Bij onderstaande onderrichting hoort tevens de speciale gebedscategorie onder Gebeden > Gebedscategorieën > Regenboogbloemen.

TOTUS TUUS, MARIA !

WOLKEN BOVEN GODS PARADIJS

De Heilige Maagd Maria over de spirituele achtergrond
bij de vijftien elementen van de zwaarste duisternis
uit de geschiedenis van de mensheid

Myriam van Nazareth

God schiep de wereld uit de volmaakte Liefde van Zijn Hart. De Goddelijke Liefde is de essentie en de brandstof van het Leven. Elk schepsel kreeg een kiem van Gods Liefde, zodat voor elk schepsel geldt dat het in de diepe zin van het woord een Goddelijk Werk is. De hele Schepping was hierdoor een netwerk van Liefde, vergelijkbaar met een net van lichtpunten (elk schepsel) en kanalen en kanaaltjes van Licht die al deze lichtpunten onderling met elkaar verbonden. De grootste lichtpunten in het netwerk waren de mensenzielen.

De lichtpunten in het netwerk van de Schepping worden ononderbroken voorzien van stromen van Gods Liefde, die het Leven in stand moet houden. Door de erfzonde werden de eerste grote lichtpunten (de beide eerste mensenzielen) in hoge mate verduisterd, daar zij zich van Gods Liefde hadden afgesneden (elke zonde is een overtreding tegen de Wet van de Goddelijke Liefde) en daardoor niet langer in staat waren om Gods Liefde, en dus het Goddelijk Leven, onverminderd en in volmaakt zuivere toestand te laten doorstromen. Vanaf de erfzonde verloor derhalve het netwerk van de Schepping een gedeelte van zijn lichtkracht.

Elke verdere zonde zou verdere storingen in het netwerk van de Liefde met zich meebrengen. Elke mensenziel geeft bij elke zonde toe aan een inspiratie die haar van Gods Licht en Liefde afsnijdt. Hierdoor vermindert haar lichtpunt aan kracht, en de kanalen via dewelke zij met haar medeschepselen verbonden is, verminderen eveneens aan lichtkracht. Telkens wanneer een mensenziel gericht tegen een welbepaald medeschepsel tekort schiet aan Liefde, onder om het even welke vorm, verduistert het kanaal dat deze ziel met dat welbepaald medeschepsel verbindt (dit kanaal moeten wij ons voorstellen als de uitdrukking van alle contacten, gedragingen, woorden, gedachten, gevoelens en verlangens tussen de beide schepselen). Er stroomt dan te weinig Ware Liefde tussen deze beide schepselen.

In de loop der eeuwen is het hele netwerk van de Schepping door vele miljarden zonden, ondeugden en uitingen van liefdeloosheid in ontelbare van zijn kanalen verduisterd. Ontelbare kanalen hebben alle Licht verloren en lijken dus dood voor de doorstroming van de Goddelijke Liefde en het Goddelijk Leven. In een beeld uitgedrukt, kunnen wij daarom zeggen dat de Schepping, die oorspronkelijk een paradijs van Licht, Liefde en Goddelijk Leven was, in onze dagen eerder lijkt op een duistere woestenij die ononderbroken door een zeer dikke wolkenlaag wordt bedekt, zodat nog slechts zeldzame zonnestralen de bodem raken en vele bloemen niet meer tot bloei komen.

De zonde is onvoorstelbaar in de verscheidenheid van haar gezichten. Geen mensenziel zou alle uitingen van de zonde ooit volledig kunnen opsommen. God kan dit wél, en ervaart elk ogenblik van elke dag de voor de mensenziel onvoorstelbare kwelling van elke liefdeloosheid op deze wereld. God heeft absoluut volmaakt en volkomen onbegrensd voeling met elke pijn die in elk schepsel leeft wanneer het op één of andere wijze een uiting van liefdeloosheid heeft ervaren. Elke dag registreert Gods Hart vele miljarden lichamelijke, emotionele, geestelijke en spirituele pijnen die Hem bereiken vanuit mensenzielen, alsook vele miljarden uitingen van lichamelijk, geestelijk en emotioneel leed dat hem bereikt vanuit het dierenrijk. Hij ervaart het beschamend laag gehalte aan stromende Liefde dat Hem uit Zijn Schepping bereikt doordat deze ergens tussen Zijn Hart en bepaalde schepselen grotendeels is verontreinigd en op ontelbare plaatsen in het netwerk van de Schepping zelfs helemaal verloren is gegaan.

Op grond hiervan kon de Meesteres van alle zielen ooit tot Myriam zeggen dat van het geheel van alle Liefde die God dagelijks doorheen het netwerk van Zijn Schepping stuurt – en dat in een systeem van volmaakte liefdesstroming zoals via een kringloop volkomen intact naar Hem terug zou keren – slechts een paar procent ooit bij Hem terugkeert. Sommige mensenzielen veredelen de stromen van Liefde die zij van God ontvangen: Zij bewaren deze schat zorgvuldig, bouwen hem in overeenstemming met de Goddelijke Groei- en Bloeiwetten optimaal in hun eigen wezen in, en zijn daardoor in staat om stralen van zuivere Liefde doorheen alle kanalen te sturen, die zij in hun dagelijks leven op hun weg vinden (namelijk in al hun contacten met medeschepselen van welke soort ook). Talloos zijn echter de mensenzielen die de dagelijkse toevoer van Gods Liefde in zich verloren laten lopen: Zij bouwen deze niet in hun wezen in, tenzij voor de opbouw van hun eigen voorstellingswereld en de bevrediging van hun eigen vermeende behoeften, met andere woorden zij laten de stromen van Gods Liefde niet doorstromen naar hun medeschepselen, zodat wij kunnen zeggen dat deze mensenzielen dagelijks roofbouw plegen op het netwerk van de Schepping. Zo wordt het netwerk dagelijks armer en armer aan Leven, Waar Leven. Het resultaat is een wereld die zeer ver van God is afgedwaald.

Deze afdwaling heeft oneindig veel verschillende gezichten. De Hemelse Koningin beschrijft hen als wolken boven Gods paradijs, waarbij Zij onder 'paradijs' de hele Schepping verstaat. In de loop van de geschiedenis van de mensheid zijn onnoemelijk veel zonden bedreven, Gods Liefde is oneindig diep beschaamd en versmaad. De Meesteres van alle zielen inspireerde vijftien vormen van zonde die doorheen de eeuwen op grote schaal zijn bedreven en nog worden bedreven, en die Zij beschouwt als de vijftien donkerste wolken boven de Schepping. Deze vijftien samen hebben veruit het grootste aandeel in de laag van duisternis gevormd, die thans de wereld bedekt en die de zielen zo zwaar beklemt. Omdat de mensenziel het enige schepsel is dat kan zondigen, lijden ook buiten de mens zeer veel andere schepselen, en zelfs de natuur, zeer zwaar onder de gevolgen van de zondigheid van de mensenzielen, en is de gesteldheid van de mensenzielen bepalend voor het gehalte aan Licht of duisternis, aan harmonie of ellende, in de hele Schepping.

De Moeder Gods benadrukt dat de vijftien donkerste wolken die Zij in deze onderrichting wil toelichten, niet de enige zonden vormen, maar wel deze met de zwaarste gevolgen voor de Schepping. Bovendien wijst Zij erop dat de volgorde waarin zij hier worden toegelicht, niet wijst op een rangorde van hun belangrijkheid in de ontwrichting van de Schepping. Bovendien geldt dat wij ons deze vijftien punten moeten voorstellen als wolken die op bepaalde punten elkaar overlappen en die over elkaar heen kunnen schuiven, zodat vele zondige handelingen uit de geschiedenis onder meer dan één van deze wolken vallen.

1e wolk boven Gods Paradijs – oorlogen, wapenproductie en wapenhandel

God had Zijn Schepping bedoeld als een rijk van volmaakte Vrede. Vrede, in de spirituele zin van het woord, is een toestand die uitdrukt dat een ziel in hoge mate in de essentiële gesteldheid van Gods Hart is overgevloeid: Zij ademt de rust van het wezen dat een onbelemmerde doorstroming van levenskracht van God uit naar haar toe ervaart en hierdoor onbewust weet dat God voortdurend in haar leeft en werkt. Dit betekent meteen dat in een ziel die de Vrede in zich ervaart, geen enkel verzet leeft tegen beschikkingen van God ten aanzien van haar leven. in de bodem van een dergelijke ziel bloeit geen onkruid van wrok, wrevel, ontevredenheid, onrust, bitterheid, afgunst, jaloersheid, nijd, haat of achterdocht. Dit alles zijn bewegingen in het gevoelsleven waardoor een hart de stroming van de Ware Liefde belemmert. Ware Vrede van hart is totale berusting in Gods beschikkingen. Het onkruid van alle vormen van ontevredenheid en afgunst is door de satan in de zielen geïnjecteerd vanaf de erfzonde.

Oorlog is één van de grote vormen van conflict tussen zielen, waarbij deze zich zo intens tegen elkaar keren dat zij er zelfs niet voor terugdeinzen om elkaar systematisch naar het leven te staan en elkaars goederen volledig te verwoesten. Oorlog is een zware blaam aan Gods Wet van de Ware Liefde doordat oorlog deze Wet vervangt door zijn absoluut tegengestelde: de cultuur van de dood, die bovendien vanwege wereldse overheden doorgaans wordt gerechtvaardigd door beloning van zielen die zich het meest gedreven tonen in het doden en verwoesten. God heeft het netwerk van de Schepping bedoeld als een volmaakt functionerend systeem voor de doorstroming van Zijn Liefde tussen alle schepselen onderling, in het bijzonder van Hem uit via de mensenzielen naar al hun medeschepselen (medemensen en dieren, zelfs de natuur in het algemeen). Oorlog daarentegen, is een toestand die op zeer brutale wijze knooppunten en kanalen binnen dit netwerk beschadigt of helemaal uitschakelt. Om deze reden vormt oorlog een zware aanslag op Gods Basiswerk: het systeem via hetwelk Hij al Zijn Werken en Plannen zoekt te voltooien.

Dit Basiswerk – het netwerk van de Schepping – kan slechts beantwoorden aan de bedoeling waarmee het is geschapen in de mate waarin de onderdelen (de knooppunten van het netwerk, dus alle schepselen) en de kanalen tussen de knooppunten (alle relaties tussen schepselen) volledig intact kunnen worden gehouden en volkomen in overeenstemming met Gods Wet kunnen blijven functioneren.

Oorlog is een menselijke interventie in dit hele systeem, een interventie die des te drastischer is naarmate bij de oorlog méér mensen en mensengroeperingen betrokken zijn, naarmate de oorlog langer duurt, en naarmate de oorlogshandelingen zwaarder (verwoestender) zijn. Men zou het zo kunnen uitdrukken: Oorlog is een zware aanfluiting van Gods bedoelingen met de Schepping, grijpt in op vele punten via dewelke God Zijn Werken had kunnen verwezenlijken, en ontstaat om te beginnen reeds op grond van gesteldheden in mensenzielen die in verzet zijn tegen Gods Wet, die volledig op wereldse belangen georiënteerd zijn, en die daardoor niet in de hartsgesteldheid verkeren die een vlotte doorstroming van Gods Liefde doorheen de Schepping kan bevorderen.

Oorlog kan slechts worden gevoerd met gebruik van wapens. Doorheen de eeuwen werden reeds immense kapitalen besteed aan de productie van wapens. Hier wordt Gods Wet van de Ware Liefde tot het uiterste beschaamd: De mens, bedoeld als kroon op de Schepping en daardoor als wezen dat God tegenwoordig moest stellen jegens alle andere schepselen, maakt op grote schaal wapens die tot niets anders dienen dan om medeschepselen systematisch te doden en hun goederen te beschadigen en zo mogelijk te verwoesten. Op zich geeft dit reeds uitdrukking aan een gesteldheid die lijnrecht tegenover Gods bedoelingen staat. Bovendien verkwist de mens door productie van wapens massaal grondstoffen die zouden kunnen worden gebruikt voor doeleinden die veel beter bij de verwezenlijking van Gods Plannen en Werken passen dan oorlog. Een gedeelte van deze wapens wordt bovendien ingezet in het kader van crimineel gedrag (zie de 10e wolk) en voor het uitroeien van dieren, die eveneens door God zijn geschapen met bedoelingen die hun plaats hebben binnen Zijn onfeilbare Wijsheid (zie de 13e wolk).

Hoe diep de geest der duisternis deze wolk heeft doordrongen, blijkt uit het waarlijk duivels karakter van bepaalde wapens. Wij hoeven slechts te verwijzen naar kernbommen en kernraketten, en de immense verwoestingen die deze aan het netwerk van het Leven in Gods Schepping aanrichten, met gevolgen die vaak jarenlang na het gebruik van deze wapens hun schade nog verder uitbreiden.

De wapenindustrie en wapenhandel geeft uiting aan een georganiseerde en bewuste intentie tot vernietigen, die bovendien door het commercieel karakter ervan zichzelf verder blijft versterken.

In de loop der eeuwen hebben mensen onder elkaar zodanig veel oorlogen gevoerd dat onmogelijk kan worden geschat welke immense veranderingen hierdoor zijn aangebracht aan Gods oorspronkelijke bedoelingen met het netwerk van de Schepping, en in welke immense mate dit netwerk zich hierdoor anders heeft ontwikkeld dan het geval zou zijn geweest indien alle knooppunten en kanalen binnen dit netwerk volkomen volgens Gods bedoelingen, dus waarlijk van nature, hadden kunnen evolueren.

2e wolk boven Gods Paradijs – goddeloze politieke regimes en denksystemen

De geschiedenis van de mensheid heeft diverse politieke regimes gekend, die God en alles wat aan God herinnert, systematisch uit de samenleving verbanden. De bekendste zijn ongetwijfeld deze onder het communisme en het fascisme, doch ook de vele zeer liberaal gezinde regimes kenmerken zich door verregaande verbanning van de Goddelijke gedragsprincipes en bestrevingen ten voordele van de trouw aan verziekende materialistische drijfveren. Deze regimes hebben met elkaar gemeen dat zij de mens ertoe aansporen om louter wereldse doelstellingen na te streven, heel vaak met het eigen vaderland en/of de leider ervan als 'vervanging' van God. De staatsonderdanen worden er systematisch van weerhouden, zich op de diepe christelijke waarden te oriënteren en hun hele doen en laten te richten op de Goddelijke Wet van de Liefde.

