TOTUS TUUS, MARIA!

STORMSCHRIFTEN
teksten 1-50

Getuigenissen van Gods Eeuwige Waarheid

Een reeks korte geschriften, geschreven in opdracht en
op ingeving van de Heilige Maagd Maria met als doel,
het Vuur van de Heilige Geest in de zielen aan te
wakkeren tot voorbereiding van het
Rijk van Jezus Christus op aarde

Myriam van Nazareth

Opgedragen aan MARIA, de Gouden Stem uit het Paradijs

Inhoudsopgave

1. De Zon achter de wolken. God, het onbekende Licht in Uw leven
2. Vergeef ons onze schulden... Over de heiligende macht van vergeving
3. Verzoen U, want U behoort het Rijk der Hemelen
4. Ik zal met U zijn tot het einde der Tijden
5. En het Woord is Vlees geworden...
6. Bloemen voor de Bloem des Hemels
7. Bekeer U, want het Rijk Gods is nabij
8. Wees waakzaam
9. Lijden als sleutel tot de Poort des Hemels
10. En het Licht schijnt in de duisternis
11. Talenten, Genaden en de levensweg
12. Laat de doden hun doden begraven
13. Mijn God, Mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten?
14. De nauwe Poort
15. De poorten der hel zullen haar niet overweldigen
16. Vandaag nog zult gij met Mij in het Paradijs zijn
17. Als ze Mij vervolgd hebben, zullen ze ook U vervolgen
18. Zalig de ogen die zien wat gij ziet
19. Ziedaar de Mens
20. Vijandschap sticht ik tussen u en de Vrouw
21. Als een Lelie tussen de distels
22. Het Koninkrijk Gods bestaat niet in woorden, maar in kracht
23. Haar schoonheid wekt de Liefde van de Koning
24. Weinig minder dan een engel hebt Gij hem gemaakt
25. Hij moest dit alles lijden om in Zijn Glorie binnen te gaan
26. Niet mijn wil geschiede, maar de Uwe
27. Geen groter Liefde kan iemand hebben...
28. Gij wilt niet de dood van de zondaar, maar zijn bekering
29. Wie de hand aan de ploeg slaat...
30. Gij zult de Heer Uw God aanbidden
31. Vader, mogen allen één zijn
32. Als de graankorrel niet in de aarde valt...
33. Verzamel U schatten in de Hemel
34. Al wat gij voor één dezer geringsten hebt gedaan...
35. De slang heeft mij verleid
36. Gij hebt maar één Leraar: de Christus
37. Bidt dat gij niet op de bekoring ingaat
38. Vrede zij met U
39. Zozeer heeft God de mens liefgehad
40. Gij zult grotere dingen zien dan deze
41. Als zij zwijgen, zullen de stenen roepen
42. Laat uw hart niet verontrust worden
43. Jezus van Nazareth, wat hebt Gij met ons te maken
44. Wie Mijn leerling wil zijn...
45. Als gij niet wordt zoals de kinderen...
46. Vraagt en gij zult verkrijgen
47. Wat is de mens dat Gij naar hem omziet
48. Ga, en zondig voortaan niet meer
49. Eerder nog zullen Hemel en aarde vergaan...
50. Gij zijt het zout der aarde


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

De STORMSCHRIFTEN vormen een reeks van korte onderrichtingen, geschreven door Myriam van Nazareth in opdracht en op ingeving van de Heilige Maagd Maria, met de bedoeling, het Vuur van de Heilige Geest in de zielen aan te wakkeren tot voorbereiding van het Rijk van Jezus Christus op aarde.

STORMSCHRIFTEN - deel 1

DE ZON ACHTER DE WOLKEN

God, het onbekende Licht in Uw leven

Myriam van Nazareth

Het gaat slecht met de wereld. Daarom verliezen meer en meer mensen hun geloof en vertrouwen in God. Bestaat God wel? Als er een God is, waarom laat deze dan al dat slechte toe?

Nochtans is God almachtig en bestaat Hij uit niets dan Liefde. Op het eerste zicht schijnt dit niet zo te zijn, omdat wie almachtig en één en al Liefde is, alles wat slecht is, zou moeten kunnen veranderen, wat blijkbaar niet gebeurt, want wij zien de wereld in een vreselijk tempo steeds verder achteruit gaan.

De reden hiervoor is echter, dat God de mens een vrije wil gegeven heeft, en dat Hij deze respecteert. Dus wanneer de mens het slechte verkiest, speelt hij de duivel in de kaart en gebeurt het slechte (God grijpt dan NIET in).

Zodra U Uw hart opent voor God, kan Hij wel met alle macht ingrijpen.

Uw hart openen, kunt U vooral door gebed. De ideale weg is gebed tot de Heilige Maagd Maria, Uw Hemelse Moeder. Het is Maria Die door God uitverkoren is om de wereld definitief van het kwaad te zuiveren. Maria’s macht kent absoluut geen grenzen, omdat God al Haar wensen en voorspraken inwilligt. Zij heeft al Zijn Goddelijke eigenschappen ontvangen, en op grond van Haar volmaakte heiligheid en de verdiensten van Haar volkomen zondeloos leven heeft Zij een oneindige macht op het Hart van God ontvangen, zodat Zij onbeperkte genaden over de mensen kan uitstorten. Daarom wordt Maria de Middelares van alle Genaden genoemd.

Maar God stelt één voorwaarde: De mens moet om Gods tussenkomst vragen: (gebed).

Er is dus zeker een manier om de wereld te verbeteren, met Gods hulp: Laten wij ons hart en ons hele wezen aan Maria toewijden en Haar dagelijks beloven dat wij voor en met Haar willen strijden tegen het kwaad, door zelf een voorbeeld van zuiverheid te worden, en door gebed.

Het is niet gemakkelijk, te geloven in een God Die onzichtbaar is. Waarom is dit zo moeilijk? Omdat de moderne mens niet meer kan vertrouwen in een werkelijkheid die hij niet met zijn ogen kan zien of niet met zijn oren kan horen. Wij hebben het verleerd om te leven vanuit ons hart, de plaats waar God spreekt en Zijn Aanwezigheid laat voelen en zien zodra wij erin slagen om een stille Vrede in ons binnenste tot stand te brengen en te bewaren ondanks alles wat ons overkomt en wat wij aan verontrustende dingen om ons heen ervaren.

Vele christenen komen er nog wel toe, in de geloofsbelijdenis de woorden uit te spreken "Ik geloof in God, de almachtige Vader...", maar het zijn soms eerder holle woorden. Van hen die wel degelijk geloven dat God bestaat, zijn er velen die lijken aan te nemen dat daarmee alles is gezegd: God bestaat, maar doet Hij ook nog iets?

God doet weinig dingen rechtstreeks. Hij werkt graag via mensen. Waarom? Omdat de Liefde de brandstof van al Zijn Werken is. God schept er meer behagen in wanneer Zijn goede dingen via mensenhanden tot stand worden gebracht. Deze daden zijn in feite Gods werk, doch doordat Hij ze aan mensen inspireert, bevordert Hij de Liefde (Zijn eigen brandstof) tussen de mensen. Zo wil Hij bekomen dat de hele Schepping de Liefde ervaart en doorgeeft, tot alles doordrongen is van Zijn eigen adem en klaar wordt voor de vestiging van Zijn Rijk van Liefde op aarde.

Gods werking wordt dus slechts zichtbaar via mensen. Zoals Jezus zegt: "Ik ben de Wijnstok, gij zijt de ranken. Wie in Mij blijft terwijl Ik blijf in hem, die draagt veel vrucht", zo geldt eveneens het volgende:

Wat in de wijnstok omgaat, wordt pas duidelijk via de druiven die men eraan ziet rijpen. Welnu, de verworvenheden van mensen brengen in feite aan het licht wat God in hen tot stand heeft gebracht. Indien God de ziel niet voedt met Zijn Genaden, kan de ziel niet rijpen, en kan zij niet op haar beurt andere zielen voeden.

God bestaat wel degelijk. Wie anders heeft de wereld gemaakt? Leer U te verwonderen over de talloze dingen om U heen, en laat U in verrukking brengen door de geniale intelligentie en de onnavolgbare schoonheid van alles, en de onmetelijke Wijsheid die de miljoenen elementen van de Schepping onderling bestuurt.

God werkt wel degelijk. Niets is Uw eigen verdienste. De dingen die U volbrengt, kunt U louter en alleen omdat U door God geschapen bent, van Hem bepaalde vaardigheden en verstand hebt meegekregen, door Zijn Geest geïnspireerd wordt tot goede dingen, en omdat Hij de situaties schept waardoor mensen elkaar ontmoeten op welbepaalde ogenblikken en in welbepaalde omstandigheden. Stel U open voor Zijn Geest, verheug U en geloof in de uiteindelijke overwinning van het goede. Daarvoor wacht God echter ook op U, want ook door U wil Hij goede dingen tot stand brengen: het Heil van de zielen, de redding van de wereld, en de voorbereiding van Zijn Rijk van Liefde op aarde. Blijf zeer nauw met de Wijnstok verbonden. Drink Zijn sap met volle teugen, want Hij zit in Goddelijke grond geworteld, en laat ook aan Uw tak de druiven rijpen, opdat de wereld ook aan U moge zien dat God bestaat.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 2

VERGEEF ONS ONZE SCHULDEN...

Over de heiligende macht van vergeving

Myriam van Nazareth

Hoe vaak toch spreekt de christen deze woorden uit in het gebed dat Jezus Zelf ons heeft geleerd: 'en vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven aan onze schuldenaren...'. Heeft Uw ziel deze woorden begrepen? Heeft Uw hart begrepen dat deze woorden Uw handtekening plaatsen onder een heilig verbond met God, een verbond waarin geschreven staat: 'God zal mij vergeven zodra, en in de mate waarin, ikzelf vergeven heb aan hen die tegen mij hebben misdaan'? De aloude strijdleuze 'oog om oog, tand om tand' is de weg naar de ondergang van Uw eigen ziel en van de hele Schepping. Wanneer U kwaad vergeldt met kwaad, houdt U de strijd in stand waarmee de krachten van het kwaad Gods Schepping willen vernietigen. Zij doen dit reeds sedert het begin van de mensengeschiedenis. Deze strijd is verantwoordelijk voor een flink gedeelte van de ellende waaronder de mensheid gebukt gaat.

Jezus heeft ons gewezen op de ware Wet van God: Toon de andere wang, met andere woorden, vergeef het onrecht eerder dan er tegenin te gaan. Is dit een uiting van zwakheid? Integendeel, op onrecht reageren met zachtheid en Liefde, is een uiting van Goddelijke kracht en heldhaftige zelfoverwinning, en plaveit de weg naar Uw heiliging.

  • Ten eerste neemt U hierdoor de krachten van het kwaad de wind uit de zeilen, want zij wachten slechts op Uw negatieve reactie om steeds groter onrecht te zaaien en de onvrede tussen mensen in stand te houden.

  • Ten tweede is geen reactie machtiger om het kwaad te breken en de 'misdadiger' te bekeren en te veranderen, dan de Liefde. Uw reactie van zachtmoedigheid en vergeving kan zijn hart raken, zowel rechtstreeks als via de genadewerking die God ontplooit ter ondersteuning van een ziel die de moed heeft om vergeving te schenken in plaats van het kwaad met kwaad te bestrijden.

  • Ten derde geeft Uw vergevingsgezindheid voedsel aan Uw eigen ziel, want zij laat U groeien in een hele reeks deugden: naastenliefde, nederigheid, zachtmoedigheid, zuiverheid van geest, hart en mond, vredelievendheid en nog andere.

Vergevingsgezindheid behoort tot een levenshouding te worden voor ieder mens die Jezus in alle oprechtheid wil volgen. Jezus heeft de zielen niet alleen verlost door Zijn Lijden en Kruisdood, maar ook door Zijn heldhaftigheid in de deugd. Van U wordt een voortzetting van Zijn Verlossingswerk verwacht, onder meer via elke uiting van Liefde en mildheid jegens Uw medemens. Gemakkelijk is dit niet, want weinig houdingen vergen een grotere zelfoverwinning en meer moed dan deze.

Hoe kunt U ertoe komen om een mens die U moeilijkheden heeft bezorgd, vergeving te schenken? Leer deze mens niet te beschouwen als een 'misdadiger' uit zichzelf, doch als een arme ziel die misleid en verblind is, te weinig zondebesef of een gebrekkig onderscheidingsvermogen tussen goed en kwaad bezit, of die nog moet groeien in zelfbeheersing. Het kwaad wordt niet bedreven door de kern van de mensenziel, doch vanuit de besmetting van het kwaad dat in de ziel is geslopen. Het kwaad verblindt het oog van de ziel, zodat U kunt zeggen "Vergeef het hem, want hij weet niet wat hij doet".

Inderdaad, mocht de mens steeds op het bovennatuurlijk niveau kunnen zien wat zijn daden betekenen in Gods ogen en welke gevolgen zij hebben voor de verwezenlijking van Gods Plan voor het Heil van de Schepping en voor het lot van zijn eigen ziel, dan zou hij heel wat voorzichtiger zijn in zijn handelingen.

De kern van de ziel is Goddelijk en kan in wezen geen kwaad bedrijven zolang zij in Gods Wil geworteld blijft, maar wanneer de ziel in de netten van de bekoring verstrikt raakt, kan zij zonden tegen de medemens begaan.

De ziel van de mens die op welke wijze dan ook tegen U misdoet, is zelf reeds het grootste slachtoffer van haar daden nog vóór zij U door deze daden benadeelt. Tracht haar daarom niet een tweede maal tot slachtoffer te maken door Uw reactie, doch haar te redden door Uw vergeving. Dan zal God op Zijn beurt deze daad vergeven en ook jegens U mild zijn wanneer U zelf eens tegen een medemens misdoet. Indien U onverbiddelijk, haatdragend of wraakzuchtig blijft, zal God op Zijn beurt Uw zonden niet vergeven. Bedenk dit wel: Uw eigen vergevingsgezindheid jegens Uw medemens kan op de dag van Uw eigen oordeel het verschil maken tussen Uw Eeuwige Gelukzaligheid of Uw verdoeming.

Ongetwijfeld verlangt U naar een betere wereld en naar Geluk nog tijdens Uw aardse leven. U mag niet verwachten dat dit verlangen werkelijkheid kan worden zolang de krachten van het kwaad de macht krijgen om de mens te beheersen. Zij doen dit onder meer door mensen tegen elkaar uit te spelen. Wil U hen een grote kaakslag toedienen, beoefen dan de vergevingsgezindheid. Indien dit U moeite kost, offer dan die inspanning en die hartenpijn op aan Maria, Zij zal ze gebruiken om de wereld te zuiveren.

Een mens die tegen U misdoet, handelt vaak vanuit een toestand van onvrede in zijn hart. Straf hem niet af door een vijandige reactie, maar bid dat hij de Ware Vrede moge vinden, en hij zal zijn gedrag automatisch veranderen. Zo helpt U een betere wereld scheppen. U kent het spreekwoord: "Met azijn vangt men geen vliegen". Laat ik in dezelfde lijn zeggen: Met vijandigheid bekeert U geen zielen, wel met de honing van Uw liefdevol begrip en vergeving. Een mens die U onterecht heeft behandeld, zal zich niet laten bekeren door Uw negatieve reacties, wel door de mildheid van een hart dat hem het gevoel geeft dat het ook met Liefde kan. Wilt U Jezus en Maria voor eeuwig tot Uw Vrienden maken, en van Hen alles bekomen wanneer U in nood verkeert, bemin Hen dan in Uw dwalende medemens, want 'alles wat gij aan één dezer geringsten hebt gedaan, hebt gij ook aan Mij gedaan'.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 3

VERZOEN U, WANT U BEHOORT HET RIJK DER HEMELEN

Over de onschatbare waarde van de Biecht

Myriam van Nazareth

Een oude volkswijsheid leert dat, wanneer ieder mens vóór zijn eigen deur veegt, de hele straat rein wordt. Diezelfde waarheid geldt ook voor de schoonmaak van Uw ziel. De wereld zuiveren, betekent hem vrijmaken van de invloeden en sporen van het kwaad. Welnu, de strijd tegen het kwaad begint bij Uzelf.

Geen inspanning die U levert om het kwaad te bestrijden, kan ten volle vruchtbaar zijn zolang Uw eigen ziel niet in een behoorlijke staat van genade verkeert.

In staat van genade verkeren, betekent dat Uw ziel niet belast is met zonden die door Gods Gerechtigheid in zodanige mate veroordeeld worden dat zij U de toegang tot de Eeuwige Gelukzaligheid van de Hemel ontzeggen.

De Goddelijke Gerechtigheid is het systeem volgens hetwelk God als eeuwige Rechter oordeelt over de uiteindelijke waarde van alle daden, woorden, gedachten, verlangens en nalatigheden van Uw hele leven. Gods Gerechtigheid weegt op onfeilbare wijze, op grond van Zijn onbetwistbare Wijsheid en alwetendheid, al het goede en al het kwaad van Uw leven tegen elkaar af. Geen detail ontsnapt Hem. Het uiteindelijk resultaat van die vergelijking wordt verder in Uw voordeel beïnvloed door de Goddelijke Barmhartigheid (die op grond van bepaalde omstandigheden fouten 'door de vingers kan zien') en de oppermachtige Voorspraak van de Heilige Maagd Maria, Uw Hemelse Moeder.

Het is van het grootste belang dat Uw ziel zich bij het overlijden van Uw lichaam voor Gods Gerechtigheid kan aanbieden in een zo zuiver mogelijke toestand. Om dit mogelijk te maken, heeft Jezus het Sacrament van de Biecht ingesteld. De Biecht is een officiële bekentenis van Uw zonden tegenover God, via de priester als vertegenwoordiger van Jezus. De enige geldige biecht met de waarde van een Sacrament, met andere woorden de enige wijze om vrijspraak te bekomen van de gevolgen van Uw zonden, is de individuele Biecht. De 'biecht' in groepsverband (de zogenaamde 'collectieve biechtviering') heeft geen waarde voor Gods Gerechtigheid.

De Biecht is het Sacrament van de Verzoening: Zij verzoent Uw ziel met God. Waarom verzoening? Omdat de zonde U in ongenade brengt tegenover God. God heeft Zijn Schepping geordend met een welbepaalde harmonie, die geregeld wordt door de Goddelijke Wet van de Liefde. Elke afwijking van die Wet van Liefde wordt zonde genoemd, want elke zonde is een bepaalde soort overtreding tegenover de Liefde. Een zonde is elke handeling, woord, gedachte, verlangen of nalatigheid waardoor U Gods Plan met de Schepping tegenwerkt en de harmonie en goede werking binnen de Schepping verstoort. God is bereid om elke zonde te vergeven, doch daarvoor verwacht Hij van U berouw (spijt) over wat U misdaan hebt, en een openlijke bekentenis van Uw schuld. Door berouw bewijst U dat Uw ziel heeft ingezien dat zij niet in overeenstemming met Gods Liefde heeft geleefd, en dat zij verlangt naar terugkeer in Gods Liefde. De bekentenis van schuld is de Biecht, die U uitspreekt tegenover de priester omdat deze optreedt als vertegenwoordiger van God en omdat U door deze bekentenis Uzelf in zekere zin vernedert, wat voor God een zeer grote verlossende waarde heeft (de deugd van de nederigheid!). Via de priester vergeeft God U dan de met berouw gebiechte zonden, en vanaf dit ogenblik worden die zonden niet meer in aanmerking genomen voor het oordeel dat Gods Gerechtigheid bij Uw dood over Uw ziel zal vellen.

De vergiffenis bij de Biecht is dus een uiting van Gods Barmhartigheid nog tijdens Uw leven op aarde. Hoe vaker en hoe grondiger en met hoe meer berouw U biecht, des te kleiner wordt dus Uw schuld tegenover God, en des te korter wordt de uitboetingstijd die U in het vagevuur zult moeten doorbrengen. Het vagevuur is de plaats waar elke bij Uw dood nog niet afbetaalde schuld tegenover God goedgemaakt moet worden. Het lijden in het vagevuur bestaat in de eerste plaats hieruit dat de ziel daar de vreselijke kwelling ondergaat van het gescheiden zijn van God. Bij het oordeel voor Gods Gerechtigheid, meteen na Uw dood, krijgt de ziel het vermogen om de zonden van haar hele leven te zien door Gods ogen. Hierdoor begrijpt zij oneindig veel dieper dan tijdens haar aardse leven hoe belangrijk voor God de Liefde en elke afwijking van de Wet van Liefde is.

Dit grondig inzicht verschaft de ziel een zeer intens lijden, dat voor de ziel tijdens het aardse leven met al zijn verblindingen, dwalingen en misleidingen grotendeels onbekend en onbegrepen is. Indien de mens op aarde dit systeem mocht begrijpen, en de sluier van Gods eeuwige Waarheden en Mysteries voor aller ogen opgelicht mocht worden, zou er geen mens te vinden zijn die geen afschuw voor de zonde zou koesteren, zou elke ziel branden van verlangen naar de genade van de heiligheid, en zou het Sacrament van de Biecht door ieder mens bemind worden als de kostbaarste schat die Jezus ons heeft nagelaten, in vereniging met de gave van Zijn eigen Lichaam en Bloed in de Heilige Communie. De Biecht is een gouden sleutel naar Uw Eeuwige Gelukzaligheid, brengt eerherstel aan de door de onvoorstelbare zondeschuld zo zwaar beledigde God, en bezit een zeer miskende macht tot bevrijding van andere zielen, want alle zonden der mensheid vormen samen een collectieve schuld tegenover Gods Gerechtigheid, en deze schuld moeten alle zielen samen afbetalen, door een heilig leven en door veelvuldig gebruik van het Sacrament van de Biecht.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 4

IK ZAL MET U ZIJN TOT HET EINDE DER TIJDEN

De Heilige Eucharistie als voltooiing van de Verlossing

Myriam van Nazareth

Bij de schepping had God het zo bedoeld dat de mens voor altijd in staat van heiligheid zou leven. Hij schonk het eerste mensenpaar, Adam en Eva, het Aards Paradijs als een hemel op aarde, waarin de mens in volkomen vrijheid zou leven en over alles mocht beschikken. Eén beperking legde God de mens op: Hij mocht niet raken aan de vruchten van de boom van het Leven in het midden van het Paradijs. De duivel fluisterde Eva echter in dat het eten van die vruchten de mens aan God gelijk zou maken. Het eerste mensenpaar overtrad het verbod dat God hen had opgelegd. Deze overtreding wordt de erfzonde genoemd, omdat hiermee de eerste zonde geboren was, die bovendien van geslacht op geslacht in de zielen overgeërfd zou worden als een collectieve schuld voor het hele mensdom van alle tijden. De erfzonde betekende het verlies van de staat van genade voor de hele mensheid, zodat de Hemel voor alle mensen gesloten werd.

Gods barmhartige Liefde heeft echter niet gewild dat de mensen van alle tijden gestraft zouden blijven voor de zonde van hun eerste voorouders. Om de erfschuld weg te nemen, was een alles omvattend Offer van Verlossing noodzakelijk, dat echter op grond van de eindeloze reeks zonden van alle generaties zo groot moest zijn dat geen 'gewone' mens het zou aankunnen. De Goddelijke Gerechtigheid was zo zwaar beledigd dat het onevenwicht in de Schepping nauwelijks hersteld kon worden. Daarom besloot God, Zijn enige Zoon Jezus Christus in de wereld te zenden om in een mensenlichaam de collectieve zondeschuld in die mate uit te boeten dat de Goddelijke Gerechtigheid voldoende bevredigd zou worden om het effect van de erfzonde teniet te doen en de toegang tot de Hemel opnieuw vrij te maken voor zielen die in staat van genade zouden leven.

Jezus is gekomen, als Messias van God. Hij heeft een leven lang ontberingen, spot, laster, vermoeidheden en vervolging geleden en is in onvoorstelbare kwellingen van lichaam en geest aan het Kruis gestorven om de Verlossing te voltrekken. Op de avond vóór Zijn Kruisdood heeft Hij het Sacrament van de Communie ingesteld als voorafspiegeling van Zijn Kruisoffer. Zo is de Heilige Eucharistie geboren: Jezus maakte de mensheid Gods Wilsbesluit bekend, dat Hij voor alle tijden tegenwoordig zou zijn in het Brood en de Wijn die tijdens een speciaal herdenkingsritueel (de Heilige Mis) door de priester aan God opgedragen zouden worden tot gedachtenis aan Zijn geofferd Lichaam en Bloed. Op het Kruis heeft Hij Zichzelf daadwerkelijk aan de Eeuwige Vader geofferd voor het Heil der mensen.

Elke Heilige Mis is een gedachtenis aan dit onvoorstelbaar Offer van Verlossing en Goddelijke Liefde. God verwacht van de mens dat hij dit geschenk van Eeuwig Leven in dank aanvaardt: Door het regelmatig bijwonen van de Heilige Mis geeft U blijk van de wil om deel te hebben aan de Verlossing, want de Heilige Mis is de voortzetting, vernieuwing en voltooiing van het Offer van het Kruis. Indien U de Heilige Mis niet regelmatig bijwoont, kunt U de vruchten der Verlossing niet plukken. Een mens die niet regelmatig de Heilige Communie ontvangt, wordt door God beschouwd als een mens die het geschenk der Verlossing niet waardeert en die de Aanwezigheid van Jezus in zijn hart niet verlangt.

Tijdens de Heilige Eucharistie is het altaar symbool voor Calvarie. Het Misoffer is de bovennatuurlijke herhaling van het Lijden en de Dood van Jezus. Wanneer U de Heilige Eucharistie bijwoont, bent U samen met het hele Hemels Hof in de geest aanwezig bij het Kruis op Calvarie, en bent U dus getuige van het grootste Mysterie dat God voor de zielen heeft bereid. Wees U daar ten volle van bewust, elk ogenblik van de Heilige Mis. Elke Eucharistie brengt nieuwe genaden van Verlossing over de mensheid. Met hoe meer eerbied U bij dit onvoorstelbare gebeuren aanwezig bent, des te meer draagt U zelf bij tot de afbetaling van de collectieve zondeschuld van de mensheid van alle eeuwen. In Gods ogen is dit het grootste wat een ziel kan doen voor haar eigen heiliging en voor de instandhouding van de hele Schepping.

Naarmate minder Heilige Missen worden opgedragen, minder mensen de Heilige Mis bijwonen, en deze met minder eerbied en toewijding wordt bijgewoond, vergroot opnieuw de schuld jegens Gods Gerechtigheid en groeit de kloof tussen God en de zielen. Beschouw deze bedenking niet lichtzinnig, want zij is van het allergrootste belang voor het Eeuwig Heil van de hele mensheid. Daarom: Woon zo vaak mogelijk de Heilige Mis bij, in de diepste eerbied, ontvang de Heilige Communie in de grootst mogelijke waardigheid, en betracht een leven in de grootst mogelijke deugdzaamheid. In de Communie ontvangt U Jezus, doch Hij blijft slechts in U in de mate waarin Hij in U een levenssfeer aantreft die Hem herinnert aan de Hemel, en Hij kan Zijn Verlossingswerk in U pas voltooien wanneer U Hem de gelegenheid geeft om voldoende lang in U werkzaam te blijven, dus zolang U in staat van genade leeft. Bedenk dat bij elke zonde, fout of nalatigheid na de Heilige Communie, de effecten van de werking van Jezus in U verminderen.

Daarom heeft elke Communie ontvangen terwijl U lange tijd niet hebt gebiecht, niet alleen geen verlossende waarde maar is een dergelijke Communie zelfs een belediging aan Jezus: U nodigt Hem als het ware uit in een onreine ziel. De Heilige Eucharistie is in wezen een even groot geschenk als het Verlossingsoffer van Calvarie zelf. Zij geeft uiting aan de barmhartigheid van God, Die heeft gewild dat de mens die niet op liefdevolle wijze aanwezig kon zijn tijdens de verlossende Passie van Jezus, toch nog getuige kan zijn van dit wonderbare gebeuren door het bijwonen van de gedachtenis eraan in de Heilige Mis.

Omdat het Verlossend Lijden van Jezus het Eeuwig Leven in de Hemel opnieuw mogelijk heeft gemaakt, is het louter gerechtigheid indien God U niet als christen beschouwt wanneer U niet regelmatig de Heilige Mis bijwoont en dus geen deel hebt aan het Lichaam en Bloed dat Jezus destijds ook voor U heeft gegeven aan het Kruis. Wacht niet tot het te laat is: Spreek een grondige Biecht, en wees voortaan regelmatig getuige van het Offer van de grootste Liefde in de Heilige Eucharistie. Leg er in Uw hart ook Uw eigen lijden en lasten in de offerkelk om ze samen met de Offerande van Jezus aan God op te dragen, en stel Hem aldus in staat om ook met U te zijn tot het einde der tijden.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 5

EN HET WOORD IS VLEES GEWORDEN...

Waarom is Jezus Mens geworden? Over het Verlossingsmysterie

Myriam van Nazareth

God had de mens volkomen heilig geschapen. Reeds de eerste mensen (Adam en Eva) in het Aards Paradijs bezondigden zich echter aan hoogmoed en ongehoorzaamheid jegens hun Schepper. Hierdoor werd de zonde geboren. Dit wordt de zondeval genoemd: De mensenziel verloor haar volmaakte heiligheid, en deze vlek werd als een besmetting van geslacht op geslacht overgedragen. Daarom spreken wij van de erfzonde. Hierdoor werd de mens de toegang tot de Hemel (het Eeuwig Leven in gelukzaligheid van de ziel die 'heengaat' in staat van genade) ontzegd.

Via de profeten van het Oud Testament beloofde God aan de mensheid de Verlossing: een onvoorstelbare daad van uitboeting waardoor God Zich opnieuw met de mensheid zou kunnen verzoenen, en de Hemel opnieuw geopend zou worden. Als groot symbool voor deze verzoening tussen God en de mens zond God Zijn eigen Goddelijke Zoon, Jezus Christus, in de wereld. Jezus moest echter de Verlossing niet als God voltrekken, doch als mens, omdat de verzoening slechts mogelijk was door een vergoedend menselijk lijden in een menselijk lichaam. Wij moeten dit zien als een compensatie voor het grote onrecht dat Gods goedheid en Liefde hebben moeten lijden door de ontelbare en onvoorstelbare zonden. Lijden is onaangenaam op het werelds vlak, maar is een bron van zeer grote verdiensten op het bovennatuurlijk vlak.

God had Zijn Zoon onmiddellijk als volwassen mens kunnen laten verschijnen, doch om het offer volkomen te maken, liet Hij Hem alle fasen van het mens-zijn doorlopen: Jezus moest geboren worden als hulpeloos kind, uit een vrouw. Geen enkele vrouw zou echter waardig geweest zijn om Gods Zoon te dragen, want elke mens droeg de erfzonde... behalve Maria, Die als enige door God bevoorrecht was met een volmaakt heilige ziel, zonder de erfzonde. Dit wordt de Onbevlekte Ontvangenis genoemd. Door de Onbevlekte Ontvangenis van Maria had God de verzoening met de mensheid door de komst van Zijn Zoon in de wereld ingeluid: Maria werd als eerste bevrijd van de smet van de erfzonde. Zij was de volmaakt heilige, de mens zoals God deze had bedoeld: volkomen zuiver, en vrij van elke zondige neiging.

Vóór de zondeval was er geen lijden, geen ziekte, geen pijn. Door de erfzonde werd het menselijk lichaam tot instrument van uitboeting voor de zonden van het hele mensdom. In Gods ogen vormen alle mensen van alle tijden één geheel. Precies daardoor is het mogelijk dat een mens door eigen lijden in lichaam, geest of gevoelens de zonden van andere mensen uitboet. Hierin schuilt de verklaring waarom Jezus de Verlossing van de hele mensheid op Zich kon nemen.

Reeds aan de profeten van het Oud Testament werd de komst van de Messias aangekondigd. De Messias, ook de Christus genaamd, was de Gezalfde van God, Die de mensheid het Eeuwig Heil zou brengen. De Messias was Gods eigen Zoon. De belofte van de komst van de Messias op aarde werd gedaan aan Gods 'uitverkoren volk', de joden van Israël. De joden wisten dus dat de Christus uit hun eigen volk zou opstaan. De Messias kwam inderdaad: Jezus Christus, geboren uit een zeer heilige tak van het geslacht van koning David. Doch zeer velen herkenden Hem niet als de lang verwachte Verlosser. Zij zagen in Jezus van Nazareth een nieuwe profeet, maar niets méér. Sommige verlichte zielen herkenden Jezus wél als de Messias, en zo werd Israël verdeeld tussen twee partijen: enerzijds zij die Jezus herkenden als de Christus, de Messias (zij werden de eerste christenen), en anderzijds zij die weigerden, Hem als de Messias te herkennen. Deze laatsten bleven joden. Ook heden ten dage zijn de joden nog steeds in afwachting van de 'Messias', want zij nemen niet aan dat de ene ware Messias, de enige Christus, reeds gekomen is met Jezus van Nazareth.

De verstarde joden die in Jezus niet de Messias wilden zien, zagen in Hem een bedreiging: Voor hen was Hij iemand die het jodendom, de oude overlevering van God Zelf aan het 'uitverkoren volk', kwam verstoren. De meest hardnekkigen onder hen, de Farizeeën en de schriftgeleerden, waren van oordeel dat Jezus, de 'profeet uit Nazareth', uit de weg geruimd moest worden. In hun ogen was Hij een godslasteraar, die zo verwaand was dat Hij Gods Wet durfde vernieuwen, en die zichzelf 'op godslasterlijke wijze' de Christus, de Messias, de Zoon van God noemde. De vervolging begon, en nam steeds ergere vormen aan, tot Jezus uiteindelijk gevangen genomen werd. De profeten van het Oud Testament hadden aangekondigd dat de Messias zou lijden en sterven tot Heil en Verlossing van Zijn volk. Deze profetie is in vervulling gegaan: Jezus werd op de avond van Witte Donderdag, na een vreselijk lijden in Hart en ziel, in de Hof van Gethsemani gevangen genomen en stierf op Goede Vrijdag op Golgotha (de Calvarieberg) op het Kruis, na een onvoorstelbaar lijden.

Onder het Kruis stond Zijn Moeder Maria, in een onmetelijk lijden van Hart en ziel. Zij werd hier onze Medeverlosseres. Tijdens die uren vanaf Gethsemani tot Calvarie boette Jezus door onbeschrijflijke pijnen en totale uitputting de zonden uit van elke mensenziel die gelooft dat Hij de Verlosser is en die werkelijk in het Eeuwig Heil, het Eeuwig Leven, gelooft en ernaar verlangt. Jezus heeft de Hemel geopend. Om werkelijk de Hemel binnen te gaan, moet de mens slechts Liefde en dankbaarheid betonen aan Jezus, de Verlosser, en aan Maria, de Medeverlosseres, en moet hij zich bereid tonen om zijn eigen lijden te aanvaarden om de uitboeting van de zonden, die door Jezus is begonnen, voort te zetten tot Heil van de hele mensheid.

Naast de schepping zelf, is de Menswording van Jezus het grootste geschenk van Liefde dat God de mensheid ooit heeft bereid. Als antwoord op de eerste menselijke zonde, deze van de hoogmoed, kwam Gods Zoon Zichzelf op aarde vernederen door een leven te leiden als mens, ten prooi aan de zwaarste ontberingen, liefdeloosheid, lijden en een verschrikkelijke dood, als losprijs voor de mensenzielen van alle eeuwen. Hij trok de Goddelijke Gerechtigheid over Zich om de Eeuwige Zaligheid in het vooruitzicht te stellen aan elke ziel die gelooft dat Hij mens is geworden om haar te verlossen uit de slavernij van het kwaad dat haar voor eeuwig van de volmaakte Hemelse Liefde wil verwijderen.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 6

BLOEMEN VOOR DE BLOEM DES HEMELS

De onovertroffen zegen van toewijding aan Maria voor de wereld

Myriam van Nazareth

De mensheid beleeft duistere tijden. Nooit in de mensengeschiedenis is de duisternis in de zielen zo erg geweest. De eindstrijd tussen de Hemelse machten en de machten van het kwaad voltrekt zich om U heen, voor Uw ogen onzichtbaar doch in volle hevigheid. Aan MARIA is de macht gegeven om de duivel aan de ketting te leggen. Zij is de Uitverkorene, Die Jezus, het Licht der wereld, aan de mensen moest geven om de wortels te leggen van Gods Rijk op aarde. Maria is door God uitverkoren om de macht van de satan te breken (zoals de Bijbel zegt: Zij is de Vrouw Die 'de kop van de slang onder Haar voeten zal verpletteren').

Hoewel Zij daartoe de macht bezit, mag Maria dit niet doen zonder de uitdrukkelijke instemming vanwege de mensheid, omdat God de mens een vrije wil heeft gegeven en daarom vóór elk Hemels ingrijpen aan de mens een teken van instemming vraagt. Het teken van instemming bij uitstek is Uw toewijding aan Maria.

Toewijding aan Maria betekent, Uzelf aan Haar geven opdat Zij U naar de Eeuwige Zaligheid zou kunnen leiden en de offerande van al Uw offers, handelingen en gebeden zou kunnen gebruiken om tegenover Gods Gerechtigheid de genaden van Verlossing en Heil af te betalen en de wereld te zuiveren van het kwaad.

Zodra U zich aan Maria toewijdt, behoort U Haar volkomen toe. Vanaf dat ogenblik is Zij Uw Meesteres. Alles wat U bent, hebt, doet, denkt, spreekt, voelt en verlangt, is dan Maria’s bezit. Alleen indien U Uzelf aan Haar geeft als Haar totaal bezit en eigendom, kan Zij Haar macht volkomen laten gelden en met U alles doen wat nodig is voor Uw eigen Heil, voor de redding van andere zielen en voor de bevrijding van de wereld uit de greep van het kwaad.

Totale toewijding is te vergelijken met een huwelijk. Voor de Hemel is de band tussen Maria en de aan Haar toegewijde ziel heilig. De toegewijde ziel is Maria volmaakte gehoorzaamheid, volgzaamheid en dienstbaarheid verschuldigd. Dit betekent een gelofte om zonder uitzondering al Uw gebeden, werken, handelingen, woorden, gedachten, gevoelens enz., aan Maria op te dragen, en indien dit nodig is zelfs met overgave en Liefde te lijden. Zodra U Uzelf totaal aan Maria hebt gegeven, wordt U geacht, alles in Uw leven zonder meer te aanvaarden als een uiting van de Goddelijke Wil. In ruil voor Uw zelfgave aan Maria bekomt Zij U de genaden van kracht, een grote innerlijke Vrede en de onvoorwaardelijke belofte van de Eeuwige Gelukzaligheid in de Hemel. Dit alles maakt het verbond tussen Maria en de aan Haar toegewijde tot het grootst mogelijke geschenk van God aan de ziel. Het enige wat van U wordt verwacht, is totale inzet en trouw.

Een eerste vereiste om Maria waarlijk volkomen te kunnen dienen, is een betrachting van grote zuiverheid en heiligheid. Wees rein van hart (zuivere, deugdzame en positieve gevoelens), van geest (deugdzame en positieve gedachten), en van lichaam (kuisheid, soberheid in eten en drinken, enz.). Uw toewijding maakt U tot tempel van Maria, de Allerzuiverste en Allerheiligste. Zorg dus dat Uw geest, hart en lichaam elk ogenblik klaar zijn voor een heilig huwelijk (een Hemelse Bruiloft) met Haar.

Uw toewijding aan Maria betekent meteen dat U de krachten van het kwaad als Uw grote vijand erkent en Uw medewerking aan de vernietiging van hun plannen tot de voornaamste betrachting van al Uw handelingen (Uw grote levensdoel) maakt. Om een vijand te kunnen bestrijden, moet U eerst zijn werkwijze leren kennen.

De kern van de strijd vanwege de krachten van het kwaad tegen de Hemelse machten (waartoe ook Uzelf vanaf Uw toewijding gerekend wordt) bestaat hierin, dat zij Gods Waarheid voor de ogen van de mensen trachten te versluieren. De satan put zijn grote macht uit het feit dat mensen verblind zijn voor Gods Eeuwige Waarheid, en derhalve gemakkelijk misleid worden.

Hij misbruikt dit door de gevoelens, gedachten en handelingen van mensen voor zijn eigen doelstellingen in te schakelen en de mensen zo tot zijn speelbal te maken. Wees daarom steeds op Uw hoede, want het leven in deze moderne wereld zit meer dan ooit vol verleidingen. De satan tracht U op zeer listige wijze van Jezus en Maria weg te leiden. Gevaarlijke wapens daartoe zijn bijvoorbeeld de televisie en andere communicatiemedia.

Het aardse leven van een ernstig aan Maria toegewijde ziel kan zwaar zijn, omdat deze de lasten draagt van de talrijke mensen die niet bidden, niet offeren en hun lasten niet in blijmoedigheid en aanvaarding aan de Hemel opdragen. Doch daar gaat het precies om: Het christelijk Heilsmysterie is een Mysterie van Verlossing door lijden. Door Uw leed, pijnen, lasten, ziekten, verdriet, offers, boete, vasten enzovoort, worden zielen gered, want in Maria’s handen worden dit alles bloemen van genade tot Verlossing van zielen uit de duisternis van het kwaad en de zonde. Bedenk echter: Wegen de lasten van een kort leven op tegen de schatten die U daarvoor zult krijgen in de Eeuwigheid? Heeft Uw hart rust bij de gedachte dat Jezus en Maria alle lijden voor de wereld zonder U moeten dragen?

Toewijding aan Maria kan de edelste weg naar de heiliging vormen. Voor zover het van Maria afhangt, zal Zij U in zo hoge mate uit de wereld weghalen dat U reeds op aarde in Uw hart een voorsmaak van het Hemels Leven zult proeven. Wanneer Maria Haar toegewijde bekijkt, moet Zij als het ware Zichzelf zien als in een spiegel. Maria vormt en kneedt de Haar toegewijde ziel naar Haar model, zolang en in de mate waarin deze Haar volkomen toebehoort. Maria legt niemand iets op, doch hoe totaler U Uzelf in Haar handen legt, des te meer zal Zij over U heersen, tot Heil van Uw ziel. Laat Maria de spiegel van Uw ziel oppoetsen. Zij zal U dermate zuiveren dat U steeds méér zult schitteren. U wordt dan een 'Licht' voor Uw omgeving. Er wordt gezegd dat iemand steeds sterker gaat lijken op diegene die hij innig liefheeft. Zo geldt ook dat, wanneer U totaal in Maria opgaat, dit door Uw omgeving niet onopgemerkt zal blijven.

Sommigen vrezen dat zij Jezus tekort doen indien zij zich totaal aan Maria geven. Niets is minder waar, integendeel. Jezus heeft Zijn Moeder aan ons gegeven en verwacht dat wij Haar zeer diep vereren en voor alles via Haar tot God gaan. Zij is Uw grote Voorbeeld. Het is een zware belediging aan Jezus indien U Haar miskent.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 7

BEKEER U, WANT HET RIJK GODS IS NABIJ

De bekroning van het Nieuw Verbond

Myriam van Nazareth

Jezus Christus, de Zoon van God, werd twintig eeuwen geleden als de Messias in de wereld gezonden om de Blijde Boodschap van de Komst van het Rijk Gods, het Koninkrijk der Hemelen, te verkondigen, en om die Boodschap (die wij kennen als het Evangelie) te bezegelen met het Bloed van Zijn Lijden en Kruisdood.

Door de zondeval had de mensheid haar verbond van heiligheid met God verbroken. Hierdoor was aan de mensenzielen de toegang tot de Hemel ontzegd. De Eeuwige Gelukzaligheid in de Hemel was echter van bij de Schepping door God voorzien als het einddoel, de bekroning, van het leven van elke mensenziel op aarde. De mens was bedoeld als een wezen dat in heiligheid zou leven. De mens is in wezen een ziel, maar leeft hier op aarde in een stoffelijk lichaam, dat onderhevig is aan lasten, pijnen, ziekten, ongemakken. Daardoor wordt het lichaam een instrument van uitboeting. Door de zondeval (de erfzonde) en de daarna steeds groeiende zondelast was een grote noodzaak aan uitboeting ontstaan om de schuld van de mensheid tegenover God weer goed te maken. Om die reden werd Jezus Zelf in een menselijk lichaam in de wereld gezonden. Zijn zending had twee doelstellingen:

  • het verkondigen van Gods Leer (richtlijnen voor de wijze waarop de mens moet leven om geen nieuwe schuld jegens God op te lopen), en
  • een intens lijden in een mensenlichaam tot uitboeting van de schuld van de hele mensheid uit de voorbije eeuwen.

Door deze zending te vervullen, ondertekende Jezus het Nieuw Verbond tussen God en de mensheid: De oude schuld is afgelost, en de weg naar een leven zonder nieuwe schuld is uitgelegd. Het Nieuw Verbond is een contract van Liefde: Gods Messias predikt Gods Wet van Liefde en geeft Zichzelf prijs aan het grootst mogelijke lijden in een menselijk lichaam en een menselijke geest (vervolging, bespotting, hartenpijn om alle liefdeloosheid en zondigheid, smart, verdriet, eenzaamheid, koude, honger, dorst, uitputting, slagen, bespuwing, kruisiging…). In ruil daarvoor verwacht God van ons een leven in heiligheid, en een onophoudelijke bekering. Wat betekent 'zich bekeren'? Bekering betekent: meer leven volgens Gods verwachtingen, en afstand doen van wat afwijkt van Gods bedoelingen.

God verwacht aldus van U een leven in heiligheid. De fundering waarop de heiligheid is gebouwd, bestaat in de eerste plaats uit Liefde en zuiverheid. De 'toestand van heiligheid' wordt ook genoemd leven in staat van genade, in onthouding van handelingen, gedachten, woorden en gevoelens die voer geven aan het kwaad. Kwaad bedrijven, is het tegendeel van Liefde. Het kwaad is alles wat door de duivel geïnspireerd wordt. De duivel is de eeuwige vijand van God. Hij inspireert mensen om dingen te doen, zeggen, denken, voelen en willen die de mens van God verwijderen, opdat hij bij God in ongenade zou vallen, zijn eigen heiligheid zou verloochenen, zijn kansen op de Eeuwige Gelukzaligheid in de Hemel zou verkleinen en het evenwicht in Gods Schepping zou verstoren. God heeft in Zijn Schepping alles in volmaakte harmonie op elkaar afgestemd. Al het goede dat een mens doet, zegt én denkt, hoe gering het ook moge lijken, komt het geheel ten goede, maar al het slechte dat hij doet, zegt en denkt, verstoort het geheel en laadt een nieuwe schuld op de mensheid als geheel.

Vergeet dit nooit: U handelt, denkt, spreekt en voelt nooit voor U alleen, alles heeft een weerslag op de mensheid als geheel. Daardoor komt het dat vóór de komst van Jezus als Messias op aarde, de mensheid als geheel van de Eeuwige Gelukzaligheid van de Hemel uitgesloten was. Daarom spreken wij in de geloofsbelijdenis ook van 'de Gemeenschap van de Heiligen': Alle zielen vormen een geheel, alsof wij allemaal met draadjes aan elkaar verbonden waren, alle levende mensen met alle zielen in het vagevuur en alle heiligen in de Hemel. Daarom ook kunnen de gebeden van de heiligen ons van nut zijn, en kunnen wij zielen uit het vagevuur helpen bevrijden, enz. Uw persoonlijke deugdzaamheid, dus de mate waarin U heilig leeft of niet, helpt het lot van de hele wereld bepalen. Denk niet te vlug dat het er niet op aan komt, want dit is een dwaling.

Er wordt veel gesproken over de Barmhartigheid. Barmhartigheid is de eigenschap waardoor God de mensheid de genade van vergeving blijft schenken, ondanks het feit dat zij deze als geheel zelfs niet meer verdient, vooral omdat wij op grond van het Nieuw Verbond geen verontschuldiging meer hebben voor een leven in blinde zondigheid. Laten wij dus Gods Liefde beantwoorden door rouwmoedigheid en bekering.

Toen Jezus bij het begin van Zijn Openbaar Leven verkondigde: "De tijd is vervuld en het Rijk Gods is nabij. Bekeert u en gelooft in de Blijde Boodschap", bedoelde Hij dat met Zijn Komst op aarde de poorten van de Hemel opnieuw geopend zouden worden voor ieder die Zijn Leer (het Evangelie) trouw wilde volgen. Door Zijn leven, Zijn Leer en Zijn Lijden en Dood heeft Hij ons de sleutel tot het Rijk gegeven. De werkelijke en totale vestiging van het Rijk Gods op aarde moeten wij zelf verwezenlijken door ons te bekeren tot de Weg van het Licht, dus door te worden zoals Christus. Hoe kunt U het Rijk Gods op aarde helpen bespoedigen? Door een heilig leven, een grote offerbereidheid, zeer veel gebed, veelvuldig bijwonen van de Heilige Mis, toewijding aan Maria, bestrijding van het kwaad in al zijn vormen, en regelmatige Biecht.

Het Rijk Gods zal des te eerder op aarde worden gevestigd naarmate ieder van ons om zich heen een sfeer van uiterste naastenliefde, onthechting, zelfverloochening en vurig gebed voor de wereld en het Heil der zielen verspreidt. Spoor alle zielen aan, zich aan de Heilige Maagd Maria toe te wijden. Door Uw hele leven vrijwillig en uitdrukkelijk aan Maria op te offeren, elke dag opnieuw, neemt U op de meest intense wijze deel aan het Kruisoffer van Jezus, want Maria heeft Zelf Haar hele leven verbonden met het Kruisoffer van Haar Zoon. Door U met Haar te verenigen, geeft U Uw hele leven prijs aan het verlangen van de vestiging van Gods Rijk op aarde, want dat is ook het enige levensdoel van Maria Zelf geweest. Het Kruis is de vlaggenstok die midden in dit Rijk zal staan, de vlag is de heiligheid van de zielen die voor dit Rijk zullen hebben gestreden met de inzet van al hun krachten. Zodra U Uw leven vorm geeft in harmonie met Gods Wil, zal het Nieuw Verbond zijn ware verwezenlijking krijgen.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 8

WEES WAAKZAAM

Over de slavernij van de zonde

Myriam van Nazareth

Gods Schepping is voortdurend verwikkeld in een strijd tussen goed en kwaad. Het kwaad is afkomstig van de gevallen engelen (engelen die in opstand zijn gekomen tegen God, en daarom uit de Hemel verstoten zijn; vanaf dat ogenblik zijn zij 'duivels' genoemd). De duivels hebben een eed gezworen dat zij de mens, die bedoeld was als evenbeeld van God, ten val zouden brengen door hem te verleiden tot allerlei zonden. Zonde is alles wat de mens wegleidt van God door Zijn Wet van Liefde te overtreden.

De mens is heel gevoelig voor de verleiding doordat hij God, en ook de ware behoeften van zijn eigen ziel, niet kan zien terwijl hij de wereldse dingen wél ziet. Hierdoor legt hij gemakkelijk voor al zijn handelingen, gedachten en verlangens alle klemtoon op het wereldse. Precies het wereldse vormt echter het terrein dat door de duivels wordt bespeeld om bij de mens de indruk te wekken dat God een niet-bestaande fictie is. Deze misleiding geeft onophoudelijk voedsel aan de bekoringen, en zet de mens ertoe aan om te geloven dat de gedragsregels van de christelijke Leer een uitvinding zijn die geen enkele bestaansreden hebben. Om die reden menen steeds méér mensen dat zelfs de zonde niet eens bestaat. Met andere woorden: Vele mensen hebben geen zondebesef meer. Zij kunnen geen onderscheid meer maken tussen goed en kwaad.

In de moderne samenleving wordt bovendien de indruk gewekt dat alles toegelaten moet worden, want dat de mens een vrij wezen is. De 'vrijheid' zoals de misleide mens deze ziet, is echter op zichzelf de grootste misleiding van alle, want de ware vrijheid is heiligheid, die de mens losmaakt van alle negatieve invloeden. De 'vrijheid' waarop in de moderne samenleving de klemtoon wordt gelegd, is in werkelijkheid de meest verborgen en daardoor de meest gevaarlijke vorm van slavernij die men zich kan indenken: de slavernij jegens de duivel, die door de misleidbaarheid van de mens de macht heeft gekregen om de mens op de meest uiteenlopende listige wijzen te misbruiken voor de verwezenlijking van zijn boosaardige doelstellingen, namelijk de vernietiging van de heiligheid van het mensdom.

Inderdaad, de krachten van het kwaad sporen onophoudelijk de mens ertoe aan, zodanig te leven dat hij door zijn daden, woorden en bestrevingen zichzelf vernietigt. De duivel maakt gretig gebruik van het feit dat de mens de enige Waarheid van God niet met zijn wereldse ogen kan zien, en legt de mens allerlei waangedachten in de geest, die hem steeds verder van God verwijderen. De slavernij van de mens jegens de duivel is dus te vergelijken met een mens die door iemand gedwongen wordt om zijn eigen graf te graven en dan in de zelf gegraven kuil te gaan liggen alvorens doodgeschoten te worden.

Tijdens het graven van zijn eigen graf (de dood van de ziel, en dus de eeuwige verdoeming!) blijft de opdrachtgever doorgaan, de graver in te fluisteren welk zalig gevoel het toch is, de volmaakte vrijheid te bezitten om alles te doen wat zijn hart begeert, want dat de zonde toch niet bestaat, ja zelfs niets anders is dan een leugen waarmee de Kerk druk wil uitoefenen op de arme onwetende ziel. Met een tong van honing kust de duivel de geesten, en zodra zij de honing proeven, begint de vergiftiging van hun ziel in een afschuwelijke bitterheid.

Deze walgelijk bittere nasmaak komt tot uiting in de wroeging, indien de ziel nog in staat is om de genade in zich op te nemen die de Heilige Geest onvermoeibaar over haar laat stromen. Wroeging is een openbaring van het Hemels Licht in de dwalende ziel. Indien deze openbaring niet meer de weg naar het hart vindt (bewustwording van de Waarheid!), zal de bitterheid aan de dag treden door een voor de ziel onbegrijpelijke innerlijke strijd die de gedaante aanneemt van gevoelens van onvrede, aanhoudende droefgeestigheid, agressiviteit, walging over zichzelf, tot en met voortdurende godslastering, want God krijgt de schuld van alles wat in het leven niet meer naar wens verloopt.

Door dit alles wordt het hart van steeds méér mensen verziekt door dezelfde geest van opstandigheid die de volgelingen van Lucifer van engelen tot duivels heeft gemaakt. De mensheid, die door God bedoeld was als de kroon op de Schepping, benadert steeds méér de gedragscode van de duivels zelf, en wordt tot aanstoot voor Gods Gerechtigheid.

De Schepping blijft slechts gezond wanneer zij volkomen leeft volgens de Wet van God (dus de eeuwige Waarheid). Alles wat hiervan afwijkt of deze Wet overtreedt (de zonde!) verstoort de Schepping. De mens heeft in zijn ziel oorspronkelijk een systeem ingebouwd gekregen dat hem moest dienen tot gids en Licht naar zijn uiteindelijke bestemming: de Eeuwige Gelukzaligheid na een leven in heiligheid. Dit systeem is het geweten. Precies dit geweten wordt door de krachten van het kwaad dag na dag verder verdoofd, tot het gewoon levenloos wordt en afsterft. Dit is het begin van ongeremde zondigheid. De enige weg terug naar het Ware Leven in God, is deze van veelvuldig en intens gebed (dat de communicatiekanalen met God opnieuw zuivert), gebruikmaking van de Sacramenten (eerst Biecht, daarna regelmatige Communie), toewijding van Uw hele leven aan de Heilige Maagd Maria (zie Stormschrift nr. 6), en de vaste wil om Uw eigen zwakheden te leren herkennen en bestrijden.

