperk, een Schepping in een staat van volmaakte Liefde, Vrede, Geluk en Gerechtigheid voor alle schepselen.

Elke mishandeling, verwaarlozing en ontwaardiging van een dier door een mensenziel brengt verdere duisternis en leed over de wereld en daardoor uitstel voor de vervulling van de Goddelijke Belofte. De mens die dieren mishandelt, vergroot hierdoor de ellende, het leed, de duisternis en het ongeluk voor medeschepselen, voor de Schepping als geheel én voor zichzelf. De ziel oogst uiteindelijk steeds wat zij zelf heeft gezaaid. Wie duisternis zaait, zal nooit Licht oogsten".

Hier eindigt de Openbaring van mei 2020. De Koningin des Hemels laat met aandrang wijzen op het zeer omvattend manifest De Beekjes van het Heil.

(*) In verband met het Messiaans Tijdperk verwijst de Koningin des Hemels naar de rubriek met dezelfde naam: zie God en de dieren > Messiaans Tijdperk.

(**) Voor de Ware Liefde gaf de Heilige Maagd Maria in september 2013 een uitvoerige, zeer diepgaande definitie, die hier volledigheidshalve wordt herhaald:

Ware Liefde is de essentie, het ware wezen, van het Goddelijk Leven. Zij is de gesteldheid waarin alle handelingen, woorden, gedachten, gevoelens, verlangens en bestrevingen van de ziel er van harte, vrijwillig en spontaan op zijn gericht:

1. op volkomen onzelfzuchtige, onbaatzuchtige en onvoorwaardelijke wijze in elk medeschepsel de levenskracht in ziel, geest, hart en lichaam te vergroten en het gevoel van welzijn in ziel, geest, hart en lichaam te versterken, en de waardigheid van elk medeschepsel als Werk van God onbeperkt en ongeschonden in stand te houden en te verdedigen; en

2. een maximale bijdrage te leveren tot de verwezenlijking en voltooiing van Gods Plannen en Werken op aarde, met andere woorden: tot de vervulling van Zijn Wet, waarbij het leveren van deze bijdrage wordt nagestreefd met absolute voorrang boven de bevrediging van eigen behoeften en verlangens.

Leven in de Ware Liefde, is zo leven, dat de ziel doorheen haar hele doen en laten, haar woorden, gedachten, gevoelens, bestrevingen, al haar innerlijke gesteldheden en de uitstraling van haar hele wezen

  • Licht
  • warmte
  • geborgenheid
  • Vrede
  • vreugde
  • Hoop
  • verlichting
  • moed
  • vertrouwen
  • levenskracht
  • levenslust
  • gevoelens van zinvolheid van het leven
  • verhoogde gevoelens van de individuele waardigheid, en
  • de intuïtieve zekerheid van Gods nabijheid

brengt op de levenspaden van alle medeschepselen die door Gods Voorzienigheid op haar weg worden geleid, ongeacht onder welke vorm en voor welke tijdsduur deze contacten plaatsvinden, en dat zij jegens al haar medeschepselen slechts positieve gevoelens en gedachten koestert en hen niets anders toewenst dan Geluk en bloei op alle niveaus van hun wezen en in alle situaties van hun leven.

In de Paastijd van 2020 zei de Koningin van Hemel en aarde tot Myriam:

"De Basiswet van God is de Wet van de ware, zelfverloochenende Liefde. God beoordeelt de spirituele waarde en vruchtbaarheid van elk mensenleven volgens de maat van onvoorwaardelijke onzelfzuchtige, zuivere Liefde die zij in elk detail, in alle omstandigheden van haar leven, in elk contact met een medeschepsel spontaan en vrijwillig heeft opgebracht.

De ware, zelfverloochenende Liefde is het absolute tegendeel van de zonde. De zonde is duisternis, de Ware Liefde is Licht. Duisternis is alles wat Gods Werken verontreinigt, tegenwerkt, beschadigt en tracht te verwoesten. Licht is alles wat Gods Werken naar hun voltooiing helpt brengen, tot verheerlijking van God en Zijn Wezenskern, die niets anders is dan de allerzuiverste Liefde zonder het geringste spoor van duisternis.

Elk spoor van liefdeloos gedrag verwijdert een ziel van haar Schepper en Zijn Werken, en werkt daardoor de voelbare effecten van de Wet van de Ware Liefde in de Schepping tegen. Deze tegenwerking komt tot uitdrukking in alle ontregeling en alle ontsporingen die in de wereld merkbaar is: chaos, ellende, leed, ongerechtigheid, onvrede, onrust en ongeluk.

Vele zielen – zelfs onder de christenen – begrijpen niet en beseffen niet dat zelfs liefdeloos gedrag, gevoelloosheid en onverschilligheid in elk contact met dieren de schuldige mensenziel in duisternis hult, en dat mede op grond van de immense veelvuldigheid van dit soort gedrag in elk contact met dieren over de hele wereld, dag na dag, en niet slechts op grond van duisternis in de contacten tussen mensenzielen, de hele Schepping in een steeds dikkere duisternis wordt gehuld.

Ik wijs erop, dat elke duisternis in het gedrag of de ingesteldheid van een mensenziel jegens een dier uitdrukking geeft aan het feit dat deze ziel gevolg geeft aan een inspiratie om werktuig te zijn tot voltooiing van een drievoudig verwoestingsplan van de satan:

  1. de satan tracht een levend wezen, werk van God, te pijnigen, te schaden, in lichaam en gevoelsleven te kwellen, van zijn waardigheid te beroven en zo mogelijk te vernietigen, opdat de cultuur van de dood zou worden verheerlijkt;
  2. de satan tracht de ziel die aan zijn inspiratie heeft toegegeven, in de duisternis van de zonde te hullen, waarbij het geen verschil maakt, welk soort medeschepsel het slachtoffer van de inspiratie wordt;
  3. de satan tracht de ontregeling van de hele Schepping steeds verder te vergroten, door Gods Wet van de Ware Liefde alsook de Bron der Eeuwige Liefde Zelf steeds weer te beschamen via een mensenziel, bedoeld als kroon op de Schepping en vertegenwoordigster van God jegens alle schepselen.
Ziehier Gods Gouden Regel: De ware zin en de volmaakte vervulling van de levensopdracht van elke mensenziel, en daardoor de ware bron van haar eigen Geluk en van het Geluk voor de hele Schepping, ligt hierin, dat de ziel zodanig is en leeft dat zij voor elke medemens én voor elk dier op haar levensweg een verrijking, een zegen en een bron van Licht en warmte is, via al haar doen en laten, al haar woorden, gedachten, gevoelens, verlangens, bestrevingen, verwachtingen en ingesteldheid, in alles wat waarneembaar van haar uitgaat én in alles wat op niet zintuiglijk waarneembare wijze van haar uitstraalt. De volmaakte harmonie onder alle schepselen kan niet worden verwezenlijkt zonder een ongeremde en onvoorwaardelijke inleving vanwege alle mensenzielen in al hun medeschepselen – medemensen zonder enig onderscheid of discriminatie, én dieren.

Overweeg dit alles zeer diep, en begrijp zo de draagwijdte van datgene wat de mensheid bezig is, God, zichzelf en de hele Schepping aan te doen, ook via haar houding naar haar niet-menselijke medeschepselen toe".

 

De Hemelse Koningin laat op deze plaats verwijzen naar het inleidend kader boven de tekst Het zaad van Zijn Liefde.

Myriam, mei 2020