In juli 2017 zei de Meesteres van alle zielen in een private Openbaring tot Haar Myriam: "Omdat de mensenzielen van in den beginne het voorwerp van de strijd tussen het Licht en de duisternis zijn geweest, is de geschiedenis in wezen het verloop van die strijd, en hierdoor ook tevens de uitdrukking van de enorme verscheidenheid in de verleidbaarheden van de mensenziel. Het geschiedenisonderricht kun je beschouwen als de studie van datgene wat de mensenzielen met de leiding vanwege de Heilige Geest hebben gedaan, met andere woorden: hoe zij met die leiding zijn omgegaan".

Tegen de achtergrond van deze Hemelse woorden kunnen wij goddeloze politieke regimes beschouwen als vormen van staatsorganisatie binnen dewelke de leiders van een staat zich voor elke inspiratie vanwege Gods Geest hebben afgesloten en het in hun eigen navolging voor alle onderdanen van de staat zeer moeilijk, indien al niet helemaal onmogelijk maken om de innerlijke stem van de Heilige Geest te volgen, daar de Heilige Geest de mensenziel nooit aanspoort om haar leven te oriënteren op de verwezenlijking van materialistische en andere louter wereldse doelstellingen. Een ziel die zich volkomen openstelt voor de leiding door de Heilige Geest, zal al haar gedragingen en haar hele denk- en gevoelswereld volkomen oriënteren op de noden van het Eeuwig Leven en van het hele netwerk van de Schepping, wat concreet betekent dat haar hele innerlijk leven en haar hele doen en laten uitsluitend de Ware Liefde in al haar uitingsvormen tot drijfveer zullen hebben.

Totalitaire regimes zoals deze onder het communisme en het fascisme deinzen er niet voor terug om een staat totaal, uiterst resoluut en onvoorwaardelijk te organiseren op grond van een ideologie die vaak miljoenen mensen dwingt om systematisch te zondigen tegen Gods Wet van de Ware Liefde en alle christelijke waarden, waarbij duisternis en zonde in de meest uiteenlopende uitingen tot de ware norm worden verheven en van overheidswege flink worden gestimuleerd, en elke poging van individuen of groepen om niettemin de Goddelijke waarden in stand te houden, genadeloos worden afgestraft. Hierdoor kunnen binnen bepaalde politieke regimes in enkele jaren tijds miljarden zonden worden bedreven (zonde = elke afwijking van Gods Wet van de Ware Liefde!), die in een andere, niet-totalitaire context niet of ten minste in duidelijk mindere mate zouden worden/zijn bedreven.

Totalitaire regimes blinken vaak uit in een systematische vervanging van Gods Wet door louter menselijke wetten, waarbij duisternis wordt gestimuleerd en zielen in grote aantallen worden ontwricht door aanhoudende conflicten tussen de individuele gewetens enerzijds en de wetten en openlijke voorkeuren van het regime anderzijds, waarbij hartsgesteldheden die Gods welbehagen wekken en Gods Werken en Plannen kunnen helpen verwezenlijken, systematisch tot mikpunt worden van dreiging en bestraffing. Om deze reden geldt, dat totalitaire regimes in de ware zin van het woord op grote schaal uiting geven aan het rijk van de duisternis op aarde. Totalitaire regimes nemen zelfs gewoonlijk de vorm aan van een onvervalst laboratorium van de duivel: een levenscontext binnen dewelke de duisternis zich volkomen ongeremd uitwerkt en daardoor het leven vooral voor elke ziel die zich in haar hart wil blijven oriënteren op een beleving en toepassing van Gods Wet van de Ware Liefde, tot niets minder maakt dan een 'hel op aarde'.

Het is de vervanging van Gods Wet van Liefde door louter menselijke wetten, en van Gods Plannen en Werken door de menselijke en wereldse doelstellingen van het regime, die totalitaire regimes gewoonlijk tot ware laboratoria van de duisternis laten worden, waarin moord, vervolging, foltering, mishandeling, vernedering, slavernij, verdrijving, uitbuiting en heel vaak de gruwelen, ellende en chaos van oorlog waarlijk aan de orde van de dag zijn. Dit maakt deze regimes tot wiegen voor mensenlevens die zeer ver afwijken van Gods bedoelingen. Er wordt vooral systematisch moord gepleegd op de Basiswet van God, de Wet van de zelfverloochenende Liefde. In de mate waarin deze Wet buiten spel wordt gezet, verandert een samenleving inderdaad in een rijk van de satan.

Totalitaire regimes putten de grondvesten van hun organisatie uit bepaalde denksystemen. De geschiedenis van de mensheid heeft reeds diverse denksystemen gekend die veel schade aan Gods Plannen en Werken hebben aangericht, zelfs buiten politieke regimes om. Wij hoeven slechts te denken aan het empirisme en het rationalisme. Het empirisme stelt dat alles wat men niet met de zintuigen kan waarnemen, moet worden verworpen. God kan niet met de zintuigen worden waargenomen, dus wordt het volgens het empirisme heel moeilijk om te geloven dat God bestaat. Het rationalisme stelt dat alles wat men niet met het verstand kan uitleggen, moet worden verworpen. God kan men niet met het verstand uitleggen, dus moet Hij worden verworpen. Veel denksystemen kunnen redeneringen leveren die lijken te rechtvaardigen dat het onzinnig is om te geloven in het bestaan van God. Niet zeldzaam zijn ook de filosofen die bovendien redeneringen hebben opgebouwd via dewelke zij onomwonden meenden te kunnen 'bewijzen' dat God schuld had aan alle onheil in de wereld, en dat het christelijk gedachtegoed verantwoordelijk was voor het verval van de westerse wereld. De schade die dit alles aan de verwezenlijking van Gods Plannen en Werken heeft aangericht, kan niet worden geschat.

De Moeder Gods wijst er in dit verband met de grootste nadruk op, dat het een grote drogredenering is, God de schuld te geven voor om het even welke ontsporingen, ellende, leed en chaos in de wereld, want dat deze allemaal, zonder enige uitzondering, gevolgen zijn van menselijke keuze: Telkens een mensenziel haar vrije wil begint in te zetten voor de verwezenlijking van werken en plannen van de duisternis, beginnen in het netwerk van de Schepping ontsporingen op te treden, die zich op zeker ogenblik uiten in ellende, chaos, ontwrichtingen, leed en verwoesting. Waar de vrije wil van mensenzielen zich voor de duisternis begint in te zetten in plaats van voor het Licht, wordt Gods Wet van de Ware Liefde verhinderd om zich nog volgens Gods Plan en Zijn bedoelingen uit te werken, en wordt duisternis geboren.

Het kan onmogelijk worden ingeschat welke verwoestende impact een totalitair regime heeft op de stroming van de Liefde. Niet alleen worden binnen dergelijke regimes vaak miljoenen knooppunten en kanalen in het netwerk van de Schepping zwaar beschadigd, totaal verwoest, en in geval van oorlog zelfs helemaal uit het netwerk weggerukt, bovendien kan onmogelijk worden geschat welke schade wordt aangericht in talloze harten, die om zich heen ononderbroken bewijzen zien voor het feit dat alle uitingen van Liefde worden beschaamd en niet zelden publiek worden gesanctioneerd, waarbij mensenzielen in niet te schatten hoeveelheden alle geloof in een liefhebbende God verliezen. In een totalitair regime lijkt het dagelijks leven immers te bewijzen dat God Zich niet om Zijn kinderen bekommert, en dat Hij de satan zonder meer macht geeft over alle aspecten van het leven. Deze 'vaststelling' ontwricht talloze harten, waardoor de doorstroming van de Ware Liefde en het Goddelijk Leven zeer zwaar wordt belemmerd.

De Koningin des Hemels wijst erop dat het leven in een totalitair regime moet worden beschouwd als een geloofstest, en dat alle Liefde, Waar Geloof en Ware Hoop die in harten levend worden gehouden, een immense kracht kunnen ontwikkelen die uiteindelijk de eindoverwinning van het Licht over de duisternis kracht bijzet. God laat geen enkele ziel in de steek, die van harte Zijn Wet van Ware Liefde in haar hart levend zoekt te houden. Gods bescherming en Liefde komen echter niet steeds tot uiting via de kanalen en op de wijzen die de mens zich voorstelt, omdat de uiteindelijke bestemming van de mensenziel niet hier in de wereld ligt, doch in het Eeuwig Leven. De Hemelse Koningin wijst in dit verband op het verschijnsel van de voltooide werkelijkheid, de realiteit zoals deze voor mensenzielen nog niet waarneembaar is doch voor God, in het tijdloze, reeds als voltooid geldt, en Zij houdt elke ziel in een totalitair regime voor, in haar hart een zodanig reële Hoop te koesteren dat zij het Licht kan helpen voortbrengen dat reeds de val van het goddeloos regime kan helpen voorbereiden.

3e wolk boven Gods Paradijs – kolonialisme

Kolonialisme is het systeem waarbij een land controle en bestuur uitoefent over een ander land (de kolonie), en het besturende land gebruik maakt van de grondstoffen en andere goederen die van nature tot de kolonie behoren, met de bedoeling, de eigen macht en rijkdom te vergroten.

Vele westerse landen hebben kolonies gehad in de zogenaamd minder ontwikkelde, minder geïndustrialiseerde landen. Het kolonialisme is getuige geweest van talloze schrijnende toestanden waarbij mensen systematisch zijn ontwaardigd, uitgebuit, in slavernij werden gebracht, uit hun natuurlijke leefomgeving werden verdreven en niet zelden op min of meer georganiseerde wijze werden mishandeld. De immense duisternis die uit dit systeem is voortgekomen, is slechts mogelijk geweest doordat de Wet van de Ware Liefde op grote schaal buiten werking werd gesteld, hoofdzakelijk ten bate van het verwerven van materieel gewin. De Liefde onder mensenzielen die moet wijken voor de begeerte van stoffelijke verrijking, en dit laatste bovendien bewust ten koste van Liefde en respect.

Het kolonialisme heeft op grote schaal de slavenhandel mogelijk gemaakt. In de koloniën was de inheemse bevolking een uitgelezen bron van werkkrachten die in de besturende landen of met deze laatste verbonden landen konden worden ingezet. Hierdoor werden miljoenen mensen uit hun natuurlijke leefomgeving weggerukt om ver van huis meesters te dienen door slavenarbeid. Het resultaat is een immens bolwerk van duisternis van ontwaardiging, vernedering, verwoesting van sociale relaties (o.a. van gezinnen), mishandeling, massale verminkingen tot en met moord, uitbuiting, dwangarbeid en onnoemelijk emotioneel leed.

Het kolonialisme zoals wij dit in de recentere geschiedenis hebben gekend, heeft zijn wortels hoofdzakelijk in de 17e eeuw. Gelijkaardige toestanden hebben echter ook in de loop van de oudere geschiedenis geheerst in samenlevingen die in één of andere vorm onder de voogdij van andere samenlevingen kwamen te staan en op gelijkaardige wijze het terrein werden van uitbuiting, slavernij en de meest uiteenlopende ongebreidelde schendingen van Gods Wet van de Ware Liefde.

Naast de nefaste uitwerkingen van de vele duistere gebeurtenissen en handelingen in het kader van het kolonialisme, heeft dit systeem onnoemelijk veel duisternis opgewekt door in de harten van miljoenen onderdrukten en hun families haat en wraakzucht op te wekken tegen hun onderdrukkers en hun liefdeloos optreden. Het kolonialisme heeft een zeer grote rol gespeeld in de rassenhaat, die ook vandaag de dag nog zijn effecten heeft in bepaalde delen van de wereld, niet in de laatste plaats in de Verenigde Staten. In miljoenen harten leven de duistere herinneringen aan liefdeloze behandeling, relaties en contacten doorheen een aantal generaties als levende vruchten van de verwoesting van miljoenen knooppunten en kanalen in het netwerk van Gods Schepping. Tot de grootste sluipende giften uit het kolonialisme hoort het gebrek aan vertrouwen van miljoenen mensen in hun medemens alsook in de Tegenwoordigheid van een liefhebbende God, een toestand die zeer zware lasten heeft opgelegd op de doorstroming van het Goddelijk Leven in het netwerk van de Schepping.

4e wolk boven Gods Paradijs – slavernij

Deze wereld is doorheen de eeuwen getuige geweest van ontelbare gevallen van slavernij en slavenhandel. Reeds in de eeuwen vóór Christus was slavernij een veel voorkomend fenomeen, onder andere bekend door wat is overgeleverd over het lot van de Joden in Egypte ten tijde van Mozes en voordien. Geen enkel tijdperk in de geschiedenis van de mensheid is helemaal vrij geweest van slavernij en slavenhandel. Op waarlijk grote schaal werd slavenhandel toegepast vanaf de 16e eeuw, toen miljoenen mensen uit hoofdzakelijk West en Centraal Afrika als slaven werden overgebracht, voornamelijk naar Amerika. Zeer bekend en goed gedocumenteerd is de slavernij van grote aantallen mensen uit Afrika in de Verenigde Staten, tot de slavernij aldaar van overheidswege werd afgeschaft in 1865, na de burgeroorlog.

De officiële afschaffing van slavernij betekent niet dat de erdoor opgewekte duisternis uit de Schepping verdreven is: Onkruid kan zeer hardnekkig zijn, en nadat het zaad van onkruid zo rijkelijk is uitgestrooid, woekert het zeer lang in de harten verder. De wortels van dit onkruid zijn zeer hardnekkig. Zo is het onkruid van de slavernij nog even werkzaam gebleven in heel andere historische contexten, zoals onder totalitaire politieke regimes die zich aan doorgedreven vervolging hebben overgegeven.

Slavernij heeft alles te maken met gevoelens van superioriteit boven diegenen die men in slavernij brengt. In het geval van de slavenhandel met mensen uit Afrika naar Amerika toe, was er tevens een duidelijk element van racisme aanwezig, en werd in vele harten de duisternis ervan versluierd door de overtuiging dat niet-blanken niet slechts minderwaardige wezens waren doch bovendien 'een zwarte ziel hadden', met andere woorden dat zij de duivel toebehoorden. Zo wist de duisternis zelfs christenen te laten geloven dat een mensonwaardige behandeling van negerslaven 'terecht' was en 'door God werd goedgekeurd'.