Bedenk, mens van God: In de hoogmoed die sedert de erfzonde zozeer je gedrag richting geeft, is het je zo eigen, je boven al je medeschepselen te willen verheffen en voor niets ter wereld te willen onderdoen, doch in je verblinding word je dag na dag op de knieën gedwongen en in boeien geslagen door je grootste, doch onzichtbare vijand die luistert naar de namen 'zonde, bekoring, verleiding, misleiding, dwaling'. Je wil over alles heersen, doch bent ten prooi aan de meest vernederende vorm van slavernij: slaaf te zijn van jezelf, want zowel de overwinning als de ondergang schuilen in jezelf. De ondergang is het graf dat je graaft door je gehoorzaamheid aan de influisteringen van de satan. De overwinning is de glorie die je verwerft door de vrijheid van een volkomen gehoorzaamheid aan de Goddelijke Wil via de uiteindelijke overwinning op je eigen zwakheden door te luisteren naar de ene Waarheid van God, Die je de wetten van de ziel wil leren kennen en volgen vanaf je geboorte tot het uur waarop je wordt geroepen tot het Eeuwig Leven.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 9

LIJDEN ALS SLEUTEL TOT DE POORT DES HEMELS

Over de onbegrepen schatten van het Kruis

Myriam van Nazareth

"Wie Mijn leerling wil zijn, moet Mij volgen door elke dag weer zijn kruis op te nemen", zegt Jezus. Hoe kan God een God van Liefde zijn, indien Hij de mens niet via een rode loper naar de Hemel laat wandelen, doch hem integendeel duidelijk maakt dat Hij slechts bereikbaar is via de weg van het Kruis? Ziehier een vraag waar velen, ook zogenaamde gelovigen, het vreselijk moeilijk mee hebben. Het antwoord ligt verborgen in één van de mooiste Mysteries van Gods eeuwige Waarheid.

Het christelijk Heilsmysterie is een Mysterie van Verlossing door lijden. Het lijden, in overgave en aanvaarding gedragen, is de zuiverste vorm van Liefde. Liefde is de brandstof die al het handelen van God (en van de mens die in Gods Wil leeft) en alle genadestromen beweegt. God heeft elke ziel geschapen, en verlangt haar na dit aardse leven bij Zich in de Hemel te hebben. De prijs van een ziel is voor God oneindig. Mocht dit niet zo zijn, dan zou Jezus niet het onmetelijk Lijden van Gethsemani tot Calvarie hebben aanvaard. Wat voor Jezus gold, geldt ook voor U en mij: Door zijn lijden brengt de mens zielen die anders verloren zouden gaan, naar God terug. Dit is zuivere Liefde tegenover de naaste én tegenover God, mits de lijdende mens zijn lijden in Liefde en zonder protest uitdrukkelijk met dat doel aan God opdraagt, bijvoorbeeld via toewijding van dat lijden aan de Heilige Maagd Maria. Zo wordt de lijdende mens tot medeverlosser met Christus zelf en met Maria, de grote Medeverlosseres.

Jezus heeft ons door Zijn Kruisdood verlost. Hoe moeten wij dat verstaan?

Er bestaat in de Schepping een soort evenwicht dat in stand gehouden moet worden: God verlangt een zuivere, heilige Schepping. Telkens van die zuiverheid afgeweken wordt door zonden, onzuiverheden en dwalingen (en die zijn ontelbaar, elke dag opnieuw, over de hele wereld), moet daar een vorm van goedmaking tegenover staan. Die compensatie gebeurt door gebed en opgeofferd lijden. Talloze mensen bidden niet, en offeren niets op (integendeel, zij vervloeken God omdat ze geloven dat Hij dat lijden veroorzaakt). Daardoor gaat de 'spirituele kwaliteit' van de Schepping steeds verder achteruit. God heeft het in Zijn oneindige, onfeilbare Wijsheid zo beschikt dat Zijn Gerechtigheid niet onmiddellijk een definitieve veroordeling uitspreekt over de mens die gezondigd heeft, doch dat deze via verschillende mechanismen vrijspraak van zijn zonden kan bekomen.

Eén van de grootste mechanismen tot vrijspraak is de vergoeding door lijden in ons lichaam, onze geest en ons gevoelsleven. Lijden is bij uitstek uitboeting van de zonden, die Gods Liefde beledigen. Alle zonden die door alle mensen van de hele wereld doorheen alle tijden bedreven zijn en nog bedreven worden, vormen samen de collectieve (gemeenschappelijke) zondeschuld: De som van alle overtredingen tegen Gods Wet bepaalt de mate waarin de mensheid als geheel in staat van genade verkeert. Op grond van de erfzonde deelt ieder mens in de verplichting om zijn bijdrage te leveren tot de afbetaling van deze gemeenschappelijke schuld. Deze afbetaling geschiedt voornamelijk door gebed, door deelname aan het Sacrament van de Biecht, door het bijwonen van het Heilig Misoffer, door toewijding van Uw hele leven aan Maria, en niet in de laatste plaats door het opdragen van al Uw lijden, van het geringste tot het zwaarste, elke dag van Uw leven.

Bedenk telkens wanneer U ziekte, pijn, verdriet, ongemak, vermoeidheid, vervolging, laster, spot enzovoort ervaart, dat U daarvan een uitboeting van zonden van Uzelf én van andere zielen kunt maken, op voorwaarde dat U dat lijden aan God (of aan Maria) opdraagt, en dat U het ondergaat zonder opstandigheid, irritatie, verzet of enige andere negatieve gesteldheid, doch met Liefde, aanvaarding en geduld, in het bewustzijn dat U daarmee Uw eigen bijdrage levert tot het Verlossend Lijden waarvoor Jezus aan het Kruis geslagen moest worden. Jezus als God, en Maria als enige volkomen zondeloze mens, droegen van nature geen enkele verplichting om te lijden, doch Zij zijn bij uitstek de Verlosser en Medeverlosseres van de mensheid geworden.

De Liefde is de grootste maatstaf volgens dewelke Uw ziel geoordeeld wordt wanneer zij dit aardse leven verlaat. De maat van Uw Liefde zal door God afgemeten worden volgens de mate van Uw bereidheid tot inzet van al Uw handelen voor Uw medemens en voor God Zelf. Die inzet blijkt uit niets duidelijker dan uit Uw wil om te lijden, in de wetenschap dat dit voor vele zielen het Eeuwig Geluk kan afkopen, en dat U daarmee blijk geeft, te willen delen in het Lijden van Jezus en de Smarten van Maria. God kan niet dulden dat de mens alle verantwoordelijkheid voor het herstel van de heiligheid van de Schepping afschuift op Jezus, de Verlosser, en Maria, de eeuwige Moeder van Smarten.

Om waarlijk de vrucht van het Verlossend Lijden van Jezus te plukken, moet ieder mens afzonderlijk 'zijn eigen kruis opnemen': Dit betekent, bereid zijn om zijn eigen lijden in dit leven op te offeren (vrijwillig te dragen). Tot op zekere hoogte is het opdragen van lijden nodig voor de heiliging van Uw eigen ziel (dit wil zeggen: Uw ziel klaar te maken voor het Eeuwig Leven in de Hemel waartoe alleen heilige zielen toegang hebben, want in de Hemel kan alleen datgene komen wat in overeenstemming is met Gods Wet). Alles wat méér opgeofferd wordt dan nodig voor de heiliging van Uw eigen ziel, wordt gebruikt voor de heiliging van andere zielen, die niet of te weinig offeren en bidden. Dit systeem maakt opgeofferd lijden tot de grootste vorm van naastenliefde, want: U draagt ongemak in overgave en met Liefde voor het Heil van Uw medemens, boven de maat die eventueel nodig is voor Uw eigen Verlossing.

Het opdragen van lijden is tevens een bewuste en vrijwillige verzaking aan datgene wat Uw leven op aarde gemakkelijker of aangenamer zou maken. U onderwerpt Uzelf hierdoor aan de Wil van God (Die U voor het Heil van Uw medemensen vraagt om Uw bereidheid tot lijden) en van Maria (Die U als Haar toegewijde leidt en van U bepaalde offers vraagt omdat Zij weet dat Zij U in ruil daarvoor de sleutel tot de Hemelpoort kan bekomen) opdat Uw medemens door Uw gehoorzaamheid vrijgekocht zou worden. Door dit alles wordt U in de ware zin van het woord tot beeld en gelijkenis van Christus, Die U in deze beslissing is voorgegaan. Het Kruis is méér dan een symbool: Het ontsluit de schat van het Eeuwig Leven, in Naam van de Gekruisigde.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 10

EN HET LICHT SCHIJNT IN DE DUISTERNIS...

Openbaringen over de Waarheid

Myriam van Nazareth

De duisternis, het kwaad, is machtig. Hoe komt dat? Niet uit zichzelf, maar omdat de mens zwak en blind is. De satan heeft slechts macht in de mate waarin de mens zich aan hem overlevert. Uw grootste wapen tegen het kwaad bestaat in een maximale benutting van elke genade die God in U legt (want elke genade is Licht) en in het openstellen van Uw hart voor de Waarheid. God is Waarheid; de satan is leugen, dwaling, verwarring, verleiding, misleiding, verblinding, illusie, chaos. Het Rijk Gods op aarde kan uitsluitend gevestigd worden door in de harten een vesting van de Waarheid op te richten. Daarvoor moeten eerst de muren van de misleiding en verblinding gesloopt worden. Op deze ruïnes moet de kennis van Gods Waarheid worden gestort.

Wat is de Waarheid? De Waarheid is de diepe werkelijkheid, de kern van Gods handelen en van Gods bedoelingen. Aangezien Gods handelen en Zijn bedoelingen (Zijn Plan van Heil voor de zielen) opgebouwd, gevoed en gestuurd worden door de Liefde, en de Liefde dus Gods Wet is, kunnen wij zeggen dat de Waarheid de kennis van Gods Wet is.

Gods handelen en bedoelingen omvat in wezen drie onderdelen: de schepping, het Plan van Verlossing, en het Plan van heiliging.

De schepping is het begin van alles, zowel het stoffelijke (alles wat U kunt zien, betasten enz., onder andere Uw lichaam) als het niet-stoffelijke (al het bovennatuurlijke, al wat U niet op de 'normale' wijze kunt waarnemen, onder andere Uw ziel). Onder invloed van het kwaad heeft al het geschapene dat aan de aarde gebonden is, zijn oorspronkelijke staat van heiligheid verloren. Hierdoor zijn de twee volgende fasen van Gods Plan noodzakelijk geworden: de Verlossing en de heiliging. Deze fasen hebben uitsluitend betrekking op het niet-stoffelijke van het menselijk wezen, dus de ziel. In deze beide fasen zitten de grote Mysteries van Gods Werken en bedoelingen verborgen. Daarom heeft de Waarheid in de eerste plaats te maken met alles wat de ziel in staat stelt om de vruchten van de Verlossing te plukken en zich te laten heiligen. De Waarheid wordt dan ook verwoord door de christelijke Leer en de openbaringen van de Heilige Geest over Gods Werken en Plannen voor de ziel en over de noden en behoeften van de ziel zelf, omdat de ziel binnen Uw menselijk wezen de kern is waarin God Zijn eigenschappen heeft gelegd: het zaad dat tot rijping moet worden gebracht om in U de bloem van de heiligheid tot bloei te laten komen.

Waarom moet in Uw ziel de heiligheid bloeien? Omdat de bestemming van Uw leven de terugkeer naar God in de Hemel is.

Hoe kan in Uw ziel het zaad van de heiligheid tot bloei gebracht worden? Door kennis van Gods Waarheid in U op te nemen en daarnaar te handelen. Ik zou kunnen zeggen dat Gods Waarheid betrekking heeft op het geheel van de kennis en de inzichten die noodzakelijk zijn om de ziel te verheffen tot de toestand die haar klaar maakt voor de terugkeer naar God, de heiligheid, het Eeuwig Leven. Om deze kennis en inzichten te verwerven, moet U leren luisteren naar de stem van Uw hart, en leren onderscheiden tussen zuivere ingevingen enerzijds, en misleidingen anderzijds.

Zuivere ingevingen zijn door Gods Geest geïnspireerd. Zij vervullen U met gevoelens van Liefde en stille Vrede, en vestigen Uw aandacht op de behoeften van Uw ziel. Misleidingen daarentegen, worden rechtstreeks of onrechtstreeks geïnspireerd door de krachten van het kwaad (onrechtstreeks indien zij via de mond of een geschrift van een medemens of via een werelds kanaal, heel vaak pers of televisie, tot U komen). Zij vervullen U met gevoelens van onvrede, frustratie, onmacht, onrust, nooit eindigende verlangens, gejaagdheid, negativiteit in allerlei vormen... Misleidingen willen Uw aandacht steeds meer naar Uw materiële behoeften trekken, en hebben de neiging om steeds nieuwe schijnbehoeften in het leven te roepen: najagen van geld, bezit, eten, drinken, genot, allerlei goederen, steeds bezig zijn met Uw lichaam, enzovoort.

Misleidingen zijn ofwel leugens, ofwel voorstellingen van de werkelijkheid die vertekend zijn doordat zij slechts gedeeltelijk op waarheid berusten of de werkelijkheid zodanig voorstellen dat de klemtoon ligt op facetten die niet het wezen van de zaken betreffen. Misleidingen zijn werkelijk zoals het woord zegt: misleidingen, omdat zij Uw geest en hart wegleiden van wat God, en dus ook de heilige kern van Uw ziel, belangrijk vinden. Wat vinden God en Uw ziel belangrijk? Alles wat Gods Plannen en Werken dient. U weet intussen wat dat is: alles wat te maken heeft met de instandhouding van de harmonie en de Liefde in de Schepping, en met de Verlossing en de heiliging van zielen.

De krachten van het kwaad (Lucifer en de gevallen engelen) hebben zich na hun verstoting uit de Hemel één doel gesteld: de verwoesting van Gods Schepping. Vanaf de schepping van de mens als kroon op Gods Werk is deze doelstelling toegespitst op de vernietiging, dus ontheiliging, van de mens door hem te verblinden voor de Waarheid van God. De satan weet dat vele Goddelijke Mysteries door de erfzonde voor de mens verborgen zijn, omdat het de mens na zijn eerste zonde (zonde is immers afscheiding van God!) niet meer toekwam om te delen in Gods kennis. Van deze 'blindheid' van de mens maakt hij misbruik om hem te misleiden, hem dingen in te fluisteren en voor te houden die in de mensengeest een vals of zeer onvolledig beeld van de werkelijkheid opwekken.

De mens die onvoldoende bezield is met de wil om de vruchten van de Verlossing in zich tot rijping te laten komen (zie ook Stormschriften 4 en 9) en zich te laten heiligen, staat niet meer voldoende open voor Gods ingevingen, en gelooft dat niet de noden van zijn ziel van belang zijn, maar deze van zijn lichaam. Vandaar ook dat vele mensen uitsluitend leven voor de bevrediging van hun materiële noden, en de behoeften van hun ziel totaal verwaarlozen. Dit verzuim komt overigens niet alleen voor bij de ongelovigen, doch ook op grote schaal (en dat is het grootste teken van het tegenwoordig verval) bij de zogenaamde christenen ('zogenaamde', omdat de mens die zijn ziel verwaarloost en niet doordrongen is van de realiteit van het bovennatuurlijke, zichzelf niet meer in ernst 'christen' kan noemen).

De misleiding bespeelt niet alleen de blindheid van de mens, doch ook zijn zwakheden: De mens ziet niet de elementen van de bovennatuurlijke werkelijkheid (het domein van de ziel), doch is bovendien gebonden aan de wereld om zijn lichaam in stand te houden. Dat lichaam voelt behoeften: honger, dorst, koude, seksuele aandrift, enzovoort. Deze terreinen worden eveneens bespeeld door de ingevingen vanwege het kwaad, zodat zij een steeds grotere klemtoon krijgen (ten koste van de belangen van Uw ziel). Zo berusten het najagen van rijkdom, genot onder welke vorm ook, het ophouden van schone schijn om Uw medemens een bepaald beeld over Uzelf te geven, enzovoort, op misleidingen, want al deze betrachtingen worden doelstellingen op zich, die Uw ziel steeds armer maken omdat alle aandacht gaat naar vergankelijke dingen en niet naar het bereiken van Uw ware bestemming: de voleinding van de groei van Uw ziel in God.

Om hun doelstellingen te verwezenlijken, beijveren de krachten van het kwaad zich tevens voor het uitschakelen van de grootste en heiligste drijvende kracht van de ziel: de Liefde. Zodra zij daarin slagen, beschouwt de ziel een andere ziel niet langer als een broer of zus in Gods Licht, doch als een concurrent of zelfs een vijand. Hierdoor worden de competitie, het streven naar macht, en de strijd geboren, die alle aandacht en inspanningen van de ziel nog méér op wereldse dingen richten. Zo vindt de misleiding haar volkomen ontplooiing. Naarmate de menselijke samenleving verder is uitgebouwd, is het hele denken en voelen van de mensheid steeds méér gebaseerd op het ontwikkelen van activiteiten die te maken hebben met materiële belangen (denk maar aan techniek en wetenschap), zodat deze dingen steeds méér de schijn kunnen wekken dat zij inderdaad de kern en het ware doel van het mensenleven vormen.

Inderdaad, niet alleen de misleidingen in de eigen ziel doen nu hun werk, zij worden bovendien ondersteund door dwalende opvattingen die in de opvoeding meegegeven worden doordat de hele atmosfeer van het denken en de daarop gebouwde tradities misvormd is geraakt: De nieuwe generaties groeien meteen op in een denkwereld die niets meer te maken heeft met deze welke God Zelf in de ziel heeft vastgelegd. Er is een maatschappij ontstaan die zodanig ingewikkeld en tegennatuurlijk is geworden dat al haar elementen zoveel verschillende aspecten hebben gekregen dat alles op talloze verschillende wijzen beschouwd en uitgelegd kan worden. En hier ontstaat het meesterwerk van de satan: de geboorte van de verwarring, de chaos, die in deze Laatste Tijden een absoluut hoogtepunt heeft bereikt, en die de doelstellingen van het kwaad ten zeerste in de kaart speelt, want verwarring zet de deur wijd open naar onenigheid, onverdraagzaamheid, meningsverschillen, ergernis, veel innerlijke conflicten die mensen het leven moeilijk maken, en een klimaat dat uitgesproken ongunstig is voor het geloof in Gods werking in de zielen.

Uit deze toestand, die niets anders is dan de uiting van de grootst mogelijke vernedering van de mens door de satan, is slechts één uitweg mogelijk: een radicale strijd tegen de misleiding, door:

  1. stapsgewijze onthechting van Uw materiële behoeften, en afbouwen van Uw belangstelling voor louter wereldse dingen. Hoe? Door U te oefenen in boetedoening zoals vasten, U dingen te ontzeggen, Uw geest meer te richten op niet-stoffelijke belangen, en U open te stellen voor de Ware Liefde.

  2. intens gebed voor het bekomen van de kennis van Gods Waarheid en de openbaringen van de Heilige Geest.

  3. vastberaden terugkeer naar de beleving van de Leer van Jezus Christus (het Evangelie) in Uw dagelijks leven: Ware christen bent U niet slechts gedurende bepaalde godsdienstige oefeningen of de Heilige Mis, doch ieder ogenblik van Uw leven, in elk detail, in woorden, daden, gedachten, gevoelens en verlangens.

  4. toewijding van Uzelf aan de Heilige Maagd Maria, opdat Zij Uw ziel volkomen kan 'herprogrammeren' volgens Gods Plan.

Uw leven in deze wereld dient slechts één doel: Het is Uw enige kans om Uw ziel door verdiensten van gelijkvormigheid aan Gods Wet van Liefde, dus door het leveren van Uw bijdrage tot het verwezenlijken van Gods Werken en Plannen, in staat van genade te brengen en te houden, opdat zij bij Uw overlijden door Gods Gerechtigheid wordt geoordeeld als geschikt voor het Eeuwig Leven. Dat is Gods Waarheid. Elke opvatting volgens dewelke U van dit leven moet genieten in de materiële zin van het woord, is een dwaling, een valstrik van de satan. Houd steeds voor ogen dat Uw aardse leven slechts een voorbereiding op het Eeuwig Leven is. Elke opvatting volgens dewelke Uw leven op aarde een doel op zich zou zijn, en de behoeften van Uw lichaam al Uw aandacht verdienen, berust op dezelfde dwaling en beoogt eveneens slechts het verderf van Uw ziel. Bedenk dit alles heel goed, en U zult Uw hart openstellen voor het ontvangen van het Licht van de Waarheid.

U leeft op deze wereld in een stoffelijk lichaam met bepaalde behoeften, maar deze zijn veel geringer dan de wereld U wil laten geloven. Oneindig veel groter zijn de behoeften van Uw ziel, want zij vormt de kern van Uw wezen voor de eeuwigheid. Of U het na Uw leven op aarde goed zult hebben en het Eeuwig Geluk zult verkrijgen of niet, en in welke mate, hangen af van de mate waarin U Uw ziel weet te voeden. Hoe meer aandacht U schenkt aan Uw wereldse noden (de behoeften die te maken hebben met Uw lichaam), des te minder voedsel krijgt Uw ziel. Alle kennis van de Waarheid heeft te maken met de juiste voeding van Uw ziel. Elke dwaling waarin U vervalt, verzwakt Uw ziel en maakt haar ziek. Bedenk dat alleen gezonde zielen in Gods Eeuwig Rijk kunnen leven, want God heeft Zijn schatten voorbehouden aan de zielen die tijdens hun leven naar Zijn Waarheid hebben gezocht.

De wereld is het rijk van de satan, het rijk van de duisternis. Het is de satan na de erfzonde van de mens immers toegestaan om de mens te beproeven. Dat is wat hij in onvoorstelbare mate doet door de talloze misleidingen en de verwarring die hij zaait. Wees U voortaan bewust van het feit dat Gods werkelijkheid oneindig veel verder gaat dan het weinige dat U met Uw ogen kunt waarnemen. Gebruik dit nieuw besef als een wapen tegen de satan door elke dwaling uit Uw verleden aan God over te dragen als een offer tot eerherstel. Laat Jezus Christus en Zijn Eeuwige Wijsheid in U geboren worden, en het Licht van Gods Waarheid zal in Uw duisternis schijnen.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 11

TALENTEN, GENADEN EN DE LEVENSWEG

Over de waarde van Uw leven

Myriam van Nazareth

De zin van het leven op aarde is voor veruit de meeste mensen een onoplosbaar raadsel. Nochtans geeft Gods Geest Zelf in openbaringen een klaar en duidelijk antwoord op deze vraag die sedert mensenheugenis als wellicht het grootste mysterie wordt beschouwd. God heeft de mens geschapen uit Liefde, omdat Hij iets van Zichzelf in Zijn Schepping terug wilde vinden. Daarom zegt de Schrift dat God de mens schiep naar Zijn beeld en gelijkenis. In vroegere geschriften heb ik aangetoond hoe de Schepping, die nochtans door een Goddelijke Intelligentie gestuurd wordt, door de krachten van het kwaad uit harmonie is gebracht. Het is de zonde, het toegeven van de mens aan de ingevingen vanwege de krachten van het kwaad, die voor deze verstoring van het Goddelijk evenwicht in de wereld verantwoordelijk is. Het is Gods Plan dat Zijn Schepping in evenwicht zou blijven, opdat in overeenstemming met Zijn Wil en Zijn Wet van Liefde alle schepselen onderling in harmonie zouden leven en het Ware Geluk zouden kennen, zoals het schepselen van God toekomt. De mens, als kroon op de Schepping, is van meet af aan het doelwit van de vernietigingsplannen van de satan geweest.

Doordat de mens er door de krachten van het kwaad onophoudelijk toe aangespoord wordt om te zondigen, dit wil zeggen: Gods Wet van Liefde te overtreden, is hij de grote factor in de verstoring van het evenwicht in de Schepping geworden. Alles wat van God uitgaat, zoekt echter steeds naar evenwicht, omdat Gods teken erin geprent zit en het aldus een ingeboren neiging tot volmaaktheid in zich draagt. Het Goddelijk regelmechanisme om dit evenwicht in stand te houden, is de Goddelijke Gerechtigheid. De Gerechtigheid is een systeem volgens hetwelk alles wat afwijkt van Gods Wet, gecompenseerd wordt. Dat kan tijdens het leven gebeuren (bijvoorbeeld door lijden, gebeden, boete en offers die aan God opgedragen worden), of erna (door zuiverend lijden in het vagevuur). De Goddelijke Gerechtigheid brengt weliswaar nieuw evenwicht in de verstoorde Schepping, doch kon op zich niet rechtvaardigen dat de mens na de eerste zonde van ongehoorzaamheid en hoogmoed (de erfzonde) opnieuw toegang zou krijgen tot de Eeuwige Gelukzaligheid van de Hemel. Daarom moest Jezus, de Zoon van God, mens worden om door Lijden en Dood aan het Kruis de overweldigend grote zondenschuld tegenover de Gerechtigheid te vergoeden. Het leven van Jezus op aarde is de grootste uiting van Gods Barmhartigheid geweest, als het ware Gods eigen toegeving om Zijn Gerechtigheid te bevredigen.

De Goddelijke Barmhartigheid heeft de mensheid nog via andere wegen duidelijk gemaakt dat God geen middel onbeproefd wil laten om de mens naar de Eeuwige Gelukzaligheid te leiden. Van bij haar geboorte heeft Uw ziel Gods heilig Vuur in zich gekregen: een diepgeworteld verlangen dat U er diep in Uw hart blijft toe oproepen, een leven te leiden dat U naar God terug zal voeren. Om dit doel te kunnen verwezenlijken, hebt U een aantal talenten meegekregen: vermogens en eigenschappen die U in staat moeten stellen om Uw welbepaalde taak, Uw roeping, binnen dit leven vorm te geven in overeenstemming met Gods verwachtingen en tot verwezenlijking van het specifiek doel waartoe Uw ziel in de wereld gezonden is. Naarmate U méér in overeenstemming met Gods Wet leeft, door ontwikkeling van de heiligmakende deugden, zal Uw ware roeping U in de loop van Uw leven duidelijk gemaakt worden. Uw roeping is de bijdrage die God van U verwacht om Zijn Plan van Heil voor Zijn Schepping te verwezenlijken. Uw talenten zijn gaven om deze bijdrage tot stand te brengen. Dat kan niet zonder inspanningen.

Precies daarin bestaat de waarde van Uw leven: dat U God Uw Liefde bewijst (dus: bewijst dat U volkomen volgens Zijn Wet van Liefde weet te leven) door inspanningen te leveren om Uw levenstaak volkomen volgens de christelijke Leer te volbrengen, en vruchten voort te brengen die ertoe bijdragen, het evenwicht in Gods Schepping terug te vinden, opdat de grote schuld van de mensheid tegenover de Goddelijke Gerechtigheid afbetaald zou worden.

Hoe kunt U Uw bijdrage gestalte geven, en dus Uw volle waarde als mens realiseren? Laat ik even het evangeliebeeld over de talenten in Uw herinnering roepen. In de oorspronkelijke betekenis van het woord waren talenten geldstukken. Jezus vertelt over de heer die niet tevreden was over de dienaar die tijdens de afwezigheid van zijn meester diens talenten begraven had, maar wel over deze die ze had laten renderen. Deze woorden van Jezus maken duidelijk dat ieder mens binnen Gods Plan een plicht heeft tot zelfontplooiing.

Uw ziel is in de wereld gezonden om Gods Plan te helpen verwezenlijken. God heeft U daartoe talenten gegeven. U kunt deze begraven, dit wil zeggen: ze niet gebruiken. Dan blijven Uw gaven zonder vrucht. In dat geval voelt God Zijn Liefde onbeantwoord: U geeft er geen blijk van, Zijn gaven te waarderen, en U dient Hem er niet mee. Wat meer is: Zij zullen nog aan waarde verliezen, want in de grond worden ze aangetast door de aarde (in ons beeld betekent dit: door zonde en bekoring aangevreten). U kunt Uw talenten echter ook naar de bank dragen. Daar worden ze als het ware op een spaarboekje geplaatst om intrest op te brengen. Die intrest zijn de genaden die God U zal geven zodra Hij merkt dat U met Uw talenten iets wilt aanvangen. Genaden zijn alle middelen waarmee God U een duwtje in de rug geeft om U te ondersteunen wanneer Uw levensweg moeilijk wordt. Zo worden Uw talenten steeds groter en wordt U steeds betaalkrachtiger: Hoe meer Uw talenten renderen doordat zij versterkt worden door de inwerking van Gods Genade, des te meer verdiensten kunt U verwerven om een waardevolle bijdrage te leveren tot de verwezenlijking van Gods Plan, voor de afbetaling van schulden jegens Gods Gerechtigheid.

Wat is het dat U ertoe aanzet om met Uw talenten naar de bank te stappen? Eerst en vooral de wens om Uw talenten te vermeerderen. Die wens is de Liefde voor God en voor Zijn Schepping. En ten tweede het vertrouwen. Wanneer U weinig of geen vertrouwen in God en in Uzelf hebt, zult U te veel drempelvrees hebben om de reis naar de bank aan te vatten. De waarde van een mensenleven wordt dus bepaald door de mysterievolle samenwerking tussen Gods geschenken (talenten en genaden) en Uw eigen reactie daarop (Liefde en vertrouwen). Geef Hem (= sta steeds klaar voor Hem), want Hij heeft U het eerst gegeven, en een leven zonder inspanning voor Gods Plan is voor de Gerechtigheid een verloren leven.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 12

LAAT DE DODEN HUN DODEN BEGRAVEN

Over de wedergeboorte in Gods Licht

Myriam van Nazareth

In het Evangelie zegt Jezus tot de jongeling die Hem wil volgen doch eerst wil teruggaan om zijn overleden vader te begraven: "Laat de doden hun doden begraven". Onze Verlosser wijst hiermee op de eerste voorwaarde voor de groei van de ziel: de onthechting van wereldse belangen, drijfveren en doelstellingen. De mens die zich van het wereldse weet los te maken om zijn gedachten, gevoelens en verlangens op de zaken van de Hemel en het Eeuwig Leven, dus op de belangen van zijn ziel te richten, spreekt hierdoor als het ware zijn verlangen uit om opnieuw geboren te worden voor het Ware Leven.

Er is een tijd voor alles, dus ook voor het nakomen van bepaalde wereldse verplichtingen en opdrachten. Wat U echter in geen geval en onder geen enkele omstandigheid mag toelaten, is dat de klemtoon van Uw belangstelling naar de dingen der wereld zou verschuiven. U bent in de wereld gezonden als ziel. Uw lichaam is niets anders dan het stoffelijk voertuig van Uw werkelijke wezen (Uw ziel). Al Uw wereldse taken en verplichtingen zijn niets anders dan de invulling van dat deel van Uw leven dat tot doel heeft om het onderhoud van Uw lichaam met zijn stoffelijke behoeften in stand te houden: Uw beroepsactiviteiten, huishoudelijk werk, winkelen, vrijetijdsbesteding enzovoort, dienen alle uiteindelijk tot bevrediging van lichamelijke behoeften en behoeften van geestelijk of emotioneel welzijn, doch geen van deze activiteiten is rechtstreeks afgestemd op de ontwikkeling van Uw ziel. Nochtans is het slechts Uw ziel die voor het Eeuwig Leven in aanmerking komt. Weliswaar kunt U al Uw wereldse activiteiten zodanig vorm geven dat zij Uw ziel helpen bij het verzamelen van verdiensten bij Gods Gerechtigheid, doch de doelstelling van deze activiteiten is uiteindelijk steeds de bevrediging van stoffelijke, dus vergankelijke behoeften, die niet de ziel voeden.

Jezus wijst de jongeling in het Evangelie op de grote keuze waarvoor de ziel gesteld wordt: Ofwel kiest zij voor de dienst aan God, en in dat geval zal zij het Ware Leven vinden, want dan beantwoordt zij aan de roeping die God in elke ziel legt: het werken voor Gods Plan; ofwel geeft zij de voorrang aan een wereldse activiteit, en in dat geval behoort zij in feite tot de doden, tot hen die niet het Ware Leven zoeken. In wezen bedoelt Jezus dus: Laat diegenen die tot de wereld willen behoren, zich bezighouden met wereldse activiteiten, en laat diegenen die God willen toebehoren, zich bezighouden met de dingen van de Hemel, het Licht, de Christus. Wie zijn leven wil wijden aan het werk voor het Rijk Gods, de Verlossing en heiliging van de zielen, geeft niet langer de voorrang aan de dingen der wereld. Alle relaties met mensen, zelfs de eigen ouders, kunnen hinderpalen of remmen vormen voor de ziel, want wie zich totaal en onvoorwaardelijk wil geven aan de verwezenlijking van de doelstellingen van God, zoals dit bijvoorbeeld gestalte vindt in de totale toewijding aan de Heilige Maagd Maria, geeft in de eerste plaats al zijn Liefde, al zijn werken, al zijn inspanningen, al zijn tijd, aan God, in voorrang op zijn medemensen evenals op zijn eigen wereldse zaken.

Wie kiest voor God en de verwezenlijking van Zijn eeuwig Plan, moet dus komen tot steeds groeiende onthechting, loskomen van de knopen die hem vanuit zijn opvoeding en zijn levenservaringen aan de wereld vastmaken. Onthechting is een proces van geleidelijk aan Uzelf sterven. Het is alsof U daarbij steeds minder voedsel geeft aan alle indrukken, banden, invloeden en behoeften die U in het wereldse vasthouden. God Zelf vult de leegte op die door dit 'sterven' ontstaat: In de mate waarin U aan Uw oude 'ik' (Uw 'wereldse persoonlijkheid') sterft, wordt U opnieuw geboren voor een nieuw Leven, dat steeds méér in overeenstemming is met Gods bedoelingen met Uw ziel. Alle wereldse banden verduisteren de ogen van Uw ziel: Zij verhinderen U om duidelijk te voelen wat God van U verlangt, dus wat Uw werkelijke roeping is, namelijk niet Uw roeping tot een beroep in deze wereld, doch Uw roeping binnen Gods Eeuwig Plan. De mate waarin U deze duisternis laat vervangen door het Licht van Gods Geest, bepaalt in hoeverre Uw ziel zichzelf echt zal leren kennen, zichzelf zal leren zien zoals God haar ziet. In diezelfde mate zal Uw ziel in staat zijn om door Gods Genade de ware heiligheid in zich tot ontwikkeling te laten brengen, die haar het Eeuwig Geluk zal ontsluiten.

Dat Eeuwig Geluk kan en zal in zekere mate reeds hier in dit aardse leven beginnen, want een ziel die door een wedergeboorte in Gods Licht haar ware eeuwige roeping heeft ontdekt, ervaart in zich een steeds toenemende vrijheid, innerlijke Vrede en vreugde, zelfs temidden van beproevingen, lijden en lasten. Waarom? Omdat zij begrijpt, een zekere kijk begint te krijgen op Gods bedoelingen met haar, en hierdoor in alles zin vindt. Zij is niet langer dood voor het Licht, doch voelt in zich het Ware Leven, dat vrij maakt. Zij is niet langer de gevangene van haar eigen gehechtheden aan mensen, aan behoeften, noch van de beklemmende invloeden die uitgaan van de onzekerheden van dit aardse leven. Zij begrijpt dat dit leven en al zijn invloeden slechts een overgang is naar het Eeuwig Leven in het Licht, en zij leert ook te kijken doorheen de muur van duisternis die de wereld voor haar innerlijk oog optrekt om dat Eeuwig Licht voor haar te verbergen.

Onthechting van de wereld, het sterven aan Uzelf, is geen dood maar juist een oneindig veel voller Leven, het is bevrijding uit een kerker van duisternis en valse schijn. Het licht dat vanuit het werelds 'geluk' in Uw ziel schijnt, komt niet van God doch van een vuur dat met de dood van Uw lichaam zal doven, maar intussen de kern van heiligheid in Uw ziel en dus de vooruitzichten op het Eeuwig Geluk verbrandt. Slechts één Licht is door God voor U gemaakt, en wanneer U dát in U laat stralen, zal U het onvergankelijk Geluk geopenbaard worden dat U de kracht zal geven voor de enige begrafenis die Jezus wel degelijk van U verwacht: deze van Uw oude ik, voor zover dit de gevangene van wereldse invloeden is en daardoor de vlucht van Uw ziel naar God in de weg staat. Zo wordt wat van de wereld is, aan de wereld teruggegeven, en kan Uw ziel opnieuw geboren worden in Gods Licht, als diegene die zij werkelijk is, vrij van de schijn die niet haar wezen was doch slechts het kleed dat zij droeg.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 13

MIJN GOD, MIJN GOD, WAAROM HEBT GIJ MIJ VERLATEN?

Over de zonde als bron van eenzaamheid

Myriam van Nazareth

Elke zonde schept een schuld tegenover Gods Gerechtigheid. Deze schuld wordt bij uitstek vereffend door lijden in lichaam en geest. Hierin ligt de diepe zin van het onnoemelijk en veelzijdig Lijden van Jezus als Verlosser van de mensheid. Reeds in de Hof van Olijven nam Jezus alle zonden van alle tijden op Zich om deze uit te boeten tot bevrijding van de zielen die bereid zouden zijn om door een leven in staat van genade de vrucht te plukken van dat Lijden van de Mens geworden Zoon van God. Onder de last van al die zonden werd de Verlosser reeds in de Hof van Olijven gekweld door gevoelens van vreselijke eenzaamheid. Deze gevoelens hebben Hem niet meer verlaten, en op het Kruis, in de laatste fase van het Lijden, ontlokte deze last aan Hem de woorden: "Mijn God, Mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten?".

Jezus had geen enkele persoonlijke zondeschuld: Hij was de Zoon van God, volmaakt heilig en vrij van ondeugd. Maar doordat Hij alle zonden van de mensheid in Zijn Mens geworden Persoon had samengetrokken om ze in Zijn Lichaam en Geest uit te boeten, wijzen deze woorden op een gevolg van de zonde voor de mens: God verwijdert Zich van de ziel die door de zonde Gods allerheiligste zuiverheid niet langer in zich kan ontvangen.

De mens beklaagt zich over de ontelbare rampen, tegenslagen, verwarring en de ongebreidelde woekering van het kwaad in ontelbare vormen. Er zijn er zelfs die zeggen 'God is dood', en met deze uitspraak de schuld voor alle ellende die de mensheid teistert, op God afschuiven, en voor het overige doen alsof diezelfde God zelfs niet eens bestaat. O dwaasheid van een mensheid die zozeer dwaalt door wegen te gaan die niet door Gods Wijsheid zijn uitgetekend. De mens blijft doelstellingen nastreven die niets meer te maken hebben met deze welke God voor de mensheid had voorzien, die afwijken van de Goddelijke Wil en die Zijn Wet van Liefde verloochenen. Met elke ondeugd snijdt de mens een nieuw verbindingskanaal tussen God en zichzelf af. Stap voor stap verwijdert hij hierdoor de toevoerwegen van Gods Liefde en voedsel naar de ziel toe.

Nog slechts weinige krachten verhinderen dat de hele mensheid ten onder gaat aan spirituele verhongering. Deze krachten zijn de Goddelijke Barmhartigheid (die de schuld van bepaalde zonden kwijtscheldt zonder dat de zondaar deze door eigen inspanningen 'afbetaalt'), de Voorspraak van Maria (Die door de oneindige macht van Haar Liefde God eveneens beweegt tot vrijspraak van zondeschulden), de gebeden van de heiligen en de vurige gelovigen, het lijden van de zielen die hun leed oprecht toewijden, en de heilige Misoffers die over de hele wereld worden opgedragen (het Misoffer is een herhaling van het Verlossingswerk van Christus). Deze krachten houden de kanalen tussen God en de zielen open. Zonder die krachten zou God Zich reeds lang totaal van de mensheid teruggetrokken hebben, omdat de grote meerderheid van de mensen door hun gedrag laat blijken dat zij zich niets aan Gods bedoelingen gelegen laat, en tenslotte is dit de enige reden voor ons bestaan: dat wij door een leven in overeenstemming met Gods bedoelingen het evenwicht in Gods Scheppingswerk in stand helpen houden en Zijn Eeuwig Plan met de zielen helpen verwezenlijken.

Door het nooit eerder ervaren overwicht van het kwaad heeft de eenzaamheid van de zielen niettemin ongekende diepten bereikt. God verwijdert Zich niet uit Zichzelf van zijn mensenkinderen, Hij wordt door hen brutaal afgestoten, want door zijn volharding in zonde en ondeugd dient de mens uit vrije wil het kwaad, waardoor hij God te kennen geeft dat Zijn Aanwezigheid en werking in de wereld niet meer gewenst worden.

Uit de gevoelens van eenzaamheid die een mens ervaart, mogen wij niet de conclusie trekken dat deze mens zo zondig is dat hij door God verlaten is. Jezus Zelf is voorbeeld voor het verschijnsel van de uitboeting van zonden van anderen waardoor men zelf de vereenzaming ondergaat. De ziel die zich door toewijding opoffert tot uitboeting van de zondelast van de hele mensheid, wordt gebruikt als bliksemafleider voor de Goddelijke Gerechtigheid. In plaats van de hele mensheid of grotere mensengroepen te treffen, put de Gerechtigheid genoegdoening en vereffening uit het verlossend lijden dat door dergelijke zielen in hun eigen lichaam en geest wordt opgedragen. Zij ervaren Gods ongenoegen en teleurstelling over de staat van ongenade, doordat zij dit als het ware in hun eigen wezen samengebald voelen. Als tegenwaarde kunnen deze zielen de genade krijgen van een snelle heiliging wegens de waarde die hun 'martelaarschap' oplevert tot afbetaling van de schulden van de mensheid jegens Gods Gerechtigheid.

Zoveel mensen worden gekweld door het gevoel dat zij zelfs door God in de steek gelaten worden op ogenblikken waarop zij het meest te lijden hebben. In feite is dit gevoel steeds onjuist. God is nooit afwezig wanneer lijden met een oprecht hart opgedragen wordt. Bovendien beoogt Hij slechts één doel, namelijk de redding, meer zelfs: de maximale ontwikkeling van de ziel. Daarom zal Hij Zich geregeld verbergen voor de ziel die door haar lijden bezig is, naar Hem toe te groeien, in de hoop dat deze ziel met steeds grotere verbetenheid op de ingeslagen weg van het Verlossingswerk zal doorgaan om God bewuster en actiever in haar eigen leven te zoeken.

Laat U nooit ontmoedigen door de indruk dat God U niet bemint want dat Hij U in Uw moeilijkste uren alleen laat. Dit is een dwaling, want Hij draagt steeds meer dan de helft van het gewicht van Uw kruis. Leer diep in Uw hart de Waarheid te voelen: dat het een grote genade is, tijdens uren van lijden de eenzaamheid van de Gekruisigde te mogen delen. Deze eenheid met Jezus stort onvermoede geschenken in Uw ziel.

Gezelschap van mensen is met Uw zintuigen waarneembaar: U ziet hen, hoort hen, kunt hen betasten... Het gezelschap van God is een ervaring die U moet leren, in de intieme sfeer van Uw ziel te voelen. Het eerst van al zal het zich bemerkbaar maken in een zacht gevoel van innerlijke Vrede, berusting, overgave, dat zich met de tijd zal ontwikkelen tot gevoelens van warmte en Liefde die Uw diepste emoties zullen beroeren. Op dat ogenblik zult U begrijpen dat Uw kruis zijn verheerlijking in zich draagt.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 14

DE NAUWE POORT

Over de wegwijzers naar het Hemels Koninkrijk

Myriam van Nazareth

Vele christenen gaan ervan uit dat hun bestemming in Gods Eeuwig Rijk automatisch bezegeld zal worden op het ogenblik van hun heengaan. Toch is dit voor zeer vele zielen niet het geval, en voor hen die wél het zaad van de genade in zich tot rijping hebben laten komen, geldt dat veruit de meesten eerst een bepaalde louteringstijd in het vagevuur zullen moeten doormaken. Welke weg leidt dus naar het Hemels Koninkrijk, en welke wegwijzers houden U met zekerheid op deze weg? Er is slechts één weg: deze van Jezus Christus en Zijn Goddelijk Woord (het Evangelie). Jezus zegt: "Gaat binnen door de nauwe poort, want de weg die naar de ondergang voert, is wijd en breed en velen zijn er die hem inslaan. Hoe nauw toch is de poort en hoe smal de weg die voert naar het Leven, en weinigen zijn er die hem vinden".

Vele zielen gaan verloren voor het Eeuwig Leven in de Hemel. De reden hiervan is niet dat Gods Liefde ontoereikend zou zijn, want Hij verlangt ernaar dat elke ziel na haar aardse leven bij Hem terecht zou komen. Maar de hele Schepping is georganiseerd volgens de Wet van de Liefde, en Gods Gerechtigheid heeft het zo beschikt dat alleen die ziel die heeft geleefd in gehoorzaamheid aan die Wet, de Eeuwige Gelukzaligheid in de Hemel kan verkrijgen. De mensheid heeft zelf door de zonde de Goddelijke Orde, het evenwicht in de Schepping, verstoord. Daarom is het loon van de Eeuwige Gelukzaligheid voorbehouden aan de zielen die gedurende hun leven op aarde positief bijdragen tot het herstel van de verstoorde Goddelijke Orde in de Schepping. Om deze reden geldt als regel dat U slechts de Hemel kunt verdienen door een leven waarin de som van alles wat de schuld tegenover de Goddelijke Gerechtigheid helpt afbetalen, groter is dan de som van alles wat die schuld helpt verzwaren. Eenvoudiger gezegd: Wanneer bij Uw dood de balans van Uw leven wordt opgemaakt, tot in de allerkleinste details (al Uw daden, woorden, gedachten, gevoelens en verlangens), en al die ontelbare momenten door God beoordeeld zijn, moet het totaal van de goede punten (alles wat Liefde en deugd is) zwaarder doorwegen dan het totaal van de slechte (alles wat zonde of ondeugd is).

Wat is zonde of ondeugd? Alles wat Gods Plan van heiliging voor de Schepping negatief beïnvloedt, dus alles wat in de weg staat dat Uw ziel en de zielen van Uw medemensen zich heiligen, alsook alles wat de harmonie tussen de schepselen verstoort of bemoeilijkt, en alles wat in overtreding is met de Liefde tegenover God of tussen de schepselen onderling. Waarom? Omdat de Liefde de brandstof is waardoor alles in de Schepping leeft, beweegt en zich moet ontwikkelen. De Liefde is de taal van alle communicatie tussen God en de schepselen en tussen de schepselen onderling. Wie de Wet van de Liefde overtreedt, saboteert als het ware Gods Werken. Daarom zeggen wij dat elke zonde of ondeugd een schuld schept tegenover Gods Gerechtigheid, want elke zonde of ondeugd komt uiteindelijk neer op een tekort aan Liefde.

Zo kunt U begrijpen waarom elk leven dat meer afbreuk doet aan Gods Werken en Plannen dan dat het bijdraagt tot de verwezenlijking daarvan, in Gods ogen nutteloos is. Welke invulling kunt U dan Uw leven geven opdat God het als 'nuttig' zou beoordelen? Er zijn zeven punten (wegwijzers naar de Hemel) die voortdurend Uw aandacht moeten krijgen. Uw toegang tot de Eeuwige Gelukzaligheid, en bovendien de lengte van de eventuele louteringstijd die U na Uw dood moet doormaken tot aan het ogenblik waarop die toegang U wordt vergund (met andere woorden: de duur van een eventueel verblijf in het vagevuur), hangen af van de beoordeling die Gods oneindige Wijsheid en Rechtvaardigheid U zal geven op elk van deze zeven punten. Om Uzelf hierin extra te motiveren, zou U Uw leven kunnen beschouwen als een schooltijd, de zeven wegwijzers als zeven schoolvakken of als zeven examens, en U dan tot het uiterste inspannen om voor elk van deze examens een zo hoog mogelijk cijfer te kunnen behalen. Hoe hoger het totaal van Uw punten, des te sneller zult U na de 'schooltijd' van Uw leven op aarde de Gelukzaligheid verdienen en des te meer glorie zult U in de Hemel verwerven, want Gods Gerechtigheid geeft loon volgens de mate waarin Uw leven Hem heeft verheerlijkt. Wanneer U bovendien Uw leven aan de Heilige Maagd Maria hebt toegewijd, verschaft U ook Haar des te meer Glorie, want Zij is als de Lerares van de aan Haar toegewijde zielen, en de leerkracht deelt in de glorie van de goede leerlingen.

Welke zijn deze zeven wegwijzers (de examens van Uw leven)?

  1. Vermijden van zonde. Met deze wegwijzer begint alle christelijk leven. Zonde mishaagt God, omdat zij Zijn Werken en Plannen dwarsboomt en de ziel verwijdert van Gods doelstelling, namelijk de ziel te vormen tot Zijn beeld en gelijkenis. Bij het oordeel na Uw dood zal Uw ziel Uw eigen leven zien zoals God Uw leven heeft gezien terwijl U op deze wereld was. In zekere zin zal zij dus zichzelf beoordelen, want over de goed doorgebrachte ogenblikken zal zij Gods vreugde voelen, en over elke zonde en ondeugd zal zij Gods teleurstelling voelen. Deze teleurstelling is oneindig groter dan wat het hart van de mens in zijn beperktheid gewoonlijk ervaart, want zij ontstaat uit het besef van de schade die de zonde toebrengt aan de verwezenlijking van dat oneindig groot Plan van Liefde dat God met de Schepping als geheel wil verwezenlijken. Pas wanneer U de gevolgen van elk minder goed moment van Uw leven zult mogen beschouwen vanuit Gods ogen, zult U de draagwijdte en de betekenis ervan begrijpen, omdat U dan een kijk zult krijgen op de talrijke factoren die nu nog alleen aan God Zelf bekend zijn, omdat zij Goddelijk Mysterie zijn en dus voor mensenogen verborgen moeten blijven.

    Niet zondigen, is dus een kwestie van Liefde (de vaste wil om alles slechts te doen, te zeggen en te denken in overeenstemming met Gods verwachtingen), maar ook een kwestie van Geloof, want U wordt verondersteld, Uw gedrag te richten volgens principes die U niet volledig bekend zijn maar waarvan U moet aannemen dat ze van doorslaggevend belang zijn. Daarom is de kennis van openbaringen over Gods Waarheid een onvoorstelbare genade: Deze kennis kan voor U werken als een landkaart in een gebied waarin U zonder kaart gemakkelijk zou kunnen verdwalen.

    Het vermijden van zonde is de eerste vereiste om Uw ziel zuiver te houden. Niettemin is het volgen van deze wegwijzer geen waarborg om geheiligd te worden. Dit is een punt van misvatting voor vele mensen. Bij velen geldt de veronderstelling dat iemand die voor ieder medemens het goede doet en zo strikt mogelijk Gods geboden naleeft, vanzelf de Hemel verdient. Dat is tot op zekere hoogte waar, doch slechts met een groot voorbehoud: God verwacht méér van U. Heiliging voor het Eeuwig Leven is geen passief proces, met andere woorden: U verdient niet de Hemel door het slechte te vermijden, God verwacht van U dat U op actieve wijze tot het goede bijdraagt. Voor God is het nog steeds van weinig nut wanneer U op aarde een leven hebt geleid waarin U alleen de zonde hebt vermeden doch weinig of niet hebt bijgedragen tot het daadwerkelijk bevorderen van Zijn Werken en Plannen. Daarom is het een drogredenering wanneer mensen zeggen: 'Dit is een goed mens, hij heeft geen vlieg kwaad gedaan, hij kan niet anders dan onmiddellijk naar de Hemel gaan'. Deze mens zal inderdaad Gods Heerlijkheid aanschouwen, doch wellicht niet onmiddellijk en/of niet in de graad van glorie die te beurt zal vallen aan de ziel die ook voor andere van de 'examens' van haar leven een hoog cijfer behaalt.

    Het Eeuwig Leven in de Hemel is steeds gelukzaligheid, glorie en oneindige vreugde. Er zijn echter verschillende graden, en het getuigt in de eerste plaats van Liefde tot God indien U hoger mikt dan louter en alleen het vermijden van wat Hem mishaagt. Hij zendt ieder van ons in de wereld met één enkele bedoeling: dat wij Zijn Plannen helpen bevorderen, en dat kan slechts door actieve inzet. De uitspraak van Jezus 'Velen zijn geroepen, maar weinigen uitverkoren' heeft onder andere hiermee te maken.

  2. Zuivering. Het vermijden van zonde is het resultaat van verschillende factoren: een vaste wil om niet te zondigen, de volharding in dit voornemen, de genade om zonden te vermijden en om bekoringen te overwinnen. Zonder de genade werkt niets, doch de eigen inzet en wil zijn uiteindelijk in verregaande mate de factoren die het verschil maken tussen een heilige en een verstokte zondaar, want God laat geen enkel mens zonder genaden. Vaak zijn de wil, het inzicht en een grote staat van genade aanwezig, maar wordt niettemin gezondigd doordat een tijdelijke zwakheid (soms louter lichamelijk, bijvoorbeeld oververmoeidheid) een opening heeft geschapen in de 'verdedigingslijn' van de ziel, of onder invloed van handelingen, woorden of gedragingen van een medemens die de Vrede in Uw hart verstoren. Eén ogenblik van gebrekkige zelfbeheersing volstaat om een overtreding tegen Gods Liefdewet te begaan.

    Om deze redenen is het noodzakelijk, Uw ziel aan een regelmatige zuivering te onderwerpen. Daartoe heeft Jezus het Sacrament van de Biecht ingesteld, dat de mens in staat stelt om elke smet van zijn ziel weg te wassen en zich aldus opnieuw met God te verzoenen na begane zonden en overtredingen. Welke, en hoeveel, zonden U tijdens Uw leven ook hebt bedreven, een goed beleefd Sacrament van de Biecht wast de gebiechte zonden uit U weg. Wanneer beleeft U dit Sacrament op de juiste wijze? Wanneer U met oprecht berouw Uw zonden belijdt in een individuele biecht (dus niet in groep), en daarna de opgelegde boete met Liefde volbrengt. Bij het oordeel na Uw dood kunt U alleen nog 'bestraft' worden voor niet of niet goed gebiechte overtredingen.

  3. Eerbetoon aan God. Het eerste gebod waarvan God de naleving verwacht, is dit: dat U Hem oprecht bemint. God oprecht beminnen, doet U onrechtstreeks door Uw medemens te dienen (wegwijzer nr. 4), en rechtstreeks door veelvuldig en liefdevol gebed, en door veelvuldige en aandachtige deelname aan de Heilige Mis. Een ziel mag nog zo zuiver leven, indien zij niet bidt of niet regelmatig het Heilig Misoffer bijwoont, zal zij bij het oordeel horen: "Ik heb u niet gekend". Waarom? Omdat niet of heel weinig bidden voor God overkomt alsof U niet met Hem wil spreken, en het niet of weinig bijwonen van de Heilige Mis voor Hem betekent dat U het Verlossingswerk van Jezus miskent, want de Heilige Mis herdenkt en herbeleeft het Kruisoffer. Bovendien ontvangt U dan niet de Heilige Communie, en stelt U dus niet Uw hart open voor Jezus. Gebed en de Heilige Mis zijn de grote vormen van eerbetoon aan Uw Schepper en Verlosser. U kunt niet verwachten dat Hij U laat delen in Zijn Heerlijkheid indien U Hem tijdens Uw leven op aarde hebt genegeerd door gebrek aan gebed en miskenning van Zijn weldaden, die tijdens de Mis worden gevierd.

  4. Naastenliefde. In feite is dit begrip onnoemelijk breed, want letterlijk alle deugden hebben uiteindelijk te maken met naastenliefde. Daarom verwijs ik U hier graag naar het boek Lentebloesems aan de Levensboom, waarin ik heb aangetoond op welke wijze alle deugden als uitingen van Liefde naar de heiligheid voeren.

  5. Eerherstel. Dit begrip betekent in feite 'herstel van de Eer van God'. Het is elke handeling die de gemeenschappelijke zondenschuld van de hele mensheid tegenover Gods Gerechtigheid helpt afbetalen of vergoeden. Elke zonde is in wezen een belediging aan God, want Hij had de mens geschapen om volkomen heilig te leven, naar Zijn beeld en gelijkenis. Daarom is het God zeer welgevallig wanneer U eerherstel brengt voor alles wat Hem mishaagt: alle zonden der mensheid, alle heiligschennissen, alle onverschilligheid (bijvoorbeeld vanwege mensen die in hun leven geen tijd vrijmaken voor de belangen van hun ziel noch voor Gods belangen). Hoe brengt U eerherstel? Door speciale gebeden (vooral deze ter aanbidding en verering van het Lijden van Jezus en de Smarten van Maria) en door elke daad of woord van Liefde die een tegengewicht vormen voor de zondigheid van de wereld.

  6. Boetvaardigheid. Hieronder wordt in dit verband verstaan: alle lijden, offers en boetedoening die U te beurt vallen of die U vrijwillig aan God geeft, dus alles wat U in feite 'pijn doet' of Uw dagelijks leven bemoeilijkt. De wereld is een tranendal, maar zeer veel lijden gaat verloren. Om als wegwijzer naar de Hemel te kunnen dienen, moet lijden met Liefde aanvaard en opgedragen (toegewijd) worden, anders is het voor de zielen van geen nut. Heel het leven van Jezus en Maria op aarde was één groot offer, want het werd in volmaakte toewijding aan Gods Gerechtigheid met Liefde gedragen. Neem U dit tot voorbeeld. Ik verwijs U hier graag naar Stormschrift nr. 9.