De Meesteres van alle zielen zei reeds jaren geleden dat geen enkel mens als minderwaardig mag worden beschouwd, want elke mensenziel is door God begiftigd met een kiem van heiligheid. Zoals een zaadje alle levensprincipes en ontwikkelingsmogelijkheden van een welbepaalde plantensoort in zich draagt, zo draagt de kiem van de heiligheid een onoverzienbare waaier van mogelijkheden om de ziel te laten uitgroeien tot Gods beeld en gelijkenis. Deze kiem bevat de blauwdruk (het bouwplan) van het Goddelijk Leven in de ziel: het programma voor de mogelijke ervaring en de mogelijke ontwikkeling van het Goddelijk Leven in de ziel. Om deze reden kan God slavernij niet goedkeuren: Een wezen dat begiftigd is met een kiem waaruit het Goddelijk Leven kan bloeien, kan niet slaaf zijn van een ander wezen, en dat andere wezen gedraagt zich niet volgens de Wet van de Ware Liefde wanneer het medemensen onderwerpt aan een leven van slavernij, dat deze medemensen van hun waardigheid berooft.

De ernst van de duisternis die wordt opgewekt door slavernij komt zeer duidelijk tot uiting wanneer wij de definitie beschouwen, die de Meesteres van alle zielen ooit gaf voor de Ware Liefde. Het is goed, erop te wijzen dat dit in wezen geldt voor elk van de vijftien 'wolken' die in deze onderrichting ter sprake komen. De Koningin des Hemels herinnert echter met nadruk aan deze definitie met betrekking tot de slavernij en slavenhandel, omdat deze definitie uitermate geschikt is om zielen bewust te maken van de diepgang van de duisternis in precies deze context:

Leven in de Ware Liefde, is zo leven, dat de ziel doorheen haar hele doen en laten, haar woorden, gedachten, gevoelens, bestrevingen, al haar innerlijke gesteldheden en de uitstraling van haar hele wezen
  • Licht
  • warmte
  • geborgenheid
  • Vrede
  • vreugde
  • Hoop
  • verlichting
  • moed
  • vertrouwen
  • levenskracht
  • levenslust
  • gevoelens van zinvolheid van het leven
  • verhoogde gevoelens van de individuele waardigheid, en
  • de intuïtieve zekerheid van Gods nabijheid

brengt op de levenspaden van alle medeschepselen die door Gods Voorzienigheid op haar weg worden geleid, ongeacht onder welke vorm en voor welke tijdsduur deze contacten plaatsvinden, en dat zij jegens al haar medeschepselen slechts positieve gevoelens en gedachten koestert en hen niets anders toewenst dan Geluk en bloei op alle niveaus van hun wezen en in alle situaties van hun leven.

Wanneer wij een duisternis zoals deze van slavernij en slavenhandel beschouwen tegen de achtergrond van deze definitie van 'leven in de Ware Liefde', wordt heel duidelijk in welke mate slavernij een relatiepatroon is, dat wordt bedacht en georganiseerd door de satan zelf.

5e wolk boven Gods Paradijs – racisme en vervolging

Racisme is het verschijnsel waarbij een mens vervuld is van liefdeloze gesteldheden jegens mensen die tot een ander ras behoren, in de overtuiging dat het eigen ras superieur is ten opzichte van het ras waartoe deze andere mensen behoren. De racistische mens brengt zijn gesteldheid tot uitdrukking in vooroordelen, discriminatie, vijandigheid, haat, minachting, en niet zelden allerlei vormen van gewelddadigheid, gaande tot vervolging en moord. Racistische gesteldheden hebben doorheen de geschiedenis een grote rol gespeeld in de wantoestanden van kolonialisme, slavenhandel en slavernij, alsook in systematische vervolging en volkerenmoord in het kader van totalitaire politieke regimes. Op vervolging kom ik zo dadelijk terug.

Racistische gesteldheden hebben zeer verregaande spirituele gevolgen, niet slechts wegens het feit dat deze gesteldheden in elk mogelijk opzicht in overtreding zijn met de Goddelijke Wet van de Liefde, doch ook wegens de invloed ervan op de atmosfeer van hele samenlevingen, in dewelke hierdoor de liefdeloosheid jegens hele mensengroepen onbewust als 'normaal' kan worden beschouwd. Ook al worden uitingen van racisme vaak wettelijk beteugeld, zolang deze gesteldheden in de harten leven, wordt volop duisternis voortgebracht en in steeds méér harten gezaaid. Racisme is daardoor een kanker voor het netwerk van de Schepping, dat door God is gemaakt als een netwerk doorheen hetwelk Zijn Liefde moet stromen als brandstof voor alle Leven.

De geschiedenis heeft voorbeelden getoond voor zogenaamde filosofische en zelfs wetenschappelijke 'bewijzen' voor de gegrondheid van rassentheorieën die 'aantonen' dat bepaalde raskenmerken 'meerderwaardig' en andere 'minderwaardig' zouden zijn. Dergelijke theorieën hebben immense duisternis over de wereld gebracht, waardoor zij de verwezenlijking van Gods Heilsplan voor de grondvesting van Gods Rijk van Ware Liefde en Vrede op aarde ernstige schade hebben toegebracht. Rassentheorieën die waardeoordelen vellen over de 'meerderwaardigheid' en 'minderwaardigheid' van bepaalde raskenmerken, worden nooit door God geïnspireerd, doch door de grote vijand van het Eeuwig Heil van de mensenzielen en het welzijn van de hele Schepping. Ik herinner aan de uitspraak van de Heilige Maagd, dat geen enkel wezen op zich superieur, en geen enkel wezen op zich minderwaardig is.

Elke ziel heeft een oneindige waarde. De waardigheid van een mens in Gods ogen wordt bepaald door de mate waarin zijn ziel aan deze waarde beantwoordt door haar gedrag en haar bestrevingen. Geen mens heeft het recht om een medemens in dit verband te beoordelen. Elk schepsel, zowel elk mens als elk dier, heeft zijn eigenheid. Het heeft een bepaalde waarde zoals het is, ongeacht zijn specifieke kenmerken, precies omdat het in Gods Intelligentie en Wijsheid is ontstaan om precies zoals het is, het Plan te dienen dat Hij met de Schepping heeft. In een Openbaring zei de Meesteres van alle zielen ooit:

"Zo vaak berooft een ziel haar medeschepsel van zijn waardigheid omdat het 'anders' is dan zijzelf of omdat zij het als 'minderwaardig' beschouwt. Ik beklemtoon, dat geen enkel schepsel minderwaardig is. Elk schepsel is gemaakt met specifieke eigenschappen omdat Gods Wijsheid dit zo heeft beschikt, omdat God daarmee een bedoeling heeft. De ziel die een medeschepsel van zijn waardigheid berooft door het te behandelen op een wijze die niet strookt met de Wet van de Liefde, is in werkelijkheid bezig, Gods Werken te bekritiseren en hun werkzaamheid ongunstig te beïnvloeden, en Zijn Wijsheid af te wijzen. (...) Bedenk steeds dat een schepsel is zoals het is, omdat God deze specifieke geaardheid nodig heeft binnen Zijn groot Heilsplan. Bedenk steeds dat een mens op een bepaalde plaats geboren wordt, tot een bepaald ras behoort, enzovoort, omdat hij volgens Gods Plan op die plaats geboren moest worden, en binnen die samenleving en binnen dat ras een welbepaalde taak heeft. Respecteer dat alles, want het is Gods Werk, dat wordt bestuurd door een onfeilbare Intelligentie die deze van de mens ver overtreft".

Racisme gaat vrijwel automatisch gepaard met vervolging. Vervolging is het discriminerend behandelen van een groepering van mensen, in het bijzonder op grond van het ras waartoe deze mensen behoren, of van religieuze of politieke overtuigingen. Vervolging heeft steeds componenten van vijandigheid, verdrukking, terreur, gewelddadigheid, verdrijving uit de oorspronkelijke leefomgeving, en grootschalige opsluiting. Bekende voorbeelden zijn deze, waarbij grote hoeveelheden mensen bij elkaar worden gedreven en worden ondergebracht in getto’s, reservaten of kampen, waar zij niet alleen vaak afgezonderd leven van hun vervolgers, doch ook vaak gericht worden gecontroleerd. Dit is onder meer op grote schaal gebeurd jegens de joden en de Amerikaanse indianen. In wezen geeft vervolging uitdrukking aan totale onverdraagzaamheid: Mensen verzetten zich manifest tegen de Schepper, Die heeft beschikt dat mensen die andere kenmerken bezitten dan zijzelf, binnen hetzelfde grondgebied leven als zijzelf, en reageren hierop met gedrag dat duidelijk te kennen geeft dat zij deze 'anders geaarden' niet willen zien, niet met hen willen omgaan, ja dat deze anders geaarden hen een aanstoot zijn. Deze gesteldheid is beschamend voor kinderen van God. In plaats van hun elementaire roeping als kinderen van God te vervullen door hun medemens te helpen bij de vervulling van diens eigen levensopdracht (eveneens in dienst aan Gods Plannen en Werken), verhinderen vervolgers de door hen vervolgden om hun levensroeping te vervullen.

Een bijzondere soort van vervolging, die eveneens reeds veel duisternis in de Schepping heeft gebracht doch die zich veel meer in het verborgene voltrekt, is deze tegen christenen vanuit hun eigen kringen. De Hemelse Koningin waarschuwt reeds jarenlang via Myriam voor het feit dat het christendom groot gevaar loopt door de vervolging vanwege velen die zichzelf voor christenen houden doch in werkelijkheid de Wet van de Liefde en de deugden slechts met lauwheid beleven, tegen medechristenen die hun roeping als kinderen van God zeer ernstig nemen en daarom de traditionele christelijke waarden zeer strikt trachten te beleven. De Meesteres van alle zielen waarschuwde Myriam reeds in de beginperiode van de roeping in Haar dienst, dat Haar Maria Domina Animarum Werk op veel onbegrip zou stoten en tot mikpunt van veel laster en verkettering zou worden, omdat de onderrichtingen en openbaringen die de Moeder Gods via dit kanaal in de wereld wilde sturen, van een zodanige diepgang zijn dat deze door de satan zouden worden beschouwd als een drastisch offensief tegen zijn pogingen om het christendom van binnen uit te verzwakken, namelijk in de ernst van de beleving van de Wet van de Ware Liefde en in de aanvaarding van stellingen die de duisternis zware schade kunnen toebrengen, in het bijzonder deze over de ware rol en positie van de Koningin des Hemels in de eindfase van de strijd tussen het Licht en de duisternis.

De Meesteres van alle zielen Zelf noemt het geheel van de verdachtmakingen aan dewelke Haar Maria Domina Animarum Werk reeds heeft blootgestaan, vervolging. Zij bestempelt dit alles als pogingen tot verlamming van een Hemels Werk vanwege de satan zelf, die gretig gebruik maakt van mensenzielen die zich er niet kunnen toe bewegen om de door de Meesteres van alle zielen onderrichte stellingen over 'waar en vruchtbaar christen-zijn' in hun eigen leven gestalte te geven: Hij kan dergelijke zielen er gemakkelijk toe aansporen om datgene aan te vallen dat hen een aanstoot is (omdat hun geweten beseft dat zij bezig zijn, Hemelse wensen te negeren). Deze bijzondere vorm van vervolging brengt immens veel duisternis over de Schepping doordat zij een rechtstreeks remmende uitwerking heeft op de voltooiing van een Hemels Plan dat is ontworpen om de grondvesting van Gods Rijk op aarde te bespoedigen. Het gaat hier niet om vervolging op grond van kenmerken van ras of politieke overtuiging, doch op grond van fundamenteel verschillende hartsgesteldheden en visies met betrekking tot de diepgang die noodzakelijk is in de inzet voor Gods doelstellingen met Zijn Schepping. De strijd van het Licht tegen de duisternis zal niet worden beslecht zolang ook slechts het geringste compromis wordt gesloten in de praktische beleving van de toewijding aan God. In de loop der eeuwen hebben reeds vele door God geïnspireerde zielen blootgestaan aan laster, verdachtmaking en vervolging. Ook deze uitingen van vervolging hebben vele stromen van Liefde belemmerd om het netwerk van de Schepping met nieuw Licht te helpen vervullen, en daardoor de voltooiing van Gods Heilsplan afgeremd.

6e wolk boven Gods Paradijs – volkerenmoord

Volkerenmoord is het opzettelijk en systematisch vernietigen van een groepering van mensen op grond van hun ras, nationaliteit of godsdienstige overtuiging. Elk mens die de kenmerken draagt van de groepering tegen dewelke deze bestreving is gericht, is daardoor automatisch 'de vijand', mikpunt van vervolging en pogingen tot vernietiging. Vaak wordt zelfs alles in het werk gesteld om te verhinderen dat binnen de geviseerde groepering kinderen geboren worden, dit alles met de bedoeling dat de geviseerde groepering stelselmatig zou worden uitgeroeid en letterlijk van de aardbol weggeveegd zou worden. Volkerenmoord is zeer nauw verbonden met racisme en vervolging. Zij heeft immens veel duisternis in de wereld gebracht en dus het netwerk van Gods Schepping veel schade toegebracht, door massale moorden en systematisch gestimuleerde haat.

Volkerenmoord is niets minder dan een bewuste poging om bepaalde groeperingen van mensen met welbepaalde kenmerken totaal uit te roeien en/of hen het leven zodanig te bemoeilijken dat zij zo spoedig mogelijk kleiner zouden worden.

Het wellicht bekendste voorbeeld van volkerenmoord in de geschiedenis van de mensheid is deze van de wettelijk geregelde georganiseerde vernietigingsacties vanwege het Duits nationaal-socialistisch regime tegen de joden. Ook de acties tegen de indianen op het Amerikaans grondgebied in de pionierstijd vallen onder de volkerenmoord, daar miljoenen indianen uit hun natuurlijk leefgebied werden verdreven, in bloedige gevechten sneuvelden, ten dele werden uitgehongerd, en velen bovendien 'op passieve wijze' de dood vonden door infectieziekten die via blanken op het Amerikaans grondgebied waren binnengebracht.

Mensengroepen die zich ooit aan volkerenmoord schuldig hebben gemaakt, hebben op uiteenlopende wijzen getracht, hun acties te rechtvaardigen. Welke reden ook werd aangegeven, geen enkele reden kan ooit volkerenmoord rechtvaardigen in de ogen van de Schepper, daar volkerenmoord in elk geval steeds voortkomt uit harten die bewust willen doden, verdrijven en vernietigen ter wille van de bevrediging van één of ander eigenbelang. Er is dus steeds sprake van gebrek aan Liefde. Elk gebrek aan beleving en toepassing van Gods Wet van de Ware Liefde is een bewuste zonde. Wanneer dit gebeurt op grote schaal, is sprake van georganiseerde duisternis. Volkerenmoord kan miljoenen mensenzielen vóór Gods Tijd wegrukken uit het netwerk van de Schepping. Vóór Gods Tijd betekent: alvorens het uur is gekomen waarin deze zielen door Gods Wijsheid, en uitsluitend door een Goddelijke beschikking, uit het netwerk van de Schepping kunnen worden weggenomen.

De mens mag zich nooit, in geen enkel geval, het recht aanmatigen om zich tot heer over leven en dood te maken. Het ogenblik waarop het leven van een mensenziel eindigt, behoort uitsluitend door God te worden bepaald, daar Hij alleen in Zijn onfeilbare Wijsheid weet welk ogenblik het meest geschikt is om een ziel uit het stoffelijk leven weg te nemen, met het oog op het Eeuwig Heil van die ziel zelf en van vele anderen met wie zij in contact is, of is geweest, en met het oog op het Goddelijk Heilsplan in het algemeen. Volkerenmoord, evenals oorlog, kan daardoor tot een immense inbreuk op Gods Wijsheid worden, en Gods Plan met vele zielen en met hele mensengroepen in hoge mate wijzigen.

God is Heer over het leven. Hoe kunnen dan verschijnselen zoals volkerenmoord worden verklaard? Heel eenvoudig doordat God geen inbreuk pleegt op de vrije wil van de mens. Wanneer dus menselijke overheden beslissen tot oorlog, tot volkerenmoord, tot vervolging of tot welke vorm van liefdeloos optreden ook, kunnen grote aantallen van mensenzielen hierdoor worden aangespoord tot een systematisch bedrijven van de grootste duisternis, en kunnen soms miljoenen mensenzielen tegen elkaar worden opgezet. Om deze reden heeft de wereld in de loop der geschiedenis reeds talloze malen en op de meest uiteenlopende plaatsen de aanblik kunnen bieden van een grootschalig laboratorium van de satan, een rijk waarin de duisternis heerst en God zeer ver weg lijkt.

7e wolk boven Gods Paradijs – systematische mishandeling

Reeds in Haar immens liefdesoffensief De Beekjes van het Heil liet de Meesteres van alle zielen mishandeling als volgt definiëren:

Elke gedraging of elk effect van een gedraging vanwege een mensenziel jegens een medeschepsel, die afwijkt van Gods Wet van Liefde, en waarbij één of meer van de volgende elementen van toepassing zijn:

  • het wezen van dit medeschepsel wordt gebruikt voor een doel waartoe God het niet heeft bestemd;
  • het wezen van het medeschepsel wordt behandeld op een wijze die beoogt dat lijden zou ontstaan of waarvan de mensenziel moet weten dat het bij het medeschepsel lijden kan verwekken;
  • aan het medeschepsel wordt fysieke, morele, geestelijke of spirituele schade toegebracht, of de gedraging kan dergelijke schade tot gevolg hebben;
  • het medeschepsel wordt in zijn waardigheid als schepsel van God geschonden.

Bij mishandeling wordt het medeschepsel gehinderd bij de vervulling van de rol die God voor hem binnen het grote Plan van Zijn Schepping heeft voorzien.

Mishandeling geeft de levensweg van het slachtoffer steeds een onbedoelde andere wending, met andere woorden: het slachtoffer wordt ten prooi gegeven aan ongewilde veranderingen in zijn levensstijl (bijvoorbeeld door lichamelijke handicap, ziekte, geestelijk of moreel trauma) en verliest niet zelden zijn Geloof en vertrouwen in een liefhebbende God en in de Liefde zelf. Geen mens kan inschatten bij hoeveel miljoenen mensenzielen in de loop van de geschiedenis een brutale liefdeloze behandeling, vaak gepaard met systematische vernedering, aanleiding heeft gegeven tot het doven van elke vonk van Liefde in het hart, waardoor zielen die op zich vaak zachtmoedig en liefdevol waren, na mishandeling veranderden in haarden van wrok, wraakzucht, haat, agressie of depressie.

Van systematische mishandeling is sprake wanneer mishandeling geen eenmalig verschijnsel meer is, doch op grotere schaal en/of langdurig is toegepast. De grootste duisternis op dit gebied is ooit in het leven geroepen in concentratiekampen, strafkampen, en bij foltering in het kader van politieke onverdraagzaamheid. Miljoenen levens zijn in deze context totaal verwoest, en ontelbare families volledig ontwricht.

De Hemelse Koningin laat erop wijzen dat Zij met systematische mishandeling niet slechts deze tussen mensenzielen bedoelt, doch ook de talloze mishandelingen die deze wereld reeds heeft gezien vanwege mensenzielen ten aanzien van dieren. In diverse geschriften, onder andere – doch lang niet alleen – in De Beekjes van het Heil, wees Zij reeds op de enorme invloed die de behandeling van dieren heeft op de staat van Licht en duisternis in de hele Schepping. Het feit dat dieren niet in de ware zin van het woord dragers zijn van 'zielen', doch van wat Maria noemt 'levensprincipes', doet geen enkele afbreuk aan het feit dat mishandeling van een dier in Gods ogen in de ware zin van het woord een zonde is. Ook de grootschalige mishandeling van dieren op deze wereld brengt onvoorstelbaar veel duisternis over deze wereld, want elke handeling die tegen een medeschepsel – mens of dier – wordt gericht en die niet uitgaat van een hart dat vervuld is van oprechte Liefde, dient de duisternis en kan bepaalde kanalen in het netwerk van de Schepping verduisteren. Wij mogen nooit uit het oog verliezen dat het netwerk van de Schepping niet slechts bestaat uit kanalen tussen de mensenzielen onderling, doch ook uit miljarden kanalen tussen mensenzielen en dieren. Dagelijks stoten alle akten van mishandeling vanwege mensenzielen tegen een medeschepsel, van welke aard ook, samen miljarden wolken van duisternis doorheen het netwerk van de Schepping, en worden veel Liefde en veel vertrouwen tussen schepselen én jegens God gebroken.

Elk leven op deze wereld is ten prooi aan het leed dat voortkomt uit de gebreken en zwakheden van de stoffelijkheid. Het is een elementaire christelijke deugd, het kruis van elk medeschepsel te helpen dragen. Concreet betekent dit, dat de waarde van een mensenleven in Gods ogen mede wordt bepaald door de mate waarin de mens zijn relaties en contacten met alle medeschepselen op zijn levensweg vorm en inhoud heeft gegeven door spontane, bewuste en volhardende toepassing van de zelfverloochenende Liefde en dienstbaarheid. Mishandeling doet net het tegenovergestelde: De mensenziel die een medeschepsel mishandelt, verzwaart diens kruis of maakt voor dit medeschepsel nieuwe kruisen die nooit door God voor dit schepsel waren voorzien. Hierdoor wordt het stoffelijk leven van dit medeschepsel nodeloos verzwaard, maar worden tevens het vertrouwen van dit medeschepsel in zijn medeschepselen én zijn eigen beleving van de Liefde zwaar op de proef gesteld, en in vele gevallen grotendeels of helemaal verwoest.

8e wolk boven Gods Paradijs – materialistisch denken

De mensenziel wordt door God in de wereld gezonden om er een leven te leiden in een stoffelijk lichaam. Dit lichaam heeft behoeften, die moeten worden bevredigd om in leven te kunnen blijven. Zodra de mens toegeeft aan de neiging om méér toe te geven aan stoffelijke behoeften dan nodig is om het lichaam in leven te houden, betreedt hij in feite reeds het terrein van het materialisme. In de ware zin van het woord echter, is sprake van 'materialistisch denken' wanneer de mens al zijn denken, al zijn inspanningen en zijn hele belangstelling méér richt op zijn stoffelijk leven dan op zijn spiritueel leven. Het leven in een stoffelijk lichaam slorpt zeer veel aandacht op, doordat het lichaam bloot staat aan vele invloeden van buitenaf, via de zintuigen en vanuit de gewaarwordingen op grond van alle lichamelijke processen. Nochtans is het leven in het stoffelijk lichaam slechts een zeer korte fractie van de levensduur van de ziel. De ziel is op aarde voor een leven dat niets méér is dan een overgang naar het Eeuwig Leven. Het Eeuwig Leven is de levensfase van de ziel die intreedt nadat God de levensprocessen uit het stoffelijk lichaam heeft laten wegvloeien in het uur van de lichamelijke dood.

De bestemming, het reisdoel, van de ziel ligt dus niet in dit aardse leven, doch in de voortzetting ervan na de dood van het lichaam. Het is daarom een slechte investering wanneer de ziel het grootste gedeelte van haar gedachten, haar belangstelling en haar inspanningen richt op de belangen die eigen zijn aan het leven hier op aarde. Wanneer de gedachten, de belangstelling en de inspanningen van de mens in hoge mate zijn gericht op zijn leven in het lichaam hier op aarde, verwaarloost hij de belangen van zijn ziel. Nochtans ligt de hoofdbedoeling waarmee God de ziel in de wereld stuurt, in de ontwikkeling van de hogere zielsvermogens, wat neerkomt op de ontplooiing van de ziel tot beeld en gelijkenis van God door een strikte, onvoorwaardelijke en volhardende concrete beleving van de Wet van de Ware Liefde in alle contacten en relaties van de ziel met alle medeschepselen die zij op haar levensweg ontmoet, zelfs in de gevallen waarin het contact zeer kortstondig en/of eenmalig is, en in alle gebeurtenissen, situaties en omstandigheden van haar leven op aarde.

De oriëntatie van talloze zielen op het stoffelijk leven van hun lichaam heeft onschatbaar veel duisternis in de Schepping gebracht. Materialistisch denken heeft de meest uiteenlopende vruchten van duisternis voortgebracht. De materialistische mens leeft alsof er na dit leven op aarde niets meer komt, en hij dus uit dit leven alles moet halen wat het hem aan stoffelijke goederen kan bieden: geld, rijkdom, aanzien bij de mensen, prestige. Zo zijn de ongenadige concurrentie, competitie, haat, na-ijver, uitbuiting, onzinnige massaproductie en talloze andere waanzinnige gedragspatronen en bestrevingen ontstaan, die de mens slechts één doel voor ogen houden: de top te bereiken volgens de maatstaven van het werelds denken, dat heel grondig afwijkt van Gods bedoelingen met de mens. De ontwikkelingen van het materialisme met zijn ontelbare uitingen doden in de mens alle Liefde voor God, voor de Schepping, voor de medemens en de medeschepselen. De samenleving wordt volkomen ontzield. God wordt uit de wereld verbannen, en wordt in de harten ongenadig vermoord.

Het zaad van materialistisch denken heeft zich in de wereld in ontelbare vormen vermenigvuldigd, die alle systematisch de Liefde hebben gedood of verminkt in ontelbare zielen, en Gods Schepping zeer ver hebben doen afwijken van Gods oorspronkelijke bedoelingen. Zo heeft de geldmaatschappij onder andere de reclamewereld gebaard, die ontelbare mensen misleidt en manipuleert en ononderbroken ontelbare onechte behoeften schept. Op gelijkaardige wijze ontwricht het materialisme de Schepping door drugs en andere schadelijke stoffen te promoten omdat deze veel geldgewin opleveren. Het materialistisch denken tart eveneens de natuurwetten en zet mensen ertoe aan om menselijke streefdoelen in de plaats te stellen voor de beschikkingen van Gods Voorzienigheid. De hieruit voortvloeiende verstoringen van het evenwicht in de Schepping liggen mede aan de basis van toestanden zoals hongersnood in bepaalde delen van de wereld, onder andere wegens uitputting van bodems en uitbuiting van de bevolking in bepaalde gebieden.

Precies in dit alles ligt het grote gevaar van materialistisch denken als dominerende wijze om de werkelijkheid te benaderen: De Liefde en de Goddelijke Intelligentie en Wijsheid moeten wijken voor vergankelijke geldwinst. Dit is des te minder logisch omdat, zoals de Meesteres van alle zielen ooit stelde, datgene wat de mens waarneemt, slechts weinige procenten van de volheid van de werkelijkheid vormt. Materialistisch denken lijkt er niettemin van uit te gaan dat het waarneembare het enige is. Precies daarom is een materialistische levensvisie zeer bekrompen, en niet verenigbaar met God als middelpunt van alle denken, handelen en bestreven. Het materialisme is als een ketting waarmee ontelbare zielen worden gebonden en daardoor worden verhinderd om een leven te leiden in dienst van de voltooiing van Gods Heilsplan.

9e wolk boven Gods Paradijs – menselijk denken en menselijke belangen

De mens heeft van God het vermogen gekregen om te denken, als hulpmiddel om betekenis te geven aan datgene wat hij om zich heen waarneemt. Dit 'waarnemen' op zich kan reeds verschillend gekleurd zijn naargelang de ingesteldheid van de waarnemende mens. Zolang een mensenziel de ware zin van haar leven zoekt in God en in haar eigen rol binnen de vervulling van Gods Werken en Plannen, zal zij als het ware 'denken zoals God Zelf denkt', met andere woorden: Zij is dan geheel ontvankelijk voor de inspiraties van de Heilige Geest, en zal haar leefwereld waarlijk zien en aanvoelen als een Werk van God of minstens als een geheel waarmee God een bepaalde bedoeling heeft of dat Zijn Werken en Plannen kan dienen mits zijzelf (de ziel) in zelfverloochening op God en de vervulling van Zijn Werken gericht leeft.

Zodra een ziel haar leefwereld begint te zien als een geheel dat wereldse belangen dient of dat haar eigen wereldse behoeften moet bevredigen, wordt haar denken bevlekt door elementen van kortzichtigheid, onwetendheid en dwaasheid. Daar elke ziel een eigen leefwereld heeft, kan ook het werelds denken op veel verschillende wijzen tot uiting komen. Zo ontstaan ontelbare denkrichtingen en levenshoudingen, en komt men tot uitspraken zoals 'ieder zijn waarheid'. Wie in een wereld met zoveel verschillende denkwijzen de ene Waarheid van God tracht te verkondigen, wordt ervan beschuldigd, inbreuk te plegen op de vrijheid van de vele andersdenkenden. Om deze reden is de verkondiging van het ware christelijke gedachtegoed er veelvuldig van beschuldigd geweest, mensen te beperken in hun vrijheid van denken en handelen, omdat de regels van het ware christendom grenzen trekt waar mensen op het punt staan om de Wet van de Ware Liefde te overtreden.