  7. Verkondiging van het Woord. Elke christen is op zijn manier geroepen om de Leer van Jezus te verkondigen, in woorden of daden. Ouders moeten hun kinderen onderrichten en opvoeden volgens de christelijke principes. U moet door Uw gedrag en woorden een voorbeeld zijn voor Uw medemensen. U moet mensen de onzinnigheid van dwalingen, zedeloosheid en zonde helpen inzien, en alle kennis die U verwerft over de Waarheid moet met Uw medemensen gedeeld worden. Sommigen zijn geroepen tot het schrijven van spiritueel vormende teksten. Op al deze wijzen kan de ziel bijdragen tot de vestiging van Gods Rijk op aarde en de verwezenlijking van Zijn Plannen.

Uw ziel is geroepen om na dit leven naar God terug te keren. Van U wordt verwacht dat U nu reeds méér voor de Hemel leeft dan voor de wereld. Weiger niets aan Jezus. Leer elke situatie van Uw leven beschouwen als een kans die Gods Voorzienigheid U aanreikt om groot te worden in de Liefde, en Uw plaats in het Koninkrijk zal met bloemen bezaaid zijn.

In voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 15

DE POORTEN DER HEL ZULLEN HAAR NIET OVERWELDIGEN

Tien pijlers voor de overwinning van de Kerk van Christus

Myriam van Nazareth

Jezus Christus is in de wereld gezonden door de Liefde van de Heilige Drievuldigheid Die de dwalende mensheid wilde redden. Hij heeft ons Zijn Leer gebracht uit Liefde, Hij heeft voor ons geleden en is voor ons de Kruisdood gestorven uit Liefde, en Hij heeft ons Zijn Kerk en Sacramenten nagelaten uit Liefde. Zijn hele leven als de Messias op aarde is een getuigenis geweest van Gods oneindige Liefde. Om de waarde hiervan in te schatten hoeft U slechts te pogen, U het verschil voor te stellen tussen een eeuwigheid in de Hemel en een eeuwigheid in de hel. Die eerste lotsbestemming was uitgesloten tot Jezus in de wereld kwam. In Zijn laatste dagen op aarde heeft Hij Zijn Kerk gegrondvest. Zij is bedoeld als de eeuwige getuige van Zijn onvoorstelbaar grote Nalatenschap. Een Werk dat waarlijk van God stamt, gaat nooit verloren. Daarom heeft Hij beloofd dat zelfs de poorten der hel Zijn Kerk nooit zouden overweldigen. Jezus gaf er Zich terdege rekenschap van dat antichristelijke krachten zich in alle tijden zouden beijveren om Zijn Werken te vernietigen. Wat God ooit begint, voert Hij ook naar zijn bekroning. Van ons wordt wel verwacht dat wij de wil betonen om de Kerk van Christus, Bron van Liefde en Geluk, in stand te houden. Wie een eind wil maken aan alle ellende en ontsporingen in deze wereld, moet zich met al zijn krachten inzetten voor de zichtbare en schitterende triomf van alles waarvoor Jezus in de wereld is gekomen. De tijd is aangebroken voor alle christenen om zich te verenigen in een ketting van Licht en Liefde om de Kerk en het christelijk erfgoed te doen stralen, en daardoor de wereld te laten zien dat het Ware Geluk slechts bloeit waar het zaad van God openlijk verwelkomd wordt.
De volgende tien punten zijn mij geopenbaard als de pijlers waarop de Kerk van Jezus Christus haar uiteindelijke overwinning zal grondvesten. U bent geroepen om aan die triomf mee te werken. Daartoe bent U in de wereld gekomen, net zoals Jezus, want Hij wil U maken tot Zijn beeld en gelijkenis.

  1. Handhaving van de oude traditionele waarden in de Kerk. Bijna tweeduizend jaar geleden heeft Jezus Zijn Kerk ingesteld. Op Zijn aanwijzingen groeide de oorspronkelijke liturgie en werd van meet af aan de Heilige Eucharistie opgedragen tot gedachtenis aan het Lijden dat Jezus had doorstaan om voor alle zielen de toegang tot het Eeuwig Geluk in de Hemel mogelijk te maken. Jezus, de Eeuwige Wijsheid, het Woord van God, heeft hiertoe voorschriften nagelaten waarvan elk woord en elke handeling een welbepaalde betekenis bezit die geworteld zit in de diepste Goddelijke Mysteries. Elk woord en elke handeling van de traditionele, oorspronkelijke liturgie is zodanig overgeleverd dat zij voor ons bij God de grootst mogelijke genade losmaken. Wie aan deze voorschriften van Jezus Zelf ook maar het geringste verandert, verstoort dus het effect dat Jezus ermee had bedoeld. Hij weet beter dan wie ook welke kracht elk woord en elke handeling bezit en opwekt in Gods genadestromen.

    Wee aldus de dwaasheid en de hoogmoed der mensen die de liturgie zijn beginnen te veranderen 'om de Kerk bij de evolutie van de samenleving aan te passen'. Dezelfde mensheid die de erfzonde over zich heeft getrokken door de hoogmoed en de ongehoorzaamheid, heeft deze zonde der zonden (de miskenning van Gods Woord met zeer grote gevolgen) als het ware nogmaals herhaald door te menen dat God Zich bij de menselijke waarden moet aanpassen, en niet omgekeerd. Op de Kerk rust de taak, de samenleving herop te voeden en haar te wijzen op de rampzalige gevolgen van de miskenning van de Leer van Jezus Christus. Gods Woord bevat de Grondwet voor het menselijk Geluk. Wanneer deze Grondwet op grote schaal overtreden wordt, groeit een samenleving die zo melaats is dat zij letterlijk in al haar organen uit elkaar valt. Heeft iemand ooit beter melaatsheid genezen dan Jezus? Wees U bewust van de onzinnigheid en de immense gevaren van modernisme in de Kerk, en bid voor de terugkeer naar, en de instandhouding van, de traditionele oude waarden in de Kerk.

  2. Wees een voorbeeld van christelijk leven. Een leven leiden in volkomen deugdzaamheid is een dagelijkse opgave. De grootste heldhaftigheid bestaat niet zozeer uit één of andere opzienbarende daad, doch uit een volhardend christelijk gedrag in elk detail van Uw dagelijks leven. Heiligheid kan voor Uw medemensen verborgen blijven, maar God, Die in het verborgene ziet, weet welke strijd het kan kosten om ook in de talrijke kleine dingen heilig te zijn. Een hoge mate van gezond zelfbewustzijn is daartoe nodig: een regelmatig zelfonderzoek in verband met Uw beleving van de waarden zoals het Evangelie deze leert. De voornaamste vraag is daarbij zonder twijfel: 'Hoe sterk ben ik in de naastenliefde in al haar uitingen?' Ons christendom kan alleen een sterk fundament bezitten wanneer ieder van ons in de aangelegenheden van zijn ziel eerst en vooral voor zijn eigen deur veegt. Zoek zelfs de kleinste splinter in Uw eigen oog, en bid en offer voor de balk in deze van Uw medemens.

  3. Herstel van het gebed in gezinsverband. Er heeft een tijd bestaan waarin rond elke tafel en bij elk vuur gebeden werd. Het gebed in gezinsverband zou voor elk ouderpaar opnieuw als een morele plicht beschouwd moeten worden, jegens God maar ook jegens hun eigen kinderen. Elke ouder draagt niet alleen een verantwoordelijkheid voor de stoffelijke noden van zijn kinderen, doch in ten minste even hoge mate voor de toekomst van de ziel van zijn kinderen. U kunt door God ter verantwoording geroepen worden indien U verzuimt, Uw kinderen de christelijke waarden mee te geven, niet in oppervlakkige uiterlijke tekenen doch diep in hun hart, in al hun belevingen. Wat zij met deze opvoeding later doen, is hun eigen verantwoordelijkheid, maar van U wordt verwacht dat U hen in staat stelt om de vruchten der Verlossing in zich te laten rijpen, en dat kunt U alleen door de plant van hun ziel te begieten met het water van een opvoeding in de christelijke waarden en deugden.

    Maria verlangt er vurig naar dat gezinsleden samen de Rozenkrans zouden bidden, zoals dit vroeger vaak gebruikelijk was. De Rozenkrans is de ketting waarmee de satan gebonden kan worden. Wilt U de harmonie in de hele samenleving herstellen, de losbandigheid van de jeugd indijken en alle ellende uit de wereld bannen, begin dan opnieuw biddende gezinnen te vormen. Vergeet nooit dat de gezinnen de fundering van het bouwwerk van de hele samenleving vormen. Maak van de gezinnen haarden van vurig christelijk gebed, en U zult de wereld redden. De satan heeft dit reeds veel eerder begrepen, en heeft zijn verwoestingswerk dan ook hoofdzakelijk op de gezinnen geconcentreerd. Aan U om dit proces om te keren.

  4. Regelmatig kerkbezoek. Is U nooit opgevallen hoezeer de verwoesting van alle zeden gelijkloopt met de daling van het aantal mensen dat regelmatig de Heilige Eucharistie bijwoont? Elke Mis is een herdenking van het Verlossingsoffer van Jezus aan het Kruis. Een ziel die dit Misoffer niet regelmatig (voor de Kerk betekent dit concreet: ten minste elke zondag en hoogdag) bijwoont, wordt door Jezus niet als een ware christen beschouwd, want deze ziel miskent het Offer dat voor elke ziel de toegang tot de Hemel geopend heeft. Het bijwonen van de Heilige Mis is als een deelname aan het Offer van Calvarie, dus een betuiging van Liefde en dank. Het Kruisoffer heeft de absolute macht van het kwaad gebroken: Vóór het Lijden en de Dood van Jezus als God-Mens kon, ten gevolge van de erfzonde, geen enkele ziel nog in de Hemel komen, dus was elke ziel automatisch prooi van het kwaad. Sedert het Kruisoffer heeft elke ziel opnieuw een keuze: De Hemel is opnieuw bereikbaar, doch daartoe moet de ziel tijdens haar leven op aarde bereid zijn om in het Offer van Jezus te delen. Zij kan dit door toewijding van het eigen kruis (alle lasten en beproevingen van het leven) en door deelname aan de gedachtenis van het oorspronkelijk Kruisoffer, en deze gedachtenis vindt plaats tijdens de Consecratie en Communie in elke Heilige Eucharistie.

    God heeft beschikt dat aan het kwaad op deze wereld evenveel slagen toegebracht zullen worden als er Missen opgedragen worden, en wel in de mate waarin deze Missen met eerbied bijgewoond worden. De keuze is aan U, voor de eeuwige lotsbestemming van Uw eigen ziel, en voor de wereld. Hoe vaker U de Heilige Mis bijwoont, des te hoger groeit de boom van het christendom, en wanneer deze de Hemel raakt, is de heerschappij van het kwaad op deze wereld afgelopen.

  5. Regelmatig gebruik van de Sacramenten. Jezus heeft de Sacramenten ingesteld als de grote onderdelen van Zijn Nalatenschap aan de mensheid. Het Doopsel, het Vormsel, het Huwelijk of de eventuele Priesterwijding zijn eenmalige Sacramenten. Het Heilig Oliesel (of Ziekenzalving) kan méér dan eens, doch slechts in welbepaalde omstandigheden toegediend worden. Wanneer ik spreek over 'regelmatig gebruik van de Sacramenten', komen dus alleen de Heilige Communie en de Biecht in aanmerking. Ik heb het hierover uitgebreid gehad in vroegere Stormschriften. Veelvuldig gebruik van deze Sacramenten kan de wereld helpen redden, maar zij moeten wel gebruikt worden in de diepste eerbied en in het bewustzijn dat zij raakpunten van Uw ziel met God Zelf vormen. Ik moet daarbij waarschuwen voor heiligschennende Communies. De ziel die slechts zelden de Heilige Mis bijwoont, slechts zelden biecht, en toch de Communie ontvangt, beledigt hierdoor God. De Communie mag uitsluitend ontvangen worden na een recente biecht en mits U in staat van genade verkeert, dit wil zeggen zonder belast te zijn met zonden die niet gebiecht zijn en die door hun aard of hun hoeveelheid Uw ziel in staat van ongenade brengen bij Gods Gerechtigheid.

    Over de wijze waarop U de Heilige Communie ontvangt, verwijs ik U naar het oordeel van Uw priester, doch op grond van mijn persoonlijke openbaringen verlangt God een Communie die (indien Uw lichamelijke toestand dit mogelijk maakt) geknield en rechtstreeks op de tong ontvangen wordt. Ik deel U dit mee uit gehoorzaamheid aan Haar Die mij deze openbaringen voor U geeft.

  6. Bevordering van de aanbidding van het Heilig Sacrament. Aanbidding van het uitgestald Sacrament is te vergelijken met een laaiend vuur dat in een wijde omtrek hitte en licht uitstraalt. Het is een geducht wapen tegen alles wat de Kerk en het christendom ondermijnt. Wee de streek of de stad waarin geen priester of gelovige meer ijvert voor regelmatige aanbidding van het Heilig Sacrament. Aanbidding is een roep van het hart om Jezus; totale afwezigheid van aanbidding is miskenning van Jezus. Aanbidding is als een bliksemafleider wanneer Gods Gerechtigheid een mensengemeenschap op grond van haar zonden zou kunnen teisteren. Waar geen knie zich meer buigt, zullen vele zielen gebogen worden.

  7. Matiging van alle materialisme. Het materialisme is de grootste gesel die de mensheid ooit over zich heeft getrokken. De mens is geschapen als ziel. Uw lichaam is slechts nodig omdat Uw ziel zich door deze stoffelijke wereld moet kunnen verplaatsen. Doordat Uw lichaam behoeften heeft (voedsel, drank, kleding, huisvesting enz.), moet hieraan voldaan worden om in leven te kunnen blijven. Het voldoen van deze behoeften zou op dat punt moeten ophouden: De menselijke waardigheid die God U heeft gegeven, veronderstelt dat U, zodra het levensbehoud gewaarborgd is, geen inspanningen meer levert voor een bevrediging die nog verder gaat, dus verder geen aandacht meer zou schenken aan Uw stoffelijke noden. En dat is precies een wet waaraan de mensheid nooit heeft gehoorzaamd: De begeerlijkheid en de hoogmoed die met de erfzonde in het menselijk gedrag zijn geslopen, hebben de mens ertoe aangespoord om zich steeds boven zijn medemens te willen verheffen, beter, mooier, rijker, sterker enz. te willen zijn dan de ander, en bovendien zich van God los te willen rukken.

    De mens is zijn eigen god geworden. De mens die een goed bezat, doch ook andere goederen nodig had, moest deze van medemensen bekomen in ruil voor zijn eigen goed. Om deze ruil aan bepaalde regels te onderwerpen, moest de waarde van alle goederen tegenover elkaar gemeten kunnen worden. Zo is het geld in de wereld gebracht, en met het geld ook de totale ondergang. Geld is bij uitstek het machtsmiddel van het kwaad geworden, het middel waardoor mensen in slavernij worden gebracht, en door de begeerlijkheid en hebzucht van mensen heeft geld voor een verschrikkelijke toename van alle ondeugden en zonden gezorgd. Doordat de mens in een stoffelijke wereld leeft, heeft hij de neiging om vooral de stoffelijke elementen van het leven om zich heen waar te nemen. Hieruit is een verregaande misleiding en dwaling in zijn denken ontstaan. Alleen de materiële (stoffelijke) waarden van dit leven eisen de aandacht op van veruit de meeste mensen. De grote meerderheid van de mensen is zich er niet meer van bewust dat de mens als ziel geschapen is, en dat dus de ziel de grootste aandacht moet krijgen. De levenshouding en denkwijze volgens dewelke de stoffelijke behoeften alle aandacht krijgen, wordt materialisme genoemd. Dit is reeds eeuwen lang de doodsteek voor het christelijk denken en leven, dat alle aandacht eist voor de behoeften van de ziel omdat alleen de bevrediging van die behoeften het Eeuwig Leven kan geven.

    Materialisme is zorgen voor Uw noden op deze wereld, doch na dit leven is dat alles van geen enkel nut meer. Het enige wat U meeneemt naar het Eeuwig Leven, is het voedsel dat U aan Uw ziel hebt gegeven. Antichristelijke krachten hebben er daarom steeds voor geijverd, de mensheid te laten geloven dat de ziel of het Eeuwig Leven niet eens bestaan, opdat de mens automatisch al zijn aandacht zou richten op dit aardse leven en zijn behoeften, met andere woorden: de bevordering van de belangen van de geldmaatschappij, het verbruik van zo veel mogelijk goederen, tot (vergankelijk) nut van hen die de goederen aanbieden. Alles in onze maatschappij is hierop gericht, in zo hoge mate dat alles wat de mens herinnert aan de behoeften van zijn ziel, als een steen des aanstoots uit het wereldbeeld verdreven wordt: de Kerk, het Kruis, God Zelf. Om deze ontwikkeling kracht bij te zetten, wordt de christen ook in zijn hart aangevallen: Alle denken over het bovennatuurlijke wordt als naïef en onontwikkeld weggehoond.

    Met de grootste nadruk roep ik U daarom op: Christen, U bent een kind van God, wees niet langer in schijn een christen doch in werkelijkheid een heiden, een dienaar van de afgod van Uw lichamelijke (schijn)behoeften en van alles wat het geld U belooft, want U bedriegt Uzelf voor de eeuwigheid. De enige blijvende werkelijkheid is deze bij God, en bij Uw heengaan uit deze wereld komt de dag waarop Hij U de vraag zal stellen waarom U Hem zoals Judas verraden hebt voor het geld der wereld terwijl Hij U had gemaakt om als Zijn beeld en gelijkenis de trots van Zijn Schepping te zijn, een ziel die in een lichaam leeft, in matigheid de strikte behoeften van dat lichaam bevredigt doch voor het overige zou leven als de engelen. Materialisme is een grove misleiding. De waardigheid van de ware christen staat niet toe dat U Uzelf tot speelbal laat worden van een wereld die Gods Wet van Liefde heeft ingeruild voor de wet van de dwaasheid.

  8. Heldhaftigheid in het Geloof. U kunt nooit op duurzame wijze bijdragen tot de overwinning van de Kerk van Christus indien U niet eerst zelf sterk staat in Uw Geloof. 'Gelovig zijn' is een begrip dat voor vele mensen niet veel inhoud meer heeft. Het gaat oneindig veel verder dan te geloven dat God bestaat. Vele zogenaamde christenen vallen als bladeren in de herfst zodra de wind der beproevingen opsteekt. Om God waarlijk te dienen, moet U een held in het Geloof worden. Daartoe is het noodzakelijk dat U zelf volkomen doordrongen bent van de bovennatuurlijke werkelijkheid, en van de zekerheid dat het Licht altijd de duisternis overwint, dus dat elke uiting van de macht van het kwaad slechts een kortstondige schijnoverwinning is. Zoals een spons die lange tijd in water ligt, zo volgezogen is dat U ze slechts hoeft aan te raken om er water uit te persen, zo moet U volgezogen zijn van Uw geloof in God: Het moet werkelijk uit U stromen, en vooral bij beproevingen die Uzelf en Uw medemensen doormaken. Zo wordt U tot bron van bezieling, inspiratie en kracht voor Uw omgeving en kunt U daadwerkelijk bijdragen tot de overwinning van de Kerk van Christus. Mits U elke uiting van het kwaad in Uw leven en in de wereld uitdrukkelijk opdraagt aan God (bijvoorbeeld via Maria in het kader van een toewijding, zie pijler nummer 9) vernietigt het kwaad zichzelf. Elke antichristelijke kracht die tracht, U te treffen, vernietigt zichzelf wanneer U de lasten die U daardoor ervaart, met overgave en Liefde weet te aanvaarden en toe te wijden.

  9. Totale toewijding aan de Heilige Maagd Maria. Toewijding aan Maria betekent, Uw hele leven en heel Uw wezen, al Uw doen en laten, denken, spreken, voelen en verlangen aan Maria geven als een alomvattende offergave voor het Heil van zielen. Waarom? Omdat Maria de Moeder van alle mensen en de Middelares van alle Genaden is, en het Heil der mensen aan Haar toevertrouwd is. Zij is de Vrouw Die de kop van de helse slang onder Haar voeten zal verpletteren. Maria’s macht is onbegrensd, Zij is dus Uw volmaakt vertrouwen waardig. Behalve God Zelf is alles aan Haar onderworpen. Ware toewijding aan Maria is oneindig veel méér dan het dagelijks uitspreken van een toewijdingsgebed, het is een levenshouding, een totaal nieuwe beleving van de wereld om U heen. Het is een bekentenis voor het feit dat U bereid bent om Uzelf in Maria’s handen te offeren voor de redding van de wereld. Dit is een moedige beslissing, die echter, indien U haar trouw blijft, voor U de deur opent naar een volkomen wedergeboorte. Uw zelfofferande wordt in deze allerheiligste en machtige handen tot een groot wapen waarmee de Verlossing der zielen, die door Jezus aan het Kruis is voltrokken, tot vrucht gebracht wordt.

    In ruil daarvoor werkt Maria elk ogenblik in de zielen die zich uit vrije wil totaal aan Haar onderwerpen en hun leven nog uitsluitend richten op Maria’s doelstellingen: de vestiging van het Rijk van Jezus Christus op aarde en de redding van zoveel mogelijk zielen. Zij voert de aan Haar toegewijde zielen naar steeds hogere trappen van heiligheid, indien zij zich totaal door Haar laten leiden. Daartoe is noodzakelijk dat deze zielen hun vrije wil aan banden laten leggen om Maria’s werk tot volle ontplooiing te laten komen. Toewijding aan Maria is de grootst mogelijke blijk van overgave aan God en van de wil om Gods Rijk op aarde te laten grondvesten. Totale overgave aan Maria betekent automatisch leven in volkomen navolging van de Goddelijke Wil, want Maria’s Wil is identiek met de Wil van God. Om die reden is totale, onvoorwaardelijke en eeuwigdurende toewijding aan Maria één van de stevigste bouwstenen in de fundering van het Rijk van Christus, en één van de machtigste wapens tot de Overwinning van Zijn Kerk. Wie zich vrijwillig aan Maria toewijdt en daar dagelijks in alles naar leeft, is daardoor automatisch bestrijder van alle krachten die de Kerk en de Leer van Jezus Christus vijandig gezind zijn.

  10. Strijd voor de eerbied voor alle leven. Een samenleving die geen eerbied heeft voor het leven, wordt uiteindelijk haar eigen moordenaar. Elke invloed die blijk geeft van gebrek aan eerbied voor de Schepping en het leven, is een antichristelijke kracht. God is Leven. Alles wat leven wil vernietigen, draagt niet Gods bezieling in zich. God heeft al het levende geschapen uit Liefde. Wie het geschapene met verwoesting bedreigt of het op enige wijze tekort doet, is een godsmoordenaar, want hij keert zich tegen God in Zijn schepselen. Dat is het geval bij abortus, euthanasie, moord, zelfs in de bredere zin bij verwaarlozing, dierenmishandeling, foltering en elke andere uiting van gebrek aan Liefde en eerbied voor schepselen van God. Al deze handelingen (of nalatigheden, naargelang het geval) zijn ingrepen op Gods Plan en inbreuken op de harmonie die God in Zijn Schepping heeft gelegd, en daarom zware vergrijpen die in strijd zijn met alle wetten van de Leer van Jezus Christus.

    Wie het Rijk van God en de overwinning van Zijn Kerk wil helpen vestigen, moet in de eerste plaats in zijn eigen leven een toonbeeld van Liefde zijn voor alles wat leeft, want alle leven draagt het stempel van God Zelf en is door Hem gemaakt om een reden die alleen Hem ten volle bekend is. Bedenk dat U geoordeeld zult worden op de mate van Liefde die U Uw medewezens in deze wereld hebt toegedragen, en dat elke mens en elk dier die op Uw levensweg worden gebracht, niet door louter toeval Uw pad kruisen doch omdat God daar een bedoeling mee heeft: Alle levende wezens hebben elkaar dingen te leren en zijn voor elkaar op diverse wijzen spiegels van Gods Aanwezigheid. Verwoesting of beschadiging van leven, is sabotage van Gods Levensplan.

U bent slechts om één reden in deze wereld: om Gods Heilsplan te helpen verwezenlijken. Dat kan alleen indien de ene Waarheid van God bekend wordt en door alle mensen nageleefd wordt. Dat is de taak van het Christendom, de enige ware Leer van Gods Waarheid, en van Zijn Kerk. De redding van de wereld hangt af van Uw inzet. Bij het oordeel zal U geopenbaard worden wat Uw leven dan voor God betekend heeft.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 16

VANDAAG NOG ZULT GIJ MET MIJ IN HET PARADIJS ZIJN

Over het Mysterie van de Goddelijke Barmhartigheid

Myriam van Nazareth

Bij de Kruisiging stonden op Calvarie drie kruisen: Het middenste was dat van onze Verlosser, en zowel aan de linker als aan de rechterzijde van Jezus hing telkens een veroordeelde misdadiger. Op één van deze beiden werkte de veroordeling als een versterker van al zijn grieven tegen de omgeving die hem dit had aangedaan. Hij lasterde en vloekte tot de dood. De andere daarentegen, werd getroffen door de aanblik van de gekruisigde Jezus en van Zijn Moeder Maria onder het Kruis. Hij kwam tot inkeer en begon Jezus te verdedigen, te loven, en zijn geloof in de Messias uit te spreken door Hem te vragen om een plaatsje in Zijn Rijk. Jezus aanvaardde deze belijdenis als aanleiding om deze misdadiger al zijn zonden kwijt te schelden en hem nog die dag de Eeuwige Gelukzaligheid te beloven: "Vandaag nog zult gij met Mij in het Paradijs zijn". Deze woorden illustreren de oneindige Barmhartigheid van God.

Wat is de Goddelijke Barmhartigheid, en hoe en waarom werkt zij? De Barmhartigheid is die uiting van Gods grenzeloze Liefde waardoor Hij Zich bereid toont om de spons te vegen over zonden en fouten die nochtans bestraffing verdienen. Het is met andere woorden de ultieme uitdrukking van Zijn mildheid, vergeving en goedheid.

Elke zonde brengt onevenwicht in Gods Scheppingswerk, onteert een stukje van Zijn Verlossingswerk, en verstoort Zijn Heiligingswerk. Deze verstoringen moeten vergoed worden, door lijden (op aarde en/of in het vagevuur), door gebed, en door handelingen en woorden van Liefde. Liefde is de drijvende kracht in Gods Schepping, en elke zonde is precies een verstoring van de Liefde. Het leed der wereld wordt niet actief door God gewild, het is het logisch gevolg van de Wet van de Gerechtigheid die God heeft voorzien om Zijn Schepping in evenwicht te kunnen houden. Indien deze Wet er niet was, zou de wereld geen dag meer bestaan. Waarom? Omdat God bij de schepping binnenin en tussen al het geschapene onderling en tussen de schepselen en Zichzelf een systeem van krachten heeft voorzien dat, zodra het in een te groot onevenwicht raakt, geen leven meer mogelijk maakt. Dat komt doordat elke verstoring van de Liefdesstromen in Gods Schepping voor blokkades zorgt. Vandaar de noodzaak tot onophoudelijke 'uitboetingen'.

In bepaalde gevallen staat God toe dat onevenwichten niet door menselijke vergoedingen hersteld moeten worden. Ik zou dit kunnen vergelijken met een toestand waarin werknemers door eigen schuld zware schade hebben toegebracht aan een dure machine, en de werkgever op zeker ogenblik een gedeelte van de kosten voor herstel, of zelfs de hele som, uit eigen zak op tafel legt, zodat de werknemers veel minder, of niets meer, hoeven te betalen. Waarom doet God dit? Omdat Hij weet dat de mens zwak is en Gods tussenkomst hem in bepaalde gevallen de kracht zal geven die nodig is om een nieuw mens te worden. Ook omdat Hij de zondaar liever gered ziet worden dan hem door ontmoediging helemaal te verliezen. Bovenal echter omdat Zijn Liefde onpeilbaar is en zich op vaak onbegrijpelijke wijzen zoekt te openbaren. De Gerechtigheid laat niet met zich spotten, maar in bepaalde gevallen blijkt God wel bereid om haar tijdelijk en ten dele (soms zelfs volledig) 'buiten werking te stellen'.

Om even naar mijn voorbeeld van Calvarie terug te keren: Wat is hier gebeurd? Een misdadiger heeft de doodstraf gekregen. Hij heeft dit uiteindelijk aanvaard als de Wil van God, en heeft een akt van Liefde gesteld jegens Hem in Wie hij de Vertegenwoordiger van God heeft herkend. Hij heeft Jezus door zijn rouwmoedige woorden getoond dat zijn hart zich naar God begon te keren. Jezus, de Gevolmachtigde van Gods Gerechtigheid en Barmhartigheid op aarde, heeft hier het bewijs van Gods vergevende Liefde laten blijken en heeft de misdadiger, die door zijn zondig leven wellicht verloren was gegaan of ten minste een verdere loutering in het vagevuur had verdiend, onmiddellijk toegang verleend tot de Eeuwige Gelukzaligheid. God toont ons in dit gebeuren eens te meer, net zoals in de parabel van de arbeiders van het elfde uur, dat in Zijn ogen het leven een evolutie is die naar een bepaald punt leidt.

Mits er oprecht berouw, oprechte Liefde, aanvaarding van straf of uitboeting, inkeer en inzicht in eigen zonden en fouten zijn, en de wil om 'anders te worden', blijft God U geen verwijten maken voor misstappen die in een vroegere fase van Uw leven zijn gebeurd.

Wij mogen dus stellen dat voor God Uw gesteldheid van het laatste levensuur van doorslaggevend belang is. Daarbij moet U zich constant voor ogen houden dat de dood komt als een dief in de nacht: over het algemeen onverwacht, althans wat het precieze tijdstip betreft. Wacht dus niet tot U 'oud bent' om tot bekering te komen, want morgen kan het te laat zijn. Overigens geeft elk bewust uitstel om U te bekeren blijk van berekening en weinig oprechte Liefde. In dit laatste geval zult U weinig aanspraak kunnen maken op Gods Barmhartigheid, die, vergeet dit nooit, een genade is die heel grote gevolgen voor Uw ziel kan krijgen. Gods Barmhartigheid is een regenboog van Hoop die wordt gevormd doordat de zon van de Liefde zich vermengt met de tranen die Uw ziel weent om Uw zonden.

Waar goede dingen zijn, wordt ook misbruik geboren. In het Oud Verbond (de eeuwen vóór de komst van de Messias op aarde), gold de Wet van de Gerechtigheid voluit. De zonde nam overhand toe, en de staat van de Schepping dreigde onherstelbaar ontwricht te worden. Toen stuurde de Eeuwige Vader Zijn eigen Zoon Jezus Christus in ons midden. Reeds verscheidene eeuwen lang was de komst van de Messias beloofd, Die Gods volk zou verlossen uit zijn zonden. Hij is gekomen, geboren uit de Allerheiligste Maagd Maria, Die daartoe Zelf eerst onbevlekt ontvangen was, dus geboren zonder de erfzonde. De Onbevlekte Ontvangenis van Maria was aldus op zich reeds de eerste zonnestraal van de dageraad van het Nieuw Verbond, dat bij de Kruisdood van Jezus definitief ondertekend werd met Zijn Bloed. Toen bij de Kruisdood het voorhangsel van de Tempel der joden doormidden scheurde, werd hierdoor tevens het Oud Verbond verscheurd. De God van louter Gerechtigheid werd als het ware vervangen door de God Die voortaan de Gerechtigheid zou laten beïnvloeden door Zijn Barmhartigheid, een God Die de zondige mens letterlijk op sleeptouw zou nemen met een veelheid aan genademiddelen, waaronder de Sacramenten en de effecten van de totale toewijding aan Maria ongetwijfeld de grootste zijn. Dit alles is Barmhartigheid.

Maar... De zondigheid van de mensheid is niet geringer geworden, en het Bloed van Christus heeft velen (ook christenen) een vals gevoel van veiligheid gegeven. Velen menen dat Gods Barmhartigheid hen automatisch als vangnet zal dienen wanneer zij dwalen. Hier bestaat het gevaar dat bekend is als 'vermetel vertrouwen': God is oneindig barmhartig, maar opdat Zijn Barmhartigheid in werking zou treden, wordt van U verwacht dat U ook zelf inspanningen doet om elke overtreding, elke laksheid, elke onverschilligheid, elke lauwheid in de Liefde te overwinnen. Wie de Barmhartigheid misbruikt als schild voor zijn eigen onwil of gebrek aan Vuur, zou op de dag van zijn oordeel teleurgesteld kunnen worden. God wordt reeds eeuwenlang uitgedaagd door de zonden der mensheid. Tenslotte had Hij de mens voorzien als Zijn evenbeeld, vrij van zonden. Maar een misbruik van Zijn Barmhartigheid is voor God een belediging die vele andere overtreft, want het kan worden beschouwd als een ernstige zonde tegen Zijn Liefde.

Waarom is God dus barmhartig? Omdat Zijn Liefde volmaakt is, en Hij derhalve in staat is tot vergeving over de grenzen van ons bevattingsvermogen heen. Verder omdat Hij ten volle rekening houdt met het feit dat de mens in zijn gedragingen en beslissingen in hoge mate beïnvloed wordt door zijn beperkte waarneming van de werkelijkheid. De mens reageert op de situaties van zijn leven vanuit zijn waarneming van de realiteit. Hij neemt deze op een bepaalde manier waar, en reageert dan op wat hij ziet, hoort enz. Hij kan de werkelijkheid echter nooit volledig kennen, begrijpen of zien. Mocht de mens de werkelijkheid ten volle waarnemen zoals God dat doet, dan zou hij heel anders reageren, althans indien wij er mogen van uitgaan dat hij bezield is door de betrachting van het goede. Dan zou hij immers alle factoren kennen die een rol spelen bij de vormgeving van de dingen die zich in zijn leven afspelen en van de gedragingen van zijn medemensen. Doch dan zou hij ook weinig recht hebben op barmhartige vergeving, want wanneer U alles tot in de details, met alle achtergronden, kent en ziet zoals het werkelijk is, dan hebt U geen enkel excuus meer om verkeerd te reageren. Met andere woorden: Indien de mens alwetend zou zijn, zou hij geacht worden, volmaakt te zijn in al zijn doen, denken en spreken.

Daarom ook wordt de mens strenger geoordeeld voor zijn fouten naarmate hij een nauwkeuriger kijk op de werkelijkheid heeft gekregen. Dat is bijvoorbeeld het geval bij speciale begenadigingen. Concreet gesproken, is het zo dat een heel 'eenvoudig' mens meer kan rekenen op barmhartige vergeving dat een speciaal begenadigde ziel die dezelfde fout heeft gemaakt. Waarom? Omdat deze laatste doorgaans een diepere kijk op de Goddelijke Mysteries en diepere inzichten in Gods Waarheid heeft verworven dan de eerstgenoemde, en dus geen verontschuldiging kan inroepen voor gedragingen waarvan hij beter dan eerstgenoemde moet weten dat zij ongepast zijn. Daarom is het ook een uiting van barmhartigheid wanneer U Uw medemens niet benijdt indien hij meer begenadigd is dan U, noch hem verwenst indien hij door louter onwetendheid zondigt. Bidt voor elkaar, ongeacht of Uw medemens een heilige of een verstokte zondaar is. Wie barmhartig is, aan hem zal ook Barmhartigheid bewezen worden, vooral door God bij het oordeel.

Mensen hebben het soms moeilijk met het begrijpen van Gods Barmhartigheid. Dat komt doordat de menselijke Liefde onvolkomen is. Wie heeft begrepen dat Gods Liefde volmaakt is, begrijpt ook waarom Hij bereid is om de toepassing van de Wet van de Gerechtigheid in bepaalde gevallen te milderen. Voor God is elke ziel oneindig kostbaar. Precies om die reden vergt de redding van een ziel vaak zoveel offers en gebed: Er staat een zeer hoge prijs op een ziel, en een redding is een uitermate genadevol gebeuren. Vergeet bovendien niet wat ik hierboven heb geschreven: De Barmhartigheid treedt pas in werking met voorrang op de Gerechtigheid indien de begunstigde ziel blijk geeft van een grote bereidheid om Liefde te geven. Ik heb er vroeger reeds bij herhaling op gewezen dat er geen groter betaalmiddel bestaat dan de Liefde, omdat deze de brandstof is die de hele Schepping en alle onderlinge relaties tussen de schepselen onderling en tussen de schepselen en God in gang houdt, regelt, geneest, herstelt, heiligt, en die de Verlossing voltrekt. Wat is het Kruis van Jezus? Liefde. Wat is het Bloed van Jezus? Liefde. Wat zijn de Wonden van Jezus? Liefde. Wat is Jezus Zelf? Liefde. Wat is de Schepping? Liefde. Alles wat uit Gods hand komt, is Liefde. Liefde is de zon, Barmhartigheid is, zoals gezegd, een product van die zon wanneer haar stralen in aanraking komen met de uitvloeisels van ons tranendal.

God laat Zijn schepselen niet aan hun lot over. weliswaar is het een Goddelijke Wet dat vele dingen voor de mens verborgen moeten blijven zolang hij op aarde leeft, doch niettemin openbaart God nu en dan elementen van Zijn Eeuwige Waarheid aan bevoorrechte zielen, die de opdracht krijgen om deze ter kennis te brengen van hun medemensen. Ook dat is een uiting van Zijn grote Barmhartigheid, want eens te meer berust deze toegeeflijkheid op Gods overgroot verlangen om te redden wat maar enigszins mogelijk is. Barmhartigheid ervaart ieder mens in de genade van bekering, een proces dat zich in wezen dagelijks herhaalt. Het tekent Gods goedheid dat Hij de mens des te grotere geschenken toebedeelt naarmate de mensheid als geheel zondiger wordt en de gemeenschappelijke zondenschuld jegens de Goddelijke Gerechtigheid groeit. Het eerste bewijs hiervoor was Maria’s Onbevlekte Ontvangenis, het grootste voorrecht dat ooit aan een mens is verleend. Het volgende was de Menswording van Jezus, bekroond door Zijn Verlossend Lijden en Dood.

Ook in deze Laatste Tijden zijn de uitingen van de Goddelijke Barmhartigheid opvallend. Wanneer God zegt dat Hij de mens heeft gewild als Zijn beeld en gelijkenis, dan betekent dit tevens dat Hij van ieder van U verwacht dat ook U Uw medemens Barmhartigheid betoont, want Barmhartigheid mogen wij beschouwen als de meest verheven uiting van Liefde: Het is Liefde die groeit op de bodem van de vergeving aan een ziel die met schuld beladen is. Het is deze Liefde die alle haat ontwapent en Gods Rijk zal doen bloeien op aarde als in de Hemel.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 17

ALS ZE MIJ VERVOLGD HEBBEN, ZULLEN ZE OOK U VERVOLGEN

Over martelaarschap in de Laatste Tijden

Myriam van Nazareth

Jezus is Mens geworden om in een menselijk lichaam de Verlossing te voltrekken. De Verlossing is het Goddelijk Mysterie waardoor de gevolgen van de erfzonde weggenomen zijn: Vóór de erfzonde verkeerde de mens van nature in staat van heiligheid. Door de erfzonde (de zonde van ongehoorzaamheid en ontrouw jegens God) heeft de mens de staat van genade verloren, en moet hij deze door een leven in deugdzaamheid opnieuw verdienen. Doch opdat zelfs een leven in deugdzaamheid de toegang tot de Hemel opnieuw mogelijk zou maken, moest eerst als het ware de grendel van de gesloten hemelpoort verwijderd worden, en dat moest gebeuren door de Verlossingsdaad vanwege Gods Zoon Jezus Christus, de Messias. Vóór de komst van de Messias waren de machten van het kwaad ervan verzekerd dat geen enkele mensenziel nog de Hemel zou binnengaan, en dat was precies van meet af aan de bedoeling geweest van de opstandige engelen (de satan en zijn scharen van duivelen).

De Verlossing heeft de strijd tussen het Licht en de duisternis opnieuw geopend, in die zin dat vanaf de Kruisdood van Jezus de zielen zich opnieuw toegang tot de Hemel konden verschaffen, indien zij het eindpunt van hun aardse leven wisten te bereiken in staat van genade. De Verlossingsdaad van Jezus zou de satan aldus in de loop der eeuwen vele zielen kosten. Het hoeft dan ook geen verwondering te wekken dat Jezus gedurende Zijn Openbaar Leven, zodra Hij Zijn Goddelijke Missie aanvatte, ten prooi viel aan de vurigste vervolgingen, gaande van onbeschaamde lastercampagnes tot en met de marteldood. Hij heeft Zijn volgelingen gewaarschuwd dat ook zij vervolging zouden lijden. Onder de vervolging van christenen stellen mensen zich doorgaans in de eerste plaats het lot van de eerste christenen voor, die door de joden en spoedig ook door de Romeinen gemarteld en gedood werden. Waar velen zich geen rekenschap van geven, is dat de vervolging van de christenen ook in deze tijden steeds heviger woedt, en niet alleen in verre streken, doch midden onder ons... Het enige verschil is de vorm waarin zij zich voltrekt. Het is de satan eigen geworden om zijn werken te versluieren, opdat zij hun volle effect zouden krijgen zonder dat de christen de ware oorzaak van het leed zou ontdekken, ja opdat hij zelfs God de schuld zou geven. Enkele voorbeelden, opdat U gewapend zou zijn in de strijd voor Gods belangen:

  • steeds meer kerken worden gesloten. Het wordt dan ook steeds moeilijker om Uw christen-zijn te belijden.
  • zogenaamde gelovigen wijzen andere gelovigen met de vinger omdat zij 'anders' (lees: vuriger) zijn dan het gemiddelde. Hierin schuilt een uiterst bedroevende waarheid: Christenen worden opgezet tegen christenen.
  • het leven van de christenen wordt steeds moeilijker gemaakt, onder meer door politieke ontwikkelingen en beslissingen.
  • gelovigen worden steeds vaker in opspraak gebracht, vooral binnen de kringen van de christenen zelf.
  • allerlei uitingen van modernisme binnen de Kerk, die de traditionele liturgie en ceremonieën ontwrichten. Deze uitingen maken het heel moeilijk om in de ware zin van het woord christen te zijn zoals Jezus het van ons verlangt.
  • allerlei antichristelijke bewegingen die het christendom in al zijn uitingen, en de christenen zelf, willen uitschakelen.
  • de toenemende moeilijkheid om de Sacramenten te ontvangen, en vooral: om ze te ontvangen in waardigheid, volgens Gods Wil. Dit geldt vooral voor de Heilige Communie en Biecht.
  • alle aanvallen op het katholiek onderwijs en de katholieke opvoeding, onder de dekmantel van 'vrije meningsuiting', 'vrijzinnigheid', 'niet-confessionele opvoeding'. Zo gaat een voedingsbron van de traditionele Leer van Christus verloren.
  • ondermijning van de christelijke opvoeding binnen de gezinnen, onder het mom dat 'niemand (en zeker niet de jeugd) bepaalde waarden opgelegd mag krijgen'.
  • humanistisch denken, wat in wezen niets anders is dan een regelrechte aanval op het mysterie van het medeverlossend lijden. Hieronder valt onder andere het standpunt dat euthanasie mogelijk moet zijn wanneer lijden 'onmenselijk' wordt (alsof het Lijden van Jezus wél menselijk was...).
  • alle moderne waarden volgens dewelke de mens zijn leven zelf moet regelen, met uitschakeling van alle spirituele waarden en grote klemtoon op economische, materiële behoeften en 'zelfbeschikking'. Binnen deze context past onder andere het moderne standpunt over abortus.

Enzovoort...

Wat hebben al deze ontwikkelingen, standpunten en activiteiten met elkaar gemeen? Zij maken de ware, doorleefde christen het leven moeilijk, ja zelfs onmogelijk. Hoe?

  1. Door de beleving van zijn christen-zijn materieel en moreel te belemmeren.

  2. Door de christen constant te ontmoedigen op grond van vrijwel uitzichtloze situaties die hij begrijpt als volkomen tegenstrijdig met Gods belangen en verlangens.

  3. Door het op brutale en meedogenloze wijze doorzetten van denkwijzen en waarden die antichristelijk zijn doordat zij alle spirituele beleving, religieus denken en diep geloof in de bovennatuurlijke werkelijkheid in twijfel trekken, belachelijk maken of door drogredeneringen en bedrieglijke schijnwaarheden pogen te ontkrachten. Deze denkwijzen zijn erop gericht, het geloof in God te ondermijnen door te doen alsof de werkelijkheid louter en alleen bestaat uit de stoffelijke wereld die wij om ons heen waarnemen.

  4. In extreme gevallen, door de christenen lichamelijk te vervolgen, op te sluiten en zelfs te doden.

Waarom dit alles? Welke drijfveren gaan schuil achter de vervolging van de christenen?
In een samenleving die door materialisme, genotzucht, vrijzinnigheid en zedelijk verval beheerst wordt, is de ware christen een steen des aanstoots, een Vlam die het geweten wekt, dat door het denken in een dergelijke samenleving in slaap wordt gewiegd of zelfs vermoord wordt. Dat is vooral in de westerse samenlevingen sedert verscheidene eeuwen op grote schaal het geval.
Waarom is dat zo?
Vanwege het conflict tussen de behoeften van de ziel en de materiële (stoffelijke) behoeften. Een samenloop van allerlei ontwikkelingen in de samenlevingen die nochtans christelijke fundamenten bezaten, heeft ervoor gezorgd dat God en de bovennatuurlijke werkelijkheid steeds meer verwijderd zijn uit de belevingswereld van de mensen. Terwijl God en de christelijke beleving bijvoorbeeld omstreeks de Middeleeuwen in onze streken nog alle details van het leven doordrongen, is dit een vijftal eeuwen geleden snel beginnen te veranderen. De economie werd steeds sneller een echte geldeconomie met internationale handel. Snel opeenvolgende ontwikkelingen in de techniek, de wetenschap en de geneeskunde begonnen de mens steeds meer het gevoel te geven dat hij zijn eigen wereld kon 'scheppen' en veranderen, en geen God meer nodig had. Bepaalde filosofische denkstromingen begonnen het geloof in de ontastbare bovennatuurlijke werkelijkheid te ondermijnen. De mens begon steeds minder tijd vrij te maken voor zijn religieus leven, ten eerste omdat het Geloof op steeds grotere schaal als 'bijgeloof' voor simpele zielen afgedaan werd, en ten tweede omdat de aantrekkingskracht van het geld steeds groter werd. Bepaalde sociale ontwikkelingen tijdens de industrialisering maakten het trouwens al gauw moeilijk voor de eenvoudige arbeider om zijn vroegere religieuze waarden nog in zijn leven in te bouwen. Samen met nog een reeks verdere veranderingen heeft dit alles ertoe geleid dat de behoeften van de ziel steeds méér verwaarloosd of als onrealistisch beschimpt werden. Dit alles is vervolging, want er is in de samenleving een denk- en gevoelsklimaat ontstaan waardoor de ware christen, die zich geroepen voelt om Jezus en Zijn Leer tot het uiterste en in volkomen overeenstemming met de traditie te volgen, nu verplicht is om tegen de stroom op te roeien. De ware christen kan vrijwel niet anders meer dan zich abnormaal voelen. Het vergt steeds méér volharding en zelfverachting om zich als christen door te zetten: Spot en laster bedreigen vele situaties van het leven van de christen. De meest geraffineerde strategie vanwege de vijanden van Christus bestaat hierin dat dit klimaat van onenigheid en vijandschap ook steeds meer ingang vindt onder de christenen onderling. Ik schreef het hierboven reeds: Terwijl de vervolging zich korte tijd na Christus voltrok onder de vorm van marteling en dood, voltrekt zij zich nu op een veel meer versluierde wijze. De marteling gebeurt thans vooral op geestelijke wijze.
De christen was vanaf het prille begin (met Christus Zelf) een steen des aanstoots, en is dat nog steeds, voornamelijk omdat de Leer van Christus het vergankelijke en het zielsbedreigende van het materialisme en de genotzucht aan de kaak stelt en de gewetens wijst op de werkelijkheid van Gods bestaan en Zijn Gerechtigheid. Daarom is de christen in de ogen van de werelds denkenden steeds een voorwerp van vervolging geweest. Indien wij het onschatbare Erfdeel van Jezus, de enige en Eeuwige Waarheid van God, in stand willen houden, moeten wij dan ook het christendom onuitroeibaar maken. Hoe?

  1. Door de fundamenten van het christelijk Geloof te versterken, zodat het huis niet kan instorten. Dat kan slechts door zonder enig compromis vast te houden aan de traditionele waarden, en niet toe te geven aan enige uiting van modernisme in Kerk en liturgie..

  2. Door een ketting van Licht te vormen. Ik heb reeds vroeger geschreven dat de Heilige Maagd Maria daartoe oproept. Dat kan door gebedsafspraken (U kunt bijvoorbeeld met één of meer mensen onderling afspreken om dagelijks voor elkaar en voor de vestiging van het Rijk Gods op aarde te bidden)..

  3. Door elkaar onderling tot het uiterste toe te steunen. Deze tijd van duisternis maakt een veel grotere solidariteit onder de christenen dringend noodzakelijk. Slechts indien ook de gelovigen die zich eenzaam en 'bekeken' voelen, zich echt door hun geloofsgenoten gesteund weten, zullen zij de moed vinden om niet afvallig te worden. Het is niet meer de tijd om onze rangen nog verder te laten uitdunnen..

  4. Door U totaal toe te wijden aan de Heilige Maagd Maria, en zoveel mogelijk mensen aan te sporen om dit eveneens te doen. Toewijding aan Maria die strikt nageleefd wordt, is het sterkste wapen tegen de vervolging, voor het afsmeken van bescherming en voor de spoedige grondvesting van het Rijk van Christus.

  5. Door een leven van opperste deugd te betrachten. Leven in navolging van de echte christelijke waarden van deugd, offerbereidheid, gebed, Liefde en een rotsvast Geloof, vormt de sleutel tot de Schatkamer van Gods Genaden om het christendom nieuw leven in te blazen en alle antichristelijke krachten uit Gods wereld te verdrijven..

  6. Door vast te geloven in de spoedige Wederkomst van Jezus en de vestiging van Zijn Rijk. Alleen dit geloof zal ook daadwerkelijk Gods Wil op aarde doen geschieden, en Gods Wil is precies dat Zijn Rijk op aarde zou komen. Laten wij echter vast voor ogen houden dat de Wederkomst van Jezus moet gebeuren in de harten. Het is geen gebeuren dat buiten de mensenzielen staat of van buitenaf over de wereld moet komen.

  7. Door al Uw lijden en beproevingen met geduld en Liefde aan Maria (en via Haar aan God) op te dragen. Dat is een houding waardoor het kwaad dat U wordt aangedaan, zichzelf vernietigt, want elk aanvaard en opgedragen lijden brengt Licht en genaden over de zielen. Om die reden is ook het bloed van de martelaren zo vruchtbaar.

God komt Zijn beloften steeds na. Wat nu om U heen gebeurt, is niets anders dan de stuiptrekkingen van de slang die reeds de machtige voet van de Onbevlekte Maagd Maria op haar kop voelt. Het kwaad zal definitief uitgeroeid worden, en daarmee ook alle vervolging van de enige Waarheid. Alles wat tot het rijk van het materiële behoort, zal als dwaasheid ontmaskerd worden, en de behoeften van de ziel in ere hersteld worden. Laten wij samen vurig bidden, want de dag van God is nabij...

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 18

ZALIG DE OGEN DIE ZIEN WAT GIJ ZIET

Over de zin van de mystiek en de onzichtbare Werken van God

Myriam van Nazareth

De werkelijkheid is veel omvattender dan datgene wat de mens gewoonlijk om zich heen waarneemt. Wat wij zien, is slechts de top van een ijsberg: Het grootste gedeelte is voor mensenogen verborgen. Dat maakt het vrijwel onmogelijk om situaties volkomen in te schatten en onfeilbare beslissingen te nemen. Dit onvermogen stelt ook gemakkelijk de weg open naar zonde en ondeugd. Waarom is de mens zo blind? De 'geestelijke blindheid' van de mens is niet Gods schuld, doch het gevolg van een onvermogen dat de mens over zich heeft afgeroepen door de erfzonde. Sedert de erfzonde is het de mens inderdaad niet meer toegestaan om alles te kennen. God heeft vele van Zijn Mysteries, die Hij aanvankelijk met de mens wilde delen, voor de mens verborgen omdat deze zich door de zonde uit Gods vertrouwelijkheid had losgerukt en hierdoor die Goddelijke kennis niet meer waardig was. Sedertdien is het een louter effect van de genadewerking wanneer een mensenziel niettemin kennis ontvangt van de Eeuwige Waarheden en Mysteries:

In bepaalde uitzonderingsgevallen wordt aan een ziel vergund dat zij 'door het sleutelgat naar de andere wereld kijkt'. Dit vermogen, dat dus niet meer van nature werkzaam is doch door genade wordt verworven, wordt mystiek genoemd. De ziel krijgt deze genade alleen indien Gods Plan voor haar een levenstaak heeft voorzien die het bezit van een dergelijke bovennatuurlijke kennis en kennisverwerving noodzakelijk maakt, en een dergelijke opdracht heeft onveranderlijk te maken met de bevordering van Gods Plan van Heil voor de zielen en de vestiging van Zijn Rijk op aarde: Een mystieke begaafdheid wordt nooit geschonken ter wille van die ziel alleen, doch uitsluitend ten behoeve van de mensheid als geheel.
Mystieke genaden zijn uitvloeisels van Gods Barmhartigheid met de bedoeling dat de begenadigde zijn gaven zou gebruiken om zielen klaar te maken voor de vestiging van Gods Rijk. Dat kan op vele uiteenlopende wijzen: Bovennatuurlijke genezing, het doorgeven van kennis die op bovennatuurlijke wijze ontvangen wordt en die zielen in voeling brengt met Gods Plan, enzovoort. De mystiek zou omschreven kunnen worden als het vermogen om op geregelde tijdstippen, wanneer Gods Plan dit toestaat, tot een zekere versmelting of eenwording te komen tussen de eigen ziel (het eigen hart) en het Hart van Maria (of Jezus), waarbij bepaalde indrukken, beelden, woorden, gedachten, kennis, krachten enz. overvloeien van het Hoger Wezen naar het hart (de ziel) en/of het lichaam van de mystiek begaafde. De overgedragen indrukken wekken over het algemeen gevoelens van buitengewone Vrede, vreugde, Liefde en kracht in het hart en zelfs in het lichaam op, maar kunnen ook als buitengewoon pijnlijk ervaren worden.

Dit laatste is het geval in de verenigingservaringen tussen de mystiek begaafde ziel en het Smartvol Hart van Maria, bijvoorbeeld buitengewoon levendige ervaringen van het 'herbeleven' van fragmenten uit de Passie of het zeer diep aanvoelen van zonde en ondeugd in contact met mensen die op een bepaald ogenblik in relatieve staat van ongenade verkeren. Pijnlijk is eveneens de mystieke genade van het dragen van het Lijden van Jezus in het eigen lichaam. Ook de smartvolle aspecten van de mystieke beleving worden echter steeds gekenmerkt door diezelfde diepe Vrede en brandende Liefde, die variëren in intensiteit doch steeds groter zijn dan normaal voor mensen gebruikelijk is. Het zijn deze Vrede en Liefde die aantonen dat deze ervaringen het stempel van God (Maria) Zelf dragen. De mystiek begaafde ziel ervaart de leiding van God (Maria) in haar handelingen, woorden, gedachten, gevoelens en verlangens uitzonderlijk sterk, mits en zolang zij haar hele wezen zuiver houdt en in nederige dienstbaarheid volkomen op de Hemel gericht blijft. De mystieke ziel mag dan begaafdheden genieten die zeer uitzonderlijk zijn, niettemin is zij méér dan wie ook dienares van allen. Om als mystieke ziel te kunnen functioneren, is een leven in vergeestelijking nodig. Ik kom daar meteen nog op terug.