Het christendom wordt onder meer vanuit de hoek van alle vormen van liberaal denken verweten dat de regels van de deugd de vrijheid van handelen beknot. Een nefast gevolg van dit denken is tot uiting gekomen in een zich verspreidende neiging om de zonde weg te redeneren: Steeds minder gedragingen, gedachten, gevoelens en bestrevingen worden als 'zondig' beschouwd, waardoor zelfs binnen het christendom mensen tot een vals gevoel van veiligheid worden gebracht wat de staat van genade van hun ziel betreft. Zeer gevaarlijk wordt het, wanneer mensen hierdoor ontmoedigd worden om het Sacrament van de Biecht en de regels van een vlekkeloos respect voor God, de eredienst en de Sacramenten ernstig te nemen. Ja, ook alle uitingen van modernisme binnen de Kerk van Christus worden door de Meesteres van alle zielen beschouwd als vermomde uitingen van menselijk denken.

De geschiedenis van de mensheid is getuige geweest van vele filosofieën die het menselijk denken en de menselijke waarneming als enige bronnen van kennis en wijsheid beschouwen en geen plaats meer voorzien voor God en Zijn Werken. Menselijk, werelds denken wordt volledig op de dingen der wereld georiënteerd. Wij zien hier het materialisme met zijn ontelbare uitvloeisels, onder meer egoïsme, geldzucht, bedrog, meedogenloze concurrentie, alle vormen van oneerlijkheid. Vele filosofieën bieden weinig plaats voor denken dat helemaal op de verwezenlijking van Gods belangen is gericht.

Wanneer menselijk denken (met andere woorden: denken dat is gericht op menselijke, wereldse belangen, vaak specifiek op de eigen belangen) door grote aantallen mensen de voorkeur krijgt boven het denken volgens de Goddelijke Intelligentie en Wijsheid, ontstaan grote afwijkingen van Gods bedoelingen. Dit komt in de wereld op vele vlakken tot uiting. Om slechts twee treffende voorbeelden te geven:

Op grote schaal worden natuurgeneeswijzen en natuurlijke geneesmiddelen verdrongen en bestreden door organisaties die op grote schaal chemisch bereide medicijnen produceren en verdelen. God heeft Zijn Intelligentie gelegd in de groei- en bloeiwetten die de natuur regeren, en in de wijze waarop in elke plantensoort, in elk kruid, in elke bloem een specifieke stofwisseling werkzaam is die resulteert in de productie van stoffen waarvan zeer vele specifieke geneeskrachten bezitten. Deze producten van Gods Voorzienigheid worden in het zachtste geval genegeerd, heel vaak echter keihard bestreden en in diskrediet gebracht ten bate van 'oplossingen' die worden bereid op grond van louter menselijk denken en die massaal worden gepromoot omdat hun productie en verdeling op een zodanige schaal is georganiseerd dat deze fortuinen opleveren. Het nut voor de mensheid en voor de instandhouding van de harmonie binnen de Schepping en van de door God ingestelde harmonie binnen het lichaam van mens en dier, wordt dus bewust achteruit gesteld bij de bestreving van geldwinst. Anders uitgedrukt: Gods Schepping wordt door de mens – bedoeld als kroon op de Schepping en spiegel van Gods hartsgesteldheden – uitgeleverd aan de bevrediging van streefdoelen die de duisternis dienen.

Bovendien is de satan erin geslaagd, door uiterst listige inspiraties op grote schaal het geweten van mensen in slaap te wiegen door handelingen die in Gods ogen een grote gruwel zijn, door menselijke wetten schijnbaar goed te keuren. Een voorbeeld met zware gevolgen voor de verwezenlijking van Gods Plannen en Werken is abortus, een handeling die in vele landen wettelijk is toegelaten, waardoor de indruk wordt gewekt dat men deze handeling zonder enig bezwaar mag stellen. Het geweten van de mensenziel is door God zo geprogrammeerd dat elke ziel van nature in overeenstemming kan leven met Gods Wet. Wanneer een wereldse wet bepaalt dat een handeling, die niet in overeenstemming is met Gods Wet, mag worden gesteld zonder strafrechtelijke sancties, kunnen vele gewetens met betrekking tot die handeling uitgeschakeld worden, zodat de ziel er automatisch van uitgaat dat niet slechts de wereldse overheid doch ook God Zelf de handeling goedkeurt. Zo worden dagelijks op deze wereld miljoenen zonden en ondeugden bedreven zonder dat de zielen zich er rekenschap van geven dat zij bezig zijn, de verwezenlijking van Gods Heilsplan zware schade toe te brengen en de voltooiing ervan uit te stellen, dit alles met als gevolg een voortzetting, zelfs verdere verzwaring, van de ellende, de chaos en het leed op deze wereld.

Menselijk denken is automatisch onvolmaakt doordat geen enkel mens het vermogen bezit om de volle werkelijkheid te kennen en te doorgronden, noch om de gevolgen van al zijn handelingen voor de verwezenlijking van Gods Plannen en Werken feilloos in te schatten. Uitsluitend God alleen heeft een onfeilbaar overzicht over de volheid van de werkelijkheid in al haar details. Bovendien wijken menselijke belangen in zeer hoge mate af van Gods belangen. God heeft Zijn Heilsplan ontworpen met het oog op de grondvesting van Zijn Rijk van volmaakte Liefde en Vrede op aarde, en de Goddelijke Intelligentie is in staat om alle ontwikkelingen in de wereld zodanig te sturen dat de gedragingen van alle mensenzielen samen daadwerkelijk Gods Rijk op aarde zouden kunnen brengen. De voorwaarde hiervoor is echter, dat alle mensenzielen zich onvoorwaardelijk en totaal op Gods Hart zouden oriënteren. De werkelijkheid is echter, dat in de loop van de geschiedenis van de mensheid miljarden mensenzielen eigen belangen hebben nagejaagd, die voluit verband hielden met hun wereldse, stoffelijke vermeende behoeften en dus automatisch in een bepaalde mate, vaak in zeer hoge mate, afweken van Gods belangen. Dit proces gaat in de wereld van vandaag onverminderd verder. Om deze reden wijken talloze ontwikkelingen in deze wereld zeer ver af van Gods inzichten en bedoelingen. In de onderrichting De gevonniste Goddelijke Rechter heeft de Meesteres van alle zielen hier uitvoerig over uitgeweid.

10e wolk boven Gods Paradijs – misdadig gedrag

Misdadig gedrag, ook criminaliteit genoemd, is elke gedraging die door het menselijk strafrecht wordt verboden omdat zij een gevaar vormt voor de gezondheid (een veilig functioneren) van een samenleving. Het betreft gedragingen die afwijken van wat in een samenleving geldt als norm. Spiritueel beschouwd, vormen gedragingen een gevaar voor de gezondheid van een samenleving wanneer zij de stroming van de Liefde tussen schepselen belemmeren of blokkeren. Zeer veel elementen van misdadig gedrag dragen elementen van zelfzucht en bezitsdrang in zich, met andere woorden elementen die worden geïnspireerd door materialistisch denken. De Hemelse Koningin heeft er reeds op gewezen in welke hoge mate materialistisch denken de verwezenlijking van Gods Werken en Plannen tegenwerkt en vertraagt.

Criminaliteit is steeds, zonder enige uitzondering, in strijd met Gods Wet van de Ware Liefde, daar misdadig gedrag de eigen (vermeende) stoffelijke behoeften zoekt te bevredigen en steeds op één of meer wijzen schade toebrengt aan de normale ontwikkeling van het leven van medemensen. Mensen die slachtoffer worden van criminaliteit, ervaren steeds de noodzaak om de loop van hun leven op één of andere wijze en in een bepaalde mate een andere wending te geven dan deze, welke door Gods Voorzienigheid bedoeld was. Dit is bijvoorbeeld duidelijk het geval bij slachtoffers van vandalisme, diefstal, mishandeling, drugsverslaving, chantage en vele andere voorbeelden.

De aantrekkingskracht van de duisternis op zielen is zo groot omdat de duisternis de zielen steeds een gemakkelijk leven, een leven van genot, voorspiegelt. De krachten der duisternis lokken de zielen met de verleidingen van geld, bezit, macht, aanzien en ongeremde lichamelijke genietingen. De ziel die aan deze verleidingen toegeeft, belandt op de dwaalwegen van ondeugd en zonde, zoals criminaliteit. Misdadig gedrag heeft in de loop der tijden onnoemelijk veel duisternis in de Schepping kunnen brengen doordat zoveel zielen van hun leven in de eerste plaats, vaak zelfs uitsluitend, wereldse voordelen verwachten. In een wereld waarin alle zielen uitsluitend hun leven zouden leiden met het oog op een zuivere overeenstemming met Gods Wet van Liefde, zonder zich te laten verblinden door de stoffelijke verlokkingen en misleidingen uit louter wereldse invloeden, en zonder hun geweten te laten verlammen door de dwalende denkwijzen der wereld die Gods Wet naar de achtergrond verbannen, zou misdadig gedrag geen enkele kans krijgen, want in een dergelijke wereld zou Gods Wet heersen en zouden alle harten zich van nature laten inspireren tot gedragingen, gedachten, gevoelens, verlangens en bestrevingen die Gods Plannen en Werken naar hun spoedige voltooiing zouden helpen brengen.

Criminaliteit brengt niet slechts duisternis over de wereld door het duister gehalte van de handelingen zelf en door de schade die deze handelingen aanrichten, doch ook door de gevoelens van onveiligheid die zij in vele harten zaaien, waardoor Gods Tegenwoordigheid in de Schepping in hoge mate ongeloofwaardig kan worden. Een wereld waarin op grote schaal gevoelens van onveiligheid heersen omdat duistere gedragingen het dagelijks leven lijken te beheersen, roept gemakkelijk de overtuiging wakker, dat de wereld een rijk van duisternis is, en niet een Werk van God. Naarmate een dergelijke overtuiging in méér harten wortel kan schieten, des te méér kan de mensheid in de greep raken van een algemene atmosfeer die in veel zielen elke motivatie tot het goede, de volhardende en overtuigde beleving van de Liefde in alle details van het leven, zal wurgen, waardoor de vacht van duisternis boven de Schepping nog dikker wordt en de wederopstanding van het Licht voor velen onbereikbaar ver zal lijken.

Criminaliteit is een gedrag dat reeds in alle tijden is voorgekomen, omdat de mens sedert de erfzonde ononderbroken onder de invloed heeft gestaan van influisteringen vanwege de duisternis om zich met zijn hele leven in dienst te stellen van de belangen en plannen van de satan. Om deze reden ook, heeft misdadig gedrag steeds te maken met het nastreven van belangen en doelstellingen die niet in overeenstemming zijn met de belangen en doelstellingen van God. Misdadig gedrag helpt nooit de harmonie binnen het netwerk van de Schepping in stand houden of verbeteren, doch brengt steeds op uiteenlopende vlakken schade aan dit netwerk en aan de stroming van de Liefde doorheen dit netwerk toe.

11e wolk boven Gods Paradijs – de mens als heer over leven en dood

De mensenziel heeft oorspronkelijk van God de opdracht en het vermogen gekregen om Hem te vertegenwoordigen jegens alle schepselen. Zolang de erfzonde niet was bedreven, was de mensenziel ook in staat om dat vermogen intact te bewaren. Dit vermogen berustte op niets anders dan op een volkomen overeenstemming tussen de hartsgesteldheid van de volmaakt zuivere ziel met deze van God Zelf: deze van de Ware Liefde. De erfzonde heeft een breuk veroorzaakt in de overeenstemming tussen de mensenharten en Gods Hart, omdat door de erfzonde bleek dat de vrije wil van de eerste mensenzielen niet langer in volkomen harmonie was met Gods Wil.

Zolang de vrije wil van de mens volmaakt in overeenstemming was met de Wil van God, zou de mens automatisch de Schepping kunnen besturen volgens Gods bedoelingen. De enige mensenziel Wier Wil ooit levenslang onvoorwaardelijk en volmaakt in overeenstemming is geweest met Gods Wil, was de Heilige Maagd Maria.

Het gebrek aan volmaakte, totale overeenstemming tussen de vrije wil van de mensenzielen en de Wil van God maakt de mensenziel ongeschikt om heer te zijn over leven en dood, temeer daar het inzicht van de mens in Gods bedoelingen met elk detail van het netwerk van Zijn Schepping onvolkomen is. Niettemin maakt de mens zich reeds de hele geschiedenis lang op grote schaal tot heer over leven en dood. De Hemelse Koningin verwijst in dit verband niet slechts naar moord in de algemene zin van het woord, doch ook naar diverse vormen van handelingen die door vele wereldse overheden wettelijk toegelaten zijn en die reeds ernstige schade hebben toegebracht aan Gods Plannen en Werken, in het bijzonder naar abortus, euthanasie en anticonceptie.

Door abortus, euthanasie en anticonceptie worden mensen ofwel vóór Gods Tijd uit het aardse leven weggerukt, ofwel verhinderd om hun leven op aarde, dat door God was voorzien en dus een plaats had binnen Zijn Plan, te beginnen. God bepaalt op grond van Zijn onfeilbare Wijsheid de levensduur van elke mensenziel op aarde, en voorziet bepaalde zielen op welbepaalde plaatsen in het netwerk van Zijn Schepping. Geen mens kan zich voorstellen welk onevenwicht in dit netwerk kan optreden wanneer miljoenen mensen voortijdig uit dit aardse leven worden weggerukt door euthanasie, en de geboorten van miljoenen anderen worden verhinderd door abortus en anticonceptie.

12e wolk boven Gods Paradijs – heiligschennissen en ontwijdingen van H. Missen en Sacramenten

Heiligschennis moet men zich als volgt voorstellen. 'Heilig' betekent: het vermogen bezittend om Heil over de Schepping te brengen. Met dit vermogen is een bepaalde waardigheid verbonden. Wanneer deze waardigheid wordt geschonden, is sprake van heiligschennis. Het schenden van deze waardigheid gebeurt doordat een mensenziel vanuit het hart duisternis over het 'heilige' brengt, door gebruikmaking ervan of omgang ermee op een wijze die niet door God is bedoeld of die de eerbied ontbeert met dewelke iets 'heiligs' moet worden benaderd.

De Heilige Maagd wees er ooit op, hoeveel Licht wordt ontwikkeld door oprechte verheerlijking en eerbetoon. Omgekeerd is doorheen de eeuwen reeds veel duisternis opgewekt door Sacramenten op een onwaardige manier te ontvangen en Heilige Misoffers op een onwaardige manier bij te wonen. De Sacramenten zijn raakpunten tussen God en de zielen, en de Heilige Misoffers zijn gelegenheden waarbij de Verlossingswerken van de Christus worden herdacht. Het Misoffer vormt een groot tegengewicht tegen de duisternis. Mocht het Heilig Misoffer totaal van de aarde verdwijnen, dan zou de aarde spoedig onomkeerbaar tot rijk van de satan worden. Wij mogen nooit vergeten dat het Verlossingswerk van Christus de sleutel was die het slot op de toegangsdeur tot de Eeuwige Gelukzaligheid voor de mensenzielen heeft geopend. Door de gedachtenis aan het Verlossingsoffer bij te wonen, betuigt de ziel jegens God haar wil om zich in het hart één te maken met de Verlossingswerken van de God-Mens.