De mystieke begaafdheid is in wezen de uiterste vorm van het leven in voortdurend contact met God (Maria). Ook buiten de mystieke begenadiging kan (ja, moet) de ziel dit contact betrachten om waarlijk vrucht te dragen voor de verwezenlijking van Gods Plan van Heil voor de mensheid en tot voorbereiding van de vestiging van Gods Rijk op aarde. Om de genade van inzicht en kennis van Gods Mysteries te kunnen ontvangen, moet de ziel blijk geven van het verlangen om Gods Plan te dienen. Zij kan daarbij de stem van Gods ingevingen slechts in het hart waarnemen indien zij zich door een leven in vergeestelijking (loskomen van wereldse invloeden en van belangstelling voor materiële dingen) openstelt voor de ontwikkeling van een grote fijngevoeligheid, die noodzakelijk is om de inspiraties van Gods Geest te ontvangen. Ik herinner aan het betoog over de Vrede van hart in het boek Lentebloesems aan de Levensboom.

Bemerk dat ik in verband met de voeling tussen Uw eigen ziel en de ingevingen en overdrachten vanwege God (Maria) eerder spreek over het hart dan over de geest. Inderdaad, het ware zien, het ware schouwen van God en het ware doorzicht in de bovennatuurlijke werkelijkheid (dus al datgene wat U niet met Uw lichamelijke ogen kunt waarnemen, en alle kennis die U niet verwerft via Uw lichamelijke zintuigen), is steeds een zaak van het hart, veeleer dan van de geest. Religieus leven, het leven met en in God, is een zaak van het hart. Theoretische kennis van de religieuze principes en leerstellingen is zoals de fundering van de tempel van Uw ziel. Doch een fundering alleen maakt geen gebouw waarin U kunt leven of Uw offeranden kunt brengen. Daartoe is het noodzakelijk om op de fundering ook muren op te trekken. Die muren worden gebouwd door Uw gevoelsleven, en de kracht van Uw muren wordt bepaald door de mate waarin Uw gevoelsleven door God en Zijn Waarheid gevoed wordt.

Een christen die zijn religieus leven louter tracht op te bouwen op een benadering vanuit de geest (het denken en beredeneren), zal er nooit in slagen om de tempel van zijn ziel te voltooien: Het is alsof hij niets anders doet dan zijn funderingen verstevigen, zonder er ooit muren op te bouwen. Een dergelijke ziel is voor God niet bewoonbaar. Ik heb er reeds vaak op gewezen hoezeer de Liefde de brandstof is van alle Werken van God: de schepping, de Verlossing, de heiliging, en alle relaties tussen zielen onderling en tussen zielen en God. De Liefde is echter de brandstof voor het hart, niet voor de geest. God beminnen, gebeurt vanuit Uw hart. God kennen, Hem zien, Hem voelen, Hem horen, en Zijn Werken, Mysteries, Waarheid en werkelijkheid doorschouwen voor zover dat aan een mensenziel gegeven is, gebeurt eveneens uitsluitend vanuit het hart. Daarom ook zegt Jezus dat God aan kinderen openbaart wat verborgen blijft voor 'wijzen en verstandigen'. Een kinderziel staat dichter bij God omdat zij nog veel minder onder invloed staat van de verontreinigende en ontwrichtende inwerking van het werelds denken, dat louter een zaak van de geest is. Wie God tracht te kennen met de geest, stoot op de grenzen die God aan de kennis heeft gesteld bij de erfzonde. Wie zich in kinderlijke overgave openstelt voor de communicatie met zijn Schepper, zal Hem werkelijk zien, met de ogen van het hart.

God heeft in Zijn Schepping stromingen verborgen, die U kunt leren aanvoelen. Alles spreekt van God. Elke bloem, elke plant, elke boom, elk dier, ook elke mens, draagt een kern van Goddelijk Wezen in zich, een kern via dewelke de schepselen onderling elkaars Goddelijke herkomst herkennen, alsof God Zijn handtekening in elk schepsel heeft gedrukt. Deze kern herkennen, is alleen mogelijk voor zover Uw hart geopend wordt. Het vermogen daartoe is sterk aanwezig bij de mystiek begaafde ziel met een waarlijk Hemelse roeping, en zou aangeduid kunnen worden als het vermogen om 'in de zielen te kijken'. Dit is in wezen een sterk ontwikkeld vermogen om één te worden met de Schepping en haar elementen. Dat kan niet door redeneren, noch via enige wetenschappelijke kennis, doch louter door het 'aanvoelen van Gods hartslag' in de schepselen. Eens te meer geldt hier echter dat ook de niet mystiek begaafde ziel Gods Aanwezigheid kan leren voelen. Het vredig gevoel dat over U kan komen tijdens een wandeling in de wijde natuur, is hiervan reeds een uiting. U beredeneert dit niet, het komt eenvoudig over U omdat Uw hart geopend wordt voor Gods adem, voor de stilzwijgende trekken van Zijn handtekening.

Communicatie met God verloopt dus veel meer via het hart dan via de geest. Dat geldt voor gebed van U uit naar God toe, en dat geldt evenzeer voor elke ingeving van God uit naar U toe. Dat heeft belangrijke gevolgen, onder andere:

  1. God spreekt niet in de eerste plaats tot het verstand, doch tot het gevoel. Om die reden ook zal de mystiek begenadigde ziel een bovenmatig ontwikkeld gevoelsleven bezitten. Aangezien alle Werken en handelingen van God gevoed en uitgevoerd worden door en met de Liefde, zal de mystieke ziel dan ook overgevoelig zijn ten aanzien van alle indrukken die van God (Maria) afkomstig zijn en dus getekend zijn met een 'onwerelds Vuur', maar ook ten aanzien van alles wat zelfs maar in het geringste afwijkt van de Liefde. Elke indruk die zijn oorsprong vindt in het kwaad, komt daarbij over als verstikkend. Dat komt doordat de mystieke ziel 'uit de wereld weggetrokken is'..

  2. U kunt de heiligheid en de toegang tot de eeuwige gelukzaligheid van de Hemel niet bereiken door het verwerven van kennis of het ontwikkelen van Uw verstand of louter geestelijke vermogens, doch uitsluitend door de ontwikkeling van een zuiver hart.

  3. God openbaart Zich uitsluitend in een hart dat de Vrede bezit. Elke vorm van onvrede in het hart blokkeert de stroom van Liefde die alle handelingen en woorden van God doordringt.

Wanneer U deze waarheden voor ogen houdt, zult U een beter begrip ontvangen van de zaligsprekingen waarin Jezus zegt: "Zalig de zuiveren van hart, want zij zullen God zien", en "Zalig de armen van geest, want hen behoort het Koninkrijk der hemelen". Slechts aan een zuiver hart worden Gods Waarheden geopenbaard. De 'armen van geest' zijn niet, zoals in de volksmond, de 'simpele, weinig verstandige zielen', doch de zielen die hun geest weten te ontledigen van alle wereldse invloeden. Een geest die leeg is aan wereldse invloeden, maakt plaats voor Hemelse invloeden, of anders uitgedrukt: Hoe leger U Uw geest weet te maken, des te meer zal Uw hart gevuld worden. Hoe minder U nadenkt, des te meer zult U leren voelen. Het redeneren, het verstand, is het terrein dat gemakkelijk bespeeld wordt door het kwaad, want de Goddelijke Realiteit is niet met het verstand te verklaren, waardoor ook het Geloof gemakkelijk onder vuur komt te liggen. Dat heeft in hoge mate te maken met de onzekerheid die de ziel besluipt wanneer zij zich overgeeft aan een werkelijkheid die zij niet via de gewone weg kan waarnemen. Deze onzekerheid ondermijnt spoedig Uw zelfbeeld: De mens vreest snel, niet realistisch te zijn wanneer hij vasthoudt aan (zijn wereld opbouwt op) fundamenten die niet tastbaar zijn, dus waarop hij 'geen greep heeft'. Het gevoel daarentegen, is het terrein waarop God Zich beweegt en waarop Hij Zijn Mysteries openbaart, Zijn Aanwezigheid merkbaar maakt en Zijn 'onzichtbare Werken' zichtbaar maakt.

Jezus zei tot Zijn apostelen: "Zalig de ogen die zien wat gij ziet" omdat zij vóór hun ogen God in werking zagen: de Wonderwerken die Jezus volbracht en waarvan zij bevoorrechte getuigen waren. Ook U kunt God aan het werk zien, met de ogen van Uw hart, door een sterke ontwikkeling van de Ware Liefde in Uw leven: de Liefde tot God, en alle deugden, die uiteindelijk stuk voor stuk uitingen zijn van naastenliefde. Hoe sterker, gedrevener en vuriger de Liefde in U tot ontwikkeling zal komen, des te meer zal Uw hart geopend worden, en doorheen deze opening zal zich voor U de aanblik van het mysterievolle Rijk van Gods Werkelijkheid ontvouwen, zodat U zult zien dat Zijn schatten niet alleen in de Hemel, doch reeds op aarde verborgen liggen, voor het hart dat liefheeft.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 19

ZIEDAAR DE MENS

Over het wezen van de zonde

Myriam van Nazareth

Terwijl Pilatus de zwaar gehavende Jezus na de geseling en doornenkroning aan de joden toonde, zei hij: "Ziedaar de mens!". De Romeinse landvoogd heeft ongetwijfeld niet beseft welke diepgaande spirituele betekenis door een Goddelijk Mysterie in zijn woorden was gelegd. Jezus heeft de mensheid door Zijn Passie niet alleen verlost uit de zonde, Hij heeft ons eveneens willen laten zien wat de zonde doet in de ziel.

Wat is zonde? Zonde is elke afwijking of tekortkoming tegenover de deugd, elke overtreding tegenover de Wet van God. De zonde neemt vele uiteenlopende vormen aan. Ik verwijs U graag naar het boek Lentebloesems aan de Levensboom voor een uitvoerige bespreking van de meest uiteenlopende vormen van ondeugd en zonde. Wat ik U hier echter wil aantonen, is het wezen van de zonde, met andere woorden: Wat maakt een handeling, woord, gedachte, gevoel of verlangen tot zonde? Mij zijn vijf elementen geopenbaard, die in elke zondige handeling, woord, gedachte, gevoel of verlangen (ik zal verder de korte term 'zondige akt' gebruiken) aanwezig zijn:

  1. Zij doodt of verwondt de genade die God in Uw ziel heeft gestort. De zondige akt verminkt de oorspronkelijke heiligheid van Uw ziel. God heeft bij de schepping van Uw ziel in haar een Vlam van heiligheid gelegd, een heilig Vuur dat ook een deeltje van Zijn Goddelijk Wezen bevat. Door de zondige akt wordt deze Vlam geleidelijk gedoofd, en wel des te méér naarmate de zonden elkaar opvolgen, deze ernstiger zijn, en zij niet of onvolkomen gebiecht en uitgeboet worden. Dit leidt tot een toenemende verkilling en verblinding van de ziel: Het 'heilig Vuur' geeft steeds minder warmte en Licht. Elke ziel is bedoeld om heilig te leven. Heiligheid is de grootste genade, want zij verenigt de ziel met de Godheid en verzekert haar na het aardse leven de Eeuwige Gelukzaligheid in de Hemel. Elke zondige akt vermindert de glans van deze heiligheid, en daardoor de ware levenskracht van de ziel.

  2. Zij vormt een overtreding van Gods Wil. Wat is Gods Wil? God verlangt het Heil van de zielen, de heiligheid van de Schepping als geheel, en de harmonie tussen alle elementen van de Schepping. De zondige akt verstoort dit hele mechanisme, dat God op volmaakte wijze heeft geschapen. Hierdoor maakt de zonde de mens tot overtreder van Gods heilige Wet, en legt zij de zondaar een schuld jegens de Goddelijke Gerechtigheid in de ziel. Door de zonde wordt de mens tot stoorfactor binnen het systeem dat God zo vlekkeloos had voorzien. Door te handelen, spreken, denken, voelen of willen in afwijking van Gods Wil, wordt de ziel als het ware gemarkeerd met een vlek of een wonde, en verliest zij telkens een deeltje van haar oorspronkelijke schoonheid.

  3. Zij vormt een verloochening van de Liefde. Elke zonde is uiteindelijk een inbreuk op de Liefde, die de drijfveer is van alle leven binnen de Schepping. Daarom vormt elke zondige akt een verstoring van het diepe wezen van alle leven, waardoor de voedings- en communicatiekanalen tussen de ziel en God afgeklemd worden. Het gevolg is een toenemende 'ondervoeding' van de ziel en een groeiende vervreemding van de ziel jegens God. God heeft de ziel alles gegeven, en stelt haar ook de grootste schatten in het Eeuwig Leven in het vooruitzicht. De zonde is als een kaakslag die Hem in ruil hiervoor wordt toegediend.

  4. Zij staat voor God gelijk aan een keuze voor het kwaad. Deze keuze betekent echter een herhaling van de ongehoorzaamheid van de opstandige engelen. Elke zonde beïnvloedt de strijd tussen Licht en duisternis ten gunste van de satan, en vergroot zijn macht over de mensheid als geheel. De oorsprong van elke zonde berust immers bij een bekoring, verleiding of misleiding die uitgaat van de krachten der duisternis, die de mens van God trachten weg te trekken om hem in het verderf te storten. De zonde zelf is het toegeven aan deze boosaardige influistering, en dus een keuze voor het kwaad boven de zuiverheid die God van U verlangt. Hierdoor vormt elke zonde een ontering van God als Schepper, Verlosser en Heiligmaker.

  5. Zij geeft blijk van een zekere onverschilligheid jegens het Verlossend Lijden van Christus en de Smarten van Maria als Medeverlosseres. Jezus is mens geworden om U door een mateloos Lijden en Dood aan het Kruis het verdienen van de Eeuwige Gelukzaligheid mogelijk te maken. Zijn Lijden is aangevuld door de Smarten die Zijn Moeder, de Allerheiligste Maagd Maria, heeft doorstaan gedurende Haar hele leven van beproevingen volbracht in uitdrukkelijke overeenstemming met Gods Wil. Om de vruchten van dit Verlossingsplan in Uw eigen leven om te zetten in daadwerkelijke Verlossing, wordt van U een leven verwacht van geloof in Jezus Christus als Verlosser, en van deugdzaamheid. Elke zondige akt kan door God worden beschouwd als een gebrek aan eerbied en Liefde voor het Verlossingswerk. Jezus heeft het Nieuw Verbond ingesteld. U moet dit begrijpen als een overeenkomst van Verlossing, waarbij Uw deel van de verplichting bestaat uit een uiterste inspanning om dit Verlossingswerk door Uw eigen daden waardig te worden.

Het Lichaam van Jezus, het onschuldig, vlekkeloos Lam van God, bood na de geseling een vreselijke aanblik. Het was één en al Wonde, verscheurd Vlees, en Bloed. Zo ziet de ziel van de mens eruit door de zonde: één en al verwonding. De ziel in haar pas geschapen toestand is als een wondermooie diamant. Ware heiligheid is verrukkelijke schoonheid, omdat zij gevormd is uit Gods eigen Wezen, vlekkeloos zuiver en ongerept. Daarom is ook de Heilige Maagd Maria zo verblindend mooi: Haar ziel heeft de zonde nooit gekend. Op U rust de zoete plicht van de Wet van Liefde, U in het uur van Uw oordeel na dit leven bij Uw Schepper aan te dienen met een ziel die voldoende mooi is opdat Hij haar nog steeds kan herkennen als het Werk van Zijn handen en haar aan het Hemels Hof kan voorstellen: 'Ziedaar de mens... zoals Ik hem had bedoeld'.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 20

VIJANDSCHAP STICHT IK TUSSEN U EN DE VROUW

Over de valstrikken van het kwaad

Myriam van Nazareth

Toen God de mens schiep, bestemde Hij hem tot de hoogste rang onder al het geschapene: De mens zou de bekroning van de Schepping zijn, gemaakt naar Gods beeld en gelijkenis. De afvallige engelen onder aanvoering van Lucifer (de satan), die na hun opstand tegen God uit de Hemel verdreven waren, zwoeren een verbond dat zij de mens zouden vernietigen, omdat zij het niet verdroegen dat God de mens zo hoog verhief en de engelen in zijn dienst wilde stellen. De mens vernietigen, kon niet gemakkelijk lichamelijk gebeuren, want God zou nooit toestaan dat Zijn zonen en dochters niet de kans zouden krijgen om hun leven op aarde te leiden en hun levenstaak (meewerken aan de verwezenlijking van Gods Plannen) te volbrengen. Dus begon de satan zijn verwoestende inspanningen meteen te richten op de zielen. De ziel is de ware kern van de mens, het enige dat eeuwig blijft leven, en daarom ook het enige dat de satan echt interesseert.

Hoe kan de satan de ziel van de mens verwoesten? Door de mens tot een zodanige staat van ongenade te brengen dat zijn ziel volgens de Wet van Gods Gerechtigheid verdoemd moet worden, dus geen toegang tot de Hemel kan krijgen. Deze staat van ongenade is de toestand die ontstaat wanneer de ziel met zovele en/of zo ernstige zonden beladen is dat zelfs Gods Barmhartigheid en de Voorspraak van de Heilige Maagd Maria niet meer in zodanige mate in werking kunnen treden dat de ziel gereinigd wordt voor vrijspraak bij Gods oordeel. De satan bespeelt de mens door bekoringen (verleidingen) en misleidingen, met de bedoeling, hem onophoudelijk valstrikken te spannen die hem tot misstappen (overtredingen van Gods Wet, dus zonden) moeten brengen. Indien de mens dergelijke overtredingen veelvuldig begaat, kan hij in staat van ongenade vervallen, en behoort zijn ziel de satan toe.

Waarom doet de satan dit? Om de zielen aan God te ontroven en hen tot zijn slaven te maken in het rijk van de hel. De hele Schepping is onophoudelijk in een strijd tussen goed en kwaad (Licht en duisternis - God en de duivel) gewikkeld. Die strijd heeft slechts één voorwerp: zielen winnen. God wil de Eeuwige Gelukzaligheid voor alle zielen, de satan daarentegen wil het eeuwig verderf voor alle zielen. Hij beoogt, de mens, die door God bedoeld was als koning van de Schepping en spiegel van Gods heiligheid, volkomen bespottelijk te maken en God hiermee te tonen dat de mens, die door de Schepper bekleed was met heiligheid, kan vervallen tot niets méér dan een willoze speelbal in de handen van de duivel. Hierdoor wil hij in de eerste plaats God Zelf treffen in Zijn waardigheid.

Welke strategie gebruikt de satan om dit doel te bereiken? Hij heeft van meet af aan gezocht naar de zwakheden en gevoeligheden van de menselijke natuur. Geen twee mensen zijn gelijk, en de één heeft een grotere of kleinere weerstand tegen de bekoring dan de ander. Maar elke mens heeft van nature behoeften, doordat hij in een lichaam leeft: voeding, kleding, huisvesting, rust, medische verzorging... Die behoeften moeten bevredigd worden om het leven van het lichaam mogelijk te maken. Deze behoeften heeft de satan van in den beginne bespeeld, en bovendien heeft hij ervoor gezorgd dat hij de mens ook nieuwe 'behoeften' kon ingeven (hem influisteren dat hij dit of dat ook absoluut nodig heeft), en dat de reeds bestaande behoeften door de mens als steeds belangrijker aangevoeld zouden worden.

Hierdoor zou de mens geleidelijk aan de bevrediging van zijn wereldse behoeften tot enig doel van zijn leven maken. Daarmee is de kiem van het eeuwig verderf gelegd: De satan is erin geslaagd om de menselijke samenleving zodanig te manipuleren dat deze steeds méér de verwezenlijking van de doelstellingen van de duivel, het kwaad, begon te dienen, namelijk de verwoesting van zielen. Wanneer wordt gezegd dat de mensheid zichzelf vernietigt, zou het in feite nauwkeuriger zijn, te zeggen dat de satan de mensheid ertoe aanzet, zichzelf door hem te laten vernietigen, en wel door handen en geesten die hij in zijn dienst heeft gesteld doordat zij zich door hem laten misbruiken.

De machten van het kwaad beijveren zich reeds sedert de erfzonde om de mens voor hun kar te spannen. Een zeer groot gedeelte van de mensheid is daardoor vervallen tot zijn slaven, die (in vele gevallen onbewust wegens gebrek aan zelfkennis) op volkomen wijze zijn verwoestende plannen dienen. (De Hemelse Koningin laat er echter op wijzen dat de ontwikkeling van zelfkennis voor elke ziel een heilige plicht is). De mens dient de satan vaak veel duurzamer en veel geestdriftiger dan hij God weet te dienen. Waarom is dat zo? Omdat de mens daarbij meent, voor zijn eigen noden op te komen, terwijl hij in werkelijkheid het kwaad dient en Gods Schepping helpt ontwrichten.

Hoe ontwricht de satan Gods Schepping? Door in te spelen op de behoeften van de mens. Behoeften vormen de oorzaak van de zwakheid van de mens. Wie behoeften voelt, is voor zijn welbevinden afhankelijk van hun bevrediging. De satan heeft van meet af aan begrepen dat hij de mens volkomen in zijn macht zou krijgen zodra hij erin zou slagen, de bevrediging van de basisbehoeften van de mens onder zijn controle te brengen. Wij moeten ons dus de vraag stellen, welke 'zwakheden' in de menselijke natuur tot grote mikpunten van de satan geworden zijn. Alleen dan kunnen wij hem zielen ontroven ten voordele van God, en onszelf doelmatig tegen zijn manipulaties leren verzetten. Deze kennis is van het grootste belang indien wij het Rijk van Jezus Christus op aarde willen helpen grondvesten.

De satan heeft er geen vrede mee genomen, de levensnoodzakelijke behoeften van de mens te bespelen. Hij heeft er vooral voor gezorgd dat een steeds toenemend aantal schijnbehoeften geboren zouden worden. Het gaat hier om dingen die steeds méér mensen aanvoelen als noodzakelijk om te leven, terwijl dat in werkelijkheid niet zo is. Heel vaak gaan deze schijnbehoeften gepaard met een bepaalde mentaliteit die (plots of geleidelijk) tot algemene norm in de samenleving wordt. Ik heb er vroeger reeds op gewezen hoezeer het denken en voelen van de mens in de loop der tijden veranderd is, en welk groot spiritueel verval daarmee gepaard is gegaan. God is uit de leefwereld van vele mensen verwijderd, het zondebesef is vervallen, en de deur staat wijd open voor inspiraties die niet van Gods Geest afkomstig zijn. De mens dwaalt hierdoor steeds verder af van de weg die God voor hem had voorzien.

Ziehier enkele kernpunten in de verwoestingsstrategie van de satan, en de geestelijke gesteldheden (zwakheden) van de mens waar deze strategie op inspeelt:

  1. De genotzucht van de mens.

  • de waarde van alle lijden, beproevingen, offers en boetedoening wordt steeds verder verdrongen. De mens wil niet meer lijden, en de spirituele waarde ervan wordt niet meer begrepen. Het kruis is tot aanstoot geworden. Elke pijn moet onmiddellijk weggenomen worden. Gevolgen zijn de goedkeuring van euthanasie (lijden wordt als 'onmenselijk' beschouwd), en het massaal gebruik van pijnstillende medicijnen.
  • seksuele bandeloosheid. De seksuele behoefte is één van de voorkeursterreinen van de satan. Gevolgen zijn abortus, alle erotische uitspattingen, zedeloosheid, porno, prostitutie enzovoort.

  • kunstmatig opgewekte lichamelijke en geestelijke ervaringen door gebruik van alcohol, drugs, tabak, bepaalde voedingsmiddelen bepaalde medicijnen, bepaalde televisieprogramma’s (erotisch prikkelende beelden, gewelddadige beelden, griezelbeelden, enz.).

  • buitengewone 'kicks', opgewekt door roekeloos gedrag, luidruchtige en opzwepende muziek, enz.

  • het uitgaansleven, kunstmatig opgewekte gevoelens van 'vrijheid', waarbij de indruk geschapen wordt dat alles toegelaten is, en de nacht tot dag wordt gemaakt. De mens praat zichzelf daarbij het gevoel aan dat hij zich niet hoeft te storen aan bepaalde traditionele gewoonten, doch allerlei ongewone dingen moet uitproberen om 'zijn grenzen te verleggen' (de ervaring van een 'completer mens te worden').

  1. De zelfzucht en geldingsdrang van de mens. Op grond hiervan is het geweld geboren, dat een kernelement is van vele misdadige handelingen en bestrevingen. Geweld in al zijn vormen wordt gehanteerd tot bevrediging van de behoefte van de mens om zich te laten gelden ten nadele van zijn medemens. Deze gesteldheid is mogelijk gemaakt door de verregaande verdrijving van de naastenliefde uit de mentaliteit van de mensheid. De mens wordt egoïstisch gemaakt, en is bereid om zijn medemens te benadelen om het zelf schijnbaar beter te hebben. Dit is een uitvloeisel van het feit dat de mens zijn stoffelijke (materiële) behoeften als veel belangrijker beschouwt dan de behoeften van zijn ziel, die nochtans het Eeuwig Leven bepalen.
  2. De hebzucht van de mens. Deze vormt de bron van het materialisme in al zijn vormen. De mens wordt steeds ontevredener. Hoe verder de samenleving evolueert, hoe meer schijnbehoeften de mens voelt. Al het materiële wordt verheven tot afgod, met als gevolgen: steeds grotere goddeloosheid, en steeds groeiende na-ijver, concurrentie, jaloersheid, nijd, afgunst. De mens wordt steeds ongelukkiger, want naarmate zijn materiële bezittingen toenemen, wordt hij armer in de ziel, en voor elke behoefte die hij kan bevredigen, ontstaan er tien nieuwe, zodat de kloof tussen zijn begeerten en zijn werkelijke bevrediging groter en groter wordt. Het materialisme is heel sterk toegenomen bij het ontstaan van de geldmaatschappij. Geld was bedoeld als ruilmiddel om de waarde van goederen onderling te vergelijken, doch het bezit van geld is een doel op zich geworden.
    Het koortsachtig nastreven van winst in de uitwisseling van goederen versterkt het commercialisme: De productie van goederen, en de verkoop ervan, worden niet meer bepaald door werkelijke behoeften van de mensen, integendeel, er worden kunstmatige behoeften geschapen om steeds méér te kunnen verkopen, en de kwaliteit van de productie wordt verlaagd om zo snel mogelijk nieuwe producten te kunnen maken en verkopen (wegwerpmaatschappij!). Om dit alles 'vlot te doen verlopen', wordt koortsachtig reclame gevoerd, die op zich bovendien een nieuwe bron van zedenverval vormt.

  3. De nieuwsgierigheid van de mens. De mens wordt ertoe aangespoord, steeds nieuwe paden te zoeken, die bij voorkeur zo sterk mogelijk afwijken van het gebruikelijke. Wie deze tredmolen niet volgt, wordt bespot als ouderwets, zodat velen zwichten voor de opinie die hun medemensen over hen uitspreken. De eerste waarden die sneuvelen, zijn deze van de traditionele christelijke Leer. Dit kan twee kanten uitgaan: Ofwel wordt alle Geloof terzijde geschoven, ofwel gaat men op zoek naar andere godsdiensten of naar half-religieuze levensopvattingen die verband houden met de new-age of esoterische stromingen. Deze wereldbeelden behoren tot de grootste valstrikken van de satan: Zij spelen in op de behoefte van mensen om nieuwe, ongewone dingen 'uit te proberen', en trekken deze zielen volledig van God en de ene Waarheid van Christus weg.
    Diezelfde nieuwsgierigheid ligt eveneens aan de basis van bemoeizucht en de massaal bedreven ondeugden van roddel, laster en achterklap, die de hele samenleving ontwrichten en vele levens verwoesten. Nieuwsgierigheid is alleen een goede eigenschap indien zij gericht is op het verwerven van kennis die de groei van de ziel ten goede komt. In alle andere gevallen is haar nut twijfelachtig of is zij zelfs ronduit verderfelijk.

Ziehier dus de plannen en strategie van de satan:

  • Wat beoogt de satan?
    De vernietiging van de mensheid en van de hele Schepping van God.

  • Hoe?
    Door het gedrag van de mens naar zijn hand te zetten, opdat het de verwezenlijking van zijn plannen zou dienen.

  • Hoe doet hij dit concreet?
    Door in te spelen op de behoeften (en dus zwakheden) van de mens.

  • Welke behoeften, en met welke gevolgen?
    Genotzucht, zelfzucht, geldingsdrang, hebzucht en nieuwsgierigheid. Samen leiden zij tot vernietiging van het lichaam, vergiftiging van het hart, grote verwarring in de geest, ontwrichting van sociale relaties, teloorgang van alle deugden, moord op het geweten, verdwijnen van het zondebesef, uitschakeling van alle christelijke waarden, zeer snelle toename van de algemene goddeloosheid, algemene ontevredenheid, zeer snelle vermindering van de levensvreugde, grote onzekerheid in de samenleving, en een razendsnelle toename van het aantal zielen die in betrekkelijke of absolute staat van ongenade leven.

De uiteindelijke doelstelling van de satan bestaat in de vestiging van zijn rijk op aarde. De moderne samenleving lijkt erop te wijzen dat hij bezig is, in dit opzet te slagen. De algemene atmosfeer die U in deze tijd in Uw leven waarneemt, is de adem van het kwaad die als een steeds dikkere wolk de wereld omhult. Daaruit ontspringt alle chaos, verwarring, ontevredenheid, liefdeloosheid, goddeloosheid en algemeen gevoel van ongelukkig-zijn, die Uw leven van elke dag zozeer bedreigen. Slechts één geneesmiddel bezit de kracht om de wereld te herstellen in de oorspronkelijke orde die God hem bij de schepping had gegeven: de terugkeer van de mens naar de heiligheid.

Hoe U wapenen tegen de valstrikken van de satan?

  1. Wees alert op de ingevingen van Uw geweten. Voor kortstondig, vergankelijk genot zetten vele mensen hun eeuwig Zielenheil op het spel. Ik geef U één bedenking mee: De hel is eeuwig lijden. Zij is gevuld met zielen die zich voor eeuwig beklagen dat zij te veel aandacht hebben gehad voor de bevrediging van nutteloze schijnbehoeften die hen ingegeven waren door krachten die niet verenigbaar zijn met Jezus Christus, en te weinig aandacht hebben gehad voor de noden van hun ziel, en die daardoor in een levenspatroon van zonde en ondeugd vervallen zijn. Bedenk steeds dat de Goddelijke Barmhartigheid U een leven lang de genade schenkt van ingevingen om het goede te doen en de juiste klemtonen te leggen in Uw gedragingen en verlangens. God heeft Uw ziel een geweten meegegeven. Laat het niet vermoorden voor kortstondig genot.

  2. Wees waakzaam voor misleidingen en dwalingen. Onze samenleving zit vol verlokkingen om Uw aandacht weg te leiden van de ware behoeften van Uw ziel en U te binden aan wereldse dingen. Geliefkoosde instrumenten van het kwaad zijn de reclame, massamedia (televisie, kranten, weekbladen, radio, internet), bepaalde winkeletalages... Dit alles vindt zijn bestaansreden in de geldmaatschappij. Oefen U er stelselmatig in om aan dit alles steeds minder aandacht te schenken, en Uw geest en hart zullen voelbaar zuiverder worden. Wees erop bedacht dat vele dingen die U in deze tijd om U heen ziet, louter gif zijn voor Uw ziel. Draag ze aan Maria of Jezus over, bid ervoor, en laat ze voor het overige volledig los.

  3. Oefen Uzelf in de Liefde in al haar vormen. Naastenliefde, mildheid, verdraagzaamheid, zachtmoedigheid, vriendelijkheid en hulpvaardigheid zijn als kernraketten tegen de invloeden van het kwaad. Wanneer de Liefde tot enige drijfveer van Uw leven, werken en spreken wordt, zult U veel minder gemakkelijk buigen voor de werken van het kwaad, want dan voelt U veel sneller dat elke zonde in de eerste plaats een uiting is van gebrek aan Liefde jegens God, Zijn Schepping en/of Uw medemens. Liefde is alles wat de satan niet is, en vormt daardoor ook het grootste tegengif voor de ontkrachting van zijn gif dat sedert vele eeuwen bezig is, de hele mensheid te vergiftigen en te verzieken. Het Rijk Gods op aarde zal een Rijk zijn dat de Liefde tot enig fundament heeft. Houd dit steeds voor ogen.

  4. Betracht een steeds intensiever gebedsleven. Bid voor Uw medemensen. Vorm een ketting van Licht door het sluiten van gebedsovereenkomsten waarbij U regelmatig voor één of meer medemensen bidt terwijl zij voor U bidden. Bid vooral tot de Heilige Geest om Zijn Gaven en om voortdurende leiding, tot Maria om zuiverheid en alle deugden, en tot de engelen om bescherming. Wees bereid tot het brengen van offers, en tracht (indien mogelijk) geregeld te vasten. Vasten is een zeer geducht wapen tegen het kwaad. Bid zo vaak mogelijk de volledige Rozenkrans, want hij vormt de ketting waarmee de satan gebonden wordt. Onthoud ook dat het sterkste gebed de Heilige Mis is: Zij is de gedachtenis en herhaling van het Verlossend Kruisoffer van Calvarie, dat de satan voorgoed van zijn macht kan beroven.

  5. Streef naar volkomen zuiverheid. Maak Uw hele wezen tot een waardige tempel van God. God (en Maria, indien U aan Haar toegewijd bent) wil in U wonen en werken. Houd daarom Uw geest, hart en lichaam zo rein mogelijk. Hoe? Door betrachting van kuisheid, geen negatieve gevoelens of gedachten te koesteren, niet te roddelen of te lasteren, niet te liegen, geen wrok te koesteren, geen voedsel te geven aan jaloersheid, geen haat noch nijd in Uw hart toe te laten, en niet zelfzuchtig of egoïstisch te zijn.

  6. Wees vreedzaam. Onthoud U van alle neiging tot geweld, niet alleen met de handen doch ook met de mond (ruzie, onenigheden, kwetsende woorden...). Alle onvrede is voedsel voor het kwaad.

  7. Leer vergeven tot het uiterste toe. De satan beoogt voortdurend, mensen tegen elkaar op te zetten. Vergeving verijdelt vele van zijn plannen, en is ook een grote uiting van Liefde jegens God, want Hij wil de redding van alle zielen, en Hij kan een dwalende ziel veel sneller redden wanneer U deze ziel kunt vergeven.

God heeft aan de Heilige Maagd Maria de macht en de taak gegeven, de satan definitief te overwinnen. Zij mag dit alleen doen indien de mensheid Haar daarom vraagt en Haar het verlangen te kennen geeft om gered te worden, door gebed, offers, boetvaardigheid, terugkeer naar de Leer van Jezus Christus, veelvuldig en liefdevol gebruik van de Sacramenten van Communie en Biecht, en totale toewijding aan Maria.

God sprak tot de satan: "Vijandschap sticht ik tussen u en de Vrouw (= Maria), tussen Haar kroost en het uwe...". Het is de opdracht van elke christen, zich totaal aan Maria te geven, want Zij is de absolute Leidster in de strijd tegen de satan en zijn kroost. Alleen de macht van Maria zal de macht van de satan en zijn duivelen breken, want Zij zal hem onder Haar voeten verpletteren. God heeft dit beloofd. Deze belofte zal letterlijk vervuld worden, want de vervulling van elke Goddelijke Beschikking staat onwrikbaar vast. Maar de mens heeft de satan een nooit geziene macht gegeven door zichzelf heel goedkoop in zijn dienst te stellen. Indien U het Geluk, de Liefde en de Vrede van het eerste uur op aarde wilt zien terugkeren, geef U dan aan Maria, richt al Uw inspanningen op de Hemel, het Kruis van Christus en Uw heiliging, en verklaar de oorlog aan Uw eigen zwakheden. Uw zelfoverwinning betekent het einde van de macht van de satan en de grondvesting van het Rijk van God op aarde.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 21

ALS EEN LELIE TUSSEN DE DISTELS

Openbaringen over de Onbevlekte Ontvangenis van Maria

Myriam van Nazareth

In het Hooglied, de beroemde liefdeszang uit het Oude Testament, zegt de bruidegom over zijn bruid: "Als een lelie tussen de distels, zo is mijn vriendin onder de jonge meisjes". Onder meer de Heilige Grignion de Montfort wees erop dat het Hooglied in wezen betrekking heeft (als een voorafspiegeling) op de Heilige Maagd, zelfs al was Zij toen nog niet geboren. Mede daarom laat ik U hierbij Maria zien als de Lelie. De lelie is bij uitstek het symbool voor de zuiverheid. In vergelijking met alle andere zielen is Maria de Lelie tussen de distels, en wel op grond van Haar Onbevlekte Ontvangenis.

Wat is de Onbevlekte Ontvangenis? Het is ontstellend hoeveel misvattingen over dit prachtig Goddelijk Mysterie in omloop zijn. De enige betekenis van Maria’s Onbevlekte Ontvangenis is deze, dat Haar ziel, in tegenstelling tot de ziel van alle andere mensen, niet geboren is met de erfzonde. God heeft Maria geboren laten worden met een ziel die volmaakt was, volkomen in overeenstemming met Gods oorspronkelijke bedoelingen met de mens. Het eerste mensenpaar, Adam en Eva, was geschapen in volmaakte staat van heiligheid, doch gaf toe aan de influisteringen van de satan, die hen wist te verleiden tot ongehoorzaamheid en opstandigheid jegens God. Hierdoor verloren zij hun staat van volkomen genade. Deze 'verlaging van de spirituele status' van de mens werd overgedragen op alle volgende geslachten. Daarom is sprake van de erfzonde. Aangezien het grote verschil tussen Maria en alle andere mensenzielen bestaat in het feit dat Maria als enige onbevlekt ontvangen was en als enige niet de erfzonde bezat, wil ik U deelachtig maken aan de volgende openbaringen die Maria mij in verband met het diepe wezen van Haar Onbevlekte Ontvangenis en van de erfzonde heeft geschonken. Mogen zij U de genade verlenen, Uw Hemelse Moeder de eerbied en verering te schenken die Zij méér dan verdient, en U beter laten begrijpen hoe zinvol het is, U totaal aan Haar over te geven.

Waarom is Maria onbevlekt ontvangen, met andere woorden: Waarom is Zij als enige mensenziel van de erfzonde gevrijwaard? Jezus moest als de Messias van God, de Verlosser, in de wereld komen om door een Goddelijk leven van lijden in een mensenlichaam de mensheid vrij te kopen van de duivel. Door de zondeval (erfzonde) had de mens de staat van heiligheid verloren, en kon hij geen toegang meer verwerven tot het Eeuwig Leven in de Hemel. Door de totale uitboeting van deze zonde van ongehoorzaamheid in een leven van volmaakte gehoorzaamheid dat besloten werd met een intens Lijden en de Kruisdood, zou Jezus deze ban over de mensheid voor eeuwig breken. Zo had God het beschikt. Doch om mens te worden en alle menselijk leed te kunnen ervaren, moest de Mensenzoon geboren worden zoals iedere menselijke baby: uit een moederschoot. De Uitverkorene om de Messias te dragen, was Maria. Om de Zoon van God te dragen, moest Maria in lichaam en ziel volmaakt rein zijn. Om die reden werd Haar eigen ziel ontvangen zonder de smet van de erfzonde, want in de Draagster van de Verlosser mocht niet het geringste spoor van onzuiverheid bestaan. De Moeder van de Verlosser mocht in Haar Lichaam en ziel geen enkel overblijfsel dragen van het verbond dat de mens door de erfzonde met het kwaad had gesloten. Daarom werd Maria 'vol van Genade': Zij ontving de absolute, volmaakte heiligheid van de ziel die louter en alleen Goddelijke kenmerken in zich droeg.

In welke opzichten onderscheidt Maria Zich door Haar Onbevlekte Ontvangenis van de andere mensenzielen, die door de erfzonde bevlekt zijn? Anders gezegd: Wat maakt Maria tot een lelie, en de andere mensenzielen tot distels?

De erfzonde kan worden beschouwd als een ongeschreven verbond dat Adam en Eva in naam van de hele mensheid van alle tijden met de satan hebben gesloten. Hierdoor werd ieder mens voortaan niet meer geboren in de heilige volmaaktheid, doch draagt zijn ziel als het ware in zich de handtekening van dat eeuwig verbond met de duisternis. Maria’s Onbevlekte Ontvangenis bestaat precies uit het ontbreken van die 'handtekening' in Haar ziel: Maria’s ziel was ontvangen in de oorspronkelijk door God voorziene heilige volmaaktheid.

Toen de satan Eva in het Aards Paradijs de influisteringen gaf die haar als eerste tot de erfzonde verleidden, vertoonde hij zich aan haar in de gedaante van een slang. De slang is symbool voor de duivel gebleven. Waarom luisterde Eva naar de slang? Omdat zij gefascineerd was door het opmerkelijk voorkomen en de kleuren van het dier, en door de verlokkelijke woorden die zij te horen kreeg. Dit alles staat symbool voor de tactiek die de wereld toepast om zuivere zielen te verleiden: uiterlijke schijn, en onwaarheid die zodanig ingekleed wordt dat de ziel op onbewaakte ogenblikken de onwaarheid ervan niet meer herkent.

Maria heeft reeds bij Haar Onbevlekte Ontvangenis de slang onder Haar voeten gelegd, en zal ze in de Laatste Tijden de kop verpletteren. De erfzonde is als de beet van de slang (de satan), waarvan het gif overgeërfd wordt in de zielen van generatie op generatie. Maria heeft het effect van deze 'beet' nooit in Zich ontvangen. In geen enkel opzicht draagt Zij in Haar ziel ook maar het geringste dat Haar kan verbinden met de satan. Haar ziel vertoont geen enkel spoor van zijn werking. Ik zou kunnen zeggen: Haar ziel draagt niet de merktekens van de tanden van het 'beest'. Het is het gif van deze 'beet' in de ziel dat ervoor zorgt dat de ziel in verzwakte staat geboren wordt en vatbaar wordt voor 'ziekte' (zondigheid) en 'dood' (volkomen staat van ongenade door langdurige en/of ernstige zondigheid).

Wat is het effect, de uitwerking, van de erfzonde in de ziel? De erfzonde werkt als een sluier of een gordijn, die over het venster van de ziel is neergelaten, waardoor de ziel niet meer automatisch Gods signalen (Licht, genaden, ingevingen) in zich ontvangt. Vóór de zondeval was dit wél het geval: De ziel stond in volkomen communicatie met God en deelde in Zijn Wijsheid, Liefde, heiligheid, schoonheid en kracht. Sedert de erfzonde moet de mens door een actief verlangen de communicatie met God steeds weer hernieuwen. Dat verlangen is zoals een kracht die steeds weer die sluier moet oplichten. Bij Maria is door Haar Onbevlekte Ontvangenis die communicatie in volmaakte staat in stand gehouden.

Door de erfzonde is de mens besmet geworden met een aantal gedragskenmerken die hij oorspronkelijk niet in zich droeg, doch die hij om zo te zeggen 'van de satan heeft geërfd'. Deze gedragskenmerken vinden hun basis in de gesteldheden die bekend staan als de zeven ondeugden: hoogmoed, gierigheid, jaloersheid (afgunst), woede, onmatigheid, onkuisheid en luiheid (traagheid). Dit zijn de basisneigingen die de mens sedert de zondeval in zich tot ontwikkeling heeft laten komen. Hoe kunt U Uzelf 'herprogrammeren' om opnieuw naar God toe te groeien? Door de vastberaden bereidheid om de Gaven van de Heilige Geest in Uw ziel te laten inbouwen, zodat de oorspronkelijke heiligheid opnieuw verworven kan worden. De Heilige Geest kan door Zijn Zeven Gaven de zeven ondeugden in de ziel uitroeien en daardoor de effecten van de erfzonde steeds verder terugdringen. Het is eveneens de Heilige Geest Die door het Sacrament van het Doopsel de erfzonde compenseert. Niettemin: Net zoals ieder mens individueel de vruchten van het Verlossingswerk van Jezus Christus in zich tot rijping moet brengen door een deugdzaam leven, zo ook moet hij de vruchten van het Doopsel in zich tot rijping brengen om werkelijk van de effecten van de erfzonde bevrijd te kunnen worden.

Maria droeg in Zich de volle kiemkracht van de heiligheid, doordat Zij van de erfzonde gevrijwaard is gebleven. Om de uitwerkingen van de erfzonde nog beter te begrijpen, zou ik een vergelijking kunnen maken met de erfelijkheidsleer betreffende het lichaam. Alle kenmerken die in Uw lichaam en karakter overgeërfd worden, zijn opgeslagen in de genen. Genen zijn heel kleine onderdeeltjes van Uw cellen die werken als het programma van een computer: Het programma geeft instructies voor de wijze waarop de computer werkt. Iets gelijkaardigs doen de genen in Uw cellen. Zij bevatten alle informatie die (in samenwerking met Uw levensomstandigheden, voeding enzovoort) maken dat U er zo uitziet, die haarkleur hebt, die of die neiging hebt, vatbaar bent voor welbepaalde ziekten, enzovoort. Welnu, de erfzonde is als een ziekmakend gen voor de ziel, dat de ziel 'herprogrammeert' (een nieuw gedragsprogramma en een nieuw uitzicht meegeeft), zodat zij de neiging krijgt om van Gods Wet af te wijken. Inderdaad, de neiging: Of U daar daadwerkelijk aan toegeeft, berust bij Uw vrije wil, zodat U de erfzonde niet kunt inroepen als verontschuldiging voor de zonden die U werkelijk bedrijft. Dit effect van de erfzonde kan slechts gecompenseerd worden door een verbond tussen God en de ziel, waarbij God de genade van deugdzaamheid schenkt en de ziel deze genade 'betaalt' door voortdurend gebed en een leven dat volkomen op God gericht is en waarbij de banden met het eigen verleden en met de wereldse invloeden vastberaden doorgesneden worden. De erfzonde is als het zaad van de zondigheid dat in de ziel wordt gelegd en de kwaliteit van de vruchten van de ziel vermindert.

Wat is in spiritueel opzicht het diepe kenmerk, het ware wezen, van de Onbevlekte Ontvangenis? De volmaakte Liefde, een bovennatuurlijke Liefde voor God en al het geschapene, een Liefde die totaal gericht is op de ziel.

De Liefde heb ik in vroegere geschriften reeds bij herhaling aangewezen als de brandstof van al het geschapene, al hun onderlinge relaties en hun relaties met God. Het kenmerkt Maria dat Zij als enige schepsel de volmaakte Liefde bezit, op grond van Haar Onbevlekte Ontvangenis. De erfzonde heeft de mens geraakt in zijn vermogen tot liefhebben zoals God Zelf liefheeft. Naarmate een ziel groeit in de heiligheid, neemt haar vermogen tot liefhebben toe en wordt haar Liefde zuiverder, ik mag zelfs zeggen: 'Goddelijker'. Om die reden mogen wij stellen dat de graad van heiligheid die een ziel bereikt, in feite neerkomt op de mate waarin in haar de effecten van de erfzonde weggenomen worden. Het is alsof de heiliging de smet (de verontreiniging) van de erfzonde stap voor stap wegwast. Deze 'reiniging' in de ziel is een gevolg van een toenemende groei in de Liefde (door een gecombineerd effect van Goddelijke Genade met de wil van de ziel zelf en haar vermogen tot volharding in de deugd), en zij is tevens op zich de bron van een steeds verder groeiend vermogen tot liefhebben.

Hoe meer de ziel in staat is om op een zuivere wijze Liefde te geven en te ontvangen, des te groter wordt haar verlangen om in deze deugd te groeien tot in het heldhaftige. Het gevolg is een gesteldheid van hart die ik zou willen aanduiden als een 'bovennatuurlijke roes', een gesteldheid van diepe Vrede en vreugde die maakt dat de ziel in feite méér in de Hemel dan op aarde leeft, doordat zij dermate in de stroming van deze Goddelijke deugd opgenomen wordt dat zij in de diepste zin van het woord tot Gods beeld en gelijkenis wordt. Maria bezat deze gesteldheid van nature, door Haar Onbevlekte Ontvangenis. Elke andere mensenziel is met de erfzonde belast, en moet daarom tot de heiligheid komen door een leven in staat van genade en een alles verterend verlangen naar volmaaktheid in de deugd, met als eerste de centrale deugd die de mens tot Gods beeld en gelijkenis verheft: de Liefde, die alle andere deugden in zich draagt. Wanneer Jezus zegt: "Wees volmaakt zoals uw Vader in de Hemel volmaakt is", bedoelt Hij derhalve in de eerste plaats: 'Wees volmaakt in de Liefde'. Aangezien volmaaktheid in de Liefde door de erfzonde belemmerd wordt, betekent dit concreet: Bid om deze volmaaktheid te verkrijgen, opdat de ziel in zodanige mate gereinigd zou worden dat de erfzonde haar effecten steeds minder tot uitdrukking zou kunnen brengen. Zolang de erfzonde haar uitwerking ontplooit, kan de ziel niet de staat van genade bereiken die haar tot de heiligheid brengt.

Eva, bestemd als koningin van Gods Schepping, werd door haar rol als aanzetster tot de zondeval tot een distel in Gods ogen. God nam weerwraak op de satan door het scheppen van een Vrouw Wier ziel een zodanig verblindende schoonheid, absolute heiligheid en onoverwinnelijke macht zou bezitten dat Zij de eeuwige Lelie tussen de distels werd, en door aan deze Vrouw de macht te geven om zielen te heiligen naar Haar evenbeeld: zielen die zich totaal aan Haar toewijden om door Haar bevrucht te worden tot een bloembed dat de distels van deze wereld zal overwoekeren. U kunt de uitwerkingen van de erfzonde in Uw ziel laten overwinnen door Uzelf totaal weg te geven aan Haar Die de Onbevlekte Ontvangenis is. Zoals de eerste mens een verbond sloot met de satan en zo besmet werd door diens kenmerken, zo kunt U een verbond sluiten met Maria en Haar heiligheid erven.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 22

HET KONINKRIJK GODS BESTAAT NIET IN WOORDEN, MAAR IN KRACHT

Openbaringen over gebed

Myriam van Nazareth

Toen de Heilige Paulus tot de christenen van Korinthe de woorden sprak 'Het Koninkrijk Gods bestaat nu eenmaal niet in woorden, maar in kracht', verwees hij in feite naar de vele ijdele woorden die mensen spreken. Zo is het vaak ook met gebeden. De Allerheiligste Maagd Maria gaf mij de volgende definitie voor gebed: "Bidden is bouwen aan het Rijk Gods". Gods Rijk op aarde kan niet gebouwd worden met inhoudsloze woorden, doch louter met de kracht die deze woorden vanuit Uw hart moet begeleiden. Daarom is het noodzakelijk dat Uw gebed méér is dan woorden die U uitspreekt zonder diepe Liefde, zonder gevoel, zonder aandacht en zonder dat Uw geest werkelijk bij God (Maria) verwijlt.

Bidden, is spreken met God. Veeleer dan het uitspreken van woorden, is gebed een openstellen van Uw hart en geest voor God. Gebed is een overdracht van gevoelens en verlangens naar God toe. De enige sleutel om de deur van de communicatie met God te openen, is de Liefde. Gebed zonder Liefde is in Gods ogen slechts zelfbedrog.

Waarom wordt van de mens gebed verwacht? God heeft de mens geschapen, en had deze er oorspronkelijk toe bestemd om zeer nauw met Hem in verbinding te staan, omdat de mens was voorzien als beheerder van de Schepping en als ware zoon of dochter van God. God moest de grote vriend van de mens blijven. Het is tegennatuurlijk om niet te spreken met iemand die men liefheeft en van Wie men zoveel weldaden heeft ontvangen. De diepe zin van de communicatie tussen de mens en God kreeg een nieuwe nuance bij de zondeval. Tot op dat ogenblik was sprake van een natuurlijke overvloeiing van gedachten en gevoelens. De mens deelde in Gods Wijsheid en kennis, en werd op natuurlijke wijze door Hem geïnspireerd, en hij sprak op zijn beurt met God als met een vertrouweling die naast hem liep. Door de zondeval (het bedrijven van de erfzonde) kwam een breuk in het verbond van trouw dat de mens verondersteld werd, jegens God na te leven. Vanaf dat ogenblik kon de mens niet meer worden beschouwd als een wezen dat Gods evenbeeld was en derhalve geen schuld tegenover Hem had. De erfzonde opende als het ware de rekening van de gemeenschappelijke schuld die de mensheid tegenover de Goddelijke Gerechtigheid zou ophopen.

Vanaf de zondeval werd gebed voortaan, naast een middel van communicatie met God, bovendien een betaalmiddel. Daar de gemeenschappelijke zondeschuld die de mensheid door de eeuwen bij elkaar heeft gebracht, in onze tijd nooit eerder geziene afmetingen heeft aangenomen, is zeer veel gebed nu een noodzaak geworden om de wereld nog in stand te houden. Ik wees er vroeger reeds op dat het onevenwicht dat de zonde in Gods Schepping heeft gebracht, door de Goddelijke Gerechtigheid slechts verdragen wordt tot bepaalde grenzen overschreden worden. Dat uur heeft reeds geslagen.

De tijd is aangebroken om U aan Maria’s voeten neer te werpen in dank en smekingen, want het zijn louter Haar Liefde en macht die de Goddelijke Barmhartigheid in leven houden als rem op de uitvoering van Gods Gerechtigheid.

Hoe moet U bidden? Een geldmunt heeft alleen waarde wanneer het een officieel merkteken van de overheid draagt. Zo heeft gebed als betaalmiddel slechts waarde wanneer het drager is van Gods merkteken van de Ware Liefde. Het is de Liefde die Uw gebedsintenties verzilvert. Gebed zonder Ware Liefde is tijdverspilling, zelfs huichelarij. Ook de Farizeeën baden hardop aan de hoeken van de straten, doch zij verkeerden in dwaling, want hun hart was niet bij God: het was bij hun eigen zelfbeeld. Zij wilden slechts geprezen worden, en dienden aldus door hun gebeden niet God, noch Zijn Heilsplan, noch hun medemensen, doch louter de afgod waartoe zij hun eigen persoon verheven hadden.

In vroegere geschriften vergeleek ik gebed reeds met een ontboezeming van Liefde. Wanneer U bidt, bijvoorbeeld tot Maria, richt dan Uw hart zo totaal op Haar dat U aan niets anders denkt dan aan Haar, niets anders voelt dan het verlangen om met Haar te spreken, en tracht U Haar beeltenis voor ogen te houden. Benader Haar zoals U Uw geliefde zou benaderen: met een brandend hart en een vurig verlangen om bij Haar te zijn. Diegene tot Wie U bidt, moet voor U zijn als de Enige Die bestaat. Dat vergt een steeds groeiende ontwikkeling van Uw vermogen tot liefhebben (en aanvankelijk ook van Uw concentratievermogen). Wanneer U er werkelijk naar verlangt, dit vermogen te bezitten, zal het U gegeven worden, want God heeft een zeer grote nood aan waarlijk diep gebed. God wil slechts één ding: Zijn Schepping redden. Daartoe zijn, vanwege de duistere gesteldheid van de zielen, hun onderlinge relaties en hun relaties tot God, in deze Laatste Tijden uitermate veel offers en gebed nodig.

Bidden met Liefde, is precies wat verstaan wordt onder bidden met het hart. Gebeden opdreunen, als een mechanisch geratel zonder gevoel en vaak in een huiveringwekkend snel ritme, is geen gebed doch een belediging aan God en een groot zelfbedrog. De mens die zonder gevoel bidt, spreekt slechts woorden uit, hij zet geen enkele kracht in werking. Hij misleidt zichzelf door te menen dat hij bidt, doch in werkelijkheid draagt hij op geen enkele wijze bij tot de afbetaling van de schuldenlast van de mensheid jegens God. In Gods ogen is een gebedsleven dat op deze wijze ingevuld wordt, een verloren leven, want het geeft geen vergoeding aan God, en het geeft Maria niets concreets in handen dat Zij met enig gewicht kan aanwenden om Haar macht bij God te doen stralen. Het ware heilige gebed daarentegen, is gebed dat Maria’s macht verheerlijkt en Haar wapens geeft om de genadenstroom in werking te stellen.

Om waarde te bezitten, moeten gebeden uit een zuiver hart komen. Gebed uit een hart dat onmin in stand houdt, heeft weinig waarde. Zegt Jezus niet in het Evangelie dat, wanneer U tot het altaar nadert met Uw offergaven, en U plots herinnert dat U in onvrede leeft met Uw broeder, U beter de offergaven laat staan en U eerst met Uw broeder verzoent?

Vele mensen beweren dat gebeden vaak niet verhoord worden. Dat heeft diverse redenen. Eén van de belangrijkste schuilt in de aard en gesteldheid van de biddende. Hoe heiliger de ziel die bidt, des te groter de kracht die door het gebed in werking wordt gebracht. Waarom? Omdat een waarlijk heilige ziel een veel zuiverder communicatiekanaal met God bezit dan een ziel in relatieve staat van ongenade. God verlangt ernaar, in de ziel een deel van Zichzelf terug te vinden. Om die reden kneedt Maria Haar ware totale toegewijden tot spiegelbeelden van Haarzelf, op voorwaarde dat zij zich totaal en onvoorwaardelijk aan Haar overleveren en Haar de kans geven, met hen te doen wat Zij wil, hoe Zij het wil, wanneer Zij het wil en in de mate waarin Zij het wil. Hoe meer de ziel op Maria gaat gelijken, des te meer leeft Maria daadwerkelijk in die ziel en des te meer geeft Zij aan die ziel wat deze Haar ook moge vragen, steeds op voorwaarde dat het verzoek niet indruist tegen Gods belangen. Bovendien zullen de intenties van een heilige ziel als van nature meer in overeenstemming zijn met Gods belangen.

Een verdere factor is het gevoel. De ware kern van een gebed is de emotie, het gevoel dat tijdens het uitspreken van de woorden uit Uw hart vertrekt. Dat is de reden waarom een gebed slechts verhoord kan worden in de mate waarin het een ware ontboezeming van Liefde vormt. In visioenen werd mij geopenbaard hoe uit God onophoudelijk een oneindig veld van krachten stroomt, die alles in beweging zetten, veranderen, regelen, herscheppen, verlossen, heiligen, zuiveren, enzovoort. Om Uw gebeden werkelijk kracht te verlenen, moet U ze in verbinding brengen met die Goddelijke krachten. Tracht U voor te stellen dat U Uw intentie onderdompelt in een zee van Licht, zodat zij doordrongen wordt van die Goddelijke kracht en daardoor in gezuiverde en veelvoudig versterkte toestand in Gods Hart gelegd kan worden. Dit laatste moet U aan Maria’s voeten afsmeken: Aan Haar is alle macht gegeven om God ook te bewegen tot de verhoring van wat onmogelijk lijkt. Bedenk daarbij dat U Maria Uw Liefde schuldig bent. Haar Wil is de Wil van God. Zij kan slechts voor U pleiten voor zover Zij weet dat Uw intentie verenigbaar is met Gods Plannen. Vele gebeden worden niet verhoord omdat de verhoring ervan niet past binnen de Plannen die God tot verwezenlijking wil zien komen. Verhoring kan ook worden geweigerd omdat zij de bidder zelf zou kunnen schaden. Gods Wijsheid is groter dan de Uwe. Wanneer Hij een gebedsintentie niet verhoort, kan dit voor U op termijn een zegen blijken, ook al ziet U dit aanvankelijk niet zo. Het groot geheim voor de verhoring van gebed schuilt aldus in hoofdzaak in deze drie elementen: een zuiver hart, Liefde, en een intentie die in overeenstemming is met Gods Plannen.

Wanneer U bidt voor de verhoring van een bepaalde intentie, lijkt het logisch dat Uw gebed woorden bevat waarmee U die intentie formuleert. Niettemin zijn er gebeden die steeds weer gebruikt worden om de verhoring van allerlei intenties af te smeken, zonder dat deze gebeden op zichzelf deze intenties in zich bergen. Het grootste voorbeeld hiervoor is het Weesgegroet. Hoe komt het dat U met het bidden van een aantal Weesgegroeten kunt bekomen dat U een welbepaalde genade wordt verleend? Dat komt omdat de woorden van dit gebed binnen Gods Plan welbepaalde krachten in gang zetten, die een genadestroom opwekken. Het zijn woorden met een welbepaalde gezegende kracht. Het Weesgegroet is in wezen in de eerste plaats een lofprijzing aan Maria alsook een smeking om Haar Voorspraak, elke dag opnieuw en in het uur van Uw dood. Bedenk steeds dat God alles wat U aan Maria geeft, beschouwt alsof U het aan Hem Zelf had gegeven, omdat Maria Zijn grote Vertegenwoordigster en Zijn Gevolmachtigde is, de Brug tussen Hemel en aarde, de Vrouw bekleed met Gods eigen macht, heiligheid en schoonheid. Verheerlijking aan Maria is verheerlijking aan God, misprijzen van Maria is misprijzen van God Zelf. Indien mensen de macht van Maria mochten beseffen, zouden zij huiveren wanneer Haar heilige Naam wordt uitgesproken.

In visioenen werd mij geopenbaard hoe gebeden, bijvoorbeeld het Weesgegroet, opgenomen worden in een 'draaikolk' een stroom van Licht die ronddraait en dus geen begin en geen einde kent (symbool voor de eeuwigheid!). Deze draaiende stroming is een verzameling van alle verdiensten die de mensheid als geheel in alle tijden bij elkaar heeft gebracht en nog bij elkaar zal brengen, en deze verdiensten vermengen zich met de oceaan der Genaden die uit Gods Hart stromen. Elk Weesgegroet voedt deze 'draaikolk', en geeft de bidder hierdoor ook meer recht om uit die bron van Genaden te putten. Deze 'draaikolk' bevat op zich reeds menselijke zowel als Goddelijke elementen, want hij wordt gevormd door de gebeden, offers, boete en toegewijd lijden van alle mensenzielen, vermengd en aangevuld met de gebeden, offers, boete en het Lijden van Jezus Christus toen Hij als mens op aarde leefde.

Ik moest reeds vroeger de verhoring van gebeden vergelijken met het vullen van een bloemenkorf: Elk gebed dat U verricht, legt een bloem in een korf. Zodra deze korf vol is, is Gods Gerechtigheid verzoend met de verwezenlijking van de intentie, en wordt zij verhoord. Door diverse factoren kunnen bloemen in die korf verwelken of uit de korf vallen, zodat de verhoring langer op zich laat wachten of misschien nooit komt. Dat is onder meer het geval wanneer U bijvoorbeeld voor een medemens bidt doch tegelijkertijd over die mens lastert, roddelt, slechte gedachten koestert enzovoort. Waarom? Omdat er dan gebrek aan Liefde en zuiverheid in Uw hart is. U vermindert hierdoor Uw verdienste, zodat God Zijn Genade terughoudt. Verlangt U verhoring van Uw gebeden, heb dan lief, lijd en offer in Liefde, en stel Uw verlangens op één lijn met de Goddelijke Wil.

Een Goddelijk Mysterie heeft het zo beschikt dat gebed, zoals alles, voor God tijdloos is. Hierdoor is het mogelijk dat de woorden van een gebed die betrekking hebben op heilsgebeurtenissen (bijvoorbeeld de Passie, de Kruisweg, de Smarten van Maria) bij het uitspreken een gelijkaardige uitwerking krijgen als het gebeuren zelf: De Passie wordt door Uw gebed als het ware herhaald. Dat is ook het geval bij de gebeden van de Consecratie tijdens de Heilige Eucharistie. Wanneer U aan de Heilige Mis deelneemt met Liefde en in het volle bewustzijn dat daar het Verlossingsoffer van Christus hernieuwd wordt, krijgt Uw ziel het effect alsof U persoonlijk in aanbidding bij het Kruis van Calvarie stond, tweeduizend jaar geleden. Het is heel belangrijk, dit te beseffen, want dit geeft een heel bijzondere dimensie aan Uw gebeden. Dit verklaart tevens hoe het komt dat Uw gebeden vandaag nog een situatie uit het verleden kunnen toewijden, zodat zij in de 'draaikolk van de eeuwigheid' opgenomen kan worden als een verdienste voor alle tijden. Om diezelfde reden werken de gebeden die Jezus tweeduizend jaar geleden op aarde uitsprak, nu nog door in Uw eigen leven, mits U Uw ziel daarvoor ontvankelijk maakt.

Wanneer Uw intenties louter betrekking hebben op Uw persoonlijke noden, hoeft het U niet te verbazen indien zij geen verhoring vinden. Het is zinloos, en in Gods ogen zelfzuchtig en dus verwerpelijk, bijvoorbeeld de Heilige Rozenkrans te bidden voor Uw eigen intenties. God houdt onuitsprekelijk veel van onzelfzuchtige handelingen en van het vermogen tot overgave en blind vertrouwen. Daarin schuilt de diepe en heilige kracht van de totale toewijding aan Maria: Maak Uzelf tot dienares/dienaar (uit eigen ervaring en in navolging van bepaalde heiligen noem ik het liever: slavin/slaaf) van Maria, en U zult ervaren welke zoetheid Haar macht over U in Uw leven brengt. Maak Uzelf tot bedelaar bij Maria voor de noden van Uw medemens, en U zult ervaren welke genaden Zij in Uw eigen wezen tot stand brengt. Gedenk de woorden van Jezus over de lelies in het veld: hoe zij niets vragen of niets voor zichzelf doen, en toch door God tot het uiterste verzorgd worden. Bid voor Gods intenties, en al het overige zal U automatisch gegeven worden: Gedenk dat Uw leven op aarde heeft slechts één zin en één doel heeft: U bent hier om Gods Plan met de Schepping tot verwezenlijking te helpen brengen. De concrete inlossing van Uw eigen wereldse behoeften moet U daarbij van God (en Zijn Afgezante: Maria) afhankelijk maken, zij mag niet Uw eerste bekommernis zijn. Leg Uzelf aan Maria’s voeten neer, in vurige Liefde en het diep vertrouwen van een kind dat niets beter weet dan dat zijn moeder alles voor hem oplost, en Zij zal U niets weigeren. De enige voorwaarde is deze: Zij moet voelen dat U in Haar macht bent en Zij met U mag handelen naar Haar welbehagen.

Hoe kunt U Uw gebedsintenties zuiver houden? Door Uw hele leven op God te richten, ook in de kleine dingen van elke dag. Stop Uw gebedstijden niet in vakjes, Uw hele leven kan één aanhoudend gebed zijn, wanneer Uw hart, Uw geest en Uw mond zuiver zijn en U God ook bij de kleine dingen betrekt. Verheerlijk Hem in al Uw daden, woorden en gedachten, door alles te laten doordringen van Liefde. U kunt dit extra kracht bijzetten door op elk ogenblik van Uw leven Uw beproevingen met Liefde en aanvaarding te dragen. God laat de beproevingen toe omdat zij voor Uw ziel een welbepaalde betekenis en een belang hebben. Hij gaat daarbij met de diepste Wijsheid en het grootste overleg tewerk. Uw aanvaarding van het kruis is derhalve de grootste akt van Liefde en vertrouwen die U Hem kunt geven, en daardoor uitermate genadevol. Inderdaad, wat de verhoring van Uw gebeden in de weg kan staan, is niet een gebrek aan Gods macht noch aan Zijn goedheid, want deze zijn absoluut. Evenmin een gebrekkige Voorspraak van Maria, want ook Haar macht en Liefde zijn absoluut, en elk woord uit Haar mond opent de Hemel, doet de hel sidderen en beslist over Uw eeuwig lot.

De hinderpaal is de schuld jegens Gods Gerechtigheid. Deze schuld moet betaald worden om Uw gebeden tot verhoring te kunnen brengen. Het grootste betaalmiddel is Uw eigen Liefde, of de Liefde die een medemens in zijn smekingen te Uwen gunste aan God (Maria) geeft. Deze Liefde kan blijken uit offerbereidheid, de inspanning die geleverd wordt tijdens het bidden, en het diep en oprecht verlangen om God in de medemens iets te geven. Dienst aan Uw medemens is dienst aan God in hem. Uw beproevingen en kruisen met Liefde dragen, kan effecten krijgen die U zelfs niet eens bewust beoogt. Een voorbeeld uit de heilsgeschiedenis is dat van de Heilige Paulus, die aanvankelijk een vervolger en moordenaar van christenen was. Hij is bekeerd door de zware beproevingen van hen die door zijn toedoen de marteldood gestorven zijn.

Welke intenties zijn voor God heilig, en moeten dus voorrang krijgen? Toen de apostelen aan Jezus vroegen: "Leer ons bidden", sprak Hij de woorden uit die wij nog steeds kennen als het 'Onze Vader'. Wij moeten hieruit de conclusie trekken dat dit gebed de intenties bevat die God het meest welgevallig zijn en waar het binnen Zijn Plan om gaat, want de enige doelstelling van het leven van Jezus op aarde was de grondvesting van Gods Rijk op aarde. Daarom: Beschouwen wij even de kernpunten van het 'Onze Vader', teneinde daarin te ontdekken aan welke gebedsintenties God Zelf de voorrang geeft:

  1. Heiliging van de Naam van God. Bidden dat de Naam van God geheiligd zou worden, is bidden tegen godslastering en ter verheerlijking van God, en kan aldus worden begrepen als het brengen van eerherstel voor beledigingen aan God (en aan Maria, Die Zijn grote Vertegenwoordigster is).

  2. De Komst van het Rijk Gods. Deze intentie was de voornaamste doelstelling van het aardse leven van Jezus, en moet daarom ook Uw grootste verlangen worden. Het Rijk Gods kan pas op aarde gevestigd worden wanneer voldoende zielen totaal God toebehoren, door de vruchten van de Verlossing in zich te laten rijpen en zich door de Heilige Geest en Maria te laten heiligen. Bidden voor de Komst van het Rijk Gods op aarde, is bidden voor bekeringen en heiliging van zielen. Het Rijk Gods zal des te spoediger komen naarmate meer zielen zich totaal aan Maria toewijden en dan ook strikt leven als toegewijden: een leven van gebed, offers, overgave en liefdevolle aanvaarding in de beproevingen.

  3. De verwezenlijking van Gods Wil. Wanneer de Goddelijke Wil op aarde geschiedt zoals dit in de Hemel het geval is, zal de hele Schepping terugkeren naar haar oorspronkelijke staat van heiligheid. Leven in de Goddelijke Wil, is de bekroning van de totale toewijding. Leer Uzelf zo volledig mogelijk weg te cijferen voor het Heil van Uw medemens, en Gods Wil zal in U werken in elk detail van Uw leven. Zo worden Uw gebeden werkelijk bouwstenen voor het Rijk Gods.

  4. Uw dagelijks brood. Bidden om Uw dagelijks brood, betekent veel meer dan bidden om de bevrediging van Uw stoffelijke behoeften. Het betekent eveneens bidden om dagelijks de kracht te krijgen om Uw leven te leiden volgens Gods Wil en Plan, en zelfs om Uw dagelijkse portie van datgene wat God voor U heeft beschikt aan ervaringen, beproevingen en gelegenheden om te groeien, opdat de ontwikkeling van Uw ziel vooruitgang zou kunnen blijven boeken.

  5. Vergeving. In de zin van het 'Onze Vader' bidt U om het vermogen, anderen totaal te leren vergeven, omdat U zelf op Uw oordeelsdag van God slechts vergeving kunt verwachten in de mate waarin U zelf op aarde hebt vergeven aan diegenen die tegen U misdaan hebben. Door wrok te koesteren en vergeving te weigeren, tekent U dus het vonnis van Uw eigen veroordeling.

  6. Vrijwaring van bekoring en verlossing van het kwaad. Alle bekoring komt van krachten die niet verenigbaar zijn met Gods Werken. De uiteindelijke zin en doelstelling van alle gebed bestaat in feite steeds uit de bestrijding van het kwaad in zijn vele vormen. Zolang de mens in een lichaam leeft, zullen bekoringen dagelijks zijn pad kruisen, doordat een lichaam materiële behoeften heeft. Ik verwijs in dit verband naar Stormschrift nr. 20. Gevrijwaard blijven van bekoring, is om die reden een intentie die minder gemakkelijk verhoring zal vinden dan de intentie om weerstand te krijgen tegen de werken van het kwaad. Voor God is het veel waardevoller dat U weerstand biedt tegen bekoringen dan dat U een rimpelloos leven leidt doordat U geen bekoringen op Uw pad zou krijgen, want de ware verdienste van een heilig leven bestaat niet in een leven zonder bekoring of zonder aanvallen van het kwaad, doch in een leven van veelvuldige overwinning van bekoringen.

Spreken met God (Maria), kunt U met de mond, maar ook vanuit de stilte van Uw hart, zelfs door Uw hele gedrag. De ware kracht van Uw gebeden schuilt in de Liefde, de zuiverheid en het verlangen van Uw hart. Breng Uw gebeden in overeenstemming met Gods eigen verlangens: de Verlossing en bekering van zielen en de grondvesting van het Rijk van Christus op aarde. Stel Uw hele leven vastberaden in dienst van Maria, en al Uw woorden, gedachten en handelingen zullen bouwstenen zijn voor Zijn Rijk.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 23

HAAR SCHOONHEID WEKT DE LIEFDE VAN DE KONING

Openbaringen over de macht van Maria

Myriam van Nazareth

Tot de meest miskende en onbegrepen genaden die God voor de mensheid heeft voorzien, behoort deze van de grenzeloze macht van de Heilige Maagd Maria. Maria is bij uitstek de Koningsdochter, de Uitverkorene van God, Zijn Vertegenwoordigster naar de mensheid toe, die door Jezus vanop het Kruis van Calvarie onder Haar hoede is gesteld met de woorden "Vrouw, ziedaar Uw zoon. Zoon, ziedaar Uw Moeder". Maria is door God voorbestemd als het laatste Redmiddel voor de dwalende mensheid. De macht van Maria is met geen enkele kracht in de Hemel en op aarde te vergelijken. Zoals vele heiligen reeds schreven: Behalve God is alles aan Maria onderworpen.

Wat is macht? Macht is het vermogen om het gedrag van anderen te beïnvloeden zodat deze bepaalde dingen anders moeten doen dan zij zelf zouden willen en hun gedrag moeten aanpassen bij de wil van diegene die macht uitoefent. Macht is ook het vermogen waardoor het lot van anderen, alsook de beslissingen die zij nemen, op één of andere wijze beïnvloed worden door de wil van diegene die macht uitoefent. Vooral deze laatste punten zijn van toepassing op Maria. God heeft het zo beschikt dat Zij macht bezit over de mensen, over de duivelen, en zelfs over God Zelf. Ik kom hier meteen op terug.

Waar ligt de oorsprong van Maria’s macht? Hoe komt het dat Zij zo machtig is? Maria’s macht is gegrondvest op Haar volmaakte staat van genade. Zij is onbevlekt ontvangen en aldus vrij van de erfzonde. Deze eigenschap laat Haar méér dan enige andere ziel op God gelijken. Haar heiligheid is vanaf Haar Ontvangenis ongeëvenaard geweest, en Zij heeft deze absolute heiligheid in stand gehouden door een leven zonder de geringste zonde of ondeugd. Hoe heiliger een ziel is, des te groter de genaden die zij van God verkrijgt, omdat God een ziel steeds minder kan weigeren naarmate deze ziel Hem aan Zichzelf herinnert, dus naarmate Hij Zichzelf in deze ziel weerspiegeld ziet. Maria is ooit door Jezus Zelf 'de volmaakte Spiegel van God' genoemd. Maria is de enige Ziel in staat van absolute heiligheid, en is daardoor een volmaakte kopie van Gods eigen Wil. Zij draagt geen enkele schuld tegenover de Goddelijke Gerechtigheid, en om die reden is er voor God geen enkele belemmering om Haar alles te geven wat Zij verlangt. Indien God een volmaakt heilige ziel zoals Maria iets zou weigeren, zou Hij als het ware met Zichzelf in strijd komen, want in Maria is de Godskern (die in oorsprong in elke mensenziel aanwezig is) tot de volle ontwikkeling gekomen.

Alle eigenschappen van Maria zijn van Goddelijke oorsprong, en geen enkele van hen is ook maar in de geringste mate besmet door wereldse of duivelse invloeden. Daarom zet elke handeling die Maria stelt, elk woord dat Zij spreekt, elk verlangen van Haar Hart, elke gedachte uit Haar geest, elke stap van Haar voeten en elke uiting van Haar Wil onvoorstelbare krachten in werking, die zo gelijklopend zijn met Gods Plannen en beschikkingen, dat God alles wat van Maria uitgaat, beschouwt als Zijn eigen Wilsakten. Dat is de reden waarom gezegd mag worden dat Maria’s macht absoluut is, en dat Zij zelfs macht heeft over God Zelf. Toen Maria nog op aarde leefde, heeft Zij God er ten minste twee maal toe aangezet, Zijn Wilsbesluiten (die nochtans onwrikbaar vaststaan) te wijzigen. De eerste maal was deze, dat Haar intense gebeden, bezield door een oneindig vurige Liefde (resultaat van Haar volmaakte heiligheid), de Komst van de Messias met verscheidene jaren hebben vervroegd. De tweede gelegenheid was deze, dat Zij de Verrijzenis van Jezus, die volgens de Schriften na drie dagen (dus 72 uren) moest plaatshebben, heeft vervroegd tot 40 uren na Zijn Kruisdood. Aldus werd mij geopenbaard.

De uitoefening van Maria’s macht in de Hemel gaat onverminderd verder:

  • God heeft het zo beschikt dat de engelen de mens ten dienste zouden staan. Doch geen enkele mensenziel heeft in dezelfde mate de beschikking gekregen over de engelen als Maria. Reeds tijdens Haar leven op aarde stonden talrijke scharen van engelen permanent in Haar dienst. Toen Zij na Haar leven 'insliep' en in de Hemel opgenomen werd met Lichaam en Ziel, wierpen de engelen zich aan Haar voeten neer en begroetten Haar als hun Koningin en Meesteres. In deze Laatste Tijden voert Maria het bevel over de voltallige Hemelscharen in de strijd tegen het kwaad. In wezen was Maria’s heerschappij over de engelen reeds een feit toen God Haar voorzag als de Vrouw Die de kop van de slang zou verpletteren.
  • Eén van de grootste uitingen van Maria’s macht in de Hemel is deze van Haar voortdurend optreden als Voorspreekster bij Gods Gerecht. Ieder mens die zijn leven op aarde beëindigd heeft (dagelijks zijn dat er miljoenen), verschijnt vóór Gods Gerecht, waar de beoordeling van zijn aards leven wordt voltrokken. Bij elk oordeel is Maria aanwezig als Voorspreekster. Elke dag beslissen Haar woorden (dus: Haar Liefde) over het eeuwig lot van duizenden, die zonder Haar verdoemd zouden worden doch aan Haar te danken hebben dat zij na een welbepaalde tijd van loutering in het vagevuur de Eeuwige Gelukzaligheid in de Hemel zullen genieten. Maria heeft dus letterlijk het lot van ontelbaren in Haar handen. Bedenk dit nog tijdens Uw leven op aarde, en geef Haar de eerbied die Haar toekomt.
  • Maria’s macht als Voorspreekster strekt zich verder uit over de zielen in het vagevuur. Op Haar gebed, en door speciale voorrechten die Zij van God heeft verkregen, worden vele zielen eerder uit het vagevuur bevrijd dan zij op grond van de Wet van Gods Gerechtigheid verdienen. Eén voorbeeld: Maria heeft van God verkregen dat de zielen die zich totaal in Haar dienst stellen door een leven van volkomen toewijding aan Maria, ten laatste op de eerste zaterdag na hun overlijden de Eeuwige Gelukzaligheid zullen binnengaan.

De uitoefening van Maria’s macht op aarde is onvoorstelbaar, en voltrekt zich vaak in het verborgene. Op de meest indrukwekkende wijze openbaart Haar macht zich op de volgende terreinen:

  • Maria is de Middelares van alle Genaden. Genaden zijn gaven die God schenkt om het leven van de mens gemakkelijker te maken of hem dichter bij zijn Heil te brengen. God heeft Maria de macht gegeven over de Schatkamers van Zijn Genaden. Dat betekent dat Zij Zijn Genaden kan uitdelen aan wie Zij wil, wanneer Zij wil, in de mate waarin Zij wil en in de vorm waarin Zij wil. Zeer veel van de genaden die bepalend zijn voor de kwaliteit van een mensenleven, worden verleend na bemiddeling door Maria. De grenzeloze macht van Maria bestaat hieruit dat Zij via deze weg over het verloop van talloze levens beslist. Bepaalde genaden zijn zichtbaar of voelbaar (genezingen, de verwezenlijking van materiële verlangens...), andere zijn niet zichtbaar (bekeringen, spirituele gaven, ontwikkelingen die de groei van de ziel bevorderen...). De niet-zichtbare zijn de grootste, en vormen daarom de grootste openbaringen van Maria’s macht over Uw leven.
  • Maria is de Leidster van alle zielen die zich aan Haar toewijden. Elke aan Maria toegewijde ziel vormt op zich een klein Rijk van Maria, een Rijk waarin Zij volkomen heerst. Door Haar Liefde en Haar macht over de verdeling van alle genaden brengt Maria het hart van de Haar volkomen toegewijde ziel zo volledig onder Haar gezag dat de toegewijde zichzelf vrijwillig tot Haar dienares/dienaar maakt. Naarmate het verbond tussen Maria en Haar toegewijde een grotere invulling krijgt (de uiterste graad wordt bereikt in de gevallen waarin Maria een ziel via de mystieke weg tot Haar dienst roept voor een speciale opdracht, die over het algemeen het hele verdere leven duurt), neemt de vrijwillige onderwerping van de toegewijde ziel aan Maria toe en beschouwt deze zich als niets méér dan Haar slavin. Zodra de geroepene totaal in Maria’s macht is, voert Zij deze via opeenvolgende beproevingen, genaden en een zeer intense versmelting in hart, geest, en in bepaalde gevallen zelfs in het lichaam (mystiek lijden) tot steeds groeiende eenwording met Zichzelf: Maria heeft de macht, zielen te kneden tot zij Haar spiegelbeeld worden. Dit is een Goddelijke macht die God Zelf jegens Haar als eerste heeft toegepast, en waarover Zij de volle beschikking heeft gekregen.
    Maria beschikt over eindeloze middelen waardoor Zij Haar toegewijden zonder dwang doch door hun eigen ontwikkeling vrijwillig de beslissing kan laten nemen, hun hele verdere leven aan Haar voeten door te brengen met als enige doelstelling van al hun doen en laten: de wil om Maria te dienen en te verheerlijken. In Haar totaal toegewijden bereikt Maria’s titel 'Koningin van Hemel en aarde' de volheid van zijn betekenis. Maria’s macht komt op een bijzondere wijze tot uitdrukking in de Beschikking die Zij van God heeft gekregen over zielen. Zij heeft het voorrecht ontvangen, bepaalde zielen uitdrukkelijk te roepen tot Haar persoonlijke dienst, in het kader van Haar rol tot verwezenlijking van Gods Heilsplan. Deze zielen worden door Haar persoonlijk toegerust met speciale genaden en gaven om te functioneren als instrument van Maria, en worden door Haar uitgenodigd tot het sluiten van een totaal en onvoorwaardelijk verbond van gehoorzaamheid en onderwerping aan Maria. Zij worden door Maria op een bijzondere wijze geleid en beschermd, door Haar naar Haar welbehagen gekneed tot Haar werktuig en evenbeeld. In deze zielen schittert de macht van Maria vooral doordat Zij hen zo vast en zo liefdevol aan Zich bindt dat zij in niets anders meer behagen scheppen dan in een leven als 'liefdesslaaf' van Maria (slaaf van Haar Liefde).

De uitoefening van Maria’s macht over de duivelen voltrekt zich nu nog grotendeels onzichtbaar, doch zal in een nabije toekomst voor aller ogen stralen. Maria is door Haar bescheidenheid en nederigheid nooit opvallend geweest. God heeft het echter zo beschikt dat Haar macht in de Laatste Tijden zal schitteren als duizend zonnen. Hoe?

  • Op grond van Haar hele leven op aarde is Zij de Medeverlosseres Die Jezus terzijde heeft gestaan bij het volbrengen van het Verlossingsoffer. Zij leed een leven van talloze smarten, die hun bekroning vonden op Golgotha. Doordat Zij dit zo weinig gekende, onnoemelijk zware lijden in absolute heiligheid en met een onvergelijkbare Liefde in volle toewijding aan God heeft gedragen, had Maria’s leven een onschatbare waarde tot redding van zielen. Deze rol als Medeverlosseres is met het einde van Haar leven op aarde niet beëindigd. Maria kan Haar eindeloze macht als Overwinnares op het kwaad pas ten volle doen stralen, en de ontelbare genaden vandien pas ten volle over de wereld afroepen, zodra Haar rol als Medeverlosseres officieel kerkelijk erkend zal worden. Waarom?
    Omdat door deze erkenning de mens officieel aan God te kennen geeft dat hij aanneemt dat niet alleen de God-Mens Jezus, doch ook een mensenziel de duivel totaal en definitief heeft overwonnen. Bid vurig voor deze erkenning, het lot van de wereld en Uw persoonlijk Geluk hangen ervan af, want zodra Maria officieel als Medeverlosseres wordt erkend, is het fundament van Gods Rijk op aarde gelegd. Dit zal na de Kruisdood van Jezus het grootste keerpunt in de geschiedenis zijn.
  • Maria bezit de macht, U op Haar tussenkomst te vrijwaren van zonde, en bekoringen te breken. Hoe? Door Haar gebed, en door Haar rechtstreeks optreden. Waar Maria Zich vertoont, vlucht de duivel, want Zij boezemt hem de grootste angst in. Hij weet dat één woord van Haar volstaat om hem aan banden te leggen. Ooit werd mij in een visioen getoond hoe een groep duivelen een groep biddende mensen aanviel. Maria verscheen, en de duivelen werden ogenblikkelijk in drie categorieën verdeeld: ongeveer de helft vluchtte weg. Naar de andere helft behalve één, strekte Maria Haar rechterhand uit, en zij leken in een flits van Vuur op te lossen. Maria liet één duivel overblijven, Zij keek mij aan met een indrukwekkende glimlach, en liet mij begrijpen dat Zij mij ten aanzien van deze ene duivel een demonstratie van Haar macht wilde geven. Zij wendde Zich vervolgens naar deze ene toe en beval hem met een teken van Haar hand om zich vóór Haar voeten neer te werpen. Uit Haar ogen stroomde felblauw licht. Krijsend kroop hij op de knieën naar Haar toe en ging vóór Haar voeten liggen. Dit betekent dat hij zich met heel zijn wezen verzette, doch niet anders kon dan Haar te gehoorzamen. Zij plaatste in een onvoorstelbaar sierlijke beweging uitermate rustig Haar rechtervoet op zijn nek, en onder Haar voet werd hij onder luid geschreeuw tot stof verbrijzeld. De macht die van Maria uitging, was angstwekkend, doch vervulde mij met de vreugdevolle zekerheid dat niets op aarde of onder de aarde aan Maria’s Wil kan ontkomen.
    Onthoud dit beeld, het is van het grootste belang voor de tijden die weldra komen, en het moge U tot motivering dienen om U volledig aan Maria weg te geven in totale toewijding. Denk eveneens aan dit beeld wanneer U bekoord wordt. Spreek hardop Maria’s Naam uit, en blijf hem herhalen. Deze Naam is een marteling voor de bekoorder, want hij vreest Maria’s verschijning méér dan U hemzelf kunt vrezen.

  • Maria is ertoe voorbestemd, het kwaad te vernietigen. Wat Jezus op Calvarie begonnen is, zal door Zijn Moeder beëindigd worden. God heeft na de erfzonde aan de duivel verklaard dat de Vrouw (Maria) hem de kop zou verpletteren. Het uur waarop dit zal gebeuren, is nabij. De duivel voelt reeds de druk van Haar voet. Hij kronkelt om aan Haar macht te ontkomen, en het is door dit wild verzet dat hij zoveel schade aanricht en zoveel verwoestingen over Gods Schepping uitzaait. Hij weet dat, zodra Maria’s voet in volle kracht zal drukken, hij geen enkel slachtoffer meer kan maken. Om deze reden gaat hij nu zo driest tewerk. Leer daarom de chaos van de wereld beschouwen als wat hij werkelijk is: het eerste teken van de overwinning van de Meesteres van Hemel en aarde (de Triomf van de Vrouw).

Maria’s macht is absoluut. Dat betekent dat Haar gezag in de Hemel geen beperkingen heeft. God heeft Haar zo hoog verheven als een getuigenis tegenover de mens, die zich over het algemeen niet zo totaal aan Zijn Plan weet te geven, en tegenover de duivelen, die in Maria de absolute heerschappij moeten ervaren van een wezen waarvan zij de ondergang hadden gezworen. Doch de uitoefening van Haar macht wordt door één regel gemilderd: deze waarbij God heeft beschikt dat de vrije wil van de mens gerespecteerd moet worden, en op het lot van de mens (individueel en als geheel) niet ingegrepen mag worden indien de mens daar niet zelf om vraagt. Maria bezit de macht om de wereld te helpen zuiveren van alle chaos, van alle ellende, van alle ongeluk, van alle kwaad, maar wij moeten Haar daar uitdrukkelijk om vragen, door gebed en door ons in groot aantal aan Haar toe te wijden. Ik zou het volgend beeld kunnen gebruiken: Elk gebed dat U met Liefde tot Maria verricht, maakt Haar voet zwaarder, die op de kop van de slang drukt. Hoe meer U bidt en hoe meer mensen U ertoe aanspoort om hun hele leven aan Maria toe te wijden, des te spoediger zal Haar voet U bevrijden. De satan is volkomen in Haar macht, hij is aan Haar overgeleverd, doch om hem definitief te verstikken, wacht Zij op Uw smekingen en de gave van Uzelf. Dank zij een Mysterie van Goddelijke Liefde kan ik tot U zeggen: Maak Uzelf tot slavin/slaaf van Maria, en Zij zal U de ware vrijheid schenken.

Welke voordelen heeft de heerschappij van Maria voor U? In de mate waarin U Maria macht geeft over Uw leven en Uw hele wezen (handelingen, gedachten, woorden, gevoelens, verlangens, relaties, enzovoort), zal Zij U heiligen. Aan Maria is het gegeven om U naar de Eeuwige Gelukzaligheid te leiden, op voorwaarde dat U in Haar macht gelooft, Haar bemint en Haar met volharding smeekt om U te leiden op al Uw wegen. Zoals op Maria’s gebed de Heilige Geest over de apostelen neerdaalde in het Cenakel, tien dagen na de Hemelvaart van Jezus, zo kan Zij ook de Heilige Geest met Zijn rijke gaven over U afroepen. Genaden worden geput uit de Schatkamer der verdiensten die alle zielen in alle tijden hebben verzameld, aangevuld door de rechtstreekse gaven uit Gods Barmhartigheid. God is de Bron der Genaden, Maria heeft de macht over hun verdeling. Tot Haar moet Uw smeken gericht zijn indien U iets nodig hebt. Ook de heiligen die U aanroept om welbepaalde gunsten te bekomen, verkrijgen deze van Maria, Die hun Meesteres is, de Koningin van de Hemel. Indien U de volheid van het Geluk op aarde betracht, verheerlijk en dien dan Maria tot het uiterste, want:

Hoe meer zielen zich aan Haar voeten neerleggen, des te spoediger komt de dag waarop Zij zal opstaan om het kwaad, de bron van alle ellende, naar de eeuwige afgrond te verwijzen. Prijs elke ziel zalig die Maria verheerlijkt in woord en daad, want elke lofprijzing aan Uw Hemelse Moeder brengt de genadeslag aan de satan dichterbij.

Waarin zal de absolute macht van Maria haar definitieve bekroning vinden? In de Triomf van Haar Onbevlekt Hart.

Maria’s Triomf is de totale overwinning over de satan tot vestiging van Gods Rijk op aarde. Aan deze Triomf wordt gebouwd door de mate waarin mensenzielen zich totaal aan Maria weten te geven. Maria’s Triomf begint in het hart van Haar toegewijden: Hoe groter Uw bereidheid om Maria’s macht in Uw leven tot uiting te laten komen, des te sneller zal Haar Triomf over het kwaad zich verwezenlijken. Bedenk dat de Triomf van Maria gelijkstaat met de Triomf van het Kruis en de grondvesting van Gods Rijk van Liefde op aarde.

Door Haar onvergelijkbare schoonheid (van ziel) heeft Maria alle macht over het Hart van de Koning (God) verworven. Wat Zij Hem ook zal vragen, Hij zal Haar nooit kunnen weerstaan, omdat Haar hele Wezen een volmaakte verheerlijking aan Zijn Godheid vormt. Hij heeft Haar de Onbevlekte Ontvangenis geschonken, waardoor Haar ziel een volmaakt spiegelbeeld van de Goddelijke eigenschappen in zich droeg. Zij heeft deze staat van volkomen heiligheid voor eeuwig in Zich bewaard. Zij heeft Haar hele leven in dienst gesteld van het groot Verlossingswerk van Jezus. Tot slot heeft Zij als enige onder de mensenzielen de oorspronkelijke Goddelijke Orde die voor de mens was voorzien, in stand gehouden en tot volle Glorie gebracht. Hoe kan God Haar dan iets weigeren? Maria heeft het Hart van God Zelf overwonnen, Zij heeft ook de hel overwonnen, en staat op het punt om Haar vreeswekkende macht tentoon te spreiden in een schittering als van duizend zonnen. Wanneer zult U God navolgen en Haar ook Uw hart laten overwinnen? Uw eeuwig lot kan in Haar handen liggen...

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 24

WEINIG MINDER DAN EEN ENGEL HEBT GIJ HEM GEMAAKT

Openbaringen over de genade van de heiliging

Myriam van Nazareth

God heeft de mens gemaakt als de kroon op Zijn Schepping. De mens zou geboren worden in volkomen staat van heiligheid, en na zijn leven op aarde in volkomen staat van heiligheid naar God terugkeren. Door de zondeval (de erfzonde) leeft de mens niet langer van nature in staat van genade, hij moet deze staat opnieuw veroveren door een leven in overeenstemming met Gods Wetten. Een dergelijk leven is een leven in heiligheid. Heiligheid is de toestand van de ziel die een hoge staat van volmaaktheid in alle deugden heeft bereikt, en die bij de beleving van de deugden de ogen gevestigd houdt op het volbrengen van de Goddelijke Wil tot verwezenlijking van Gods Plannen. Wanneer het bijbelvers over de mens tot God zegt: 'Weinig minder dan een engel hebt Gij hem gemaakt', drukt dit precies datgene uit wat de mens moet betrachten: een leven dat dit van de engelen benadert. Het grootste verschil tussen een engel en een mensenziel bestaat hierin, dat een engel geen stoffelijk lichaam bezit en derhalve een volkomen geestelijk leven leidt. De mens leidt zijn aardse leven in een stoffelijk lichaam, dat een aantal behoeften heeft en precies daardoor vatbaar is voor de zonde: Het leven in een stoffelijk lichaam is ons groot raakpunt met alles wat werelds is, en vormt daardoor een trekpool voor zonde en ondeugd.

Dit maakt echter precies de verdienste van een leven in heiligheid des te groter: Het loskomen van elke overmaat aan materiële behoeften vergt een voortdurende zelfoverwinning, en deze strijd is de bron van heiligende verdiensten. Hoe meer de ziel hierin slaagt, des te meer benadert zij de staat der engelen. Eén mensenziel heeft hierin ooit de volmaaktheid bereikt: Maria. Zij was niet 'weinig minder dan een engel', Zij stond boven alle engelen. Waarom? Omdat Zij zonder de erfzonde geschapen was, in staat van volmaakte heiligheid, en een leven wist te leiden van voortdurende zelfoverwinning: de overwinning in een strijd die engelen niet hoeven te voeren. Deze overwinning kennen wij ook onder de naam 'volmaakte zelfbeheersing'. Maria heerste totaal over alle bekoring en over elke mogelijke ondeugd. Om die reden is Zij ook 'vol van Genade': Zij heeft de Genade nooit verloren. In Haar overwinning op de beproevingen en Haar beleving van alle deugden in overeenstemming met Gods Plannen is Zij geen enkele maal gestruikeld.

God verwacht van elke mensenziel dat zij zich tot levensdoel stelt om in staat van genade naar Hem terug te keren. De meerderheid van de zielen is zich niet (meer) bewust van de noodzaak van heiliging, noch van de onvoorstelbare schatten die wachten op de ziel die in staat van volkomen genade dit aardse leven beëindigt en zich voor Gods Gerecht aandient om geoordeeld te worden. De meeste zielen leven te weinig met de Hemelse waarden om zich hiervan rekenschap te geven of om prijs te stellen op Gods beloften voor de eeuwigheid, die zij op grond van verblinding en een zwak Geloof vaak niet meer als een echte realiteit ervaren. Het verwerven van de staat van genade (heiligheid) gaat voor de ziel gepaard met een aantal veranderingen die haar zowel reeds op aarde alsook voor het Eeuwig Leven onschatbare voordelen brengen.

De volgende kenmerken en effecten van de heiliging zijn mij geopenbaard als de meest genadevolle:

  1. De ziel wordt steeds vuriger in de Liefde voor God, voor de medemens, en voor de Schepping als werk van Gods handen. De reden ligt voor de hand. Ik verwijs naar vroegere Stormschriften en naar Lentebloesems aan de Levensboom. In deze geschriften heb ik uitvoerig gewezen op de centrale rol van de Liefde in alle functies binnen Gods Werken. Het is gemakkelijk te begrijpen dat de heiliging van de ziel onmogelijk is zonder een grote ontwikkeling van het vermogen tot liefhebben. Naarmate de ziel het diepe wezen van de Liefde begint te doorgronden, begint zij Gods Werken en Plannen zelf te doorgronden. Naarmate zij zich vervolmaakt in de Liefde – en bedenk hierbij dat alle deugden uiteindelijk uit de Liefde ontspruiten! – wordt ook haar vereniging met God sterker en opent zich het venster op Gods Mysteries. Naarmate de ziel sterker wordt in de Liefde, krijgt zij méér deel aan Gods handelen, Zijn denken en Zijn Wijsheid. Naarmate de ziel groeit in de Liefde, neemt ook haar verlangen toe om zich totaal aan God te geven, met andere woorden: om haar eigen doen en laten in Gods Plannen en Werken te laten inbouwen, dus om met haar hele zijn en handelen een bouwsteen te worden in de fundering van Gods Rijk.
  2. De ziel begint méér in de Hemel te leven dan op aarde. Dat komt doordat haar verlangens zich losmaken van de wereldse dingen, waarden en behoeften, die zij als zeer relatief en dus in wezen onbelangrijk begint te ervaren. Dat komt ook doordat de heiliging de Godskern in de ziel ontsluit, en zij zich daardoor haar Goddelijke oorsprong en bestemming begint te herinneren. Hierdoor groeit in de ziel snel het vurig verlangen naar vereniging met God. Al het wereldse begint in haar verveling en afschuw te verwekken, terwijl reeds louter de gedachte aan het Eeuwig Rijk het hart in een toestand van vervoering kan brengen. Wanneer deze toestand berust op authentieke heiliging (dus niet op fantasie of dweperij), vloeit hij voort uit een plotse bewustwording van de Hemelse werkelijkheid. Deze werkelijkheid draagt ieder mens in zijn ziel, doch bij de grote meerderheid van de zielen blijft deze een leven lang verborgen.
    Naarmate de ziel zich heiligt, wordt deze herinnering als het ware opnieuw 'blootgelegd': een uiting van de scherpere communicatie tussen de ziel en het Goddelijke. Het méér in de Hemel leven dan op aarde, openbaart zich bovendien in een behoefte om onophoudelijk in gesprek te zijn met de Hemel (Jezus, Maria, de Eeuwige Vader, de Heilige Geest, de heiligen en engelen), de Hemel bij elk detail van het dagelijks leven te betrekken, en alle handelingen, woorden en gedachten af te stemmen op Gods eigen doelstellingen en belangen. Deze gesteldheid verleent aan de ziel een uitstraling die haar méér laat lijken op Diegenen aan Wie zij zich spiegelt: Maria, Jezus, enzovoort. De ziel gaat steeds méér gelijken op het model dat zij zich voor ogen houdt. Heeft zij een werelds idool, dan zal haar uitstraling eerder werelds zijn. Spiegelt zij zich daarentegen in alles aan de Heilige Maagd, dan zal Maria haar zodanig kneden dat zij, indien de genade voluit opgenomen wordt, tot een 'tweede Maria' wordt.

  3. In de ziel wordt steeds méér de sluier opgelicht die de Waarheid verbergt voor mensenogen, en zij krijgt méér deel aan de kennis van Gods Mysteries. Daarom kan men zeggen dat heiligheid de toegang ontsluit tot kennis die in de ziel verborgen ligt en die van Goddelijke oorsprong is, evenals tot kennis die de Heilige Geest over zielen zoekt uit te storten, omdat deze kennis de ziel zelf, en de mensheid als geheel, tot nut is om Gods Plan te bevorderen. In de kern van de ziel ligt het heilig Vuur dat God er bij de schepping van de ziel heeft ingelegd, en dat de ziel moet verheffen tot Gods beeld en gelijkenis. Sedert de erfzonde is deze kern niet meer vanzelf toegankelijk: De deur is gesloten, doch kan geopend worden door de werking van de genade in de ziel.
    Dit systeem verklaart de genade van de verwerving van kennis op bovennatuurlijke wijze, zoals deze in het kader van bepaalde roepingen verleend wordt. Het proces van de heiliging zou op dit punt vergeleken kunnen worden met het openen van een reeks deuren, de ene na de andere, waarbij elke nieuwe deur die zich opent een groter, vollediger en mooier panorama van Gods werkelijkheid ontsluit. Om deze reden kan het heiligen vergund worden om 'door een sleutelgat te kijken' naar dat deel van Gods werkelijkheid dat normaal gesproken voor mensenogen verborgen blijft omdat onvoldoende gerijpte zielen geen weg zouden weten met de dingen die zij dan zouden zien of voelen: Zij kunnen dit niet 'in hun systeem inpassen' omdat zij geen inzicht of besef hebben van het onzichtbare gedeelte van de realiteit. Bedenk hierbij dat het overgroot gedeelte van Gods werkelijkheid voor mensenogen verborgen is. Wat U met Uw zintuigen kunt zien, horen, voelen, waarnemen, is slechts een klein deeltje van Gods Schepping.

  4. In de ziel werkt steeds méér de geest van Christus. Dit betekent dat zij het verlossend lijden tot één van de voornaamste elementen en bestrevingen van haar leven maakt, dat zij steeds méér verlangt naar de genade van het lijden, of ten minste bij elke gelegenheid tot het brengen van offers de daarmee gepaard gaande stroom van Liefde uit Gods Hart leert aanvoelen, en deze in dankbaarheid en blijmoedigheid in zich opneemt. De geest van Christus is in alle opzichten een betrachting van gelijkvormigheid met God: De ziel in staat van toenemende heiliging wil hetzelfde als God; zij verlangt boven alles naar de vestiging van Gods Rijk op aarde. Zij verlangt er bovendien naar, in haar eigen leven als het ware het leven van Christus op aarde te herhalen, en bestreeft daartoe, een volmaakte spiegel van Jezus of Maria te worden, in het bewustzijn dat de gelijkvormigheid met deze beide modellen van absolute volmaaktheid haar naar het Eeuwig Heil voert. Zij betracht dit ideaal overigens niet in de eerste plaats ter wille van haar eigen eeuwig welbevinden, doch om God door haar eigen leven te verheerlijken, zoals Jezus en Maria haar dit hebben voorgeleefd.

  5. De ziel wordt steeds fijngevoeliger ten aanzien van zonde en ondeugd, zowel bij zichzelf als bij haar medemens. Zij voelt een steeds striktere behoefte aan de betrachting van zuiverheid in handelingen, gevoelens, gedachten, woorden en verlangens. Elke afwijking van de zuiverheid bij haar medemens, en méér nog van zichzelf uit, wordt voor haar tot een kwelling, een bron van diepe pijn, omdat haar toegenomen zondebesef haar steeds méér de ondeugd laat zien zoals God deze ziet. Door deze fijngevoeligheid wil God via deze zielen levendige getuigen voor Zijn Gerechtigheid in de wereld plaatsen. De ziel die een ongewone gevoeligheid ontwikkelt voor elke afwijking van de deugden, speelt als het ware een rol als levend geweten: Zij voelt de droefheid van God Zelf over zelfs de geringste afwijking van Zijn Wet van Liefde, en helpt deze door haar hartenpijn uitboeten. Deze verandering in de ziel geeft uitdrukking aan een innige verbondenheid met het Hart van God (Maria).

  6. De ziel ervaart een steeds grotere drang om zich in dienst te stellen van Gods Plannen en Werken: de redding van zielen, bekeringen, het brengen van eerherstel, de afbetaling van de gemeenschappelijke zondenschuld van de hele mensheid tegenover de Goddelijke Gerechtigheid. Naarmate de ziel geheiligd wordt, groeit in haar de duidelijkheid over haar ware roeping, en begrijpt zij hoezeer dit aardse leven slechts een overgangsfase is. Het is dit besef dat in haar het Vuur aanwakkert om zich totaal aan God (Maria) toe te wijden en haar aardse leven ondergeschikt te maken aan het Eeuwig Leven. Deze eigenschap verklaart méér dan welke andere ook de gesteldheid die de ziel doet kiezen voor martelaarschap als het hoogste goed. Deze ziel ervaart het lijden in eenheid met Jezus en Maria, en het helpen dragen van het lijden van Jezus en Maria in de medemens als een uitverkiezing die haar dierbaarder is dan een leven in comfort. Voor haar is het kruis het gouden bed van de Eeuwige Gelukzaligheid.

Wat hebben al deze kenmerken en effecten met elkaar gemeen? Zij wekken in de ziel buitengewone ervaringen van Gods nabijheid, en geven haar reeds tijdens dit leven een voorsmaak van het Eeuwig Leven. De ziel kan slechts het gevoel koesteren dat heiliging geen nut heeft in zoverre zij Gods bedoelingen niet heeft begrepen en de aanraking van Zijn hand in het eigen hart niet heeft ervaren. Bedenk dat Zijn Rijk op aarde pas gevestigd kan worden zodra voldoende zielen deze eenheid met God tot hoofddoel van hun leven hebben gemaakt.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 25

HIJ MOEST DIT ALLES LIJDEN OM IN ZIJN GLORIE BINNEN TE GAAN

Waarom laat God het lijden toe?

Myriam van Nazareth

De ziel die een roeping heeft ontvangen op de weg van de mystiek, ervaart de nabijheid van de Hemel vooral op nadrukkelijke wijze in de beide volgende situaties: vóór, tijdens en de eerste uren na de vervoering van Liefde, en tijdens elk lijden dat met Liefde en blijmoedigheid aanvaard en gedragen wordt. Dit is opmerkelijk, want het toont aan dat Gods Tegenwoordigheid in het hart zich even sterk openbaart aan de beide uitersten van de gevoelsschaal: in de diepste vorm van vreugde, maar ook in de smart, mits deze gedragen wordt in vereniging met God. Een groot verschil ligt echter in het effect van deze beide uitersten: De vervoering is een venster op een stuk Hemelse Gelukzaligheid tijdens het leven op aarde, doch het lijden is de poort naar de Eeuwige Glorie.

Uw leven op aarde is eenmalig. Het vormt Uw enige kans om het Eeuwig Geluk te verdienen. Het is daarom van het grootste belang dat U er het beste van maakt. Dit betekent dat U elke dag opnieuw een zo strikt mogelijke overeenstemming moet betrachten tussen Uw handelen, spreken en denken enerzijds, en Gods verwachtingen en verlangens jegens U anderzijds. De beste weg om dit ideaal te bereiken, bestaat hierin dat U elke dag opnieuw leeft alsof U slechts één dag van God had gekregen, en die ene dag dan ook zoveel mogelijk waarde moet trachten te geven. Vergooi Uw tijd niet: Tijd is kostbaar, en een mensenleven is kort. U kent dag noch uur waarop U teruggeroepen wordt en de balans van Uw leven moet rechtvaardigen voor Gods oordeel.
Het lijden maakt deel uit van ieder mensenleven. Het vindt zijn oorsprong op verschillende niveaus:

  • in de materie (Uw lichaam). Het lichaam is onderhevig aan behoeften. Wanneer deze niet of onvoldoende bevredigd (kunnen) worden, geeft dit gevoelens van onbehagen of pijn. Elke ontregeling in Uw stoffelijk wezen brengt eveneens pijn, ongemak of ziekte met zich mee.
  • in het hart (Uw gevoelens): zich gekwetst voelen, teleurstelling, 'hartenpijn', verdriet, allerlei vormen van onvrede, frustraties, enzovoort.
  • in Uw relaties met andere mensen: elke vorm van verstoord contact met Uw medemensen, onenigheden, enzovoort.
  • in de ziel: Uw relatie met God, het aanvoelen van niet-bevredigde behoeften van de ziel, ziekte van de ziel, bekoringen, zonde, gewetensconflicten...

De mens was door God bedoeld als een wezen dat Zijn vreugde zou delen terwijl het nog op aarde leefde. Door de zondeval is hierin verandering gekomen: De verstoring (door de schuld van de mens) van het evenwicht in Gods Schepping moet hersteld worden. Om die vergoeding te kunnen leveren, heeft de mens de kans gekregen om te lijden. Vóór de erfzonde bestond het lijden niet. Lijden is een geschenk van God, want het biedt U de kans om tijdens Uw aardse leven Uw aandeel te leveren in de goedmaking van de gemeenschappelijke schuld van de mensheid van alle tijden jegens God. Alle lijden dat U op aarde niet zou dragen, zou Uw toegang tot de Eeuwige Gelukzaligheid in de Hemel uitstellen, want de Goddelijke Gerechtigheid verwacht dan die goedmaking door een loutering in het vagevuur. Dit is erger dan het lijden op aarde, omdat de ziel in het vagevuur een grotere kennis bezit van de diepgang van de zonde, en daarom zwaarder lijdt onder elke overtreding van Gods Wet, en omdat de ziel daar de Goddelijke Liefde scherper aanvoelt en daarom veel intenser smacht naar de vereniging met God dan zij hier op aarde gewoonlijk doet. Dit verlangen vormt een immense kwelling tijdens de louteringsperiode na het aardse leven.

Waarom staat God toe dat U lijdt? Niet omdat Hij U niet bemint, wel integendeel. Hij zou U een heel slechte dienst bewijzen indien Hij het lijden steeds onmiddellijk van U zou wegnemen. Uw lijden heeft voor de verwezenlijking van Gods Plan van Heil voor de mensheid een grote waarde. Die waarde verhoogt nog indien U een leven leidt als aan Maria toegewijde. Hoe meer lijden U draagt in Liefde, blijmoedigheid en aanvaarding, des te meer argumenten kan Maria als Voorspreekster voor U laten gelden bij Uw oordeel. Uw grootste verdiensten zijn de beproevingen waarmee U hebt bijgedragen tot Gods Werk voor de redding van zielen. Lijden is betaling voor de gemeenschappelijke zondenschuld. Indien U het aanvaardt, levert U een daadwerkelijke bijdrage. Indien niet, dan gaat de spirituele waarde van Uw lijden verloren en heeft het slechts één effect: dat U Uw leven als een nutteloze last begint te ervaren. Lijden in blijmoedigheid, Liefde en aanvaarding, betekent een last van korte duur (maximaal een mensenleven lang, dus hooguit enkele tientallen jaren), gevolgd door Eeuwige Gelukzaligheid. Die 'last' is bovendien zeer betrekkelijk, want indien U intussen de Liefde en blijmoedigheid betracht, zult U onvermoede kracht en vreugde in U voelen stromen. God doet dit omdat Hij U in dit voor Hem zo belangrijk offer wil ondersteunen.
Lijden zonder Liefde en onder protest daarentegen, betekent zowel een zwaardere last hier op aarde, als een groot risico op eeuwig (of ten minste langdurig) lijden na dit leven. Aan het lijden ontsnapt geen mens, maar de wijze waarop U het draagt, maakt een onmetelijk verschil uit. God is de sturende Kracht achter alles. Hij weet beter dan wie ook hoe waardevol het lijden is binnen een mensheid die zichzelf door de erfzonde heeft losgerukt uit een automatische gelukzalige vereniging met het Goddelijk leven op aarde. Om die reden laat Hij het lijden toe. Hij veroorzaakt het niet, maar Hij juicht het wel toe. Door de mens, die, zolang hij onvoldoende inzicht heeft verworven in de wetten die Gods Schepping regeren, lijden slechts ervaart als een last, wordt alle lijden zeer ten onrechte begrepen als een teken van gebrekkige Liefde van Godswege. De mens zelf is veroorzaker van zijn lijden, doordat hij deel uitmaakt van het zondig mensengeslacht en zelf elke dag individueel bijdraagt tot die zondenlast, want elke zonde is een toegeving aan de krachten van het kwaad, en dus een belediging aan God en een verstoring van het evenwicht in Zijn Schepping. God staat beproevingen toe voor zover deze:

  • eerherstel kunnen brengen: Elke beproeving maakt iets goed van het onrecht dat God door de zonde wordt aangedaan.
  • het kwaad helpen bestrijden: Elke beproeving die in Liefde aanvaard en toegewijd wordt, kan door God gebruikt worden als een offer om de krachten van het kwaad lam te leggen. Indien het lijden U wordt aangedaan door enige kwaadwillige kracht, kan deze zichzelf hierdoor vernietigen indien U dat lijden uitdrukkelijk toewijdt (opdraagt aan Maria).
  • passen binnen de lessen die U moet leren en de ontwikkelingen die U moet doormaken. God laat bepaalde beproevingen Uw levensweg kruisen indien deze nodig zijn om U nieuwe inzichten te verschaffen in bepaalde fouten die U maakt, of om U ertoe aan te zetten, af te stappen van een gedragswijze of een levenswijze die Uw ziel schade toebrengt. Tegenslagen die ervoor zorgen dat U een bepaald plan niet ten uitvoer kunt brengen, zijn soms tekenen van God om U duidelijk te maken dat datgene wat U zich had voorgenomen, niet goed is voor U, of op dat welbepaalde ogenblik nog niet geschikt is voor U omdat het niet past binnen de levensfase waarin U op dat ogenblik verkeert (niet alles is het beste op het ogenblik waarop wij het zouden willen: Gods Tijd is niet onze tijd).