De gemoderniseerde Kerk hoort dit niet graag, doch in opdracht van de Koningin des Hemels moet ik blijven getuigen van de waarheid dat de Hemel verlangt dat de Heilige Communie wordt ontvangen in de enige vorm die de volheid van de genade verleent, met dewelke dit Sacrament is bekleed: rechtstreeks uit de handen van de priester op de tong, zo mogelijk geknield (en indien het lichaam knielen moeilijk maakt, geknield 'in het hart', met andere woorden in oprechte nederigheid), en met een hart in het volle besef dat men in contact is met God Zelf, en derhalve in oprechte Liefde en zuiverheid. Aangezien zuiverheid de gesteldheid is, die de maat uitdrukt, in dewelke een ziel een spiegel is van Gods eigen Hart en zij in staat is om Gods Licht door te stralen over haar hele leefwereld, zou, aldus de Moeder Gods, zelfs geen Heilige Communie mogen worden ontvangen indien de ziel niet onmiddellijk voordien een oprechte Biecht heeft gesproken. De Heilige Maagd stelt met klem dat immens veel duisternis over de Schepping is gebracht door ontelbare oneerbiedig ontvangen Heilige Communies. Bovendien zijn onmetelijke toegevingen aan de duisternis gedaan door ontelbare Heilige Misoffers die sterk afgekort zijn, door weglatingen ten opzichte van de aloude traditionele liturgie, zelfs door herformuleringen in liturgische teksten in vergelijking met de eeuwenoude oorspronkelijke teksten.

De Moeder Gods wijst er eveneens op, dat zeer veel duisternis, die door zonden is opgewekt, onvoldoende uit de Schepping is verwijderd doordat in de loop der eeuwen ontelbare Biechten niet de volle vrucht hebben gedragen die voor dit Sacrament is voorzien. Het Sacrament van de Biecht is door God bedoeld om duisternis te vervangen door Licht op grond van een oprechte verzoening van de biechtende ziel met God en de oprechte bestreving om na de Biecht de gebiechte overtredingen volhardend te vermijden. In de Advent van 2018 inspireerde de Meesteres van alle zielen Haar Tien Geboden voor een waarlijk heilige Biecht (in het menupunt Eerbetoon gepubliceerd als punt 3). In het kader van de huidige onderrichting Wolken boven Gods Paradijs wijst Zij erop, dat in zeer veel Biechten die ooit zijn gesproken, bepaalde van de in bovenvermelde Tien Geboden opgesomde voorwaarden niet zijn vervuld, waardoor de door God bedoelde omzetting van duisternis in Licht niet werd voltooid, en bovendien de betreffende zielen gedeeltelijk of volledig in hun duisternis zijn blijven vastzitten.

Veel duisternis is tevens op de Schepping blijven liggen door ontelbare Biechten die onvolledig zijn gebleven doordat veel zielen niet voldoende spirituele diepgang weten te ontwikkelen om de meest uiteenlopende 'verborgen' overtredingen tegen de Goddelijke Wet in zichzelf te herkennen. Onder 'verborgen' overtredingen verstaat de Koningin des Hemels de vele fouten, ondeugden, onvolkomenheden en nalatigheden waaraan talloze zielen zich schuldig maken doordat hun zondebesef fel verzwakt is. Dit heeft op zich reeds vele oorzaken, onder meer de atmosfeer van vele samenlevingen waarin Gods Wet in hoge mate naar de achtergrond is verwezen, alsook de immense invloed van materialistisch denken. Bovendien blijken veel zielen om diverse redenen niet in staat om zichzelf in alle openheid en oprechtheid te onderzoeken en eigen fouten te herkennen én toe te geven, en in bepaalde gevallen ook niet bereid om hun levenspatroon en gewoonten helemaal te veranderen naar een grotere harmonie met Gods Wet toe. De Heilige Maagd wijst erop, dat miljarden – niet zelden zware – zonden nooit zijn gebiecht omdat de biechteling niet besefte, geregeld niet wilde beseffen, dat het waarlijk zonden betrof. Maria wijst in dit verband in de eerste plaats naar talloze negatieve en duistere reacties en gesteldheden in de harten van mensenzielen naar medeschepselen toe, die nooit in het Sacrament van de Biecht zijn uitgesproken. Dergelijke reacties en gesteldheden maken deel uit van wolk nr. 15 in deze onderrichting.

De Moeder Gods onderstreept bovendien dat zeer veel Biechten in de loop der eeuwen slechts weinig Licht over de Schepping hebben gebracht doordat zij werden gesproken uit zelfzuchtige motieven, namelijk om zelf bevrijd te worden van schuld die de toegang tot de Eeuwige Gelukzaligheid kan belemmeren. De volheid van het Licht straalt slechts uit een gesproken Biecht in de mate waarin deze wordt gesproken met de hoofdbedoeling, de beledigde God te omarmen met de Liefde van een oprecht verlangen om Zijn Wet volmaakt na te volgen en de veroorzaakte schade aan het netwerk van de Schepping te helpen herstellen door een oprechte en eerlijke afschuw voor het feit dat men Gods Wet van de Ware Liefde niet volmaakt heeft geëerd.

In het kader van deze twaalfde wolk moet daarenboven worden gewezen op de rechtstreekse versterking van de duisternis die in de loop van de tijd is bewerkt door de viering van zwarte missen en andere rituelen ter verering van de satan. Dergelijke missen en rituelen vormen een rechtstreekse tegenpool voor de aanbidding en verheerlijking van God, en geven aan God een klaar en duidelijk signaal dat bepaalde mensenzielen, door Hem bedoeld als 'kroon op de Schepping', hun God, Schepper, Verlosser en Heiligmaker rechtstreeks verloochenen, en Zijn Liefde en Zijn Werken tot grondvesting van Zijn Rijk van Liefde en Vrede op aarde en tot voltooiing van de individuele Eeuwige Gelukzaligheid resoluut weigeren. Zielen die zich overleveren aan duivelsverering zeggen tot God op ondubbelzinnige wijze dat zij geen prijs stellen op alles wat de ellende, de chaos, het leed en de ongerechtigheid uit de wereld kan en wil verdrijven.

Aan de mensheid is de grondvesting van Gods Rijk op aarde beloofd, een Rijk van volmaakte Ware Liefde en volmaakte Vrede tussen en in alle schepselen. Deze grondvesting zal worden ingeluid door de Triomf van De Vrouw, Die in dat uur de kop van de helse slang onder Haar voeten zal verpletteren. Daar God de mens niets opdringt, verwacht Hij daartoe de overgave van zoveel mogelijk zielen aan De Vrouw in totale, levenslange toewijding. Deze totaal aan De Vrouw toegewijde zielen moeten de werken van duisternis oprecht en intens aan Haar overleveren opdat Zij deze volledig onwerkzaam moge kunnen maken als een open teken aan de satan dat zijn heerschappij over de wereld, die Gods Bouwwerk was, ten einde is. De Sacramenten als raakpunten tussen God en de zielen, en de Heilige Misoffers als open eerbetoon aan de Verlossingswerken van de Christus, de God-Mens, zijn aan de zielen gegeven als machtige wapens om de duisternis onwerkzaam te maken en de grondvesting van Gods Rijk actief te helpen voorbereiden. In de mate waarin deze wapens worden versmaad, zal de eindoverwinning van de Eeuwige Liefde worden uitgesteld. Aan ons, mensenzielen, de keuze: Willen wij een wereld van Ware Liefde en volmaakte Vrede, zowel met alle medeschepselen als binnenin onze harten, of willen wij een voortzetting van het leven in een wereld van ellende, chaos, leed en ongerechtigheid omdat niet het Licht doch de duisternis de knopjes mag bedienen?

De duisternis kan in deze wereld zeer spoedig definitief worden gebroken, doch daartoe moeten zoveel mogelijk mensenzielen aan God een ondubbelzinnig teken geven voor het feit dat zij onvoorwaardelijk kiezen voor Hem.

13e wolk boven Gods paradijs – uitroeiing van diersoorten

God heeft alle diersoorten, evenals alle planten-, bloemen- en boomsoorten geschapen opdat de mensenziel, bestemd om de kroon op de Schepping te zijn, zich moge kunnen verheugen over de buitengewone, onvoorstelbare veelzijdigheid van het paradijs dat Hij voor haar had gemaakt opdat zij op aarde zou kunnen leven in een wereld die een spiegel zou zijn van het Paradijs der Hemelen. De immense veelzijdigheid van het Aards Paradijs gaf uitdrukking aan de onvoorstelbare Liefde van de Schepper. Vele miljoenen levensvormen bewoonden de aarde. De wetenschap schat het aantal diersoorten op aarde in onze tijd op bijna 2 miljoen. Jaarlijks worden duizenden soorten 'ontdekt' die dan voor het eerst een naam krijgen. Er is echter vastgesteld dat in de loop der tijden vele duizenden diersoorten die vroeger bestonden, totaal verdwenen zijn. De Hemelse Koningin laat in dit verband op het volgende wijzen:

God had de Schepping gemaakt met een absoluut volmaakte harmonie tussen alle levensvormen. De volmaaktheid van deze harmonie werd gewaarborgd door de Wet van de Ware Liefde, die ervoor zorgde dat het Goddelijk Leven volkomen ongehinderd uit Gods Hart doorheen het hele netwerk van de Schepping kon stromen. Door de erfzonde van het eerste mensenpaar werd de vlekkeloze uitwerking van de Wet van de Ware Liefde echter geschonden en ontstond een eerste onevenwicht in de Schepping. Door de verdere zonden van de mensenzielen (de broedermoord van Kaïn op Abel enzovoort...) werd het onevenwicht steeds groter. Dit onevenwicht had nefaste effecten op de harmonie tussen alle schepselen alsook op de levenskracht in het hele netwerk. In tegenstelling tot de louter biologische visie, stelt de Heilige Maagd dat vele diersoorten van de aarde verdwenen door rechtstreekse én onrechtstreekse uitwerkingen van de groeiende onzuiverheid van de mensenzielen:

Onder rechtstreekse uitwerking verstaat Zij de rechtstreekse verzwakking van de levenskracht in vele kanalen van het netwerk van de Schepping doordat vele knooppunten in het netwerk (de mensenzielen) veel van hun vermogen verloren om de kracht van het Leven onbelemmerd te laten stromen. Onder onrechtstreekse uitwerking verstaat Zij de onevenwichten die in de natuur zijn ontstaan vanwege diezelfde invloed uit steeds onzuiverder mensenzielen, waarbij het dierenrijk in een niet peilbare mate werd getroffen en mede daardoor vele diersoorten geleidelijk zijn uitgestorven, omdat zij niet meer konden leven in een milieu dat voor hen het best geschikt was (dat door God voor hen was voorzien).

Tot de rechtstreekse uitwerkingen van de onzuiverheid behoort echter nog een heel andere gruwel: deze van de uitroeiing van vele diersoorten door rechtstreekse handelingen vanwege de mens, door grootschalige jacht op dieren, stroperij en dergelijke, gedreven door de betrachting om rijkdom te verwerven. Bekend is de jacht op neushoorns om hun hoorn, en op olifanten om hun ivoren slagtanden. De mens, bedoeld als kroon op Gods Schepping, roeit systematisch medeschepselen uit om louter materialistische redenen, met andere woorden: De Liefde wordt gedood ter wille van het geld. God had echter met elke diersoort Zijn bedoeling. Samen vormden alle vormen van leven een volmaakt systeem. Telkens wanneer een bepaalde levensvorm wordt uitgeroeid, wordt deze helemaal weggerukt uit het netwerk van de Schepping, dat een netwerk van liefdesstromen is. Door elk wezen dat wordt gedood, wordt een knooppunt in dat netwerk gedoofd. In normale, natuurlijke omstandigheden sterft elk dier, net zoals elke mens, op Gods Tijd, namelijk op een ogenblik dat precies is beschikt door Gods Wijsheid. In werkelijkheid echter, sterven zeer veel dieren geen natuurlijke dood op een door God vastgesteld tijdstip, doch worden zij door rechtstreeks ingrijpen van mensen gedood. Het doden van individuele dieren kan reeds storingen in het netwerk van de Schepping veroorzaken. Het uitroeien van hele soorten gaat nog verder: Hier is sprake van een nooit door God bedoelde ontwrichting van het hele systeem. De Goddelijke Intelligentie krijgt hier door louter materialistisch, liefdeloos ingrijpen van mensenzielen niet de kans om zich ten volle in de Schepping uit te werken, waardoor God wordt belet om de macht van Zijn volmaakte Liefde haar volle effect te laten krijgen voor de uitbouw en instandhouding van de Schepping als zichtbaar Bouwwerk van God.

De wetenschap zoekt dit alles te verklaren door natuurlijke invloeden, doch houdt hierbij geen rekening met een immense factor, die niet waarneembaar is en daarom onmogelijk kan worden berekend, doch die een onomstotelijke waarheid is: de zonde van de mensenzielen. Het is ook de zonde die verantwoordelijk is geweest voor grote klimaatschommelingen in de Schepping. De Moeder Gods stelt met klem, dat God de wereld had bedoeld als een paradijselijk systeem in volmaakt evenwicht. In dit systeem was geen enkele grote schommeling voorzien: Een systeem in volkomen evenwicht en harmonie heeft geen grote schommelingen 'nodig' in een poging om een nieuw evenwicht te vinden...

De verklaringen van de Koningin des Hemels stroken op bepaalde punten helemaal niet met de visies die gelding hebben in de biologie, de archeologie enzovoort. Ik verkondig Haar stellingen in alle objectiviteit, omdat Zij mij met klem daarom verzoekt. Ik getuig met heel mijn wezen en met heel mijn leven dat zij uitdrukking geven aan de Waarheid zoals Zij mij deze leert.