Lijden wordt 'lijden' genoemd omdat het als onaangenaam ervaren wordt. Het zal U intussen duidelijk zijn dat Uzelf aan dit gevoel veel kunt veranderen zodra U hebt begrepen dat lijden, mits het oprecht opgedragen wordt, zeer nuttig is, en zelfs bij uitstek de sleutel tot de hemelpoort vormt, niet alleen voor Uzelf maar ook voor andere zielen. Hoe meer lijden U in Liefde opdraagt, des te meer plukt U de vruchten van Gods Wet van de naastenliefde: De verlossende kracht van alle lijden is voor mensenogen niet zichtbaar, doch zij is zo immens dat de engelen de mens benijden omdat hij mag lijden: De engelen kunnen dit niet. Bedenk op elk moeilijk ogenblik steeds dat dit aardse leven slechts is als een druppel in de oceaan van de eeuwigheid, en dat dus alle lijden dat U te dragen krijgt, nietig is in vergelijking met de Gelukzaligheid die U daarvoor na dit leven in de plaats zult krijgen, en wel tot in het oneindige der eeuwen. Elke beproeving is als een cent die U betaalt: een verwaarloosbare bijdrage in vergelijking met het paleis dat voor U in de Hemel gebouwd is indien U bereid bent om het zonder protest te dragen. Uw lijden als mens op aarde is slechts de pasmunt waarmee U de schatten van de Eeuwige Gelukzaligheid in de Hemel betaalt. Indien U van oordeel bent dat God veel van U vraagt, herinner U dan in rouwmoedigheid hoe oneindig veel méér Hij voor U bereid heeft in ruil voor Uw schamel ongemak.

Lijden doet U nooit voor Uzelf alleen. Uw medemens voelt weliswaar niet Uw pijnen (tenzij voor zover hij daartoe een speciale mystieke gave heeft ontvangen), doch God kent ze wél: Hij kent zowel de aard als de intensiteit ervan, en Hij past deze toe op Zijn Heilsplan in de mate waarin zij dit mogelijk maken. Naargelang de aard, de duurtijd en de intensiteit van Uw pijnen, ziekten, beproevingen, verdriet enzovoort, levert al Uw lijden een bepaalde 'afkoopwaarde' op, waarmee God een deel(tje) van de schuld van de mensheid tegenover Zijn Gerechtigheid laat vergoeden. Hoe groter de totale afkoopwaarde die het lijden van Uw hele leven samen heeft opgeleverd, des te groter is Uw aandeel in het herstellen van het onevenwicht in Gods Schepping, en des te groter is ook de glorie die God voor U in de Hemel bereidt. Verheug U daarom telkens U in de Hemelse Schatkist een cent kunt werpen waarop Uw naam staat. God vergeet niets. Temeer omdat U met elk lijden het Lijden van Jezus en Maria in Uw medemens kunt helpen dragen indien U het ten bate van Uw medemens opoffert: Jezus en Maria lijden op mystieke wijze in ieder mens. U kunt dit lijden dus verzachten door Uw eigen lijden te aanvaarden, en ook door Uw lijdende medemens bij te staan, vooral indien dit gepaard gaat met extra lasten voor Uzelf.

Het hoeft U niet te verbazen wanneer U herhaaldelijk beproefd wordt op punten waarop U het moeilijk hebt. De krachten van het kwaad zoeken U op Uw zwakste punten te treffen om U te ontmoedigen en in het verderf te storten. God laat dit toe omdat U gedurende dit leven moet groeien in alle deugden, en U vooral op Uw zwakste punten oefening in de deugdzaamheid nodig hebt. Hoe meer overwinningen U op Uw beproevingen behaalt, en hoe groter de zwakheid was die U daarmee overwint, des te groter worden Uw verdiensten en des te meer wordt U geheiligd. Uw heiliging is Gods enige betrachting, Zijn enige vreugde, en Zijn grote verheerlijking. Hij wil niet alleen Uw redding, Hij verlangt er ook naar dat U in Zijn eeuwig Rijk een zo hoog mogelijke plaats zou kunnen veroveren. Wanneer U Uw hele leven aan Maria toewijdt, en daadwerkelijk een leven van totale toewijding aan Haar leidt, is Haar verheerlijking des te groter naarmate Uw overwinningen op de beproevingen groter en veelvuldiger zijn. Wat U aan Haar geeft, geeft Zij U honderdvoudig terug. In de mate waarin U Haar verheerlijkt, zal Zij U door de vrucht van Haar Voorspraak verheerlijken.

Mede om die reden is alle opgedragen lijden bron van Liefde: Er is geen grotere bekentenis van Liefde voor Jezus en Maria dan de aanvaarding van Uw beproevingen en lasten, want zij verlichten het Kruis dat Jezus voor eeuwig draagt en de Smarten die Maria voor eeuwig doorstaat. Bovendien maken zij U aan Jezus en Maria gelijk in de kern van Hun eigen levensdoel hier op aarde: Zij hebben slechts op aarde geleefd om de Verlossing te voltrekken door het Offer van Hun Lijden voor het Eeuwig Geluk der zielen. U kunt hen hiervoor erkentelijkheid betonen door eenzelfde weg te aanvaarden. Niets maakt de ziel méér tot een christen dan het kruis. Niets maakt de ziel heiliger dan de Liefde tot het kruis. Niets verzadigt Gods Gerechtigheid voor de wereld méér dan de offerande van Uzelf aan Maria’s voeten, in het Vuur dat Gods Geest door de navolging van Christus in U zal ontsteken. Door het lijden gaat U Uw glorie binnen, er is geen andere weg.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 26

NIET MIJN WIL GESCHIEDE, MAAR DE UWE

Gehoorzaamheid als bron van Leven

Myriam van Nazareth

Toen God de Schepping in het leven riep, weefde Hij daarin Zijn eigen Geest, de Goddelijke Intelligentie die het geheel met zijn ontelbare onderlinge relaties en wisselwerkingen moest laten 'tikken' als een klok van een onnavolgbare volmaaktheid. Het spreekwoord dat zegt dat volmaaktheid niet van deze wereld is, vertolkt slechts de Waarheid voor zover Gods oorspronkelijke intenties niet meer hun volle uitwerking krijgen door de zondeval van de mens: De erfzonde heeft een steeds toenemende ontregeling van het hele systeem met zich meegebracht. Dat komt niet doordat Gods Wijsheid onvolkomen zou zijn, doch doordat God in Zijn oneindige Liefde de mens, die bedoeld was als kroon op Zijn Schepping en beheerder van al het geschapene, een vrije wil heeft gegeven, waardoor deze tevens de vrijheid kreeg om Gods Plannen in de war te sturen. Indien de mens de hem verleende heiligheid trouw in stand had gehouden, zou alle beweging, elke ontwikkeling, in en tussen Gods schepselen in een volmaakt evenwicht en in volkomen harmonie met Gods Plan zijn gebleven. Doch de mens heeft gezondigd tegen Gods Wet van Liefde door de erfzonde, de eerste uiting van ongehoorzaamheid. Elk gebruik van de vrije wil dat niet in overeenstemming is met wat God wil, is ongehoorzaamheid, en verstoort de harmonie en het evenwicht binnen de Schepping.

Het is de ongehoorzaamheid van de mens jegens God die de onvolmaaktheid in de Schepping heeft gebracht.

Ongehoorzaamheid jegens God kan talloze vormen aannemen. In wezen is elke ondeugd en elke zonde een akt van ongehoorzaamheid, want elke ondeugd, elk toegeven aan bekoring, is een ontsporing in de navolging van Gods Wet van Liefde, die alles volkomen zou regelen indien er niet gezondigd werd. Planten en dieren zondigen niet, doch hun levensloop, hun ontwikkeling en hun onderlinge relaties worden verstoord door het gedrag van de mens die niet meer leeft op de trillingen van de ware heiligheid. Door zijn neiging tot ongehoorzaamheid heeft de mens een zware verantwoordelijkheid jegens God op zich geladen.

Waarom is de mens God gehoorzaamheid verschuldigd?

Het antwoord lijkt voor de hand te liggen: omdat God de Maker van alles is, het Opperwezen, het hoogste Gezag boven alles wat leeft en bestaat. Doch dit antwoord zou betekenen dat de plicht tot gehoorzaamheid louter een zaak is van autoriteit: God als Heer, de mens als dienaar. Gehoorzaamheid is echter geen zaak van louter dwang, gehoorzaamheid is een noodzaak om de Schepping in stand te houden, om de volgende redenen:

  1. God is de Eeuwige Wijsheid. Als Bron en Schepper van al wat leeft, weet Hij als enige volmaakt wat elk schepsel nodig heeft, en hoe het gesteld is met de staat van genade waarin de mensheid als geheel verkeert (het geheel van verdiensten tegenover zonden en ondeugden van alle mensen door alle eeuwen heen). Elk gebrek aan gehoorzaamheid brengt Uw eeuwig Heil in het gedrang doordat het bijdraagt tot chaos en ontregeling van de hele mensheid en van de Schepping als geheel. Door ongehoorzaamheid rukt U Uzelf los uit Gods leiding. U geeft als het ware te kennen dat U de dingen beter zelf kunt regelen dan te vertrouwen op Gods Wijsheid die alles beschikt op Zijn Tijd en volgens een logica die U nooit volledig kunt volgen omdat U geen kijk hebt op alle gebeurtenissen en ontwikkelingen die zich op elk ogenblik in de hele Schepping afspelen. God heeft dit overzicht wél.
  2. God stuurt alles volgens Zijn Plan, dat rekening houdt met de eeuwigheid en dus niet aan tijd gebonden is. Zovele ontwikkelingen zijn ertoe bestemd om zich buiten Uw eigen levensduur te voltrekken omdat God weet wanneer de Volheid van de Tijd gekomen is voor hun verwezenlijking. Het grootschalig misbruik van de vrije wil door de miljarden mensen over de hele wereld schept een groot en zeer veelzijdig geheel van stoorfactoren die de realisatie van Gods Plan voortdurend van koers doen veranderen. Slechts wanneer dit Plan ten volle tot verwezenlijking komt, kan het Rijk van eeuwige Liefde en Geluk op aarde gevestigd worden.

  3. Elke ziel is slechts een radertje binnen het geheel dat door Gods alomvattende Intelligentie bestuurd wordt. De ziel is geen op zichzelf levende eenheid: Zij heeft een bepaalde taak te vervullen binnen het geheel. Het uiteindelijk doel van ieder leven is de voltooiing van Gods Plan met de Schepping: het Eeuwig Heil voor alle zielen in een Schepping die volkomen functioneert volgens Gods Wet. De vrije wil kan de ziel losrukken uit het geheel, zodat zij niet meer bijdraagt tot de goede werking van het geheel. Dit 'losrukken' betekent een andere koers varen dan deze welke Gods Wijsheid heeft voorzien. Dit is ongehoorzaamheid, en ligt aan de basis van alle wanorde, zowel in de ziel zelf (conflict tussen handelen, denken en het geweten, met als resultaat: onvrede in het hart en een gevoel van ongelukkig zijn) als in de relatie met God en in de relaties met de Schepping als geheel.

  4. Ongehoorzaamheid snijdt de ziel los van de stroom der Genaden. Het gevolg hiervan is dat zij steeds minder Licht ontvangt, zodat zij steeds minder ziet dat zij zondigt. De reden hiervoor ligt in het feit dat de ziel die bekoord wordt en hieraan toegeeft (dus zondigt), hierdoor als het ware een nieuwe handtekening plaatst onder het verbond dat door de erfzonde bestaat tussen de satan en de mensheid. Men kan zeggen dat elke zonde de ziel met een nieuw kettinkje vastmaakt aan het wereldse, zodat zij minder gemakkelijk de sprong naar de Hemelse dingen kan ondernemen. Op langere termijn schuilt hierin wellicht het grootste sluipend (en voor de meeste zielen verborgen) gevaar van ongehoorzaamheid jegens God.

Toen Jezus in de Hof van Olijven gebukt ging onder de uitboetingslast van de zonden van alle tijden, zei Hij "Niet Mijn Wil geschiede, maar de Uwe". Vóór Zijn Menswording had Maria Haar ja-woord gegeven voor een leven als Medeverlosseres. Zij hebben de gehoorzaamheid doorleefd tot het uiterste, in totale zelfverloochening, omdat Zij wisten dat Gods Rijk slechts gebouwd kan worden op de volkomen overgave die de bron van Leven vormt voor dit Rijk en alle zielen die er hun plaats zullen hebben.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 27

GEEN GROTER LIEFDE KAN IEMAND HEBBEN...

Openbaringen over de volmaakte Liefde

Myriam van Nazareth

Reeds bij herhaling heb ik de Liefde de 'brandstof van Gods Schepping' genoemd. Volmaaktheid in de Liefde is een kenmerk dat slechts eigen is aan het leven in de Hemel. Nochtans is het ook de mens op aarde in wezen gegeven om de volmaaktheid te benaderen in deze deugd, die de essentie vormt waaruit zijn ziel is opgebouwd. Dat het Vuur van de Liefde over het algemeen niet zuiver brandt, is slechts toe te schrijven aan het feit dat de Vlam van de heiligheid die God bij Uw ontvangenis in Uw ziel heeft gelegd, onvoldoende met zuurstof wordt gevoed doordat Uw ziel bedekt is met de sluier van alle wereldse invloeden. Die zuurstof (de bezieling door de Heilige Geest) gaat voor een soms groot gedeelte verloren in de rook die ontstaat door deze 'onzuivere verbranding'. Het is deze rook die U vatbaar maakt voor bekoringen, misleiding, dwaling en zonde.

Niettemin kan ook in U, tijdens Uw leven op aarde, de Liefde naar volmaaktheid groeien. Dat is wat God van U verwacht: 'Wees volmaakt, zoals uw Vader in de Hemel volmaakt is', in de eerste plaats in de Liefde, want zij is Uw toegangskaartje tot Gods Heerlijkheid.

De Liefde kan in U pas volmaakt worden in de mate waarin U Uw handelingen stelt met als enige doelstelling: de bespoediging van de komst van het Rijk Gods op aarde, zelfs indien U er zich van bewust bent dat die handelingen U inspanningen kosten en U geen rechtstreeks persoonlijk voordeel opleveren, ja zelfs mogelijk negatieve invloeden over U laten komen.

Dat is bijvoorbeeld mogelijk wanneer U resoluut kiest voor God in Uw handelingen in de kerk of in Uw dagelijks leven, zelfs al kost dit U de kritiek of het onbegrip van mensen in Uw omgeving. Zodra U de genade hebt ontvangen om in Uw hart te voelen wat God het meest welgevallig is, bent U het Hem verschuldigd om die stem vastberaden te volgen, ongeacht wat mensen (kunnen) zeggen of denken. Menselijke kritiek is vergankelijk en onbelangrijk: Hij ontspringt slechts uit geesten die niet Gods Wijsheid bezitten. Elke Liefdesakt jegens God wordt echter voor eeuwig in Uw ziel gebrand, en brengt Heil en bekering over alle zielen, ook over deze van de mensen die U bekritiseren.

Volmaakt wordt de Liefde tevens wanneer zij gericht is op verheerlijking van God in elke handeling, in elk woord, in elke gedachte. God is volmaakt en absoluut. Geen mens kan Zijn Heerlijkheid verhogen noch verminderen, doch U kunt wel Zijn Heerlijkheid meer of minder in het licht stellen. Dat is wat Jezus ons heeft voorgedaan in elk detail van Zijn leven op aarde, tot en met Zijn uiterste akt van Liefde in Zijn totale zelfofferande tussen Gethsemani en Golgotha. Jezus zei: "Geen grotere Liefde kan iemand hebben dan deze, dat hij zijn leven geeft voor zijn vrienden".

Wanneer U Jezus tot het uiterste wil navolgen, moet U dat ook doen in de Liefde. Dat betekent ook, Uw leven geven voor Uw medemens. Dit veronderstelt niet noodzakelijk een martelaarschap dat onmiddellijk eindigt in de lichamelijke dood: U kunt ook Uw leven geven voor Uw medemens door Uw hele leven totaal aan Jezus en Maria toe te wijden, waardoor U Hen Uw bereidheid betoont om Uw hele leven op te offeren aan de dienst aan Hen in Uw medemens.

Totale toewijding kan evenzeer tot een volkomen zelfofferande worden, en derhalve tot een leven in volmaakte Liefde. Het leven van een toegewijde is een zelfgekozen kruisweg (alleen kent de ziel niet bij voorbaat de concrete inhoud ervan) die eindigt op het kruis van de zelfofferande in het Vuur van de Liefde die God behaagt: beetje bij beetje te sterven tot Heil van de zielen, of in het beeld zoals ik het reeds vroeger heb gebruikt: De toegewijde geeft zichzelf als een kaars prijs aan de Vlam van Gods Liefde, tot hij er restloos door verteerd is.

Volmaakte Liefde kan ook tot uiting komen in de betrachting van een leven van gebed, boetedoening en offerbereidheid ten gunste van de zielen die de grootste behoefte hebben aan Gods Barmhartigheid, zodat zij zonder Uw inspanningen wellicht verloren gaan. Deze uitingen van Liefde zijn volmaakt indien daarbij de volgende voorwaarden vervuld worden:

1. U stelt God geen voorwaarden voor het gebruik van Uw gebeden, boete en offers: Hij kan ze gebruiken volgens Zijn Plan en op Zijn Tijd. Elke eigen inmenging van Uwentwege door het formuleren van een persoonlijke intentie, kan de Liefde bevlekken, doordat Uw inspanningen dan mogelijk niet meer louter door Hemelse motieven ingegeven zijn.

2. U beoogt geen persoonlijk voordeel bij de redding van de zielen voor wie U Uw leven offert. Vaak bidden mensen (soms zelfs langdurig) voor de bekering van een medemens omdat diens bekering de lasten van hun eigen leven kan verlichten. Dat is vanzelfsprekend niet verkeerd, doch kan in bepaalde gevallen niet meer beschouwd worden als volmaakte Liefde: Alles hangt af van de zuiverheid van de intentie, het ware doel, en het oordeel daarover berust alleen bij God, Die elk hart doorgrondt. Niettemin leveren ook dergelijke gebeden U verdiensten op, want God kent Uw omstandigheden, en weet waardoor een constant nastreven van de volmaaktheid soms verhinderd wordt.

3. U volhardt in Uw inspanningen, zelfs wanneer U ervaart dat U wordt tegengewerkt: De satan laat zich niet gemakkelijk zielen ontroven. Naarmate Uw Liefde volkomen wordt, groeit ook Uw vastberadenheid: Uw handelingen worden steeds méér gevoed door het loutere idealisme van het redden van zielen en de vestiging van Gods Rijk, waarbij U gedreven wordt door een heilig Vuur dat U geen rust gunt eer dit ideaal (dat niets anders is dan Gods Heilsplan) werkelijkheid wordt. Het is precies dit idealisme dat U uiteindelijk zal leiden naar een constant nastreven van de volmaaktheid (waarmee ik verwijs naar puntje 2 hierboven). Dit idealisme is een genade die tot bloei wordt gebracht in zielen naarmate zij vorderen op de weg van de heiliging. God zal dit niet van U verwachten zolang U niet de rijpheid hebt ontvangen om deze bestreving tot een vast kenmerk van Uw religieus gedrag te maken.

Uit de bovenstaande punten kunt U reeds afleiden dat het grootste kenmerk van de volmaakte Liefde ongetwijfeld de zelfverloochening is. Een Liefde die aan eigen voordeel denkt, is bezoedeld door wereldse doelstellingen en drijfveren. De Ware Liefde is louter en alleen op het welzijn, het Geluk en het Eeuwig Heil van de ander gericht. U mag Uzelf slechts beminnen in zoverre dat U beseft dat God in U woont en dat Uw leven Zijn geschenk is, dat U is gegeven om Uw medemens te dienen en Gods Plan te helpen verwezenlijken. De mens die de Ware Liefde bezit, heeft begrepen dat hij niet leeft voor zichzelf doch uitsluitend als een radertje binnen de hele Schepping, met als enige doelstelling, Gods Plan te helpen verwezenlijken. Hij heeft derhalve begrepen dat zijn leven slechts zin heeft en bekroond kan worden voor zover hij zich totaal en onbelemmerd inzet op de wijze die God voor hem heeft voorzien. Wanneer God dan het Vuur van de belangeloze Liefde in hem legt, is dat een genadegave die hem het vermogen moet schenken, te functioneren op de wijze die God het nuttigst is. Het leven op aarde is niets méér dan een voorbereiding op het Eeuwig Leven. Het is derhalve onnodig, in dit leven Uw eigen nut voor ogen te houden, dat niets méér is dan vergankelijk en dus zeer relatief geluk. Bedenk dat elke handeling die U stelt in een geest van zelfverloochening ten bate van Uw medemens, U dichter bij de Eeuwige Gelukzaligheid brengt, die nooit vergaat.

In Gods ogen is volmaakte Liefde ook de Liefde die U het vermogen schenkt om het hart van Uw medemens te raken op een zodanige wijze dat hij hierdoor naar God gaat zoeken. Het is het vermogen waardoor Uw medemens in U iets van de Hemel terugvindt, en Uw nabijheid koestert omdat hij het gevoel krijgt dat U God (Maria) dichter bij hem brengt. Dit is het vermogen waardoor U waarlijk het Rijk Gods in zielen helpt zaaien. Dat is de 'ware' of 'heilige' Liefde. Zij is volkomen onzelfzuchtig en uitsluitend gericht op Gods belangen.

Ik heb er reeds op gewezen dat volkomen Liefde de levenshouding is waardoor U Uw leven maakt tot een verheerlijking aan God. Hoe kunt U dat doen? Door elke handeling, elk woord, zelfs elke gedachte en elk verlangen te laten vertrekken vanuit een blijmoedigheid die Gods eigen Wezen zoveel mogelijk benadert. Blijmoedigheid is één van de meest heiligmakende deugden, het is als een Hemels parfum rond Uw hart dat alle kwaad en elke bedreiging van zonde en bekoring afstoot, een pantser dat ondoordringbaar is voor elke negatieve invloed. Waar alle kwaad afgestoten wordt, heerst de Liefde van God Zelf. Blijmoedigheid is bij uitstek een Hemels parfum dat de harten van Uw medemensen in verrukking kan brengen, de spiegel die Gods Licht op hen laat afstralen, de warmte die in hen kan laten ontdooien wat door de lasten van hun leven in hen bevroren is.

Liefde is volmaakt wanneer zij gericht is op het Eeuwig Heil van de medemens. Het Eeuwig Geluk bestaat hieruit dat Uw ziel zich verheugt in God, alsook dat zij zich verheugt in het Eeuwig Geluk van andere zielen. Indien dit het geval is, zult U slechts behagen scheppen in handelingen waardoor U de ziel van Uw medemens dichter bij God kunt brengen. Dergelijke handelingen zijn vrij van iedere menselijke of wereldse drijfveer, en zijn als olie op de Vlam van Liefde die Gods Geest in U wil aanwakkeren.

Wat maakt Liefde volmaakt? Het 'Hemels' karakter van Liefde wordt bepaald door twee elementen:

  • de doelstelling: Indien Uw Liefde volmaakt is, beoogt zij, God te dienen, Zijn Rijk op aarde te bevorderen, en het Eeuwig Heil van Uw medemens te bevorderen. Wanneer deze doelstelling werkelijk in U leeft als een motor die al Uw handelingen voortstuwt, is het alsof Uw bloed rechtstreeks wordt gevoed door Gods Wil. Wat Hij wil, wordt dan tot Uw eigen diepste verlangen. Gods Plan is heilig voor U, en U hebt begrepen dat de verwezenlijking ervan de sleutel tot het paradijs op aarde in zich bergt.
  • de vorm: Om uiting van volmaakte Liefde te zijn, moet een handeling op zodanige wijze gesteld zijn dat zij in het hart van de medemens een Vrede brengt die hem het gevoel geeft, dichter bij God te komen, en er eveneens de kiem legt van een groeiend verlangen naar de Hemelse dingen.

Uw handelen, spreken en verlangen kan slechts permanent de volmaaktheid in de Liefde benaderen in de mate waarin Uw ziel vordert in de heiliging. Dat komt doordat de graad van heiligheid die U bereikt, bepaalt in welke mate Uw doelstellingen zuiver zijn (in overeenstemming met Gods Plan) en vrij van wereldse smet, en in welke mate U in staat bent om al Uw handelingen te stellen in volle deugdzaamheid: blijmoedig, zachtmoedig, mild, geduldig, verdraagzaam, vriendelijk, gelijkmoedig, onzelfzuchtig, onbaatzuchtig, kuis (Liefde die vrij is van lichamelijke begeerte), enzovoort.

In dit alles schuilt de grote kracht van de ware heilige als instrument van God: Zijn medemens wordt in het hart geraakt door zijn handelen en spreken, voelt zich behaaglijk in zijn gezelschap of tijdens elk contact met hem, voelt zich openbloeien in zijn tegenwoordigheid, en wil hem navolgen omdat de heilige een mysterievol Geluk en een vrijwel onwereldse Vrede uitstraalt waarvan zijn medemens de sleutel wil ontdekken. Zo leidt de heilige zijn medemens naar God door de Liefde die spreekt uit al zijn handelingen, zijn woorden, en zelfs uit zijn hele verschijning (zijn 'manier van zijn').

Waar de Liefde naar volmaaktheid streeft, wordt de bodem van de ziel ontvankelijk voor het zaad van de heiligheid dat Gods Geest erin zoekt uit te strooien. Dit zaad is de opperste Genadegave. Het wordt slechts gezaaid in harten die de Ware Liefde omhelzen als het hoogste goed, de bouwsteen van Gods Rijk in de harten.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 28

GIJ WILT NIET DE DOOD VAN DE ZONDAAR, MAAR ZIJN BEKERING

Waarom wil God elke ziel in Zijn Rijk?

Myriam van Nazareth

De dood is een mysterie dat zo volkomen in Gods handen berust, dat de mens er zich gewoonlijk vele vragen over stelt. Nochtans denken wij bij dit begrip in de eerste plaats aan het einde van het lichamelijk leven. Net zoals voor God alles tijdeloos is, en verleden, heden en toekomst in het bovennatuurlijk leven strikt genomen niet van elkaar gescheiden zijn, bestaat in de bovennatuurlijke zin in feite zelfs geen dood. De ziel is het levensprincipe van de mens, de kern van zijn wezen, de plaats waarin God Zijn heiligheid en Zijn Leven uitstort, indien de mens Hem dit toelaat. De ziel is onsterfelijk. Weliswaar spreekt God Zelf over 'de dood' van de ziel in staat van doodzonde. Doodzonde is elke schuldenlast die het de ziel onmogelijk maakt om de Eeuwige Gelukzaligheid in de Hemel te verkrijgen.

Wanneer de schuld van een ziel tegenover Gods Gerechtigheid zo groot is dat zij niet meer volkomen gereinigd kan worden, stort zij zichzelf daardoor in het verderf. In dat geval wordt gezegd dat deze ziel het Ware Leven niet meer in zich draagt. Zij zal wel eeuwig blijven leven, doch niet in het Eeuwig Leven van gelukzaligheid dat God voor de zielen heeft voorzien. God heeft oorspronkelijk de mens geschapen met de bedoeling dat deze in Gods Rijk op aarde zou leven. Sedert de zondeval is de aarde niet meer het Rijk van God, doch door Zijn Verlossingsoffer aan het Kruis heeft Jezus wel de Hemel (Gods Eeuwig Rijk) opnieuw opengesteld, met andere woorden: het Eeuwig Leven gewaarborgd voor de zielen die bereid zijn, hun leven te leiden in geloof in de Leer van Christus en in overeenstemming met Gods Wet van Liefde.

God is de Rechter over goed en kwaad, en het oordeel over Uw aardse leven berust bij Hem. Dat oordeel kan 'bijgestuurd' worden door de inwerkingtreding van Zijn Barmhartigheid en door de Voorspraak van Maria, zodat de objectieve (feitelijk vaststelbare) balans van Uw leven op aarde, de deugden en ondeugden in al Uw handelingen, woorden, gedachten en verlangens gedurende Uw hele leven, uiteindelijk nog kan uitlopen op een oordeel dat gunstiger is dan U zou verdienen. Onder meer op grond van dit feit moet U er zich van bewust blijven dat niet God U veroordeelt, maar dat U Uw eigen lot in de eeuwigheid in grote mate zelf bepaalt. God mag niet worden beschouwd als een strenge rechter Die vreselijke straffen uitspreekt. God heeft in de beginfase van het menselijk leven op aarde de satan toegestaan om de mens te beproeven. weliswaar zijn er gevallen waarbij deze toestemming tijdelijk buiten werking wordt gesteld, maar de satan heeft dit recht afgedwongen op grond van het feit dat hij erin geslaagd was, het eerste mensenpaar tot zonde te verleiden en hen aldus uit de uitsluitende invloedssfeer van Gods ingevingen en leiding weg te trekken. Sedertdien is elke ziel het voorwerp van een onophoudelijke strijd tussen Licht en duisternis, tussen God en de satan, tussen drang naar heiligheid en drang naar het kwaad.

Daarom is er ook de Wet van Gods Gerechtigheid, die op zichzelf genomen gebaseerd is op een rekensom tussen alle goede en alle slechte prestaties in een mensenleven: Elke handeling, elk woord, elke gedachte, elk verlangen, elk gevoel, hoe gering en onbenullig ook, 'levert de ziel goede of slechte punten op'. God zou echter geen God van Liefde zijn indien Hij Zijn oordeel na Uw leven uitsluitend zou baseren op een rekensom. Daarom de Barmhartigheid en de onschatbare macht van Maria’s Voorspraak: Haar woorden zijn in Gods Hart als goud dat een groot gedeelte van Uw schuld kan afbetalen. Niettemin kan een ziel daadwerkelijk zichzelf verdoemen door alle Barmhartigheid en alle Voorspraak onwerkzaam te maken. Dat is het geval wanneer de zondenlast van een ziel buitengewoon zwaar is, er geen blijken van berouw zijn en dan ook geen sacramentele Biecht gesproken wordt, en er geen bereidheid blijkt om zich naar God en Zijn vergeving toe te wenden.

God laat niets aan het toeval over, Hij blijft een leven lang gelegenheden scheppen om de ziel ertoe aan te sporen, het Licht van bekering in zich op te nemen en de balans van haar leven te verbeteren, zodat mits een zekere loutering alsnog de toegang tot het Eeuwig Rijk in de Hemel mogelijk wordt. Deze loutering kan in twee fasen gebeuren: Ten eerste kan de mens een zekere mate van lijden opgelegd worden terwijl hij nog in zijn lichaam op aarde leeft (wat niet betekent dat alle lijden een loutering voor Uw eigen ziel vormt), en ten tweede kan alle niet afbetaalde zondenschuld in het vagevuur 'uitgeboet' worden. Mij is geopenbaard dat de ziel een verwijzing naar het vagevuur niet ervaart als een 'veroordeling', want op het ogenblik van haar oordeel ziet zij Gods Waarheid zoals zij is, en voelt zij haarfijn de noodzaak om zichzelf te louteren. Zij weet op dat ogenblik overigens dat haar na deze louteringsfase een Eeuwig Leven in Gods Heerlijkheid wacht.

God schept zonder ophouden gelegenheden om zielen voor Zich te winnen vóór het verstrijken van de tijd die hen volgens Zijn Plan op aarde toegemeten is. God is almachtig. Er rijzen dan ook twee vragen:

1. Waarom laat God de zonde toe? Inderdaad, indien de zonde niet toegestaan zou worden, zou geen ziel zichzelf kunnen verdoemen. Ik heb deze vraag in feite reeds beantwoord: De satan heeft toestemming gekregen om de zielen te beproeven. Het is aan de ziel, die trouwens bij haar schepping het Vuur van de heiligheid heeft ontvangen, om de bekoring te herkennen en ze af te weren als een bedreiging voor haar heiligheid. God inspireert de ziel een leven lang om het goede te doen, en schept talrijke situaties om dwalende zielen ertoe aan te sporen om van richting te veranderen. Zeer velen schenken geen gehoor aan deze ontelbare oproepen tot bekering, omdat hun verlangens totaal in het wereldse geworteld zitten.

2. Waarom kan God niet verhinderen dat zielen verloren gaan? Omdat de mens geschapen is met een vrije wil, en God hem niet meer afneemt wat Hij hem bij zijn schepping gegeven heeft. Bovendien is God gebonden door Zijn Wet van de Gerechtigheid. Wanneer een mens een leven leidt dat duidelijk blijk geeft van een herhaalde keuze voor het kwaad boven God, is God ertoe gebonden om deze ziel prijs te geven aan de eeuwige verdoeming, omdat elk niet vergoed kwaad de Schepping in onevenwicht zou brengen. Daarom ook is ieder mens verplicht om zich tot het uiterste in te spannen opdat de balans van zijn leven hem kan rechtvaardigen in Gods ogen. Een leven van hardnekkige volharding in de zonde zonder noemenswaardig tegengewicht aan handelingen in de Liefde, kan niet anders dan veroordeeld worden. Een leven dat nog enige blijk geeft van openheid tegenover het goede, kan nog gerechtvaardigd worden door middel van een louteringsperiode in het vagevuur, doch een grote overmaat aan zonde en ondeugd kan niet meer vergoed worden. Alleen kent de mens niet de grenzen van datgene wat binnen Gods Wet van Gerechtigheid nog vergoedbaar is of niet.

Elke ziel die eeuwig verloren gaat (dus verdoemd wordt), is als een blaam aan God: een ziel die bedoeld was om Gods evenbeeld te worden, doch zodanig afwijkt van Gods Wet dat zij zich voor eeuwig van Hem losscheurt. Daarom bestaat één van de grootste uitingen van Liefde jegens God in gebed, boetedoening en offers tot redding van zielen. Dit vormt één van de redenen voor het feit dat een leven van veelvuldig gebed, boete en offers een koninklijke weg naar de heiliging is.

Waarom wil God elke ziel in Zijn Rijk?

  1. Elke geredde ziel vormt een verheerlijking aan God. De ziel krijgt bij haar schepping een kiem van heiligheid in zich gelegd. Door de voortdurende invloeden vanwege het kwaad verwelkt in talloze zielen deze kiem in de loop van het leven op aarde, zodat zij haar kiemkracht niet weet te realiseren, en zij niet in staat van heiligheid leeft en zij in staat van relatieve ongenade de overgang naar het Eeuwig Leven maakt. Wanneer zij wel in staat van genade haar aardse leven beëindigt, betekent dit dat zij haar potentieel aan heiligheid heeft gerealiseerd: Zij heeft de kiem van het Ware Leven in stand gehouden door zich te voeden aan Gods Genaden en hierdoor de vergiftigende invloed van de bekoringen in zich te bestrijden. Deze ziel verheerlijkt God door haar leven op aarde te leiden en te besluiten met een afwijzing van het kwaad dat niet heeft opgehouden, te pogen om haar voor zich te winnen. Deze ziel zegt als het ware 'Ik kies voor God en tegen het kwaad'.
  2. Elke geredde ziel is een bouwsteen voor de voleinding van Gods Rijk en Zijn Heilsplan. De mens is ertoe geroepen, zijn leven te leiden als een ononderbroken bijdrage tot de verwezenlijking van Gods Plan: het herstellen van het Rijk Gods op aarde. Die roeping is niet beperkt tot het leven op aarde, zij is eeuwigdurend, wat betekent dat de ziel deze taak verderzet in het Eeuwig Leven. De ziel blijft in de Hemel door haar gebed bijdragen tot de verwezenlijking van Gods Plan en de vestiging van Zijn Rijk op aarde. Zij kan die bijdrage slechts leveren indien zij niet verdoemd wordt, want in de hel dient zij slechts de plannen van de satan, die tegengesteld zijn aan deze van God.

  3. God wil elke ziel het absolute einddoel van haar schepping, haar ultieme reden van bestaan, laten ervaren: het Eeuwig Leven in de volheid van de Liefde. Gods diepste verlangen is dit: dat elke ziel de haar geschonken genaden zodanig weet te benutten dat zij de kiem van haar heiligheid laat uitrijpen om een spiegel van God te worden. In de Heilige Maagd Maria heeft God dit ideaal ten volle tot ontplooiing zien komen. Hij verlangt dit ook van U, opdat Hij U de volheid van de Hemelse Glorie zou kunnen geven, de bekroning van Zijn Liefde voor U, waarvan U de omvang en de grootheid met geen mogelijkheid kunt inschatten.

  4. Geen ziel wordt geschapen met de bedoeling, haar ten prooi te zien vallen aan Gods tegenstander, de satan, die elke ziel die zichzelf verdoemt, tot zijn eeuwige slavin maakt om onder eeuwigdurende kwellingen ingeschakeld te worden voor de verwezenlijking van zijn plannen tot verwoesting van alle Werken van God en vernietiging van alle Liefde, met als gevolg onoverzienbare ellende in de wereld. In wezen zou het zelfs als heiligschennis beschouwd kunnen worden telkens een ziel haar aardse leven besluit in een onherstelbare staat van ongenade, want dit betekent dat zij de bij haar ontvangenis ingestorte kiem van heiligheid vermoord heeft. Elke ziel is een uitvloeisel van Gods Hart, en dus oneindig kostbaar. Het is ondenkbaar dat één bloem uit Gods Hart aan de satan overgeleverd zou worden zonder dat het God ten diepste zou grieven, want in elke ziel zit een element van Hem Zelf.

De mens beschouwt zijn leven over het algemeen door wereldse ogen, en heeft normaal gesproken geen voeling met Gods belangen, die van strikt bovennatuurlijke orde zijn en met heel andere factoren rekening houden dan de louter wereldse. God laat geen middel onbeproefd om zielen in staat van ongenade opnieuw naar Zich toe te trekken. Eén ding slechts vraagt Hij: één enkele uiting van oprechte Liefde. Oprecht berouw over elke mogelijke fout, ondeugd of zonde is een uiting van Liefde jegens God, een uiting die Uw Eeuwig Leven kan redden. Op grond van Uw vrije wil kan God niet anders dan Uw eigen initiatief afwachten. Hij verlangt oneindig veel sterker naar Uw Eeuwig Heil dan Uzelf ernaar verlangt, maar Hij dwingt U niet om het goede te doen. God trapt geen deuren in. Hij klopt zonder ophouden, maar slechts indien U het slot opendraait en de deur op een kier zet, komt Hij binnen om U Uw redding aan te kondigen.

Ware bekering is het antwoord van de ziel op de roep van God, waardoor de ziel zich naar God toewendt omdat zij in zich het Licht van de Liefde heeft gevonden. In de bekering komt het zaad van de genade tot bloei als de bloem van het Leven. Liefde is de essentie van Gods kracht. Waar de zuivere Liefde voor God rijpt, kan de ziel niet sterven, en wordt God verheerlijkt in Zijn schepsel doordat het gekozen heeft voor de heiliging waartoe God het heeft bestemd.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 29

WIE DE HAND AAN DE PLOEG SLAAT...

Het verleden als ketting van Uw ziel

Myriam van Nazareth

'Wie de hand aan de ploeg slaat, maar omziet naar wat achter hem ligt, is ongeschikt voor het Rijk Gods'. Ontelbaar zijn de mensen die heen en weer geslingerd worden tussen verleden en toekomst. Hun gedachten, gevoelens en verlangens verwijlen het ene ogenblik in de dingen die voorbij zijn, en het volgend ogenblik in de dingen die (misschien) zullen komen. Zij zijn totaal vervuld van wrok, pijn, negatieve gevoelens of spijt ten aanzien van hun verleden, en van angst, vrees, twijfel of gevoelens van uitzichtloosheid ten aanzien van hun toekomst. Het gevolg is een grote wanorde en onvrede in hun hart en geest, en het gevoel dat zij niet leven maar geleefd worden. Een heel leven lang weven deze mensen een net rond hun eigen ziel, en bouwen zij zo hun eigen gevangenis. Dit net wordt geleidelijk dichter en dichter, en de ziel krijgt geen kans meer om de vlucht te nemen waartoe zij door God bestemd is: de opgang naar de dingen des Hemels.

Uit deze gevangenis is slechts één ontsnappingsweg: toewijden en loslaten. Alleen door Uw hele leven aan Maria of aan Jezus toe te wijden, kunt U de genade verwerven van een zo voelbare geborgenheid in Uw hart en ziel, dat U de stap kunt zetten om alles neer te leggen aan de voeten van Maria, Die alle kwaad vertrapt en alle duisternis verjaagt door de oneindige macht van Haar allerheiligste Liefde.

Wie niet leeft in de volheid van het ogenblik, doch in verleden en toekomst, zet een rem op de motor van zijn ziel. Indien deze rem langdurig in werking blijft, verbrandt Uw motor, en verstikt Uw ziel zichzelf in de rook van wereldse gevoelens en gedachten. Hierin schuilt de oorzaak van de teloorgang van ontelbare zielen voor Gods Rijk. De rook der wereld legt een ondoordringbare sluier rond het heilig Vuur dat God in hen heeft gelegd. Zij schakelen zichzelf uit door hun opgeslorpt-zijn door de vergankelijke dingen der wereld. Jezus wees er reeds op dat wie Hem wil volgen, de hand aan de ploeg moet slaan en niet meer achterom mag kijken. Waarom? Omdat de dingen die voorbij zijn, elementen zijn van een aards leven, elementen die U niet meer mogen bezighouden omdat Uw ziel de onvergankelijke belangen van God moet nastreven.

Voor Uw ziel en haar lotsbestemming in het Eeuwig Leven is het van geen enkel belang uit welke gebeurtenissen Uw leven opgebouwd was, doch louter en alleen wat U met die gebeurtenissen hebt gedaan. Alle gebeurtenissen in Uw leven zijn door God bereid of toegestaan omdat het voor Uw ziel nodig was om die welbepaalde weg te gaan. Het oordeel dat God over Uw leven op aarde zal uitspreken, wordt louter en alleen bepaald door Uw reactie tegenover deze gebeurtenissen.

Indien U erin slaagt, Uw verleden oprecht te aanvaarden zoals het is geweest, het nu nog aan Maria toe te wijden (dat kan op elk ogenblik van Uw leven gebeuren), er de juiste lessen uit te trekken, het daarna totaal los te laten zonder een nasleep van negatieve gevoelens toe te laten, en in blijmoedigheid Uw pad verder te zetten, geeft U God de grootste verheerlijking die een mens Hem kan bereiden: Een dergelijk gedrag vormt een akt van aanvaarding en vertrouwen ten aanzien van Zijn Wijsheid, die richting poogt te geven aan Uw levensweg opdat deze zich zou kunnen voltrekken in de staat van genade die U de heerlijkheid van de Hemel kan waarborgen.

Geef U er rekenschap van dat elke gebeurtenis in Uw leven iets in zich bergt dat goed voor U kan zijn mits U er op de passende wijze op reageert: aanvaarding, Liefde, blijmoedigheid, vertrouwen. De Vrede van hart is een genade die God elke ziel dag na dag poogt te geven, doch de meeste zielen aanvaarden dit Hemels geschenk niet of slechts gebrekkig. De Vrede van hart is de vrucht van de aanvaarding van Gods beschikkingen in elk detail van Uw leven. Wrok, bitterheid, protest, opstandigheid, verzet, onverschilligheid en ontevredenheid ten aanzien van de dingen die samen Uw dag vormen, komen voor God neer op ongehoorzaamheid tegenover Zijn Plannen, en leveren U niets dan nadelen op: een nog groeiend gevoel van ongelukkig-zijn in dit leven, en een grotere noodzaak tot vergoeding na het oordeel dat volgt op Uw heengaan uit deze wereld.

Mensen die de minder aangename elementen van hun leven niet zonder protest aanvaarden (vaak uit dit protest zich alleen maar in het feit dat U zich knorrig of ontevreden doorheen de dag sleept), zijn niet klaar voor de Eeuwige Gelukzaligheid in de Hemel, die slechts toegankelijk is voor zielen die de Ware Vrede hebben gevonden en gekoesterd. De reden hiervoor is deze: De ware Vrede van hart is het tweelingzusje van de Liefde, en U weet intussen dat dit de brandstof van de Schepping en van Gods Werken en Plannen is. Zonder een grote rijpheid in de Liefde kan de ziel niet in de Hemel komen. Bovendien kan de ziel ook hier op aarde pas het Ware Geluk ervaren in de mate waarin zij de Vrede van hart heeft gevonden, en deze neemt haar intrek in U zodra U het Hart van God Zelf (van Maria) in U laat kloppen. Dat Hart wordt slechts gevoed door de deugden die bloeien aan de tak van de Liefde: blijmoedigheid, zachtmoedigheid, vriendelijkheid, verdraagzaamheid, aanvaarding, zuiverheid van hart en geest. Jezus zei: "Mijn Vrede geef Ik u". De Vrede van Christus is de Vrede van hart, die bloeit op de Liefde en de aanvaarding.

Uw verleden is alles wat in Uw leven tot op dit ogenblik is gebeurd, vanaf Uw geboorte tot en met de vorige seconde. Uw verleden loslaten, betekent dan ook, elk ogenblik, elke gebeurtenis aan God (Maria) opdragen opdat ze vrucht kunnen dragen, en ze daarna laten voor wat ze geweest zijn, dus als het ware alsof ze nooit hadden plaatsgevonden. Dat opdragen heeft zeer veel zin, want Uw leven is bedoeld als een geheel van gelegenheden om bij te dragen tot de verwezenlijking van Gods Plan met de Schepping. Dit Plan beoogt als uiteindelijk doel de vestiging van Gods Rijk op aarde zoals het steeds heeft bestaan in de Hemel. Deze grote doelstelling moet gerealiseerd worden door de mens. God is almachtig en heeft dus voor Zijn Plannen geen mens nodig, maar Hij wil niets ondernemen dat de mensheid aanbelangt, zonder de zekerheid dat de mens daarin toestemt, want Hij heeft de mens een vrije wil gegeven, en respecteert deze tot het uiterste toe. De mens moet dus aan zijn eigen bevrijding meewerken.

Daarom gaat het in dit leven en om niets anders: God wil Zijn Hemels Rijk ook op aarde vestigen, omdat dit de totale bevrijding van de mens zal betekenen en de mens hierdoor waarlijk de kroon op de Schepping zal zijn, in de volheid van de heiligheid, waarlijk evenbeeld van God, en bevrijd van de slavernij van de zonde die de mens berooft van de Eeuwige Gelukzaligheid. De mens moet aan de verwezenlijking van deze genadevolle doelstelling meewerken door een leven te leiden dat deze genade afbetaalt. Deze betaling gebeurt door het lijden en de lasten van het leven in een lichaam met stoffelijke behoeften, ziekten, pijnen, verdriet enzovoort, maar dit lijden vormt slechts een geldig betaalmiddel indien het met Liefde aanvaard wordt. De vorm bij uitstek van liefdevolle aanvaarding is de totale toewijding van Uw hele leven aan Maria, want Zij verzamelt alle bijdragen om het Verlossingswerk van Jezus te voltooien. Toewijding aan Maria is daarom de meest waardevolle wijze om U in te zetten voor de vestiging van het Rijk Gods op aarde.

Toewijding aan Maria die oprecht en vurig doorleefd wordt, is werkelijk de meest krachtdadige wijze om de hand aan de ploeg te slaan en de akkers te bewerken opdat zij vruchten kunnen voortbrengen waarmee in deze wereld het Rijk Gods opgebouwd wordt. Terwijl U ploegt, moet U met hart en ziel bezig zijn met het werk en met de akker, en U verheugen over de vruchten die dat ploegwerk zal opleveren wanneer de Hemelse Genade de door U getrokken voren zegent met de nodige zon en regen. Telkens U blijft staan om achterom te kijken, komt niet alleen het ploegwerk tot stilstand, doch verliest U ook aan geestdrift en kracht om Uw doel te bereiken. Herinneringen, negatieve associaties met dingen die voorbij zijn, de hartenpijn en wonden uit de 'veldslagen' van vervlogen uren, zijn als een zak met loodzware stenen, die U tijdens het ploegen op Uw rug meesleept, zodat U meer energie spendeert aan het sleuren van de ballast dan aan het werk zelf. Daarom wil Jezus U vrij van Uw verleden.

Ik heb het reeds eerder geschreven: Uw verleden is een ongedekte cheque bij een bank die niet meer bestaat. Dat betekent dat U met al Uw herinneringen niets meer kunt kopen dat waarde heeft. Aangezien Uw verleden loopt tot en met de seconde vóór U deze woorden leest, betekent dit ook meteen dat het ideaal dat U als toegewijde christen ('landarbeider voor het Rijk Gods') moet nastreven, hieruit bestaat, dat U elk ogenblik ten volle beleeft alsof dat het enige ogenblik was dat God U in dit leven geeft. Dit wil concreet zeggen dat U werkt, handelt, spreekt, denkt, verlangt, nastreeft, met het grote doel voor ogen (bijdragen tot de grondvesting van Gods Rijk), in zuiverheid, Liefde en deugdzaamheid, en zonder U nog te laten beïnvloeden door om het even welke herinnering of beeld uit Uw verleden. God wil dat U ook reeds op aarde gelukkig bent. Daarom zijn de mooie herinneringen niet noodzakelijk totaal uit te bannen (althans voor zover ook zij Uw slagvaardigheid niet afremmen of geen enkel nadeel voor de ontwikkeling van Uw ziel in zich bergen), maar al het overige zou voor U moeten zijn als de ballast uit uren die voorbij zijn, die nooit meer terugkeren, en die bovendien slechts de stoffering vormen voor een aards leven. Voor Uw ziel en Uw Eeuwig Leven hebben die uren geen enkel belang meer, omdat zij geen deel uitmaken van de bovennatuurlijke werkelijkheid die eeuwigdurend en tijdloos is.

U bent op pad op Uw levensweg, en elke gebeurtenis is als een voorwerp dat onderweg in Uw reiszak wordt gestopt. De ware kunst van een leven met God bestaat in wezen hierin, dat U elke avond (of reeds eerder op de dag, indien U dat kunt) Uw reiszak leegmaakt, om de volgende dageraad te ontwaken en de tocht verder te zetten zonder gewicht op Uw rug. U zult ervaren dat Uw levensweg onnoemelijk veel lichter wordt. Vaak worden Uw dagen niet in de eerste plaats tot een loodzware last op grond van de ervaringen van de dag zelf, dan wel door de stenen van de herinneringen die plotseling op Uw hart drukken. Laat dit niet toe, want dit alles werkt als een (vaak oude en beroeste) ketting die zich aan Uw ziel vastmaakt en haar belet om naar de Hemelse dingen op te stijgen. Een ziel in staat van Vrede is een ziel die zich vederlicht voelt omdat zij de dingen der wereld heeft losgelaten (toegewijd). Zij heeft haar reiszak in Gods handen gelegd, die handen die hele werelden kunnen torsen en er werkelijk iets mee kunnen doen, en is daardoor in staat om even beweeglijk te worden als het Licht van Gods Geest, waarvan zij zich heeft laten vervullen. Gods Geest maakt vrij, maar Hij kan dit slechts doen in de mate waarin de ziel zich totaal laat beheersen door de Hemelse dingen. Wereldse ballast is als een kast die vóór de deur van Uw ziel wordt geschoven om God de toegang tot de ziel te bemoeilijken. Ik schreef reeds in Stormschrift nr. 28: 'God trapt geen deuren in'.

Een even grote rem op de vlucht van Uw ziel kan worden gevormd door Uw bezorgdheid over de toekomst. Het verleden is dat deel van Uw levensweg waar U reeds langs bent gelopen en dat U dus bekend is. De landschappen onderweg blijven U in hogere of geringere mate in de geest gegrift, doch zij beïnvloeden vaak ongemerkt Uw hele denken, voelen en handelen. De toekomst is het gedeelte van de levensweg dat nog moet komen. Het is U nog niet bekend hoe het landschap er zal uitzien, noch hoe ruw of hoe steil de weg zal zijn. Het onbekende geeft gemakkelijk aanleiding tot bezorgdheid. Ook dát gevoel kan veranderen in aanvaarding door toewijding bij voorbaat. Vele zorgen zijn ongegrond doordat de gevreesde gebeurtenissen zich nooit blijken voor te doen, en de overige zijn ongegrond doordat een ziel die zich in Gods handen legt, niets te vrezen heeft: God laat geen ontwikkelingen toe die schadelijk zijn voor de ziel, voor zover de ziel Hem daarbij niet in de weg staat door alles zelf te willen regelen. Wie protesteert, opstandig is of twijfelt, verliest energie om te ploegen, en geeft blijk van gebrek aan vertrouwen in het feit dat de nodige zon en regen de door hem getrokken voren zullen bevruchten.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 30

GIJ ZULT DE HEER UW GOD AANBIDDEN

Openbaringen over Aanbidding als Bron van Licht

Myriam van Nazareth

Van elke ziel wordt verwacht dat zij God (en alleen de ene ware God) aanbidt. Aanbidding is in wezen: het op liefdevolle wijze contact zoeken met het Goddelijk Licht, met het diepe Wezen van God Zelf.

Waarom moet de ziel God aanbidden?

  1. Omdat aanbidding, het zoeken naar diep contact met God, een levensnoodzakelijke behoefte is voor de ziel. God heeft deze behoefte in elke ziel gelegd met de bedoeling dat de ziel zelf het verlangen zou ervaren om de levensstroom tussen God en haarzelf in stand te houden. Een ziel die dit verlangen negeert, takelt geleidelijk af en verliest het Ware Leven doordat zij in staat van ongenade vervalt: Zij krijgt niet meer het voedsel dat haar sterkt tegen alle kwaad, bekoring en zonde. God eerbiedigt Uw vrije wil, en indien U geen contact met Hem zoekt om Hem Uw Liefde te betuigen, gaat Hij ervan uit dat U op Uw beurt door Hem 'met rust gelaten' wil worden. Het is dan Uw vrije keuze om Uw leven op eigen kracht te leiden, zonder de leiding en hulp van Zijn volmaakte Liefde en oneindige Wijsheid.
  2. Omdat aanbidding eerbetoon geeft aan God als Schepper, Verlosser en Heiligmaker. Elke ziel is dit aan God verschuldigd, want zonder de schepping zou zij niet eens bestaan, zonder de Verlossing zou zij geen uitzicht hebben op Eeuwig Leven na de aardse dood, en zonder heiliging zou de eeuwige verheerlijking onbereikbaar blijven en zou zelfs de ware zin van haar bestaan nooit verwezenlijkt worden: De ziel is immers louter en alleen in de wereld gestuurd om Gods Rijk op aarde te helpen vestigen. De bijdrage daartoe is des te groter en krachtiger naarmate de ziel heiliger wordt.

  3. Omdat aanbidding Licht over de zielen afroept, en aldus bijdraagt tot:

  • de ontwikkeling van de ziel naar de heiligheid.
  • de verlamming van alle duisternis in en tussen de zielen.
  • de voorbereiding van Gods Rijk op aarde.
  1. Omdat aanbidding één van de meest rechtstreekse wegen vormt om Gods Tegenwoordigheid te leren ervaren. Welke zijn de voornaamste en meest werkzame wegen naar deze ervaring van Gods Tegenwoordigheid?
  • de Heilige Sacramenten: In alle Sacramenten komt God naar de ziel toe. Om die reden heb ik de Sacramenten vroeger reeds 'raakpunten tussen Hemel en aarde' genoemd. De enige voorwaarde om deze aanraking daadwerkelijk in Uw hart te voelen en er in Uw ziel waarlijk vrucht uit te halen, is een ingesteldheid van Liefde, zuiverheid en verlangen naar God.
  • het diep gebed: Wanneer U bidt vanuit Uw hart (dus niet louter met de lippen, op mechanische wijze en zonder veel gevoel), kunt U in Uw hart voelen dat dit geen eenrichtingsverkeer is van U naar God, doch dat Hij als het ware de plaats van waaruit deze woorden van Liefde vertrekken, zalft. Een kenmerk van diep gebed met het hart is het feit dat dit gevoelens van Liefde in het hart wekt. De Bron van deze gevoelens is God Zelf.
  • de mystieke eenwording. De ware en authentieke mystieke aanraking kunt U niet opwekken: Op deze weg is het louter God Zelf Die het initiatief neemt door de mystieke ziel te roepen, haar speciale genaden te verlenen om haar toe te rusten voor haar speciale opdracht, en een kanaal te scheppen voor bovennatuurlijk contact tussen Hemzelf en de betreffende ziel. Aan deze ziel worden bepaalde eisen gesteld om dit contact in stand te kunnen houden en het 'kanaal' zuiver te houden. In de mystieke eenwording wordt de ziel uit de wereldse beleving weggerukt en als het ware in een min of meer aanhoudende toestand van aanbidding gehouden, doordat zij brandt in een Liefdesvuur dat nooit meer volledig dooft (zolang zij de genade waardig blijft).
  • de aanbidding.

Deze vier wegen zijn wegen naar eenwording. De eenwording met God (en via Hem met de medezielen) is het uiteindelijk doel van elke ziel. Bedenk dat de volmaakte ziel van Maria volkomen één was met Jezus. Zij aanbad God met Haar hele Wezen, Haar hele gedrag, Haar hele leven.

Hoe komt de ziel tot aanbidding van God? Waaruit bestaat aanbidding?
De volgende vijf punten zijn mij geopenbaard als zowel elementen die onontbeerlijk zijn om te aanbidden, alsook als opeenvolgende fasen van een akt van aanbidding:

  1. Het verlangen om tot het Hart van God door te dringen. Word U ervan bewust dat de kern van Uw ziel niets anders verlangt dan God te kennen en in Hem over te vloeien.
  2. De Liefde tot God: Deze opent Uw hart voor de overvloeiing tussen Uw ziel en God, in beide richtingen. Liefde moet gegrondvest zijn op inwendige rust, en brengt op haar beurt ook diepere rust in de ziel.

  3. De ontlediging van Uw geest: U moet trachten, aan niets meer te denken. U kijkt alleen nog maar inwendig naar het Licht, het Kruis (symbool voor Gods oneindige Liefde voor U), Maria met het Kind Jezus (de Menswording van Gods Zoon) of elk Hemels beeld dat U vervult van Liefde, Vrede en rust.

  4. De verheerlijking van God. U prijst God inwendig voor Uw leven, alle genaden, de natuur, het vooruitzicht op het Eeuwig Leven, enzovoort.

  5. De uitnodiging aan God. Wellicht de grootste vrucht die aanbidding Uzelf kan opleveren, is het bezoek van God in Uw ziel. Door Uw ingesteldheid kunt U mee bepalen of Hij U slechts voor de tijd van de aanbidding bezoekt, dan wel voor onbepaalde tijd bij U intrekt met bagage (genaden die U blijvend veranderen). Een werkzame aanroeping om God in U uit te nodigen, kan bijvoorbeeld zijn: "God van Licht en Liefde, ik bemin U. Ik geef mij aan U. Vervul mij met Uzelf".

Aanbidding is dus in wezen een intense vorm van zoeken naar Gods Tegenwoordigheid. Welke zijn nu de effecten van Gods Tegenwoordigheid, van Zijn aanraking voor de ziel? Anders gesteld: Welke zijn de vruchten die God in de aanbiddende ziel tot rijping brengt?

  1. Aanbidding doet de ziel openbloeien als een bloem die zich ontvouwt, blaadje voor blaadje, in het besef van Gods Tegenwoordigheid. God is de Bron van Leven. Zijn aanraking schept, verlost, heiligt en herschept (geneest). De realiteit van dit gegeven blijkt bij het mystiek contact: De voelbare (soms zichtbare en/of hoorbare) Aanwezigheid en aanraking van Maria (Gods Gezante) lijkt de ziel, het hart, de geest, en in zeker opzicht zelfs het lichaam 'open te gooien', en maakt onvermoede krachten vrij. Aanbidding kan een enigszins gelijkaardig effect krijgen in de ziel: Zij kan vervuld worden met genaden, en kan dit ervaren als een bevrijding. Wanneer de bloem van Uw ziel zich onder invloed van deze Goddelijke kracht opent, kunnen hierdoor haar kleur (bovennatuurlijke schoonheid) en geur (heiligheid) gewekt worden, wat nieuwe impulsen van aanbidding in werking kan stellen.
  2. Aanbidding stort intense gevoelens van dankbaarheid in de ziel, in het besef van het vele mooie waarvan zij getuige mag zijn omdat God er is. De aanbiddende ziel begrijpt dat God Bron, Oorzaak en Bestemming van alle dingen is. Dit besef baart dankbaarheid, dankbaarheid schept vreugde, en deze vreugde baart het Ware Geluk omdat zij van Hemelse oorsprong is. Dankbaarheid is een emotie die vaak verstikt wordt onder het gewicht van het leven. Waarom zou men God danken terwijl men ten prooi is aan tegenslagen en lasten? De aanbiddende ziel voelt dat God niet verantwoordelijk is voor het negatieve in haar leven, maar dat Hij integendeel de enige waarborg vormt voor de inlossing van de belofte van het Ware Geluk na het leven op aarde. Alle lasten van Uw leven worden door God opgetekend als aanleidingen voor een honderdvoudige vergoeding in Zijn Rijk. Dat is ook wat Hij U tijdens aanbidding in het verborgene kan laten voelen.

  3. Aanbidding levert gevoelens van diepe zaligheid, intense vreugde, stil Geluk, omdat het hart in aanbidding Gods Aanwezigheid voelt. Deze Aanwezigheid is even onhoorbaar of onzichtbaar als radiogolven, maar is even reëel als radiogolven: De atmosfeer is vervuld van radiosignalen, die U noch kunt zien noch kunt horen tenzij U Uw radiotoestel aanzet. Iets gelijkaardigs geldt voor Gods Aanwezigheid: God is er altijd en overal, maar U kunt Hem pas aanvoelen zodra U het 'radiotoestel' van Uw ziel in werking laat komen. Aanbidding is één van de wijzen bij uitstek om dit contact tot stand te brengen. Aanbidding schept in de ziel de rust en Vrede die U in staat stellen om U totaal te laten gaan in de zaligheid van het Hemelse.

  4. Aanbidding schept de spontane behoefte van diepe overgave aan God in het bewustzijn dat Zijn heiligheid U omgeeft als een wolk van bloemenparfum op een zomeravond: een atmosfeer van gelukzaligheid die uitnodigt om U totaal aan God over te geven. Dit is de meest natuurlijke emotie die de ziel kan opbrengen, want zo is zij oorspronkelijk ook gemaakt: met een inwendig, natuurlijk vermogen om alles los te laten en zichzelf zonder de geringste weerstand in Gods Hart uit te storten.

  5. Aanbidding schenkt de ziel het gevoel dat zij reeds in een stuk Hemelse werkelijkheid ondergedompeld is. Dit gevoel is het natuurlijk gevolg van de aanraking met Gods Wezen. Vele zielen laten God vergeefs bij zich aankloppen (onbeantwoorde ingevingen). God, daarentegen, doet steeds open wanneer U bij Hem aanklopt. De wijze waarop Uw pogingen tot contact beantwoord worden, is onvoorspelbaar. Vaak worden in Uw ziel genaden gestort die voor onbepaalde tijd in het verborgene blijven en U eventueel pas na Uw aardse leven geopenbaard worden, want voor God is slechts het Eeuwig Leven van belang. Niettemin kan de aanbiddende ziel een gevoel ervaren dat zij niet kan vergelijken met gevoelens die haar bekend zijn uit het dagelijks leven. Zo worden nieuwe wegen geopend naar een rijkere ervaringswereld die het wereldse sterk in belang doet verminderen.

  6. Aanbidding zet het hart, de geest en de ziel ertoe aan, zich totaal te ontledigen in golven van ontembare, brandende Liefde, en elke herinnering aan het wereldse in Gods Hart te begraven. De ziel die ooit door de Hemel aangeraakt is, stelt steeds minder prijs op wereldse dingen, want de ervaring van het Hemelse is met niets op aarde te vergelijken. In deze gesteldheid verdwijnen ook vele beperkingen op het vermogen om uitdrukking te geven aan de Liefde: Aanbidding leert U, Ware Liefde te ervaren en te geven. Dit kan voor Uw hart en ziel een ware genezing brengen en de deur openen naar een veel vrijere belevingswereld: Uw leven wordt doordrongen van de Ware Liefde, die in de werkelijke zin van het woord een Goddelijke eigenschap is en U leert begrijpen waar het in het leven werkelijk om gaat.

  7. Aanbidding schept het verlangen om Uw hele leven op te offeren als brandhout voor het Hemels Vuur dat uitgaat van Gods Tegenwoordigheid, in een verlangen naar wedergeboorte in een Hemels leven. In deze ervaring wordt de ziel reeds hier en nu geraakt door de gesteldheid van de engelen, en verwerft zij nooit vermoede inzichten in de onbelangrijkheid en nietigheid van elke wereldse gesteldheid. U begrijpt dan dat dit leven slechts zin heeft als offerande ten bate van Gods Rijk.

  8. Aanbidding wakkert het geloof in Gods Aanwezigheid aan, dat in de ziel versterkt wordt door gevoelens waarvan men de bovennatuurlijke oorsprong moet aannemen omdat zij niet met het verstand verklaard kunnen worden.

  9. Aanbidding versterkt in de ziel de nederigheid. De ziel ervaart de behoefte om zich in alle eenvoud in God te laten opnemen, zich te laten overvloeien in het oneindige, het ongrijpbare. Het bewustzijn van Gods Tegenwoordigheid ontsluit in de ziel een groter bewustzijn van de menselijke kleinheid, en een behoefte om 'kind te zijn' teneinde zich te kunnen laten dragen op deze golven van zaligheid, die de gesteldheid van aanbidding in werking blijkt te zetten.

  10. Aanbidding is zowel oorzaak als gevolg van een gesteldheid van verering. 'Verering' betekent in feite 'diep eerbetoon bewijzen'. Dit kunt U pas zodra U begrepen hebt dat God Bron is van alle goeds, ondanks het feit dat de wereld om U heen ogenschijnlijk onder de heerschappij van slechte invloeden staat. Zodra U beseft dat het niet God doch het verkeerd gebruik van de vrije wil van de mens is die alle ellende over de wereld afroept, zult U in staat zijn tot een volkomen verering van God.

In de aanbidding doorleeft de ziel meer bewust wat zij onbewust verlangt, namelijk de eenwording met God te benaderen. Dit verlangen heeft God in elke ziel gelegd. Het is alsof God elk maaksel van Zijn handen voorziet van een ingeplant element dat (bij de meeste mensen totaal onbewust) een leven lang tot God aangetrokken wordt. Men zou bij vergelijking kunnen zeggen dat God een magneet is, en elke ziel een blokje ijzer in zich draagt waardoor zij constant naar de magneet toe getrokken wordt.

Hoe kunt U God aanbidden?
God kan aanbeden worden bij het uitgestald Heilig Sacrament, in de Heilige Communie, bij een beeltenis, door diepe verering van Maria, engelen of heiligen (omdat al deze verheerlijkte zielen als Gods gezanten beschouwd kunnen worden en tot op zekere hoogte dragers zijn van Zijn eigenschappen; dit geldt zeker voor Maria). God kan echter ook aanbeden worden in de natuur: Wanneer U Gods Tegenwoordigheid verheerlijkt in Zijn Schepping, leert U Zijn heerlijkheid voelen terwijl U een bloem, een boom, een dier of een landschap waarneemt (ziet, hoort, ruikt, betast...).

In Gods ogen is de meest lovenswaardige vorm van aanbidding deze in en door Uw dagelijkse activiteiten. Waarom? Omdat, wanneer U in Uw dagelijks leven de gesteldheden betracht die hierboven zijn beschreven, U daarmee God op volkomen wijze in Uw leven inbouwt, en bijvoorbeeld niet alleen diep contact met Hem zoekt in het kader van een uitstalling van het Heilig Sacrament.

Verheerlijking van God door Uw hele doen en laten, spreken, denken en voelen, in een gesteldheid van blijmoedigheid, is een bloesem die bloeit op de tak van de ware heiligheid. Het is weinig zielen gegeven, maar het is de edelste betrachting die in een hart kan ontstaan. De ideale toestand die U kunt nastreven, is deze waarbij U het punt bereikt waarop Uw hele leven één onophoudelijke akt van aanbidding wordt. U kunt God verheerlijken door wat U doet, zegt of denkt, maar U kunt Hem ook aanbidden door wat U bent.

Naarmate het proces van de heiliging dat God in Uw ziel is begonnen door het Vuur waaruit zij bij de bronnen van Gods Rijk is gemaakt, vordert, wordt de ziel steeds méér gevoed door een steeds bredere schakering van het Goddelijk Licht, tot zij als het ware gelijkt op een volmaakte regenboog. Dat is de staat van genade, de toestand waarin Uw hele wezen zo vervuld wordt van Gods eigen Wezen dat U om zo te zeggen heiligheid begint uit te stralen. Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn in de verenigingsmystiek, waarbij het instrument van Maria spontaan begint te handelen, te spreken, te denken en te voelen zoals Maria, en Haar lijkt uit te ademen door haar/zijn hele verschijning, haar/zijn hele manier van voorkomen of optreden.

In dit stadium wordt het wezen zelf tot één onophoudelijke aanbidding van God. Dit komt doordat Maria dan Haar eigen Wezen in Haar instrument laat overvloeien, tot haar/zijn hart van het Hare doordrongen is zoals een spons van water. Zij kan Haar instrument zodanig beheersen dat deze ziel Haar woorden spreekt, Haar gebaren maakt, Haar gevoelens, voor- en afkeur deelt, enzovoort.

Maria’s leven was één en al aanbidding van God. Zij wil dit ook in Haar instrumenten herhalen, mits deze zich volkomen voor Haar invloed openstellen. Om deze reden kan dus de totale en onvoorwaardelijke toewijding aan Maria beschouwd worden als een koninklijke weg van aanbidding tot God. Wanneer de overvloeiing tussen Maria en Haar geroepene de hoogst mogelijke graden begint te bereiken, kunnen wij spreken van een Hemelse Bruiloft (vereniging, eenwording) met Maria. Tot deze weg zijn heel weinig zielen geroepen, doch ook buiten de mystiek is het voor de ziel niet onmogelijk om tot een volkomen aanbidding van God te komen, indien zij zich met vastberadenheid oefent in alle deugden en zo haar leven zelf tot een aanhoudende verheerlijking van God maakt.

Heel vaak wordt aanbidding beschouwd als een geschenk van de ziel aan God, doch de ware aanbidding is een ervaringstoestand waarbij de geschenken van God aan de ziel de geschenken van de ziel aan God ver overtreffen. Aanbidding is een gesteldheid van de ziel die tussen God en de ziel een uitwisseling tot stand brengt die bron is van Licht. Een ziel die haar hele leven tot aanbidding weet te maken, schept hierdoor om zich heen een aura van Hemels Licht dat tot een schild tegen bekoring en zonde wordt. Wanneer zielen via deze weg het Licht van God in en om zich heen verspreiden, vormen zij hierdoor een ketting van Licht. Hoe talrijker de zielen worden die een leven van aanbidding leiden, des te groter en krachtiger wordt deze ketting.

Dit is de ketting van Licht waarover ik het reeds in vroegere geschriften heb gehad, en die door de Heilige Maagd zo vurig wordt verlangd: Door deze structuur van bovennatuurlijk Licht zal het kwaad verblind worden. De satan kan in zijn hoogmoed niet meer vatten dat uit het zozeer verdorven mensengeslacht nog zielen kunnen opstaan die de heiligheid bezitten om zijn werken te onthullen door het Licht dat zij in Gods Genade om zich heen verspreiden. Dit zal hem verblinden en onder Maria’s voeten leggen.

Bid daarom om gelegenheden tot uitstalling van het Heilig Sacrament, en om de genade dat Uw ziel een levende aanbidding zou worden, want zo wordt U tot bouwsteen in de fundering van Gods Rijk op aarde. Om Gods Rijk op aarde te vestigen, moet dit Rijk eerst in een aantal harten gevestigd worden. Slechts een hart dat bereid is tot een leven van aanbidding, bezit een bodem met de gesteldheid die noodzakelijk is om Gods Rijk in zich te ontvangen en tot vrucht te laten komen.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 31

VADER, MOGEN ALLEN ÉÉN ZIJN

Eenheid als bouwsteen voor het Rijk Gods

Myriam van Nazareth

In één van de laatste gebeden die Jezus tijdens Zijn aardse leven tot de Eeuwige Vader richtte, gaf Hij uitdrukking aan Zijn diep verlangen naar de eenheid onder alle christenen onderling en tussen de mensen en God. Onder meer gezien het tijdstip waarop Hij deze smeekbede uitsprak (zo kort vóór het Offer van Zichzelf in het Verlossend Lijden), kan dit verlangen van Jezus als een geestelijke Nalatenschap worden beschouwd, een boodschap met als wezenlijke inhoud: Heb elkaar zodanig lief dat jullie harten en zielen in elkaar overvloeien en God volkomen in jullie kan zijn.

Ieder mens is geschapen met zijn eigen lichaam, dat steeds in wezen gescheiden zal blijven van het lichaam van ieder ander mens. Met uitzondering van de buitengewone toestand van het aanvoelen van het lichaam van Uw medemens via de mystieke weg, zijn lichamelijke gewaarwordingen strikt persoonlijk. Uw lichaam ondergaat elke dag talloze invloeden, doch blijft in wezen individueel. Ook de ziel is individueel, in die zin dat geen twee zielen volkomen gelijk zijn: Elke ziel bezit haar eigen onoverzienbare waaier van specifieke eigenschappen, vermogens, genaden, gaven, en haar strikt persoonlijke lotsbestemming overeenkomstig Gods Plan met de ziel in kwestie. Hoe kan Jezus dan verlangen dat alle zielen één zouden zijn?

God heeft alle zielen geschapen met de bedoeling dat zij op eendrachtige wijze hun specifieke opdrachten zouden vervullen. De uiteindelijke doelstelling van de Schepping is deze, dat Gods Plan in vervulling zou gaan. Dat Plan bestaat hieruit, dat de mens in staat van heiligheid zou leven naar Gods beeld en gelijkenis, en dat Gods Rijk niet alleen in de Hemel doch ook op aarde zou bestaan: 'Uw Rijk kome, Uw Wil geschiede op aarde als in de Hemel'. Sedert de zondeval leeft de mens niet meer in overeenstemming met Gods bedoelingen, zodat de vervulling van Gods Plan door de mens eerder tegengewerkt dan bevorderd wordt. Tussen de zielen onderling heeft de na-ijver de plaats ingenomen van de eendracht. De ene ziel beschouwt de andere niet langer als een andere draagster van het Goddelijke, doch als een concurrente die haar in de weg staat naar de vervulling van haar eigen doelstellingen, die nu gewoonlijk niets meer te maken hebben met de verwezenlijking van de eigen heiliging en van Gods Plan, doch met de bevrediging van de eigen stoffelijke behoeften. Door deze levenshouding beschouwen de mensen elkaar niet langer als broeders en zusters, doch als concurrenten, en in vele gevallen zelfs vijanden.

De aanvankelijk in de zielen gelegde zin voor eenheid is dus verloren gegaan, prijsgegeven aan alle overtredingen tegen de Liefde tot God en de naastenliefde. De menselijke samenleving functioneert niet meer op de brandstof van de Ware Liefde, doch op de begoochelende, verslavende en verbijsterende drug van haat, nijd, afgunst, na-ijver en jaloersheid. Ik zou het zo kunnen uitdrukken, dat het bloed dat doorheen de Schepping vloeit en drager is van de Liefde als ware voedingsstof, steeds verder verdund wordt door de duivelse alcohol van de tweedracht en onenigheid, het sluipend gif dat in de zielen is gebracht door de beet van de slang bij de erfzonde. Onze samenleving biedt daarvan dagelijks ontelbare voorbeelden. Wat Jezus verlangt, is een terugkeer naar de oorspronkelijke toestand, door de zielen te genezen van de sporen van dat gif dat de harten doet kloppen op een ritme dat niet meer in harmonie is met de hartenklop van God Zelf. Om dit te bereiken, moeten de zielen tot eenheid worden gebracht.

De enige sleutel tot eenwording van zielen is de Liefde. Wie de Liefde aanvaardt als de enige drijfveer van elke handeling, gedachte, woord, bestreving of verlangen, laat hierdoor zijn ziel totaal overvloeien in Gods Wil, en deze vormt het enige cement dat de zielen één maakt voor de opbouw van Zijn Rijk.

De Liefde wekt in de ziel het verlangen om te zijn zoals de geliefde. Zo kan bijvoorbeeld in de ziel die geroepen is tot de dienst aan Maria, een brandende Liefde voor Haar gewekt worden. Dit is de genade waardoor Maria Zelf deze ziel doet verlangen naar eenwording met Haar, omdat in deze eenwording Gods Plan zijn vervulling vindt. Wanneer de roeping geschiedt langs de weg van de mystiek, voltrekt dit proces van Liefde - verlangen - eenwording zich soms op waarlijk stormachtige wijze. In bepaalde gevallen voltrekt zich hierbij een voelbare overvloeiing van gevoelens, indrukken, verlangens en Liefde tussen de harten.

Hoe komt een dergelijke overvloeiing tot stand? Hoe komen zielen tot eenwording?

Ik zou de Ware Liefde kunnen vergelijken met een net van rivieren waarvan het water gevoed wordt vanuit ontelbare Bronnen van God (ontelbare, omdat God overal tegelijk aanwezig is), doorheen de hele Schepping stroomt, en naar God terugkeert, en zo in een eeuwigdurende, nooit ophoudende beweging. Het water neemt langsheen de volledige loop van het riviernet overal deeltjes van grond, steen, bladeren en planten met zich mee, zet deze wat verder opnieuw af, enzovoort, zodat een voortdurende stroming en uitwisseling van elementen plaatsheeft: De ene plaats wordt voortdurend door andere plaatsen 'beïnvloed'. Zo gebeurt het ook tussen de zielen: Zij worden bevloeid door het 'water' van Gods Liefde en genaden, nemen er elementen uit over en geven op hun beurt elementen van zichzelf door aan andere zielen. Wanneer twee zielen zich zo totaal en onbelemmerd openstellen voor de invloed van Gods 'water' dat zij zowel alles uit het water opnemen alsook alles van zichzelf aan het water overdragen, kunnen deze zielen via de stroom van de Liefde als het ware één worden. Ik zou het zo kunnen uitdrukken: Wanneer men op deze beide plaatsen water schept, zal de analyse van de twee waterstalen vrijwel identiek blijken te zijn.

Wanneer kunnen alle mensen één zijn?

In het licht van het mij geopenbaarde beeld van de rivier van de Liefde, moet het antwoord luiden: Wanneer de Liefde door alle mensen wordt aanvaard, ervaren en in stand gehouden als de drijvende kracht van alle leven in en met God.

Onder welke voorwaarde kan dit geschieden? Mits alle zielen Gods Waarheid kennen en ernaar leven.

Wat één maakt, is het element dat alle zielen in hun kiem met elkaar gemeen hebben, namelijk het Goddelijk Vuur (het levensbeginsel). Dit levensbeginsel moet groeien (openbloeien, rijpen) in een ontwikkelingsproces dat wij heiliging noemen. Hoe meer het groeit, des te sterker wordt de Aanwezigheid en de werking van God in de ziel. Dus: Naarmate de heiliging in méér zielen toeneemt, zal ook de geestelijke eenwording onder de mensen toenemen. Jezus’ verlangen 'Mogen allen één zijn' kan derhalve slechts in vervulling gaan indien:

1. De hele mensheid tot het volle Licht der Waarheid wordt gebracht. Dit veronderstelt dat zoveel mogelijk zielen zich tot het traditioneel christendom bekeren, de oorspronkelijke Leer van Jezus Christus, vrij van alle dwaling en van alle modernisme. In een wereld die zozeer in verval is geraakt, lijkt een bekering van de totale mensheid tot de christelijke Leer van de ware en onverdeelde Liefde een illusie. Niettemin zal dit gebeuren, want de vestiging van Gods Rijk op aarde is ons beloofd, en voor God is een belofte een heilig verbond. Bij de inzet van de christenen berust de verwezenlijking van de voorbereiding hiertoe, door ons volhardend gebed en vertrouwen. De inzet van Uw hele leven zal bepalend zijn voor het tijdstip waarop deze eenheid door een machtige tussenkomst van Gods Genade voltooid zal worden. Uw persoonlijke verantwoordelijkheid bestaat hierin, dat U onvoorwaardelijk gelooft en U zich totaal inzet en toewijdt voor de vestiging van het Rijk van Christus op aarde. De wegen hiertoe heb ik U reeds getoond in vroegere openbaringen. God zal niet wachten tot elke ziel vurig christen is geworden, wel tot de gezamenlijke inzet en vertrouwen van de christenen voldoende gewicht in de schaal heeft gelegd om een tussenkomt van de Goddelijke Genade te verantwoorden. De bijzonderheden hiervan rusten in de geheime wisselwerking tussen de Wetten van de Goddelijke Gerechtigheid en de Goddelijke Barmhartigheid. Van U wordt slechts blinde overgave en onvoorwaardelijke Liefde gevraagd.

2. In elke ziel het heiligingsproces zich zo volkomen mogelijk voltrekt. De ziel is pas in staat om als bouwsteen in het proces van de eenwording ingeschakeld te worden voor zover zij zichzelf laat heiligen door de genaden volkomen te laten renderen.

3. Zoveel mogelijk zielen zich met hun hele leven totaal aan Maria toewijden. Maria is de Middelares, Die de eenheid zal smeden in het Vuur van de Heilige Geest, op grond van de onvergelijkbare betaalwaarde van de offers die totale toewijding dag na dag oplevert. Toewijding aan Maria garandeert U dat al Uw inspanningen verzegeld worden tegen negatieve beïnvloeding die hen van hun waarde zouden beroven. Alle toegewijden zijn Vlammen van heiligend Vuur. Wanneer deze zich aan elkaar schakelen, ontstaat een ketting van lichtende Vlammen. Deze in elkaar overlopende Vlammen zullen de hele aarde herscheppen in een Vuurzee van heiligheid, aangewakkerd door de adem van de Heilige Geest.

4. De ketting van Licht waarvan sprake in punt 3, kan concrete vorm krijgen via gebedsgroepen, onderlinge gebedsafspraken tussen mensen, de verspreiding van Gods Waarheid (wat de bestaansreden vormt van deze Stormschriften), en het opdragen van Heilige Missen en Communies tot redding van de hele mensheid. Wanneer de heiligmakende genade in Uw ziel wordt gestort, bent U verplicht om deze tot nut te maken in dienst van Gods Rijk op aarde, en Uw medemensen te stimuleren om zich op hun beurt in de ketting van Licht te laten inschakelen om deze toestand van het ultiem Geluk tot stand te kunnen brengen. Leg door het Vuur in Uw hart tegenover God getuigenis af voor Uw verlangen naar Zijn tussenkomst tot vestiging van Zijn Rijk.

Dat God eenwording van de zielen als ideaal nastreeft, blijkt reeds uit het feit dat Maria, de Kroon van Zijn Schepping, in geest en Hart volkomen één werd met Jezus, Die Zelf volkomen één is met de Eeuwige Vader en de Heilige Geest. In Maria is de mens dus als het ware 'vergoddelijkt'. Dat is de bestemming die God voor alle zielen heeft beoogd. God laat dit verlangen naar eenheid ook blijken uit de mystieke ervaringen die Hij bepaalde zielen laat doormaken: de verenigingsmystiek, waarbij een ziel elementen van eenwording met God of Maria ervaart en/of eenwording met medemensen kan ervaren (in de vorm van een volkomen inleving in diens ziel, geest, hart en zelfs lichaam). Hierin ligt de diepe betekenis van de stelling dat God de mens heeft geschapen 'naar Zijn beeld en gelijkenis': De mens zou Goddelijke elementen in zich dragen, hij zou Gods Wil tot de zijne maken en derhalve door dezelfde kracht en bedoelingen gedreven worden als God Zelf. Naarmate méér zielen dit ideaal nastreven, bereiken deze ook onderling een steeds grotere eenheid, want zij worden dan als het ware gevoed door hetzelfde bloed.

'Eenheid' gaat veel verder dan wat dezer dagen hieronder verstaan wordt (de eenheid van kerken en godsdiensten). Die eenheid is alleen nastrevenswaardig indien de christelijke waarden hiervan niet het slachtoffer worden.

Onder geen enkele voorwaarde mogen de door de Katholieke Kerk erkende dogma’s en de Waarheden met betrekking tot de Sacramenten (in het bijzonder de wezenskern van de Eucharistie) prijsgegeven worden aan de 'eenheid' met andere religieuze belijdenissen, want het resultaat is dan niets méér dan een schijneenheid, die de enige Waarheid van God verloochent.

Ons christendom mag op deze essentiële punten geen enkel compromis sluiten. Dit heeft niets te maken met onverdraagzaamheid, doch met respect voor Gods enige Waarheid, en met onverzettelijkheid tegenover elke dwaling. Ware eenheid begint bij Uw eigen wil om één te zijn met Uw medemens in God.

Slechts weinige zielen ontvangen de gaven van de mystieke eenwording. Hoe moet dan de eenheid van alle zielen verwezenlijkt worden? Op eigen kracht is de mensheid daartoe niet in staat.

De volkomen eenheid zal door Gods Geest tot stand gebracht worden bij de vestiging van het Rijk van Christus op aarde. Aan de fundering van deze vestiging moet elke ziel meebouwen door met alle krachten van haar wezen God in zich te sluiten. Hoe? Door een heldhaftige, volhardende beoefening van alle deugden, in het bijzonder van de Ware Liefde.

De hoge graad van verdeeldheid in onze huidige wereld doet aan de vervulling van dit Goddelijk voornemen geen afbreuk, want God laat Zijn Plannen niet door mensen vernietigen. Zijn Glorie zal schitteren in de mate waarin de satan thans verdeeldheid zaait, want het Licht heeft steeds het laatste woord.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 32

ALS DE GRAANKORREL NIET IN DE AARDE VALT...

Zelfofferande als levensbestemming

Myriam van Nazareth

De mens was bedoeld als een wezen dat zou delen in Gods geheimen, gaven, eigenschappen, en in de volheid van Gods Liefde. Naar Gods beeld en gelijkenis werd hij geschapen, wat betekent dat ook de onverdeelde Gelukzaligheid reeds op aarde zijn deel zou zijn. Door de erfzonde heeft de mens dit recht verloren: Door overtredingen van Gods Wet van Liefde is de Schepping in onevenwicht gekomen. Het is dan ook de verantwoordelijkheid van de mens om dit onevenwicht te herstellen, door het lijden in zijn lichaam, geest en gevoelens, want alleen het lijden en de Liefde bezitten afkoopwaarde. Aangezien de Liefde in de mens onvolkomen is geworden voor zover zijn ziel niet in staat van heiligheid leeft, berust de grootste hoop op zijn Heil dus in het lijden. Het ultiem verlossend lijden is dat waarbij de pijn in lichaam, hart en/of geest gekoppeld wordt met de ware heilige Liefde. Dat is het geval in de zelfofferande.

Zelfofferande is de offergave van Uzelf voor Gods doelstellingen, belangen en Plannen, ten bate van het Eeuwig Heil van Uw medemensen, want God verlangt slechts twee dingen, die heel nauw met elkaar verbonden zijn: de Verlossing van alle zielen, en de definitieve vestiging van het Rijk van Christus op aarde, op het fundament van een mensheid die de oorspronkelijk bedoelde heiligheid heeft teruggevonden.

God heeft de aarde bedoeld als een paradijs waarin de mens zou leven in voorbereiding op het eeuwig Paradijs in de Hemel. Elke ziel komt ter wereld met één uiteindelijk doel: bijdragen tot de verwezenlijking van Gods Plan met de aarde, opdat deze opnieuw een paradijs zou worden. Hoe verloopt dit alles? God schept de ziel, en laat haar rijpen onder de zon van Zijn genaden en (omdat de mensheid nu eenmaal in een staat van schuld verkeert) de regen der beproevingen. Wanneer het vastgesteld uur aangebroken is, komt God om te oogsten. Om waarlijk van nut te zijn, moet de graanhalm van de ziel tegen de oogsttijd voldoende gerijpt zijn. Dit betekent dat de ziel klaar moet zijn om Gods honger naar de verwezenlijking van Zijn Plan te stillen, en om andere zielen te voeden. Hoe rijper Uw ziel wordt, des te meer andere zielen kan zij tot voedsel dienen. Een heilige ziel is als een feestmaal voor haar omgeving. Zij heeft het rijke voedsel van Gods genaden in zich opgenomen, en hierdoor laait het Vuur in de kern van haar wezen zo hoog op dat zij niet alleen vele andere zielen kan voeden met de woorden van Gods enige Waarheid, doch bovendien Licht en warmte uitstraalt die vele andere zielen de juiste weg wijst en hen de geborgenheid van Gods nabijheid laat ervaren.

Om terug te keren naar het beeld van de graanhalm: Op Gods uur moet hij zodanig uitgerijpt zijn dat hij reeds nieuwe graantjes in de aarde heeft gestort: Dit zijn 'de vruchten die blijvend mogen zijn', zoals Jezus de oogst van de apostel voor God heeft genoemd. God is de Zaaier, Uw ziel is een zaadje. Uw ziel kan ofwel wegkwijnen in het slijk van de wereld (bloeit dan niet om zielen te voeden, doch leidt een kort leven van zelfvertering zonder vrucht), of zij kan het werk van de Zaaier laten renderen door de zon der genade optimaal in zich op te nemen, evenals de zuurstof die wordt aangevoerd door de zoete bries van de Heilige Geest. Dan wordt de graanhalm van Uw ziel groter en groter, soepel en sterk, en goudkleurig, tot welbehagen van de Zaaier.

Geen graanhalm kent een leven zonder regen. De regen der beproevingen verzwakt slechts de graanhalmen die Gods genaden onvoldoende benutten en daardoor zwak en breekbaar worden. Zij die alle gaven uit Gods hand ten volle in zich opnemen, en zich bovendien actief en bewust naar de zon toewenden (Gods Wijsheid en Waarheid zoeken als de ware bron van hun levenskracht), worden door de regen sterker. Wat meer is: Zij hebben de regen nodig, omdat zij ook de zon reeds zo gretig in zich opgenomen hebben. Hier komen wij opnieuw aan bij de alleenzaligmakende combinatie van lijden en Liefde, in een geest van bereidheid tot zelfslachtoffering voor Gods Werken. De graanhalm moet zowel de regen als de zon koesteren om graankorrels te vormen en deze ten gepasten tijde in Gods akker te storten om zijn eigen roeping vrucht te laten dragen. Jezus zei: "Als de graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft hij alleen, maar als hij sterft, brengt hij veel vrucht voort".

Geen graantje wordt gezaaid om een leven voor zichzelf te leiden. Zo ook wordt elke ziel in de wereld gezonden om zichzelf tot rijping te laten brengen door de zon der genaden en gaven te laten inwerken op de talenten die zij bij haar schepping heeft meegekregen, en door de regen van beproevingen en lijden te drinken tot versterking van haar groeikracht naar de heiligheid. Indien zij slechts 'van het leven wil genieten', schuwt (en vervloekt) zij de regen, en wordt zij door de zon verschroeid, want een ziel die niet wil groeien door het lijden, kan de stralen van Gods Geest niet in zich vasthouden zonder dat deze de kern van haar wezen ontwrichten. Het zonlicht wordt dan ofwel afgeweerd, zodat de ziel in duisternis leeft, ofwel verkeerd gebruikt (gaven en genaden die worden gebruikt voor de verwezenlijking van eigen wereldse belangen). Wie het werkelijk Leven wil binnengaan, moet zichzelf opofferen in overeenstemming met Gods Plan en onder verloochening van eigen 'belangen' (die zelden méér zijn dan schijnbelangen, want heel vaak hebben zij niets gemeen met het Plan dat God met de ziel heeft). De glorie die de ziel daarbij verwerft, hangt grotendeels af van de mate waarin zij vrucht heeft voortgebracht voor Gods Rijk op aarde. De grootste vruchten brengt die graanhalm voort, die de regen van het lijden in vreugde opneemt zodat de zon der genaden in hem regenbogen kan maken, en dan sterft voor de wereld in overgave aan Gods grond (symbool voor het Rijk van Christus op aarde).

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 33

VERZAMEL U SCHATTEN IN DE HEMEL...

Openbaringen over het Eeuwig Heil van de ziel

Myriam van Nazareth

Uw leven hier op aarde is niets anders dan een doorgang, een voorbereiding op het Eeuwig Leven van de ziel. Niettemin leiden talloze mensen hun leven alsof dit het enige zou zijn dat van belang is. Dat is een grove dwaling, die Uw ziel naar de ondergang kan leiden. Daarom maande Jezus in het Evangelie dat de mens zich 'schatten in de Hemel' moet verzamelen. Hij bedoelde hiermee dat alles wat U doet, zegt, denkt en nastreeft van zodanige aard moet zijn dat het geschikt is om U dichter bij de Eeuwige Gelukzaligheid te brengen. In vroegere geschriften schetste ik reeds het beeld van de menselijke handelingen die, indien zij in Gods welbehagen worden gesteld, bloemen zaaien in de tuin die in de Hemel op U wacht. Bij het oordeel dat God na Uw overlijden over Uw leven op aarde zal spreken, worden Uw goede en minder goede vruchten tegen elkaar afgewogen volgens de Wet van de Goddelijke Gerechtigheid.

Ik heb er vroeger reeds op gewezen dat Uw oordeel positief beïnvloed kan worden door de uitwerkingen van de Wet van de Goddelijke Barmhartigheid en door de oneindig machtige Voorspraak van de Allerheiligste Maagd Maria. De Wet van Gods Gerechtigheid kan echter slechts gedeeltelijk en binnen welbepaalde perken buiten werking worden gesteld. Dat hoort zo, want anders zou de Schepping in een onherstelbaar onevenwicht komen: Zonden moeten gecompenseerd worden, op welke wijze dan ook, hetzij door Uw eigen uitboeting in het vagevuur, hetzij door de oneindige Liefde van Maria’s Voorspraak, hetzij door gedeeltelijke kwijtschelding in de Barmhartigheid. In gevallen van ernstige of veelvuldige overtredingen tegen Gods Wet kan de ziel niet meer gered worden en gaat zij verloren. Dat is wat bedoeld wordt met de woorden 'de ziel is verdoemd'. Bestaan er leefregels op grond van dewelke U enige waarborg kunt krijgen dat Uw ziel niet voor eeuwig ten onder zou gaan? Met welke sleutels kunt U de poort van het Eeuwig Rijk openhouden? De volgende gesteldheden zijn mij geopenbaard als schatkisten waarmee U het Eeuwig Heil van Uw ziel betaalt, met andere woorden: zegels die Uw ziel kunnen verzegelen tegen de ondergang:

  1. Laat God in U het verlangen vinden om in Uw ziel te groeien. Dit verlangen is bij uitstek de sleutel die het mechanisme van de Goddelijke Barmhartigheid in werking stelt, zelfs al hebt U geregeld gezondigd. Let wel: Dit betekent niet dat Uw ziel niet een zekere (in bepaalde gevallen nog relatief lange) periode van goedmaking in het vagevuur kan moeten doormaken, maar wel dat de Eeuwige Gelukzaligheid voor haar toegankelijk blijft. God heeft Uw ziel gemaakt, en kent beter dan Uzelf Uw zwakheden. Daarom kan een bepaalde zonde bij de ene mens anders beoordeeld worden dan bij de andere. Van doorslaggevend belang voor Uw Heil is de wil om boven Uw zwakheden uit te stijgen. De inspanning die U daartoe wil leveren, zal Uw levensoordeel beïnvloeden.

  2. Betrek God bij alle beslissingen op Uw levensweg, en laat U in alles leiden door Zijn Voorzienigheid. God heeft in Uw ziel bepaalde talenten, gaven en vermogens gelegd, met de bedoeling dat U deze in de eerste plaats aanwendt voor de verwezenlijking van Zijn Plan met de Schepping: de vestiging van het Rijk van Christus op aarde en de Verlossing en heiliging van alle zielen. U moet deze talenten, gaven en vermogens zelf leren kennen. God Zelf geeft U vele kansen om deze ontdekking te doen, via vele gebeurtenissen en situaties die Uw levenspad kruisen en die bedoeld zijn om U tot bewustwording over Uzelf te brengen. God verwacht van U dat U Uzelf regelmatig de vraag stelt: Wie ben ik werkelijk? Wat is het doel van mijn leven, mijn ware bestemming, en hoe bereik ik deze, rekening houdend met mijn talenten, gaven en vermogens?
    Indien U het gevoel krijgt dat het U aan talenten ontbreekt om deze doelstellingen te bereiken, verwacht God van U gebed om met zekerheid te voelen of deze doelstelling echt in overeenstemming is met Gods Wil en Gods Plan, en zo ja, eveneens gebed om nieuwe genaden te bekomen om die gewenste stap vooruit te zetten. Zo kunt U met de zekerheid van Gods zegen en welbehagen Uw levensweg vervolgen van kruispunt naar kruispunt, zonder de vrees voor veroordeling omdat U zou hebben gedwaald door te pogen, op eigen kracht en zonder bekommernis om Gods Wil Uw levensweg zelf uit te stippelen.

  3. Tracht Uw leven zodanig vorm te geven dat het in zoveel mogelijk opzichten een spiegelbeeld wordt van dat van Jezus en Maria. De concrete invulling van Uw leven hangt in hoge mate af van de gebeurtenissen en situaties die Gods Voorzienigheid voor U heeft bereid. Niettemin hangt Uw heiligheid in de eerste plaats af van wat U met die gebeurtenissen en situaties doet, Uw reacties tegenover datgene wat in Uw dagelijks leven gebeurt. Het zijn deze reacties die U tot spiegelbeeld van Jezus en Maria moeten maken. Bid om geïnspireerd te worden hoe Jezus en Maria in een gelijkaardige situatie zouden handelen, spreken, denken en voelen. Wanneer U in zuiverheid, nederigheid en eenvoud verlangt om Hen in alles na te bootsen, zult U steeds méér de indruk krijgen dat niet U leeft, maar Jezus en Maria in U. Wanneer U in Uw levenswijze en optreden tot spiegelbeeld van Jezus en Maria wil worden, moet U onvermijdelijk de gouden sleutel tot Verlossing van zielen in Uw hart koesteren: het lijden in al zijn vormen. Jezus navolgen, betekent in blijmoedigheid, Liefde en aanvaarding Uw kruis opnemen. Maria navolgen, betekent een leven van uiterste dienstbaarheid in onuitblusbare Liefde en het meedragen van de smart van Uw medemens.

  4. Zorg ervoor dat U elke avond kunt zeggen: Ik heb vandaag in de positieve zin een verschil gemaakt voor mijn medeschepselen. Stel U bij elke stap die U op Uw levensweg wil zetten, hoe gering ook, de vraag welke waarde deze kan hebben voor het Heil van zielen en voor de verwezenlijking van Gods Plannen. Laat U bij deze waardebepaling in de eerste plaats leiden door de mate waarin de voorgenomen handeling de naastenliefde en de Liefde tot God dient. Al Uw handelingen moeten gesteld worden om God te dienen en welgevallig te zijn. Met deze doelstelling voor ogen blijft U op de weg van de deugden die leidt naar de heiligheid, indien U volhardt in de weerstand tegen alle bekoringen en misleidingen. Vergeet nooit dat de heiligheid de enige doelstelling van Uw leven is, de bestemming waartoe ook U bent geroepen.

  5. Maak van Uw leven één totale, onvoorwaardelijke en onherroepelijke toewijding. Bega niet de vergissing, op lichtvaardige wijze een toewijdingsgebed uit te spreken (bijvoorbeeld tot Maria, wat de meest gebruikelijke vorm van toewijding is) en te geloven dat U daardoor automatisch een aan Maria toegewijde ziel bent. Toewijding is een levenshouding, en na het uitspreken van een toewijdingsgebed moet U Uw hart en geest maximaal openstellen voor elke verandering die Maria hierin wil aanbrengen om U geschikt te maken voor Haar dienst. Toewijding aan Maria is een heilig verbond waarbij U Uzelf met Uw hele wezen en elk detail van Uw leven weggeeft aan Maria. Vanaf dat ogenblik bent U Maria’s dienares/dienaar, onvoorwaardelijk en totaal. Indien U Haar niet toestaat om met U alles te doen wat Zij wil, bent U niet geschikt voor deze dienst. Zij zal U op Uw oprechtheid, volharding en ernst beproeven. Zij zal Zich ervan vergewissen dat U Uzelf wel degelijk tot het uiterste aan Haar onderwerpt.

    In de praktijk van het leven als toegewijde blijkt dat pas wanneer Maria U totaal en onvoorwaardelijk aan Haar voeten weet, Zij Zichzelf totaal in U zal uitstorten, wat betekent dat U de grootste genaden van bescherming en leiding kunt ontvangen. Een totale aanvaarding van Uw toewijding kan, bijvoorbeeld, blijken uit een speciale roeping, een taak die tot Uw levensdoel wordt en die U de verantwoordelijkheid geeft voor begeleiding, onderrichting of redding van zielen. Maria is de Meesteres van de engelen en van de zielen die met de engelen ingezet worden in de strijd tegen alle antichristelijke krachten. Hierdoor betekent een leven als aan Maria toegewijde ziel steeds dat U in de vuurlijn van de strijd tussen het Licht en de duisternis komt te liggen, zodat Uw opdracht onveranderlijk gepaard gaat met lijden in de meest uiteenlopende vormen. Precies hierdoor opent een leven van ware toewijding een weg om Uw ziel te vrijwaren voor de ondergang. Deze grootste van alle genaden moet U verdienen door Uw 'uitverkiezing' tot de dienst aan Maria waardig te blijken in een leven in deugdzaamheid en aanvaarding van alles waartoe het Maria behaagt, U te gebruiken. Zodra U Uzelf aan Maria geeft, wordt Zij de absolute Meesteres over Uw hele wezen (ziel, geest, hart en lichaam) en over Uw hele leven.

    Bedenk dat dit zeer grote gevolgen heeft. Uw leven behoort niet langer Uzelf toe, het ligt in Maria’s handen, en Zij heeft er absolute macht over. U behoudt de vrijheid, U uit de toewijding terug te trekken, doch hierdoor zou U God te kennen geven dat U Uw eigen belangen boven deze van Maria (en de Zijne) stelt. De volmaakte toewijding aan Maria is deze waarbij U Uzelf slachtoffert aan Haar voeten, in totale overgave, zonder protest en in vurige Liefde. Toewijding aan Maria is verteerd worden door het verlangen om voor Maria te leven en te sterven. Wanneer Maria ondervindt dat U bereid bent om alles voor Haar te doen, zal Zij U alles toevertrouwen, met inbegrip van Haarzelf. Uzelf tot slaaf van Maria maken, betekent voor de eeuwigheid door Haar verheven worden. Zij heeft er de macht toe.

  6. Koester in Uw hart een gesteldheid van oprechte rouwmoedigheid over zonden en fouten. Een absolute voorwaarde om Uw ziel te vrijwaren van de ondergang, ligt in een oprecht berouw over elke zonde, fout of dwaling. Zodra U voor een bekoring of dwaling bent gezwicht, moet U dit uitspreken in het Sacrament van de Biecht, en de sporen van Uw zonde uitwissen in een goedmakende penitentie. Berouw is een noodzakelijke sleutel tot Gods Barmhartigheid. Biecht is een wasbeurt voor Uw ziel, en door de boetvaardigheid toont U God Uw bereidheid om ook Uzelf een soort van 'straf' op te leggen als tegengewicht voor het feit dat Uw misstap Gods Plan van heiliging tegengewerkt heeft. Na dit alles moet U ook Uzelf kunnen vergeven, anders legt U Uw eigen werkkracht voor Gods Rijk lam. Belangrijk voor het Eeuwig Heil van Uw ziel is Uw wil en verlangen om Gods Plan te bevorderen. Daarom leidt zonde niet tot veroordeling indien zij met berouw wordt gebiecht en goedgemaakt, en niet lichtvaardig wordt herhaald. Berouw en de wil om de zonde goed te maken, zijn uitingen van Liefde voor God en Zijn Werken. God alleen kan oordelen of deze wil verlossende kracht heeft voor Uzelf en Uw medemens.

  7. Laat het verlangen naar God (Jezus, Maria) de grote passie van Uw leven worden. Wie tijdens zijn leven niet het verlangen voelt om bij Jezus of Maria te zijn, wekt hierdoor bij God de indruk dat het Eeuwig Geluk in de Hemel hem onverschillig laat. Dit komt bij God over als een belediging, omdat het wijst op een grote onvolkomenheid in de Liefde en op ondankbaarheid voor de vele gaven, genaden, het Verlossingswerk en de vele pogingen waardoor God in Uw hart wil binnentreden. Hij heeft U gemaakt, U in de wereld gezonden, en U geroepen tot de grote bestemming, na dit leven bij Hem te leven in de eeuwige gelukzaligheid van de Hemel. Zolang dit alles niet in die mate Uw hart raakt dat U enig Liefdesvuur in U voelt oplaaien, is het noodzakelijk dat U de Heilige Geest bidt om verlichting. In de mate waarin U naar Jezus en Maria verlangt, zullen Zij werkelijk in U leven en door U handelen, en tot het uiterste gaan om Uw levensweg zo te richten dat Zij U na dit leven voor eeuwig bij Zich kunnen houden.

  8. Wees God dankbaar voor alles wat op Uw levenspad komt. Elk detail van Uw leven heeft betekenis voor Uw persoonlijke levensweg, en alleen Gods oneindige Wijsheid weet welk nut elke gebeurtenis, ontmoeting, verandering, enzovoort, voor Uw ziel kan hebben indien U daar op een passende wijze op reageert. Daarom moet U Hem danken voor alles, want in elk detail kan voor U een kans verborgen liggen om Uw ziel dichter bij haar Eeuwige Gelukzaligheid te brengen. Het is iets groots, door elke stap op Uw eigen levensweg te mogen bijdragen tot de verwezenlijking van Gods eeuwig Plan. Door Uw dagelijks leven bent U een radertje in Gods alomvattend Werk.

Geen ziel is gemaakt om verloren te gaan, maar U hebt Uw eeuwige lotsbestemming in verregaande mate in Uw handen. Geef Uw ziel niet goedkoop weg aan de duisternis, haar prijs is te hoog in Gods ogen. Uw inspanningen daartoe staan in geen enkele verhouding tot de schatten die God de kinderen van het Licht bereidt.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 34

AL WAT GIJ VOOR ÉÉN DEZER GERINGSTEN HEBT GEDAAN...

Openbaringen over de volmaakte naastenliefde

Myriam van Nazareth)

God heeft de mens geschapen met de opdracht 'gaat en vermenigvuldigt u'. Alle zielen die de aarde bevolken, hebben uiteindelijk dezelfde opdracht te vervullen: Het Rijk Gods op aarde voorbereiden en aldus de vervulling van Gods eeuwig Plan mogelijk maken. Deze opdracht kan alleen voltooid worden indien alle zielen de specifieke bijdrage die van hen wordt verwacht, weten te leveren in een geest van saamhorigheid, eenheid, Vrede en Liefde. Wij zijn dragers van dezelfde Goddelijke wezenskern, en wij zijn met hetzelfde doel in de wereld gezonden. Elke afwijking van de geest van saamhorigheid, eenheid, Vrede en Liefde vormt derhalve een hindernis voor Gods Plannen en Werken. Hiermee is de absolute noodzaak van de naastenliefde als cement voor de fundering van Gods Bouwwerk duidelijk gemaakt. De naastenliefde is de gesteldheid van Liefde die specifiek op Uw medemens is gericht. Heel gemakkelijk wordt elke 'goede daad' beschouwd als naastenliefde, doch om haar volle bevrijdende en heiligende waarde te verkrijgen, moet naastenliefde volkomen zuiver zijn. De voorwaarden waaraan de naastenliefde moet voldoen om op volkomen wijze in Gods Heilsplan ingebouwd te kunnen worden, zijn mij geopenbaard als volgt:

  1. Volmaakt is de naastenliefde voor zover Uw handelingen gesteld worden in het besef dat U ze in feite voor Jezus en Maria stelt. In de lijdende medemens verlicht U het Lijden van Jezus en Maria, Die het lijden van de hele mensheid in Hun Hart dragen in een eeuwigdurende akt van Verlossing.
  2. Volmaakt is de naastenliefde indien en voor zover zij gericht is op het Heil van de ziel van Uw medemens. U moet al Uw handelingen en woorden ten opzichte van Uw medemens zodanig gestalte geven dat zij bijdragen tot een positieve vorming van zijn ziel. Goede daden kunnen in hoge mate verontreinigd worden indien zij gepaard gaan met onzuivere woorden of gedachten, omdat deze de ziel van de begunstigde van Uw handelingen in negatieve zin kunnen vormen. Wees U er steeds van bewust dat bij elk contact tussen mensen de ene ziel de invloed van de andere ondergaat, en dat kleine dingen grote gevolgen kunnen hebben. Betracht daarom steeds dat U bij elke medemens een invloed zou nalaten die zijn ziel ten goede komt. Dat kan alleen indien U zelf de Vrede van hart bezit en daardoor in staat bent om 'Hemelse trillingen' om U heen te verspreiden.
  3. Volmaakt is de naastenliefde wanneer zij volkomen vrij is van eigenbelang, doch uitsluitend gericht is op de verwezenlijking van de belangen van de medemens en van God. Bij elke handeling die U wil stellen, moet U zich de vraag stellen of U daadwerkelijk een positief verschil kunt maken, en deze bedenking moet de drijvende kracht zijn en blijven terwijl U met Uw medemens in contact bent. Daarom ook heeft een goede daad in het verborgene méér waarde dan een goede daad gesteld voor het oog van mensen of een daad waarover U andere mensen informeert. Indien het Uw bedoeling is, geprezen te worden, hebt U trouwens Uw loon reeds gehad. Een goede daad gesteld om er zelf op één of andere wijze beter van te worden, is in de spirituele zin geen goede daad meer, zelfs al levert zij Uw medemens iets positiefs op: U hebt ze niet gesteld vanuit de Liefde voor Uw medemens en voor God, doch uit eigenliefde. Daarom levert een dergelijke handeling geen bijdrage tot de opbouw van Gods Rijk, want zij voedt niet de bron van de Liefde waaruit de Schepping haar brandstof put om te blijven functioneren.
  4. Volmaakt is de naastenliefde waarlijk wanneer U een goede daad stelt in het bewustzijn dat U daardoor zelf nadeel of lijden kunt ervaren. In dit geval is Uw daad niet alleen vrij van eigenbelang, zij wordt bovendien gesteld in overeenstemming met Jezus, Die het Verlossend Lijden op Zich nam in het volle bewustzijn dat het Hem heel groot leed zou kosten in lichaam en geest. Gelijkaardig hieraan is elke versterving, boete of offer die U stelt met het oog op de bekering van een medemens: U hebt daar geen enkel rechtstreeks belang bij, de vruchten blijven vaak in het verborgene en leveren alleen God en de staat van genade van de Schepping in het algemeen voordeel op. Hiervoor Uzelf lijden of ongemak opleggen, is een onvervalste akt van Liefde en verheerlijking aan God, en kan leiden tot het grootste geschenk dat U Uw medemens kunt geven: de Eeuwige Gelukzaligheid.
  5. Volmaakt is de naastenliefde wanneer zij gegrondvest is op gebed en voorspraak voor Uw medemens. Een handeling ten behoeve van Uw medemens kan deze op het ogenblik zelf van nut zijn, doch om de vruchten van Uw handeling verder door te laten dringen tot in de ziel van Uw medemens, moet U ze stellen terwijl U deze medemens vurig Heil en zegen toewenst en voor hem bidt. Alleen zo opent U ook de poort van het Eeuwig Heil voor hem. Dit geldt des te meer wanneer Uw 'goede daad' rechtstreeks betrekking heeft op het Zielenheil van Uw medemens omdat gebeurtenissen of situaties U aanleiding geven om aan te nemen dat zijn ziel niet in staat van genade verkeert. Wat is voorspraak in feite? Om een beeld te gebruiken: Voorspraak is de akt waarbij U met een beurs vol goudstukken voor God (Jezus/Maria) verschijnt om de schuld van Uw medemens jegens de Goddelijke Gerechtigheid te betalen. Wanneer de schuld volledig betaald is, treedt de Goddelijke Barmhartigheid in werking, en kan de genade van bekering verleend worden.
  6. Volmaakt is de naastenliefde wanneer U elke daad of woord stelt of spreekt in de namen van Jezus en Maria, in het besef dat deze daad ook een genade is voor Uzelf van wie zij uitgaat. Sterk worden in de volmaakte naastenliefde, is een heiligmakende genade. Wees daarom dankbaar voor elke gelegenheid om Uzelf op te offeren voor Uw medemens.