De Hemel betreurt zeer zwaar dat de mensenziel, in wie God zoveel vertrouwen had gesteld, de Ware Liefde zo verregaand heeft verloochend – en dit onverminderd blijft doen – dat zij vergankelijke stoffelijke vermeende behoeften zoals ongebreidelde jacht op winst op volslagen gevoelloze wijze voorrang kon geven boven de Ware Liefde, die God tot uitdrukking wilde brengen in de immense diversiteit van Zijn Schepping met al haar levensvormen. De mens 'rechtvaardigt' soms zijn drang om dieren te doden door te verwijzen naar de 'agressiviteit' van dieren. De Heilige Maagd wijst er met klem op, dat geen enkele diersoort oorspronkelijk agressief was: Alle levensvormen leefden in het Aards Paradijs in volmaakte harmonie onder elkaar, net zoals wordt beschreven door de profeet Jesaja met betrekking tot het Messiaans Tijdperk, de toestand die zal komen wanneer Gods Rijk definitief op aarde zal zijn gegrondvest. De Hemel wil de Schepping terugvoeren naar de toestand van het Aards Paradijs: een leven van volmaakte harmonie tussen alle levensvormen op grond van een vlekkeloze beleving van de Wet van de Ware Liefde. Deze Wet werd zwaar geschonden door de erfzonde, en alle levensvormen zijn daarvan slachtoffer geworden.

De Moeder Gods benadrukt dat de mensenziel verantwoordelijk is voor alle ontsporingen in de Schepping. Hoe moeten wij ons dit voorstellen? God heeft Zijn Schepping gemaakt als een netwerk waarin alle levende wezens de knooppunten zijn, en alle relaties tussen de diverse levende wezens de verbindingskanalen en -kanaaltjes tussen de knooppunten. Alles is met alles verbonden, daarom heeft alles een invloed op al het andere. De grootste knooppunten in het netwerk zijn de mensenzielen. God stuurt ononderbroken Zijn stromen van Liefde (die dragers zijn van het Leven) doorheen het hele netwerk, en stuurt deze in de eerste plaats doorheen de grote knooppunten, de mensenzielen, om van daar uit naar de andere, kleinere knooppunten (onder meer de dieren) te worden verdeeld. Dit schept voor de mensenzielen een zeer grote verantwoordelijkheid, want zij vormen als het ware de eerste filters in het netwerk. De reden waarom de mensenzielen de knooppunten zijn die de eerste en grootste stromen van het Leven ontvangen, ligt in het feit dat de mensenzielen de enige rechtstreekse acteurs zijn in de ontwikkelingen van Gods Heilsplan. Al het niet-menselijk levende vormt de onrechtstreekse acteurs: Zij spelen hun rol binnen Gods Heilsplan in de eerste plaats via de wijze waarop mensenzielen met hen omgaan. Precies hierdoor zijn alle schepselen zo belangrijk binnen de Schepping: Hun tegenwoordigheid speelt een rol in de miljarden malen waarbij alle mensen ter wereld dagelijks met hun niet-menselijke medeschepselen omgaan en op hun tegenwoordigheid en/of gedrag reageren. Deze omgang en reacties gebeuren tegen de achtergrond van uiteenlopende hartsgesteldheden, die de zuiverheid van de diverse mensenzielen in Gods ogen bepalen.

In de mate waarin deze eerste filters (de mensenzielen) zeer ontvankelijk en zuiver zijn en vlekkeloos functioneren, stroomt de Liefde van God in onveranderde stromen verder door naar de kleinere knooppunten. Hoe meer grote knooppunten (mensenzielen) 'verstopt' (verduisterd) zijn, des te meer krijgen de kleinere knooppunten (in de eerste plaats het dierenrijk, en ook de overige elementen van de natuur) te lijden onder verstoorde toevoer van het Leven. Op deze wijze moeten wij het ons voorstellen wanneer de Hemelse Koningin zegt dat de zonde van de mensenzielen verantwoordelijk is voor alle verstoringen in de hele Schepping: ontwrichtingen in de natuur, zelfs in het klimaat. Soms hoort men de uitspraak dat 'de elementen (de natuur) zich tegen de mens keren'. Deze uitspraak kan heel goed worden begrepen tegen de achtergrond van de verklaringen van de Heilige Maagd: De onvoorstelbaar grote overmaat aan overtredingen vanwege de mensenzielen tegen Gods Wet van de Ware Liefde veroorzaakt zware schokken in het netwerk van de Schepping, waardoor onder meer zware atmosferische ontregelingen en natuurrampen ontstaan. De Hemelse Koningin wees er reeds overvloedig op, dat dit alles lang niet in de eerste plaats uitwerkingen zijn van fysische wetten, doch van spirituele wetten.

Zolang de Liefde normaal doorheen de Schepping zou stromen, zou alles precies functioneren volgens Gods oorspronkelijke bedoelingen: Een vlekkeloze stroming van de Ware Liefde in alle mensenzielen zou resulteren in een vlekkeloze doorstroming van de ware levenskracht naar alle andere knooppunten in het netwerk van de Schepping. Alle dieren en alle andere natuurelementen zouden de volheid van de levenskracht uit Gods Hart (de kracht van de Ware Liefde) in zich kunnen opnemen, met als gevolg dat alle levende wezens in volmaakte harmonie onder elkaar zouden leven. Vlekkeloze doorstroming van de Liefde, betekent volmaakt vrij-zijn van zonde, en daardoor geen agressie, geen gevoelens van onenigheid, geen haat, geen vechtlust, geen neiging om aan te vallen of te doden. Reeds in het boek De Beekjes van het Heil inspireerde de Meesteres van alle zielen de stelling dat de agressie in het dierenrijk is gekomen door de erfzonde en de daaropvolgende zonden van de mensenzielen.

Het is uitermate beschamend dat vele mensenzielen (door God uitgerust met het vermogen om de gesteldheden van Zijn eigen Hart, dus de volmaakte zelfverloochenende Liefde, te weerspiegelen!) de dieren, voor dewelke zij een zo grote verantwoordelijkheid dragen, veeleer beschouwen als voorwerpen en/of als mogelijke handelswaar dan als levende wezens die door God zijn bekleed met gevoelens, met een soorteigen intelligentie, met een reeks hoedanigheden en eigenschappen die eveneens het stempel van hun Maker (God) in zich dragen, en vooral wezens die door God zijn gemaakt uit Liefde en met de bedoeling om een specifieke individuele rol te spelen binnen de spirituele vervolmaking van de mensenzielen. Elk individueel dier vormt een knooppunt binnen het netwerk van de Schepping, en is als dusdanig een belichaming van elementen van Gods Liefde. Een mensenziel die dieren doodt, wordt door God hierover geoordeeld op grond van de gesteldheid van hart en de bedoelingen waarmee zij dit doet. Volgens de Heilige Maagd oordeelt God dagelijks veel van deze gevallen als een overtreding tegen de Liefde, en derhalve als niets minder dan een zonde. De mens houdt daar gewoonlijk geen rekening mee, en precies hierdoor zal het slechts uiterst zelden worden gebiecht, en worden alleen reeds binnen deze context dagelijks ontelbare wolken van duistere gesteldheden uit mensenharten in het netwerk van de Schepping geïnjecteerd.

De erfzonde was de eerste grove schending van Gods Wet van de Liefde. Elke verdere zonde bouwde hierop voort. Dieren kunnen niet zondigen, alleen de mensenziel zondigt. De zonde staat in zeer nauw verband met elke afwijking van de Liefde. Waar de zonde wortel schiet, ontstaan zelfzucht, concurrentiedrang, agressie, tot en met doding. Ware Liefde is Leven, de zonde brengt de dood en neemt ook de remming weg om te doden. Wie waarlijk liefheeft, doodt niet. Dat dieren agressief kunnen zijn, is de schuld van de zonde van de mensenzielen, want God heeft geen enkel dier agressief gemaakt. Dat de mens ertoe in staat is geweest om veel diersoorten volledig uit te roeien en daardoor zoveel Werken van Liefde van zijn Schepper totaal te versmaden en Zijn Scheppingswerk in een zo verregaande mate te ontwrichten, is één van de grootste blamages die de mens zijn Schepper ooit kon aandoen, en tevens één van de minst algemeen bekende en aanvaarde. Het heeft onnoemelijk zware duisternis over de Schepping gebracht.

14e wolk boven Gods paradijs – elke verontreiniging en ontwrichting van ecosystemen

Een ecosysteem is het geheel van alle planten en dieren die in een bepaald gebied samenleven, met alle complexe relaties tussen hen en hun omgeving. God heeft binnen Zijn Schepping eigenlijk vele afzonderlijke ecosystemen voorzien, afhankelijk van alle natuurlijke en klimatologische omstandigheden, die sterk kunnen variëren. In een Schepping waarin alles onderling volledig en vlekkeloos functioneert in volkomen overeenstemming met Gods Wet en Zijn Intelligentie, zou elk ecosysteem een volmaakt harmonisch geheel vormen, binnen hetwelk alle relaties zouden worden ingevuld in volmaakte overeenstemming met de Wet van de Liefde. Alle leven en dood zou uitsluitend worden bestuurd door de Goddelijke Wet en Zijn Voorzienigheid. Er is echter een immense stoorfactor: Uitgerekend de mensenziel, die door God was voorzien als de kroon op de Schepping en die door een vlekkeloos heilige ingesteldheid een spiegel van Gods Hart had kunnen vormen, bracht door de erfzonde een breuk in de doorstroming van het Goddelijk Leven doorheen de Schepping.

Een ecosysteem is oorspronkelijk, zoals het door God is voorzien, een systeem waarin alle onderdelen volmaakt op elkaar zijn afgestemd en tot hetwelk elk onderdeel op de meest zinvolle wijze zijn eigen specifieke bijdragen levert, omdat de Intelligentie van Gods Groei- en Bloeiwetten zich in alle onderdelen zowel als in hun onderlinge relaties volkomen kan uitwerken. Zoals reeds eerder aangetoond (zie wolk nr. 13), bracht de erfzonde van de eerste mensenzielen de eerste ontsporingen in de natuur. Verdere ontsporingen kwamen door de verdere zonden van de mensenzielen. De mens vormt ook via andere wegen een grote bedreiging voor de diverse ecosystemen:

De materialistische visie op de wereld en het leven heeft in een snelle opeenvolging van technologische en wetenschappelijke ontdekkingen en ontwikkelingen even zoveel aansporingen gevonden om hele samenlevingen te industrialiseren. De industrie bracht snel vervuiling met zich mee, uitputting van gronden en grondstoffen, vervanging van groene zones door verkeerswegen en bebouwing, en door dit alles verregaande ontwrichtingen van vele ecosystemen in de wereld. Dieren worden uit hun natuurlijke woongebieden verdreven door ontbossing en door geluidshinder, planten en bomen moeten plaats maken voor industriële ontginningen, enzovoort. De gevolgen hiervan kan men zich het beste voorstellen wanneer men beseft dat elk ecosysteem is opgebouwd zoals een netwerk van duizenden, vaak miljoenen knooppunten met miljoenen onderlinge verbindingen. Wanneer een dergelijk ecosysteem ten dele wordt onderbroken of beschadigd door industriële ontginningen of door ontbossing, worden vele van de knooppunten uit het systeem weggerukt en vele onderlinge verbindingen brutaal verbroken. De Goddelijke Intelligentie kan zich niet meer volgens Gods Voorzienigheid uitwerken, en het systeem wordt ontwricht, verziekt, verzwakt, en kan uiteindelijk worden bedreigd met de dood. Dit is wat wij in deze wereld op grote schaal zien gebeuren: Bepaalde gebieden zijn ware woestenijen, met bodems die totaal verziekt zijn en nauwelijks leven mogelijk maken. Zo heeft God geen enkel gebied bedoeld. God is Leven, en schept niets dan Leven in zijn volheid. Een woestenij met verziekte bodem is een verschijningsvorm van de dood.

Nog maar slechts een paar eeuwen geleden bedroeg de oppervlakte aan louter begroeiing in de wereld (oerwouden en andere natuurgebieden) een veelvoud van de totale groene oppervlakte in onze tijd. Bovendien heeft de industrialisatie zeer veel vervuiling in gronden, water en lucht gebracht, waardoor vrijwel alle ecosystemen van onze aarde massaal worden bedreigd door vele onbedoelde chemische reacties, met als gevolg nog méér ontwrichting. Bepaalde bronnen van deze ontwrichtingen zijn sluipend en nauwelijks controleerbaar, bijvoorbeeld radioactiviteit.

De Moeder Gods laat wijzen op een speciaal bijkomend gevolg van de ontwrichting van vrijwel alle ecosystemen der aarde: God heeft in Zijn Schepping vele duizenden planten, bloemen en bomen voorzien die op grond van hun specifieke soorteigen stofwisseling stoffen kunnen aanmaken die geneeskracht bezitten ter verzachting en heling van menselijk en dierlijk leed. Om deze geneeskrachten in zich te kunnen ontwikkelen, moeten deze planten, bloemen en bomen kunnen groeien in bodems, aan wateren en omgeven door een luchtgesteldheid, die alle in voldoende mate in harmonie moeten verkeren met Gods Groei- en Bloeiwetten. Ontwrichte en verontreinigde ecosystemen maken de vervulling van deze voorwaarden steeds moeilijker. Dit heeft tot gevolg dat ook in dit opzicht reusachtige geschenken van Goddelijke Liefde door de mensenziel worden vernietigd. Deze vernietiging wordt nog verder bekrachtigd door rechtstreeks menselijk ingrijpen vanuit economische en politieke regimes die het gebruik en de bescherming van louter natuurlijke geneesmiddelen en van de 'grondstoffen' ervoor op uiteenlopende wijzen beïnvloeden en manipuleren. Ook op dit vlak wordt immens veel duisternis over de Schepping gebracht, in het bijzonder de jongste paar eeuwen.

In de grootschalige verontreiniging van land, water en lucht en de ontwrichting van vele ecosystemen heeft de mens aan God te kennen gegeven dat het vergankelijk geldgewin voor de bevrediging van zijn wereldse (vermeende) behoeften hem belangrijker is dan de Goddelijke Liefde. De schoonheid van een vlekkeloos functionerend ecosysteem brengt geen geldgewin en lijkt oninteressant voor zielen die in hun hart de diepe voeling met God lijken te hebben verloren. Wie in de natuur zijn hart opent voor Gods Tegenwoordigheid, kan deze ook leren voelen, in de vorm van een verrukking die kan worden tot een ervaring die hem de ware rijkdom van het leven kan tonen. Integendeel echter, heeft de mens de Schepping door de eeuwen heen steeds verder ontwricht en van talloze schoonheden beroofd, en heeft hij – bedoeld als kroon op de Schepping! – zich tot grootste vijand van de Schepping gemaakt, en daardoor tot vijand van het meest omvattend Werk van de God van de Eeuwige Liefde.

De mensenziel die een bedreiging vormt voor Gods Werken van Liefde, en die door dieren wordt geschuwd alsof zij niet God tegenwoordig stelt, doch de duisternis vertegenwoordigt: Net zoals datgene wat de mensenziel het dierenrijk heeft aangedaan, vormt ook dit één van de grootste blamages die de mens zijn Schepper ooit heeft aangedaan. De mens heeft de wereld oneindig ver laten afdrijven van het beeld dat God met Zijn Schepping had beoogd, en heeft ervoor gezorgd dat de Schepping niet meer wordt geregeerd door de Wet van de Ware Liefde doch door de wetten van wereldse belangen en vergankelijke behoeften, dit alles ten koste van het dierenrijk en de ecosystemen, waarin God Zijn Liefde in een unieke veelzijdigheid heeft uitgewerkt.

15e wolk boven Gods paradijs – negatieve en duistere reacties

De vijftiende wolk is wellicht diegene, die het meest verborgen blijft, doch is absoluut niet deze met de geringste impact voor de hele Schepping. Onschatbaar groot is de duisternis die in de loop van de geschiedenis van de mensheid door mensenzielen over de Schepping is gebracht door allerlei reacties ten aanzien van gebeurtenissen, situaties, omstandigheden, ontwikkelingen en medemensen – of in het algemeen: medeschepselen – door dewelke zij schade, leed of nadeel hebben ervaren of menen te hebben ervaren. Deze reacties omvatten in de eerste plaats haat, jaloersheid, wraakzucht, wrok, verwensingen, vervloekingen, gebrek aan vergeving, weigering tot verzoening, en algemene innerlijke onvrede die het hele zielenleven heeft verduisterd.

Talloze zielen leven in gesteldheden van onvrede, die in uiteenlopende vormen tot uiting kan komen. Deze onvrede vindt in hoge mate haar oorsprong in de ervaring van een grote kloof tussen datgene wat God van de ziel verwacht enerzijds, en de eigen verwachtingen en voorstellingen van de ziel zelf anderzijds. Deze kloof heeft in de loop der tijden in miljarden zielen geleefd, doordat hun hart en hun streefdoelen onvoldoende op God en Zijn Werken en Plannen, doch integendeel hoofdzakelijk op wereldse belangen georiënteerd waren/zijn. Het geweten van de ziel waarschuwt de ziel over het bestaan en de instandhouding van dit gebrek aan overeenstemming tussen datgene wat de ziel van haar leven verwacht en datgene wat God ervan verwacht. Het geweten is het regelmechanisme dat de ziel ononderbroken in overeenstemming met Gods Wet en Zijn verwachtingen tracht te houden, en dat de ziel voortdurend zoekt te herinneren aan haar levensopdracht, haar ware roeping, de reden waarvoor zij werkelijk in de wereld is.

Bij ontelbare zielen in de loop der eeuwen heeft het eigen geweten voortdurend in staat van alarm geleefd. Deze staat van alarm wordt door de ziel ervaren als innerlijke onrust, die zeer vaak aanleiding geeft tot gevoelens van onvrede. Deze onvrede wordt heel vaak uitgewerkt op de medeschepselen: De ontevreden ziel neigt ertoe, haar medeschepselen slecht te behandelen of negatieve gevoelens jegens hen te koesteren, omdat zij zich vaak door God bedrogen en bij haar medeschepselen achteruit gesteld voelt. Zij grijpt allerlei tekenen in haar contacten met medeschepselen aan om ervan uit te gaan dat deze medeschepselen een Geluk kennen dat haarzelf door God niet is vergund. Doordat haar hart onvoldoende op God is gericht, vertaalt dit zich spoedig in jaloersheid en vervolgens in de neiging om dit 'onrecht' te compenseren door allerlei gevoelens en reacties die tegen het welzijn van medeschepselen zijn gericht. Het feit dat het welzijn of vermeend welzijn van medeschepselen een ziel prikkelt, wijst reeds op een zelfzuchtige ingesteldheid, een diepgewortelde neiging van de ziel om al datgene dat zij als goed of aangenaam beschouwt, voor zichzelf op te eisen en zelfs van God te eisen dat Hij dit uitsluitend voor haar voorbehoudt. Om deze redenen gaat het hier ten volle om gevoelens en reacties die duisternis in het netwerk van de Schepping injecteren. De Heilige Maagd wijst er met grote nadruk op, dat dit, over de hele wereld beschouwd, dagelijks vele miljoenen malen gebeurt.

De mensenziel is door God geschapen om een leven te leiden naar Zijn beeld en gelijkenis. Concreet betekent dit, dat de mensenziel wordt geacht, een ware, zelfverloochenende Liefde te beleven in alle details van haar leven, jegens al haar medeschepselen en jegens God en al Zijn Werken. De mensenziel is tevens geschapen met een vermogen om haar vrije wil volmaakt één te maken met de Wil van God. Dit betekent automatisch een spontane, actieve, bewuste, liefdevolle, onvoorwaardelijke en volhardende aanvaarding van alle gebeurtenissen, situaties, omstandigheden en ontwikkelingen van het leven, en van alle kenmerken van medeschepselen. Dit betekent dat alles, en elk medeschepsel, wordt beschouwd en onvoorwaardelijk wordt aanvaard als een Werk van Gods Voorzienigheid. Het betekent tevens dat de ziel onvoorwaardelijk aanvaardt dat elk schepsel datgene heeft en krijgt wat God nodig acht opdat dit schepsel zijn levensopdracht zo volkomen mogelijk in overeenstemming met de noden van Zijn Heilsplan moge kunnen volbrengen.

Een ziel die onvoorwaardelijk vanuit deze ingesteldheid leeft, voelt zich ook nooit bij een medeschepsel achteruit gesteld, en geeft nooit God noch enig medeschepsel de schuld voor verschillen die zij merkt tussen haar medeschepselen en zichzelf. Een ziel die helemaal is georiënteerd op de noden van God in plaats van op de bevrediging van de eigen noden en vermeende noden, zal veel minder gemakkelijk vallen voor de bekoring van het zich-tekort-gedaan-voelen, en derhalve veel minder gemakkelijk duistere reacties jegens haar medeschepselen toelaten. Deze ziel leeft namelijk niet in de eerste plaats voor zichzelf, doch als werktuig voor de verwezenlijking van Gods Werken en Plannen. Omdat zij er bovendien van overtuigd is dat Gods Wijsheid onfeilbaar is, en Zijn Liefde voor alle schepselen ondeelbaar en volmaakt, voelt zij met zekerheid dat alles goed is en Gods Plannen dient in de mate waarin zij vanuit haar hart met God meewerkt.

Een ziel die op haar leefwereld reageert op een wijze die ook slechts in het geringste afwijkt van de Wet van de Ware Liefde, overtreedt Gods Wet en herhaalt in zekere zin de gesteldheid van de opstandige engelen onder Lucifer, die in verzet kwamen tegen een Goddelijke Beschikking. Gesteldheden zoals jaloersheid, wrok, wraakzucht, en innerlijke onvrede in al zijn vormen, ontspruiten in wezen aan een gebrek aan aanvaarding van Gods verwachtingen ten aanzien van het eigen leven, en dus aan opstand tegen Gods Wet.

In de loop der eeuwen hebben miljarden negatieve reacties uit mensenharten zware duistere wolken over de Schepping doen opgaan. Zeer vele van die gesteldheden zijn nooit door de betreffende zielen herkend als zondig. Zondig zijn deze gesteldheden omdat zij dragers zijn van zaad waaruit vele soorten onkruid van ondeugden en allerlei overtredingen tegen Gods Beschikkingen opschiet. Talloze zielentuinen in de loop der tijden zijn overwoekerd geweest door onkruid, dat niet als zondig werd herkend omdat het voor oppervlakkig kijkende ogen toch bloemen vertoonde. Deze bloemen die op de kopjes van de onkruidplantjes verschijnen, zijn niets anders dan de uitingen van zelfmisleiding, zelfbedrog, en daardoor ook vaak misleiding en bedrog van medemensen. Zelfmisleiding wordt slechts zelden herkend als bron van duisternis.

Ontelbaar zijn de zielen die zich in de loop der tijden in een zodanige mate aan duistere gesteldheden hebben overgegeven dat zij in onschatbaar veel omstandigheden en contacten met medeschepselen bruggen van duisternis zijn geweest. De vijftiende wolk boven Gods Paradijs is zonder twijfel één van deze, welke het minst als duistere wolk worden herkend. Dit heeft ook in hoge mate te maken met het feit dat negatieve en duistere gesteldheden en negatieve en duistere reacties in het hart in zeer veel gevallen niet slechts voor de betreffende ziel verborgen (niet herkend) blijven, doch zich bovendien niet eens jegens hun medeschepselen zichtbaar voltrekken. De Hemelse Meesteres laat wijzen op een voorbeeld dat in het moderne christendom nauwelijks nog gekend is, en door zeer velen niet eens ernstig wordt genomen: vervloeking.

De Hemelse Koningin definieert vervloeking als het effect van duistere gesteldheden van hart, waardoor een mensenziel een medeschepsel, voorwerp, gebeurtenis of situatie duisternis toewenst en intens verlangt dat dit medeschepsel, voorwerp, deze gebeurtenis of situatie aan de invloedssfeer van de duisternis zou worden overgeleverd, dit alles met de bedoeling en de wens dat het vervloekte ten prooi moge vallen aan tegenslag, leed, schade, verwoesting en/of dood. In wezen wenst een vervloekende ziel datgene of diegene die zij vervloekt, de duivel toe, met andere woorden zij verlangt waarlijk dat het leven van het medeschepsel dat zij vervloekt, in alle aspecten door de duisternis moge worden beheerst. De vervloekende ziel maakt zichzelf derhalve rechtstreeks tot brug over dewelke de satan via de kortste weg naar het vervloekte toe kan gaan. Wanneer wij er rekening mee houden dat de duisternis slechts één enkele doelstelling heeft, namelijk beschadiging met zo mogelijk verwoesting en dood tot gevolg, beseft men dat vervloeking niets minder is dan een poging tot moord vanuit het verborgene van het hart. Deze misdaad ontsnapt aan de vaststellingen door het menselijk strafrecht, doch is – aldus een formele verklaring van de Koningin des Hemels – voor Gods Wet niets minder dan een doodzonde, omdat de vervloekende ziel diep in haar hart wenst dat het voorwerp van haar vervloeking moge worden uitgeschakeld en/of onder de onbeperkte machtssfeer van de duisternis moge worden gebracht, respectievelijk van Gods bescherming, Licht en Liefde moge worden afgesneden, waardoor het automatisch zal worden bedreigd met leed, verwoesting en dood.

Vervloeking geldt daarom voor God als één van de zwaarste aanvallen tegen Gods Werken, omdat deze zonde haar oorsprong vindt in onvrede (dus verzet tegen Gods Beschikkingen), die overvloeit in het verlangen dat het lot van het vervloekte voluit in de handen van de duisternis moge worden gelegd, en ten volle is gericht op de uitschakeling van het vervloekte. Dit alles gebeurt bovendien op basis van volkomen misleiding, want de vervloeker geeft in het verborgene van zijn hart ongeremd toe aan reacties van dewelke hij weet dat zij, indien zij zich openlijk mochten uitwerken, aanleiding zouden geven tot strafrechtelijke vervolging. God echter, Die een volmaakt röntgenapparaat is dat dwars door alles heen kan kijken, registreert boosaardige hartsgesteldheden als even duister als misdaden die wél door het menselijk gerecht kunnen worden achterhaald. Wat méér is: Zware duistere gesteldheden die in het verborgene van het hart in stand worden gehouden, worden door God bovendien nog geoordeeld als bewuste misleiding, zowel jegens het medeschepsel als jegens God Zelf.

Slotbeschouwing

De Koningin des Hemels wees er reeds bij herhaling op, dat alle duisternis die door de mensheid in de loop der tijden is voortgebracht, nu nog in haar effecten kan worden gecompenseerd door oprechte toewijding ervan aan Haar. Het geheel van de in deze onderrichting door de Moeder Gods geïnspireerde vijftien wolken boven Gods paradijs heeft de grote tegenstander van Gods Werken en Plannen, de satan, talloze overwinningen vergund. Deze overwinningen kunnen nu nog worden omgevormd in schijnoverwinningen wanneer zoveel mogelijk mensenzielen vanuit het diepste van hun hart deze duisternis in handen van de Heilige Maagd Maria leggen, Die dit alles nu nog kan bekleden met de onbegrensde herscheppende macht van Haar volmaakte Liefde. Deze toewijding maakt deel uit van de alomvattende levensopdracht van elke ziel die zich oprecht aan Maria toewijdt en daardoor bewust, actief en vrijwillig soldaat wordt in de nooit ophoudende strijd van het Licht tegen de duisternis. Een dergelijke toewijding kan gebeuren op basis van, bijvoorbeeld, gebed nr. 1471 (Stormgebed tot eerherstel voor de zwaarste duisternis uit de geschiedenis van de mensheid), doch moet vooral worden beleefd in alle details van het dagelijks leven, door een oprechte, alles beheersende betrachting dat Gods Wet van de Ware Liefde in alles moge heersen en overwinnen.

De waarlijk aan Maria toegewijde ziel is een ziel die zich vrijwillig, onvoorwaardelijk en volhardend inschakelt in de strijd tegen de duisternis, doch die deze strijd niet voert, doch beleeft. Dit wil zeggen: Deze ziel leeft spontaan vanuit een hart dat volkomen en in alle details van het leven is georiënteerd op de vervulling van Gods Plannen met de hele Schepping (de voltooiing van het Heilsplan, dat uiteindelijk niets anders beoogt dan de grondvesting van Gods Rijk op aarde). Zij leeft daardoor spontaan in elk opzicht zodanig, dat zij een zo vlekkeloos mogelijk functionerend kanaal is, doorheen hetwelk Gods Licht en Liefde naar al haar medeschepselen toe kan stromen. Deze ziel leeft dus ten volle voor de zelfverloochenende Liefde, zij is een levende verheerlijking aan Gods Liefde, en schuwt spontaan alles wat de duisternis tot voedsel zou kunnen dienen voor haar werken van chaos, leed en verwoesting. De ziel die zo leeft, draagt niet bij tot de verdichting van de wolken van duisternis die de Schepping beklemmen, zij stelt alles in het werk om integendeel een zo vlekkeloos mogelijke spiegel te zijn, die Gods Licht weerspiegelt over haar hele leefwereld. Deze betrachting drukt niet slechts de levensopdracht van de aan Maria toegewijde ziel uit, zij behoort te worden herkend en beoefend als een elementaire opdracht van christen-zijn. Er is geen andere weg die leidt naar het Hart van de Christus, de Verlosser van de mensheid uit de effecten der duisternis.

Myriam, Vastentijd 2019