Elke ziel is voor God van onschatbare waarde. Door een leven van zelfopoffering voor hen die schijnbaar de geringste zijn onder Uw medemensen, verzamelt U schatten voor God, voor Zijn Rijk en voor Uzelf, want in hen die de geringsten worden geacht in de ogen der wereld, werkt God in Zijn volheid.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 35

DE SLANG HEEFT MIJ VERLEID

Openbaringen over het wezen van de bekoring

Myriam van Nazareth

Toen God Eva in het Aards Paradijs ter verantwoording riep over het feit dat zij alle voorrechten van het leven in Zijn Aanschijn had prijsgegeven, en de heiligheid van alle komende mensengeslachten aan de duivel had 'verkocht' door de erfzonde te bedrijven, antwoordde zij: "De slang heeft mij verleid".
Hierdoor wees zij de oorsprong van alle zonde en van alle ellende van het aardse leven aan: de bekoring.

Bekoring is elke ingeving vanwege de krachten van het kwaad, die erop gericht is, de ziel te doen afwijken van de naleving van Gods Wet. Wanneer aan een bekoring gehoor wordt gegeven, is sprake van ondeugd, en in vele gevallen van zonde. Niet elke toegeving aan een bekoring is in de strikte zin van het woord een zonde. Een zonde is elke handeling, woord, gedachte, verlangen of nalatigheid waardoor U Gods Plan met de Schepping tegenwerkt en de harmonie en goede werking binnen de Schepping verstoort.

In wezen is de zonde steeds een uiting van ongehoorzaamheid jegens God (want zonde is handelen, spreken of verlangen in afwijking van Gods Plannen en Werken), en van gebrek aan Liefde voor God (want volkomen Liefde schuwt elke afwijking van de bedoelingen en verlangens van diegene die men liefheeft). In vele gevallen is zonde ook een uiting van een overmaat aan eigenliefde. Waarom? Omdat de toegeving aan een bekoring vaak gericht is op het bevredigen van wat als een persoonlijke behoefte wordt aangevoeld. Dit betekent dat de ziel vatbaarder wordt voor bekoringen naarmate:

1) zij méér dingen meent nodig te hebben.

2) haar weerstand tegen deze gevoelens van 'iets nodig hebben' kleiner is. Dit gebrek aan weerstand wordt zwakheid genoemd.

Zwakheid berust op het instinct waardoor de mens gericht is op de bevrediging van de stoffelijke behoeften van het eigen lichaam. De zwakheid van de mens is de bron van de macht van de satan: Hoe zwakker de mens, des te groter de macht die de satan over hem kan uitoefenen. Om deze reden schreef ik vroeger reeds dat de duivel slechts machtig is omdat mensen hem macht geven, door hun vatbaarheid voor de bekoringen.

Zoals ik hierboven heb aangeduid, zijn er bekoringen die niet leiden tot zonde in de werkelijke zin van het woord. Ook deze vormen van bekoringen werken echter Gods Plan tegen, zodat de inwilliging ervan wel als ondeugd beschouwd moet worden.

Deugden zijn alle eigenschappen die U samen moet ontwikkelen om een steeds hogere graad van volmaaktheid (heiligheid) te bereiken. Ondeugden zijn derhalve alle afwijkingen in de ontwikkeling van één of meer van deze eigenschappen.

Een ondeugd vormt steeds een hindernis op de weg naar de heiligheid die God van U verlangt. Ondeugd is de wezenskern, de 'materie', het 'bouwmateriaal' rond dewelke elke zonde wordt gemaakt. Dit 'bouwmateriaal' kan op zichzelf reeds een hinderpaal vormen, zoals een steen die op Uw weg ligt en waarover U kunt vallen, maar het kan ook nog een laag slijk rond zich krijgen, waardoor het Uw levensweg zelf daadwerkelijk vervuilt. De steen van de ondeugd plus het slijk (vaak zijn dit allerlei verkeerde verlangens, drijfveren of beweegredenen) vormt samen de zonde.

Vaak wordt de ziel door de boosaardige verleider in een zodanige gesteldheid gebracht dat zij als het ware iets dat haar nadeel berokkent, integendeel als 'behoefte' begint aan te voelen. Dat komt doordat de ziel in deze gesteldheid:

  1. verblind is ten aanzien van haar werkelijke behoeften, en derhalve vaak de bevrediging van valse behoeften beschouwt als onontbeerlijk;
  2. misleid is over het doel dat zij in haar leven geacht wordt, na te streven;
  3. soms de voor haar onverklaarbare en vaak onbewuste neiging bezit, als het ware zichzelf te willen straffen. Zij slaagt er dan (soms tijdelijk, in andere gevallen langdurig) niet in, zichzelf te aanvaarden. Dit betekent dat zij in feite Gods werking in haar niet aanvaardt.

Niet alle bekoringen leiden tot zonde (niet elke struikelsteen is met slijk bedekt). Dit betekent dus dat er verschillende soorten bekoringen zijn. De volgende categorieën zijn mij geopenbaard:

  1. bekoringen die erop gericht zijn, eigen behoeften te bevredigen. Hierdoor beoogt de satan, de ziel vast te houden in het stoffelijke, het materiële, en haar weg te leiden van haar werkelijk levensdoel: het nastreven van de belangen en behoeften van de ziel. Enkele voorbeelden: bekoring tot diefstal, tot bedrog, seksuele verleiding...
    Aan deze vorm van bekoring kan de ziel zich onttrekken door te groeien in vergeestelijking. Hoe meer de ziel zichzelf boven de invloeden van het materiële, het wereldse, weet te verheffen, des te minder zal zij geneigd zijn om te zwichten voor stoffelijke noden of voor influisteringen die haar het gevoel willen aanpraten dat dit werkelijk onontbeerlijke behoeften zijn.

  2. bekoringen die erop gericht zijn, een medemens schade te berokkenen. Hierdoor beoogt de satan, de ziel aan te zetten tot overtredingen tegen de naastenliefde. Enkele voorbeelden: bekoring tot diefstal, tot vandalisme, tot elke vorm van beschadiging van goederen van een medemens, ook het bewust kwetsen van een medemens, en zelfs de neiging om een medemens te ontmoedigen (hierdoor berokkent U schade aan de ziel)...
    Tegen deze vorm van bekoring kunt U zich wapenen door te groeien in de Ware Liefde. Ware Liefde verhindert dat de ziel nog behagen schept in enig nadeel van de medemens, wel integendeel: Zij zoekt het welbevinden van de ander.

  3. bekoringen die erop gericht zijn, Uzelf te vernietigen. Door deze influisteringen beoogt de satan dat de werkkracht van de ziel tot verwezenlijking van Gods Plan ondermijnd zou worden. Enkele voorbeelden: bekoring tot gevoelens van onvrede, angsten, twijfels, onzekerheid, onveiligheid, droefgeestigheid, depressie, een regelmatig gebruik van drugs, van tabak, van alcohol, van bepaalde medicijnen met nadelige bijwerkingen, van voedingsmiddelen die niet gezond zijn of waarvan U weet dat Uw lichaam ze niet goed verdraagt...
    Tegen deze vorm van bekoring kunt U zich wapenen door de bewustwording van het feit dat God in U leeft en dat Uw lichaam de tempel is waarmee Uw ziel op deze wereld moet leven, en Uw gevoelens en gedachten het voedsel vormen voor Uw ziel. Uw lichaam, evenals Uw vermogens tot nadenken, tot voelen, en Uw verstand, zijn gaven van God die U in staat moeten stellen om de voor U voorziene levenstaak te vervullen. Het is daarom Uw plicht, Uw hele wezen in stand te houden, maar wel zonder er een afgod van te maken. Alles waardoor U zelf Uw eigen wezen ondermijnt, schept mogelijkheden voor de satan om U 'uit te schakelen': U wordt dan in spiritueel opzicht een 'levende dode' die voor Gods Werken geen enkel gewicht meer in de schaal legt, tenzij in de negatieve zin.

  4. bekoringen die erop gericht zijn, Gods Plan te dwarsbomen. Hierdoor beoogt de satan, U actief voor zijn eigen plannen te doen werken. Enkele voorbeelden: aanvallen (in woord of daad) tegen de Kerk, aanvallen tegen geloofwaardige instrumenten van Jezus of Maria, het verlies van de lust om te bidden of te offeren, het gebrek aan eerbied voor het leven, rechtstreeks werken voor antichristelijke bewegingen...
    Tegen deze bekoringen kunt U zich wapenen door totale toewijding aan Maria en door dagelijks gebed om inzicht en leiding teneinde de juiste weg te volgen en daarin te volharden ondanks alle tegenslagen.

  5. bekoringen die erop gericht zijn, de eenheid tussen mensen te verwoesten. Hierdoor beoogt de satan, alle Vrede en saamhorigheid onder Gods kinderen onmogelijk te maken, opdat de mensheid niet door haar leven en daden God zou verheerlijken doch Hem zou schandvlekken: Een mensheid die in totale onvrede, verdeeldheid en onenigheid leeft, lijkt niet meer op de heilige vrucht van een volmaakte God, doch op de rottende vrucht van een totale chaos die niet gemaakt kan zijn door een Wezen dat absolute Wijsheid is.
    Deze gedachte is op zich een bekoring voor vele zielen die het wezen van de Schepping en de uitermate belangrijke rol van de vrije wil van de mens zelf in de ontwikkeling van het leven op aarde niet begrepen hebben. Enkele voorbeelden voor deze categorie van bekoringen: zich laten verleiden tot ruzie, tot twistgesprekken, tot polemieken, tot vetes, tot oorlog tussen volkeren, ingaan op uitdagingen met een negatieve doelstelling, kritiekzucht (de neiging om op alles en iedereen te vitten)...
    Tegen deze bekoringen kunt U zich wapenen door te bidden om inzicht in Gods bedoelingen met de Schepping, en door het besef dat Uw medemens en Uzelf hulpeloze wezens zijn, die op aarde slechts tot het Ware Geluk kunnen komen zodra zij begrijpen dat zij slechts door Ware Liefde, Vrede en eensgezindheid alle ellende samen kunnen overwinnen, en dat niet de medemens aan de bron ligt van die ellende, maar de krachten van het kwaad.

Welke wegen gebruikt de bekoorder eigenlijk om in de ziel binnen te dringen? Mij zijn de tien volgende getoond als de voornaamste:

  1. de zwakheid van de mens. Zoals reeds aangeduid, is zwakheid elk gebrek aan weerstandsvermogen tegen een plots opkomende lust tot bevrediging van iets dat als behoefte wordt aangevoeld, maar het in feite niet is. Bijvoorbeeld: meer eten of drinken dan nodig om te leven, dingen kopen die niet noodzakelijk zijn om te leven, gebrek aan zelfbeheersing op vele mogelijke vlakken zodat het zien van een bepaalde prikkel leidt tot één of andere vorm van 'kortsluiting', en onvrede schept indien aan de opkomende lust niet toegegeven kan worden.
    Het is geen zonde, zich iets aan te schaffen of te nuttigen dat boven het levensnoodzakelijke uitstijgt, maar indien dit tot een gewoonte wordt waartegen U weinig of geen weerstand blijkt te hebben, wordt U kwetsbaar voor bekoringen en diverse ondeugden (onmatigheid, onzuiverheid en andere). De reclamewereld speelt hier een verderfelijke rol.

  2. de verveling, elk gebrek aan zingeving aan Uw leven. Verveling is in wezen een uiting van onvermogen om het nut te begrijpen van een bepaalde gebeurtenis of situatie. Zij is een vorm van onvrede in de ziel die niet in staat is om deze gebeurtenis of situatie in verband te brengen met Gods Werken, Plannen en Voorzienigheid op haar levensweg. In de ervaring van de verveling wint de satan toegang tot de ziel doordat zij naar zingeving zoekt en deze niet vindt. Precies doordat zij in deze fase niet volkomen met God verbonden lijkt, leidt de satan haar gemakkelijk af naar situaties die haar een nieuwe invulling van de leegte in haar leven beloven. Vaak worden via deze weg de criminaliteit en allerlei vormen van afwijkend gedrag geboren. Vele van de uitspattingen die U in deze moderne tijden om U heen kunt vaststellen, zijn daar vruchten van.

  3. de onwetendheid. De mens heeft nooit een alomvattende kijk op de volle werkelijkheid van de dingen en situaties om hem heen. Daardoor trekt hij vaak verkeerde conclusies, schat hij situaties onjuist in, en ziet hij vaak niet (of pas heel laat) dat hij bezig is, geleidelijk aan van het leven in en met God af te dwalen. Onwetendheid kan in vele gevallen verontschuldigd worden, maar kan niettemin oorzaak zijn van vele ondeugden bij de medemens, doordat deze niet steeds in het reine komt met de vele fouten die de onwetende maakt en waar hij niet lijkt bij stil te staan.

  4. de verblinding. Hangt nauw samen met de onwetendheid. Verblinding is het onvermogen om de hand van het kwaad te zien in een gebeurtenis, situatie of ontwikkeling, omdat de dingen niet altijd zijn wat ze lijken te zijn.
    Verblinding is de vrucht van een gebrek aan onderscheidingsvermogen, doordat de ziel geen zuiver contact heeft met Gods Geest. Deze gesteldheid is gevaarlijk omdat zij vaak het fundament wordt van een levenshouding waarbij de ene zonde op de andere volgt: Het oordeelsvermogen kan onwerkzaam worden en de ziel ziet zelfs de eigen ondeugden niet meer. Velen leiden een leven van geestelijke duisternis, biechten nooit, en zijn er niettemin van overtuigd dat zij niets verkeerds doen. Deze zielen geven vaak hun medemens de schuld voor alles wat in hun leven verkeerd loopt.

  5. de verslaving. Verslaving is het resultaat van zwakheid in hoge graad. Zij is de gesteldheid van de ziel die afhankelijk wordt van de gevoelens van schijnbevrediging die opgewekt worden door toe te geven aan bepaalde schijnbehoeften. Verslaving heeft de neiging, de verslaafde tot het grootste kwaad te brengen om deze bevrediging in stand te houden. In vrijwel alle gevallen is verslaving slechts mogelijk doordat de ziel volkomen ondervoed raakt en alle aandacht in het leven naar het lichamelijk welbevinden gaat (of wat aldus aangevoeld wordt; vaak is dit een heel groot zelfbedrog).
    Voorbeelden: verslaving aan drugs, bepaalde medicijnen zoals antidepressiva en slaapmiddelen, snoepzucht, bepaalde dwangmatige gewoonten, seksuele uitspattingen, enzovoort. Verslaving legt vaak totaal onverwachte wegen open voor de meest uiteenlopende afgeleide gewoonten die de ziel tot volmaakte slavin van de satan maken. Zo kan de mens bijvoorbeeld de behoefte voelen om constant omringd te zijn door harde muziek, daardoor verzeild raken in het uitgaansmilieu, en uiteindelijk verstrikt raken in drugs en criminaliteit.

  6. de teleurstelling. Dit is de gesteldheid waarin de verwachtingen van de ziel ten aanzien van bepaalde ontwikkelingen in het leven niet ingelost zijn. Teleurstelling is in wezen opstandigheid tegen (dus niet-aanvaarding van) Gods Beschikkingen voor de loop van Uw levensweg. Teleurstelling kan leiden tot gedrag dat precies het tegenovergestelde is van wat de ziel aanvankelijk beoogde of nastreefde. Bijvoorbeeld: Een christen kan ketter worden, een priester kan uittreden en een losbandig leven leiden.
    Teleurstelling kan in kleine dingen schuilen en kan, indien zij herhaaldelijk optreedt, een vrijwel aanhoudende onvrede in het hart scheppen, die een zeer rijke voedingsbodem voor bekoringen vormt. Teleurstelling kan aanleiding geven tot een hele levenshouding die gebaseerd is op spot, hatelijkheid, laster, roddel, achterklap, godslastering enzovoort, in een verwrongen poging om de eigen onvrede te compenseren door medemensen (en al wat heilig is) neer te halen.

  7. de vermoeidheid. Lichamelijke, geestelijke of emotionele vermoeidheid verlaagt vaak de weerstand tegen bekoringen om af te wijken van de deugdzaamheid. Indien de vermoeide mens onvoldoende gerijpt is in de Liefde, de overgave, de aanvaarding en de offerbereidheid, loopt hij constant het gevaar dat zijn toestand aanleiding geeft tot opvliegendheid, onvriendelijkheid, ontevredenheid, norsheid, ongeduld, prikkelbaarheid, agressie, en ook onmatigheid (zichzelf schade toebrengen door de neiging om zich 'te verwennen').

  8. de angst. Angst is een vruchtbare voedingsbodem voor afwijkend gedrag. Angst geeft aanleiding tot twijfels, gebrek aan vertrouwen, ondoordacht handelen en spreken, en soms tot agressief gedrag. Angst sluipt in de ziel zodra deze het gevoel van houvast verliest. Vaak ontstaat zo een levenshouding waarbij de macht van elke Hemelse tussenkomst in het leven onderschat of niet meer geloofd wordt.

  9. de ontmoediging. Dit is de gesteldheid van de ziel die overweldigd is door de lasten en tegenslagen van het leven, of die geschokt is doordat een verwachting niet ingelost is. Ontmoediging legt de ziel lam: Zij vindt niet meer de kracht noch de lust om te strijden voor de verbetering van haar levenslot, of om het hoofd te bieden aan de hinderpalen op haar weg. Ontmoediging is het werk van de satan, die hierdoor tracht te verhinderen dat de ziel nog zou bijdragen tot de verwezenlijking van Gods Plannen. Een vaak voorkomend gevolg is de onverschilligheid tegenover alles wat heilig is, en de laksheid in de naastenliefde in al haar elementen.

  10. de twijfel en onzekerheid. Een ziel die onzeker wordt, heeft geen vast vertrouwen meer in Gods werking in haar leven. Zij begint in zekere zin te verwachten dat haar ondernemingen zullen mislukken. Onbewust snijdt deze ziel zich van God af en gelooft zij dat zij alles op eigen kracht moet oplossen, terwijl zij bovenmatig rekening houdt met een slechte afloop van de dingen van het leven. Met andere woorden: De onzekere, twijfelende ziel gelooft in feite dat de satan machtiger is dan God. Zo schakelt zij zichzelf uit als werktuig voor het goede.

Hoe kunt U Uw ziel wapenen tegen de bekoringen?

  1. Bid om zelfkennis, zelfbewustzijn, inzicht in eigen gedragingen, reacties en gewoonten. Zo kunt U Uw eigen zwakheden ontdekken. Leer Uzelf bekijken alsof U naar iemand anders zou kijken. Zo kunt U een meer onbevooroordeelde kijk krijgen op de valstrikken waar Uzelf telkens weer dreigt in te trappen.
  2. Bid voor het herkennen van bekoringen, en om inzicht in de strategieën van de satan. Om Uw vijand doeltreffend te bestrijden, moet U hem kennen en zijn werkwijzen beginnen te begrijpen.
  3. Leef met Uw innerlijke blik op Maria en Jezus gericht. Zo zal Uw ziel automatisch afgestemd raken op heiligheid in gedachten, gevoelens, woorden, verlangens en handelingen. Wanneer U op Maria en Jezus ingesteld bent, komt automatisch een zekere overvloeiing van Hen naar U toe op gang.
  4. Leid een leven van veelvuldig, aandachtig en vurig gebed. Tijdens waar gebed kan de satan U niet raken, want waar gebed schept een verbinding tussen Uw hart en God Zelf. Een leven dat doordrongen is van de geest van waar gebed, schept aldus een blijvend sterke band met het Licht. Onder 'waar gebed' verstaat de Heilige Maagd niet in de eerste plaats het uitspreken van een bepaalde verzameling van woorden, doch een hartsgesteldheid door dewelke een ziel totaal georiënteerd leeft op God en op de vervulling van Zijn verwachtingen en verlangens. Waar gebed is dus een levenshouding waardoor de mens zich met hart en ziel en met volkomen zelfverloochening inzet voor de vervulling van Gods Werken.
  5. Leer elke bekoring beschouwen als een vernedering die de satan U wil doen ondergaan. Dit zal U ertoe aanzetten om hem niet de genoegdoening te verschaffen dat hij U kan manipuleren naar zijn goeddunken. U bent niet geschapen om speelbal van Gods vijand te worden.
  6. Leer Uzelf onderzoeken in handelingen, woorden, gedachten en verlangens, en vraag U af of deze negatieve gevolgen (kunnen/zullen) hebben voor Uw eigen ziel of de ziel van medemensen. Indien U twijfelt, en de twijfel wijkt niet na intens gebed tot de Heilige Geest, mag U ervan uitgaan dat Uw geweten U waarschuwt dat Gods Geest U van Uw voornemen wil wegleiden omdat het niet in overeenstemming is met Gods bedoelingen. Indien een handeling, woord, gedachte of voornemen geen onverdeeld gevoel van Vrede in U nalaat, doet U er goed aan, ze niet (meer) toe te laten. De satan en zijn ingevingen laten geen goede gevoelens na.
  7. Leer Jezus en Maria zien in al Uw medemensen. Dan zult U niet de neiging voelen om iemand te benadelen.
  8. Leer te beseffen dat de dingen der wereld slechts een relatieve waarde hebben, dat zij vergankelijk zijn en van geen nut voor de ziel. Besef bovendien dat U hen slechts in bruikleen krijgt. God blijft eigenaar van alles: Uw huis, Uw goederen, Uw kinderen en Uw eigen leven.
  9. Oefen Uzelf in het besef dat elke goede daad, woord of gedachte de vestiging van Gods Rijk op aarde helpt bespoedigen, en dat elke toegeving aan de bekoring in daad, woord of gedachte die vestiging helpt uitstellen. Wanneer U begrijpt dat Gods Rijk op aarde het einde betekent van alle ellende, alle lijden, alle pijn, alle verdriet en ongeluk, zult U steeds méér vreugde scheppen in elke overwinning die U op de bekoorder behaalt, ook in de kleine dingen van elke dag.
  10. Wijd Uzelf en Uw hele leven totaal toe aan Maria. Dit is het belangrijkste, alles overkoepelende wapen. Een ware, onvoorwaardelijke, oprechte, totale en eeuwigdurende toewijding aan Maria is een heilig verbond waardoor U Uzelf en alles wat U hebt, Uw hele leven, alle ervaringen, alle lijden en lasten in Maria’s handen legt opdat Zij het zonder beperkingen kan gebruiken voor het Heil van de zielen en Uw eigen heiliging. Wanneer de ziel zich volkomen aan Maria geeft en Haar in volle vrijheid in zich laat werken, wordt zij beschermd tegen alle bekoring, omdat zij dan Maria’s bezit en eigendom wordt, en Maria Haar eigendom niet laat bezoedelen door de werken van Haar grote tegenstander, de satan. Alles wat waarlijk in Maria’s handen rust, wordt heilig gemaakt.

U bent geschapen naar Gods beeld en gelijkenis. De heiligheid is het uiteindelijk doel van Uw leven. Elke toegeving aan de bekoring verstoort dit plan. Elke overwinning op de bekoring brengt het paradijs dichterbij, want de heiligheid is totale zelfoverwinning.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 36

GIJ HEBT MAAR ÉÉN LERAAR : DE CHRISTUS

Openbaringen over verborgen vijanden van Gods Rijk

Myriam van Nazareth

Onze westerse samenleving, die bij uitstek het deel van de wereld beslaat waarin het christendom gegrondvest is, wordt vooral sedert enkele eeuwen steeds zwaarder getekend door de invloeden van krachten die in wezen antichristelijk zijn en die steeds grotere struikelblokken vormen voor de vestiging van Gods Rijk op aarde. Het gaat om vaak onvoldoende bekende invloeden op het denken van mensen en op de wijze waarop zij naar de wereld en het leven kijken. Deze invloeden werken als een sluipend en dodelijk gif, dat onder vele verschillende vormen in de zielen wordt gespoten. De eerste doelstelling van Uw leven als christen bestaat eruit, de vestiging van het Rijk van Christus op aarde te helpen voorbereiden. Dat is alleen mogelijk indien U de vijanden van dit Rijk herkent. De volgende denkstromingen en wereldbeelden zijn mij geopenbaard als de gevaarlijkste voor ons christelijk gedachtegoed:

1. Materialisme
Het materialisme is wellicht de oudste levensvisie van de mensheid vanaf de erfzonde. Sedert de zondeval kon de mens niet langer zonder enige inspanning leven van de gaven die God hem in het Aards Paradijs ter beschikking stelde. De bevrediging van zijn stoffelijke behoeften eiste voortaan een veel groter gedeelte van zijn aandacht op. Doch de stoffelijke noden werden voor steeds meer mensen een doel op zich, en zelfs het enige doel van hun leven. Dit was de geboorte van het materialisme, de levensvisie die alle klemtoon legt op de materiële (stoffelijke) belangen, en de behoeften van de ziel steeds méér verwaarloost. Terwijl het christendom in het westen de belangstelling voor het leven van de ziel nog lange tijd in stand heeft weten te houden, is het materialisme pas echt zijn vernietigend werk begonnen ten tijde van de industriële revolutie in de 18e eeuw, toen de techniek en de wetenschap zo snel begonnen te ontwikkelen dat de mens van de nieuwe uitvindingen zijn god begon te maken. In vele harten betekende dit de dood van de christelijke gedachte. Het materialisme heeft in talloze zielen elk venster op God gesloten. Steeds meer worden niet langer behoeften bevredigd door stoffelijke bezittingen, doch integendeel meer en meer nieuwe behoeften geschapen. Wij leven nu volop in een consumptiemaatschappij: Er wordt niet meer geproduceerd of gekocht om behoeften te bevredigen, er wordt geproduceerd om winst te maken en gekocht om te bezitten, macht en aanzien tentoon te spreiden, en in grotere luxe te kunnen leven.

Jezus zei: "Gij hebt slechts één Leraar: de Christus". Hij bedoelde hiermee dat U Uw leven uitsluitend mag afstemmen op de woorden en ideeën van Jezus. In het materialisme heeft de 'leraar' vele gezichten: De reclamewereld, de media, het bank- en kredietwezen en de beursberichten schrijven hier de regels voor, waar de materialistisch ingestelde mens zijn leven op afstemt.

Welke gevaren voor het christendom schuilen in het materialisme?

  • de behoeften van de ziel worden verwaarloosd. De mens is zozeer bezig met wereldse doelstellingen dat het Eeuwig Leven hem niet echt interesseert. Hij wil te allen prijze zijn stoffelijke behoeften bevredigen, en wanneer deze op enige wijze in strijd zijn met wat volgens de christelijke Leer wenselijk of geoorloofd is, zal hij eerder het christendom terzijde schuiven dan zijn levenswijze aan te passen.
  • er worden de mens steeds méér stoffelijke behoeften aangepraat, omdat elke vermeende behoefte leidt tot de aankoop van stoffelijke dingen, en dit voor de producenten van goederen geld en winst oplevert. De materialistische samenleving is totaal gegrondvest op de circulatie van geld, en ieder mens die zich niet in dit systeem inpast, wordt als abnormaal of afwijkend beschouwd. De druk om 'te doen zoals de anderen' is soms vernietigend groot.
  • elk verlangen of elke behoefte om zichzelf iets te ontzeggen (boetvaardigheid en offerbereidheid) wordt door de omgeving afgekeurd, want 'men leeft slechts één maal, en moet dus zoveel mogelijk genieten van het goede van het leven'. Deze stelling is een regelrechte aanval op het medeverlossend lijden.
  • doordat iemands aanzien in onze samenleving gewoonlijk gemeten wordt aan de hand van zijn zichtbare bezittingen, is de bekoring groot om zichzelf te verrijken ten koste van de medemens. Deze houding betekent in vele harten de doodsteek aan elk gevoel van naastenliefde en onbaatzuchtigheid. Bedenk steeds dat de naastenliefde een Vuur is dat zeer vele andere deugden aansteekt, en dat zodra dit Vuur gedoofd wordt, de ziel als geheel koud wordt en alle levenskracht verliest. Naarmate de naastenliefde uitsterft, verdwijnt ook de ziel van de samenleving als geheel. Op een ontzielde samenleving rust niet langer Gods zegen. Daarom is een materialistische maatschappij zoals drijfzand waarop elk fundament van Gods Rijk gewoon verzinkt.

2. New Age
'New Age' betekent letterlijk 'Nieuwe Tijd' of het 'Nieuwe Tijdsdenken'. Het is in feite een complex geheel van allerlei visies op een nieuwe wereld, die een aantal grote gevaren voor het christendom in zich verbergen. Volgens de astrologen komt de zon elke 2000 jaar in een ander sterrenbeeld te staan. Omstreeks onze huidige tijd zouden wij volgens hen overgaan van het sterrenbeeld Vissen naar dat van de Waterman. Het Vissentijdperk was de tijd van de voorbije 2000 jaar christendom. Om die reden is de vis een symbool voor de christenen. New Age-aanhangers zien dat die tijd veel chaos in de wereld heeft gebracht, en stellen het christendom grotendeels daarvoor verantwoordelijk. Het Watermantijdperk moet volgens hen harmonie brengen tussen mensen onderling en met het geheel van de kosmos, de dieren en planten, en eenwording van allerlei godsdiensten tot één wereldreligie. Zij zien deze laatste als een soort 'alternatieve godsdienst', een mengelmoes van magie, mystiek en wetenschap. Zij willen die wereldreligie vormen naar het model van de oosterse godsdiensten, maar zij wijzen af dat er een persoonlijke God zou bestaan: Zij zien God als 'alomvattende kosmische energie'. Uiteindelijk valt God voor hen samen met de mens zelf, want volgens New Age moet de mens zijn ziel ontwikkelen tot 'godsrealisatie': zelf als het ware God worden. Zij zoeken deze godsrealisatie via spirituele oefeningen zoals yoga, bepaalde meditatietechnieken, en zelfs via het opwekken van extasen en 'Godsschouwing' door gebruik van drugs en gelijksoortige middelen. Hieruit blijkt de duivelse invloed van New Age: Ook in het Aards Paradijs zei de satan reeds tijdens zijn geslaagde verleidingspoging 'gij zult zijn zoals God'. Overigens bestaan zonde en kwaad volgens het New Age-denken niet eens.

New Age dweept met begrippen zoals wereldvrede, Liefde en eenheid, maar aanvaardt niet dat deze uitsluitend kunnen ontstaan in verbondenheid met Jezus Christus. Zij zien Christus niet als God doch louter als een verlichte profeet. Andere mysterieuze figuren (onder andere de Indische 'avatars') beschouwen zij daarentegen als vertegenwoordigers van God op aarde, de vele leraars die de ziel naar de godsrealisatie moeten voeren.

New Age beschouwt elk ongeluk als iets dat niet thuishoort in het leven. Volgens deze visie betekent ongelukkig-zijn dat men iets fout doet, en daar moet men zelf iets aan veranderen door bepaalde spirituele therapieën te volgen en de eigen toekomst te leren kennen en beïnvloeden door gebruik van systemen zoals waarzeggerij, tarotkaarten en allerlei occulte bezigheden zoals pendelen en astrologie.

De wereldvrede verwachten zij niet van Jezus Christus, doch van allerlei onchristelijke visies en vormen van aanbidding of eredienst met sterk magische trekken zoals tovenarij, occultisme, hekserij, heidense rituelen, esoterische wetenschappen en dergelijke, die soms regelrechte bindingen hebben met het satanisme. Zij zoeken het Heil voor de wereld niet bij God zoals wij christenen Hem kennen, doch bij de mens zelf. De mens draagt alle macht in zich. Zij willen een 'nieuwe orde' in de wereld brengen, waarin geen plaats meer is voor Christus, want volgens hen heeft het christendom de wereld gebracht tot de warboel die wij nu om ons heen zien. New Age lokt talloze mensen door in te spelen op de algemene ontevredenheid en ontgoocheling en te wijzen op de vele conflicten die de menselijke geschiedenis kenmerken. Deze beweging gaat ervan uit dat deze er niet geweest waren indien Jezus Christus werkelijk God is. New Age wil alle tegenstellingen wegwerken, en zoekt daarom naar een soort cement om alle denken samen te brengen in een wereldreligie waarin de christelijke leer geen plaats meer krijgt doch de mens zelf uiteindelijk god moet worden.

De christelijke Leer wordt dus verworpen. Het Verlossingsmysterie wordt met kracht bestreden en vervangen door de reïncarnatiegedachte: De geschiedenis wordt niet bekeken als een lijn, maar als een cirkel waarin alles blijft terugkeren. De ziel wordt herhaaldelijk 'opnieuw geboren' (reïncarnatie betekent letterlijk 'opnieuw in het vlees komen') om uiteindelijk de godsrealisatie te voltooien. Dit betekent meteen dat de hel en het vagevuur volgens aanhangers van reïncarnatie niet bestaan, want de ziel komt zogenaamd toch steeds op aarde terug om haar ontwikkeling te voltooien. Zij zien het leven dus niet als een eenmalige kans, doch als één van ontelbare kansen. Hierdoor ontbreekt de stimulans om de ziel elke dag weer naar de ware heiligheid te brengen: Voor God heeft de mens slechts één leven, en de ziel kent dag noch uur van het einde van dat ene leven. Daarom moet zij elke dag leven alsof die dag haar laatste kans was om heilig te worden. Voor de aanhanger van reïncarnatie is dit onaanvaardbaar.

In feite maken ook de vele systemen om dingen en gebeurtenissen te verklaren en te ordenen, deel uit van het New Age-denken. Hiertoe behoren onder andere Feng Shui, allerlei persoonlijkheidsclassificaties, stenen met magische kracht die bij welbepaalde mensen passen, systemen voor de verklaring van dromen, horoscopen, enzovoort. Dit zijn pogingen van de mens om zelf totaal greep te krijgen op alles, zodat God overbodig lijkt.

Precies doordat het New Age-denken zo veelzijdig en complex is, en zoveel elementen en aspecten kan behelzen, is het buitengewoon vatbaar voor satanische invloeden. New Age weigert de christelijke Leer te beschouwen als enige Heilsleer, en opent daardoor reeds de deur naar volkomen dwaling, misleiding en zelfverdoeming voor elke ziel die ermee omgaat. Deze beweging bedient zich trouwens graag van valse mystiek met boodschappen en leerstellingen die niet te bewijzen maar ook soms moeilijk te ontkennen zijn, alsook van stellingen uit de 'wetenschap', zoals de evolutieleer van Darwin, volgens dewelke de mens niet geschapen is doch ontstaan is uit een aapachtig wezen. Niet alleen is deze dwaling een gruwel in Gods ogen, zij legt bovendien niet uit waar dan de aap vandaan komt. Ook door deze dwaasheid slaagt de misleide mens er niet in, God helemaal weg te denken.

3. Humanisme
Het humanisme is een levensbeschouwing die enkele eeuwen geleden veld begon te winnen. Het legt de klemtoon op de kwaliteit van het leven en het feit dat het leven 'menswaardig' moet zijn. In het humanisme ligt de klemtoon op de mens, zodat God afgeschaft wordt. De humanist legt het volle vertrouwen op de mens en zijn eigen verstand, en gaat ervan uit dat God niet meer nodig is. God wordt beschouwd als een maaksel van de menselijke geest. Volgens deze visie moet de mens alles zelf doen, op eigen kracht, en moet hij zijn eigen wil volgen. De Wil van God is voor de humanisten van geen tel, aangezien God volgens hen niet eens bestaat. In de 17e eeuw was er zelfs een bekende humanistische filosoof die zei dat de Bijbel niet het Woord van God maar 'mensenwerk' is.

Welke gevaren voor het christendom schuilen in het humanisme?

  • De christelijke Leer predikt meer dan enige andere leer de noodzaak van naastenliefde. In het humanisme wordt deze visie echter misbruikt door te stellen dat de mens niet meer mag lijden. Dit betekent dat elke inspanning om door menselijk lijden bij te dragen tot de aflossing van de gemeenschappelijke zondeschuld, bij voorbaat ontmoedigd wordt. De zondigste vruchten van humanistisch denken zijn euthanasie en abortus. Door euthanasie wordt het lijden in het zieke lichaam afgebroken, en door abortus wordt een gemakkelijke mogelijkheid geboden om niet de financiële en andere eventuele lastige gevolgen te moeten dragen van seksueel gedrag dat in bepaalde gevallen niet verenigbaar is met de christelijke Leer.
  • In het humanistisch denken wordt de mens als het ware tot zijn eigen god gemaakt, worden de menselijke krachten en mogelijkheden overdreven, en wordt de mens niet meer aangespoord om Gods Wil te doen. Is er een ergere vorm van afgoderij dan de aanbidding van zichzelf? Wanneer de mens, die door de erfzonde zondig geboren wordt, zichzelf begint te beschouwen als almachtig, alwetend en boven alles verheven, wordt elke band tussen de mensheid en God definitief doorgesneden. In dat geval is er geen enkel uitzicht meer op Verlossing en Eeuwig Leven. Mede door dit wereldbeeld, dat in feite niet eens verschilt van heidendom, worden de wetenschap en de techniek verheven tot verwezenlijkingen die aanbeden moeten worden en waarin alle geloof gesteld wordt. Het feit dat iets 'wetenschappelijk bewezen, aangetoond of ontdekt is', schept dan een soort verplichting om het onvoorwaardelijk te respecteren en ernaar te leven. Hij die er tegenin gaat, haalt zich de vijandschap van velen op de hals. Doordat het wetenschappelijk denken vaak in conflict is met Gods belangen, wordt de wetenschap als uitvinding van een mensheid die zichzelf god waant, uiteindelijk tot grote vijand van Gods Rijk op aarde.

4. Protestantisme
Het protestantisme is in de 16e eeuw ontstaan als reactie tegen de Katholieke Kerk. Hoewel het een godsdienstige stroming is die oorspronkelijk uit het ware christendom is voortgekomen, ondermijnt het op diverse punten Gods Eeuwige Waarheid en de vorming van Zijn Rijk op aarde. De protestanten hechten geen geloof aan het gezag van de Kerk of aan de pauselijke beslissingen. Dit betekent dat zij ook de dogma’s niet erkennen. De dogma’s zijn geloofspunten die de Kerk ons voorhoudt, te geloven, omdat de Heilige Geest ze heeft geopenbaard als wezenlijke elementen van Gods Waarheid, bijvoorbeeld de Onbevlekte Ontvangenis van Maria, de Maagdelijkheid van Maria, enzovoort.

De protestanten baseren hun geloof overigens uitsluitend op de Bijbel, wat meteen alle openbaringen gegeven na Jezus Christus uitsluit. Op grond van deze beide laatstgenoemde redenen is het begrijpelijk dat de protestanten fel gekant zijn tegen verering van Maria: De ware grootheid van Maria blijkt vrijwel alleen uit de dogma’s en uit de openbaringen via mystici. Het protestantisme erkent slechts twee sacramenten: het doopsel en het 'avondmaal': Een protestantse eredienst is derhalve geen Eucharistie, want er gebeurt geen transsubstantiatie (geen verandering van brood en wijn in Lichaam en Bloed van Christus). De 'communie' in de protestantse dienst is slechts de herdenking van het Laatste Avondmaal, niet van het Verlossingsoffer van Jezus. De protestanten geloven trouwens dat Verlossing louter en alleen een gave is van God die niet verdiend kan worden door aan zichzelf te werken. Dit betekent dat volgens hen geen zonden vergeven worden in de Biecht, dat de ziel zich niet kan louteren in het vagevuur, en dat de ziel ook niet de Hemel kan verdienen door deugdzaamheid en goede werken.

Welke gevaren voor het christendom schuilen in het protestantisme?

  • Een zogenaamd christelijke godsdienst die geen geloof hecht aan de beslissingen en dogma’s die door de Paus afgekondigd worden, maakt de Kerk stuurloos en bevordert chaos. Alle verwarring en stuurloosheid is een voedingsbodem voor de krachten die de vestiging van Gods Rijk op aarde tegenhouden.
  • Elk verzet tegen de verering van de Heilige Maagd verbreekt op de meest drastische wijze de banden tussen God en de mensheid. Maria is de Brug tussen Hemel en aarde, de Middelares van alle Genaden, de machtige Voorspreekster bij God, de grote Medeverlosseres en de Leidster van de zielen naar de heiligheid, vooral in deze Laatste Tijden - dit laatstgenoemde kenniselement rechtvaardigt pas goed de ware bestaansreden van de Myriam-geschriften, die immers geen Werk van mensen zijn doch uitsluitend vruchten van Hemelse inspiraties en onderrichtingen vanwege de Koningin des Hemels persoonlijk. Geen verering van Maria, betekent meteen het uitsluiten van alle toewijding aan Maria, zodat het cement uit de funderingsmuur van Gods Rijk op aarde weggenomen wordt. Ik verwijs U hiervoor naar alle andere Myriam-geschriften.
  • Een 'christelijke' godsdienst die niet gelooft in de verandering van de offergaven van het altaar in het Lichaam en Bloed van Christus, is als onvervalst heidens gif voor de zielen. Op de Waarheid van deze verandering is de eeuwigdurende herhaling van het Verlossingsmysterie van het Kruis gebaseerd, de onophoudelijke Zelfgave van Christus aan de zielen die Hem komen ontvangen in de Eucharistie ("Zie, Ik ben met u alle dagen, tot het einde der tijden").
  • Een 'christelijke' godsdienst die de zielen laat geloven dat alles wat zij aan goeds kunnen doen, geen waarde heeft voor hun Verlossing, bevordert niet de naastenliefde en spoort niet aan tot de ware navolging van Jezus.

5. Vrijzinnigheid
Vrijzinnigheid is de gezindheid volgens dewelke ieder mens vrij zijn overtuiging moet kiezen en zich niets mag laten opleggen. Om die reden wordt bijvoorbeeld de Goddelijke Wil niet aanvaard, omdat deze beschouwd wordt als een macht die van buitenaf opgelegd wordt. De vrijzinnige wijst God Zelf af. Hij aanvaardt niet dat er regels van goed en kwaad bestaan die door God opgelegd worden. Alles wat met God te maken heeft, moet voor de vrijdenker 'van de samenleving afblijven'. Daarom vindt hij dat de Kerk geen invloed mag krijgen op het dagelijks leven. Ook de kerkelijke dogma’s worden afgewezen, want ook zij leggen zogezegd waarheden op. Volgens de vrijzinnige moet de genotzucht het leven leiden, en zeker niet het christelijk Verlossingsmysterie, want dit legt de nadruk op de immense waarde van het lijden.

Vrijzinnigheid komt onder andere tot uitdrukking in de vrijmetselarij (die trouwens ook een band heeft met New Age), die Christus afwijst als de enige Ware Weg naar God en zeker het Verlossingsmysterie niet aanvaardt. In elke vorm van vrijzinnigheid wordt de nadruk gelegd op de vrijheid van de mens. Binnen een dergelijke denkwijze past God totaal niet, omdat God (en de Kerk, de godsdienst en alles wat met God verband houdt) wordt beschouwd als een soort (ingebeeld) controlemechanisme dat de vrijheid van de mens aan banden legt. Eén van de grootste gevaren van vrijzinnigheid bestaat hierin dat zij de deur openstelt voor een leven zonder regels en de verwerping van alles wat noodzakelijk is om de Verlossing van de ziel te verwezenlijken.

Dit beknopt overzicht velt geen oordelen. Het wil niet zielen schandvlekken indien zij de gevangene zijn (geweest) van één of meer van deze valstrikken. Het wil U slechts als christen waarschuwen voor denk- en leefwijzen die de fundamenten van Gods Rijk ondermijnen. Waarom doen zij dit? Omdat zij gefundeerd zijn op de dwalingen van valse 'leraren' in plaats van op de ene Waarheid van de enige echte Leraar, de Christus. Materialisme is de vrucht van de gretigheid, hebzucht en de uitsluitende belangstelling voor de behoeften van het stoffelijk element van het aardse leven: het lichaam en zijn noden. De andere zijn vruchten van het feit dat de mens vaak onwillig is om de Wetten en Waarheid van God in eenvoud te aanvaarden vanuit zijn hart en te leven op de kracht van de Liefde, doch in de plaats daarvan de wereld en het leven vaak neigt te benaderen vanuit de geest, alles te beredeneren en te analyseren in een poging, de werkelijkheid te vatten door menselijk denken.

Zodra de mens Gods Waarheid, Wet en Wil, die hem nochtans in de ziel zijn gelegd en waaraan hij dagelijks in zijn hart herinnerd wordt, begint af te wijzen om de wereld te interpreteren vanuit zijn eigen verstand, begint hij te dwalen omdat hij niet langer de ene Goddelijke Leraar, Christus, volgt, doch de valse leraren die uit zijn eigen menselijk midden opstaan. De dwalende mens wordt zijn eigen god, en aanbidt zijn eigen vermogens, verstand en 'wijsheid', die nochtans niets anders zijn dan dwaasheid die hem naar de ondergang voeren indien zij niet door God Zelf bezield worden. In deze mens worden de verzuchtingen van de Heilige Geest overstemd door de misleidingen en leugens van de vorst der duisternis, die spreekt door de mond van misleiden. Wees daarom waakzaam, en laat nooit toe dat Uw levensvisie of wereldbeeld getekend worden door enige leer die afwijkt van Gods ene en eeuwige Waarheid zoals deze tot uiting komt in de traditionele Leer van de Rooms-katholieke Kerk van Jezus Christus, het Evangelie en de dogma’s. Noem geen mens 'meester', want U hebt maar één Leraar: de Christus.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 37

BIDT DAT GIJ NIET OP DE BEKORING INGAAT

Openbaringen over de zwakheid van de mens

Myriam van Nazareth

In Stormschrift nr. 35 hebben wij het gehad over de bekoring. Een bekoring kan overwonnen worden, en in dat geval blijft zij onvruchtbaar voor de satan maar brengt zij wel vrucht voor de ziel zelf en voor andere zielen. Indien de bekoring niet overwonnen wordt, doet zij de ziel struikelen tot ondeugd of tot zonde. Zwakheid is de gesteldheid die onmiddellijk voorafgaat aan dat 'struikelen'. U zou zwakheid kunnen beschouwen als de deur naar de zonde. Uw verzet tegen de bekoring is de inspanning om die deur gesloten te houden. Zodra U eraan toegeeft, gaat de deur open.

Zwakheid is het gebrek aan weerstand tegen het gevoel dat U een bepaalde bevrediging nodig hebt. Het gaat hierbij niet om het toegeven aan de aandrang om een levensnoodzakelijke behoefte te bevredigen, bijvoorbeeld eten omdat U honger hebt, drinken omdat U dorst hebt, slapen omdat U moe bent, enzovoort. Zwakheid wordt het wel wanneer U toegeeft aan een behoefte die uitstijgt boven datgene wat voor het leven nodig is, bijvoorbeeld overdadig eten, of eten van ongezonde doch voor het oog aantrekkelijke dingen, drinken van dranken die U kunnen schaden, en dergelijke.

Zwakheden zijn eigen aan het leven in een lichaam, omdat een lichaam bestaat uit stof (materie, dus - eenvoudig uitgedrukt - vlees, bloed en beenderen) die voeding en bescherming verlangt en nauw verbonden is met de zintuigen (zien, horen, voelen, smaken en ruiken). De indrukken die Uw zintuigen opvangen uit Uw omgeving, zijn nodig om Uw lichaam te informeren over Uw leefwereld en U tijdig te waarschuwen over mogelijke bedreigingen.

Doch deze indrukken binden U ook aan de wereldse belevingen vast. Hoe groter het belang dat U toekent aan de wereldse belevingen, des te groter worden de behoeften die U vanuit Uw lichaam aanvoelt, en des te groter wordt Uw drang om deze te bevredigen. Wanneer Uw hart en geest weinig bezig zijn met de dingen van de Hemel, zult U eerder geneigd zijn om te geloven dat Uw leven niet meer leefbaar is indien U niet onmiddellijk toegeeft aan de drang om elke stoffelijke behoefte te bevredigen.

U kunt dit bijvoorbeeld gemakkelijk vaststellen wanneer U winkelt: Hoe groot is Uw weerstand tegen de drang om dingen te kopen die niet levensnoodzakelijk zijn? In welke mate kunt U zich bedwingen wanneer U iets waarneemt dat Uw zinnen prikkelt (in de breedste zin van het woord)? Raakt U snel opgewonden door bepaalde prikkels? Wanneer een beeld, geluid, geur, gevoel of smaak een bepaalde lust in U wekt, geeft U daar dan meteen aan toe, of kunt U die prikkel snel en zonder veel strijd van U afzetten, of blijft deze U achtervolgen (in Uw hoofd, hart of lichaam knagen) tot U eraan toegeeft, of indien U er niet kunt of mag aan toegeven: Wordt U door die niet-bevrediging knorrig, droefgeestig, agressief, ongenietbaar of algemeen ontevreden?

Om Uzelf te leren kennen, moet U letten op Uw eigen reacties, gevoelens en gedragingen nadat Uw zintuigen bepaalde prikkels hebben opgevangen. De innerlijke strijd die volgt op een prikkel vanuit Uw zintuigen, gevoelens die daarmee gepaard gaan, en de wijze waarop U daar in daden, woorden, gedachten en verlangens op reageert, kan U veel leren over de aard en de intensiteit van Uw eigen zwakheden.

Het feit dat zwakheid eigen is aan het leven in de materie, betekent niet dat U onvermijdelijk slaaf moet blijven van behoeften die niet echt noodzakelijk zijn. U moet begrijpen dat de noodzakelijke behoeften deze zijn welke God in U heeft voorzien. Zij stellen Uw lichaam in staat om op aarde te leven als vervoermiddel en tempel van Uw ziel. De niet noodzakelijke behoeften zijn deze welke U als bekoring in het hart worden gelegd en die U dus op dwaalwegen kunnen voeren. Waar komen zij vandaan, indien God ze niet heeft voorzien? En waar komt de zwakheid vandaan die de mens zo gevoelig kan maken om eraan toe te geven?

Zwakheden zijn vruchten van de erfzonde. Hoe kunnen ze dan overwonnen worden? Hoe overwint de mens de uitwerkingen van de erfzonde? Door te groeien in de Ware Liefde tot God en tot Maria. De Ware Liefde is de onvoorwaardelijke Liefde tot de Hemelse dingen, en deze verbondenheid drijft de toeneiging naar de wereldse dingen uit, zodat deze meer en meer aan belang lijken te verliezen. Dit proces loopt gelijk met het proces van de heiliging van de ziel.

Deze ontwikkeling kunt U concreet ervaren in de totale, onvoorwaardelijke en eeuwigdurende toewijding aan Maria. Wanneer U Uw hele wezen en Uw hele leven totaal aan Maria toewijdt, wordt Uw hele belangstellingssfeer grondig veranderd, Uw vermogen tot onvoorwaardelijk liefhebben wordt steeds groter, Uw toeneiging naar het wereldse wordt steeds kleiner, en Uw verlangen naar de verwezenlijking van Gods belangen wordt spoedig de enige drijfveer van al Uw handelingen, woorden, gedachten en bestrevingen. Dit alles in de mate waarin U zich door Maria laat leiden en inspireren.

Hoe kunt U dan de Ware Liefde in U tot ontwikkeling laten komen?

In de eerste plaats is het vermogen tot liefhebben een vrucht van de genade. Uw eigen inbreng is echter van doorslaggevend belang voor de mate waarin deze genade in Uw ziel benut wordt. Ziehier enkele hulpmiddelen:

  1. Wees U steeds bewust van de vergankelijkheid van de wereldse dingen en de kortstondigheid van Uw leven op aarde, teneinde goed te begrijpen hoe relatief het belang van Uw wereldse interessen is. Dit besef zal U leren, een minder grote klemtoon te leggen op de bevrediging van materiële behoeften, en kan Uw weerstand in ogenblikken van zwakheid versterken.
  2. Wees U er steeds van bewust dat Uw Eeuwig Geluk bepaald wordt door de mate waarin U tijdens Uw leven bekommerd bent om het nastreven van Gods belangen en van de behoeften van Uw ziel (niet-stoffelijke dingen, bijvoorbeeld de groei in de Ware Liefde!). Wanneer U Uw leven verspilt door het najagen van de bevrediging van materiële behoeften, zullen de Hemelse dingen U ook na dit leven niet geschonken worden, daar U er hier op aarde te weinig belangstelling voor hebt laten blijken.

  3. Wees U steeds bewust van de ontelbare gunsten, gaven en geschenken die God U in de loop van Uw leven laat toekomen, en besef dat de moeilijkheden en lasten van het leven niet Gods werk zijn, doch de resultaten van de erfzonde, van het feit dat U Uw vrije wil zo vaak niet gebruikt in overeenstemming met Gods Wil en Wet, en van de ondeugden waartoe de satan Uzelf en Uw medemensen dagelijks verleidt. God zou vele dingen op de wereld anders willen, maar grijpt hierop niet in tenzij de mensheid Hem daar massaal om vraagt (gebed!).
    De positieve dingen lijken vaak niet op te wegen tegen de negatieve, omdat de zonde en de liefdeloosheid in de meeste zielen het gebed overwoekert. Geef niet God hiervan de schuld: Hij laat de mens zoveel vrijheid (zelfs in het negatieve) omdat Zijn Liefde voor de mens onmetelijk is. God de schuld geven voor al het negatieve in de wereld, komt er op neer dat U Hem Zijn Liefde voor de mens kwalijk zou nemen. Naarmate U zich van dit alles bewuster wordt, kunt U hieruit putten om Uw eigen Liefde te laten groeien, en een steeds groter aandeel in Uw inspanningen te richten op de verwezenlijking van Gods behoeften in plaats van op de Uwe.

  4. Wees U steeds bewust van de bewijzen van Gods Liefde in de geschiedenis van de mensheid: de Schepping, de Verlossing door Jezus aan het Kruis, de belofte van het Eeuwig Rijk voor elke ziel van goede wil, de belofte van de Wederkomst van Jezus om Gods Rijk van Vrede en Liefde op aarde te vestigen, enzovoort. Het besef van Gods grenzeloze, onvoorwaardelijke Liefde voor de mensheid kan in U de behoefte wekken om God iets terug te geven door een leven dat Hem verheerlijkt. Een leven van verheerlijking aan God is een leven van zelfoverwinning, dus overwinning op Uw zwakheden.

  5. Kijk om U heen en begin de grootheid en de wonderen van de natuur te begrijpen, en besef dat God dit alles voor U heeft bedacht, om U tot vreugde te zijn op Uw dagelijkse weg. Zie de schoonheid van de ongerepte natuur als één van de vele liefdesverklaringen die God jegens de mensheid uitspreekt in de vorm die voor de mens het rijkst is aan informatie, namelijk in de vorm van beelden. Onze gezichtszin is het zintuig dat het sterkst betoverd kan worden: Beelden drukken zich uit in kleuren (laten wij ons hierbij voor ogen houden dat er op de wereld vele duizenden waarneembare kleurschakeringen bestaan) en in vormen, en de oneindige combinaties van kleuren en vormen onderling roepen specifieke emoties op. De natuur biedt U oneindige variaties van bloemen, planten, bomen, dieren, verschijnselen aan de hemel enzovoort, als een samenspel van miljarden kleine werelden binnen de ene grote wereld. Ook dit besef kan het hart aansporen om zich meer naar de dingen van de Hemel toe te wenden.

  6. Bid om vermeerdering van Uw Liefde. Geen gebed is mooier en waardevoller dan dat waarin U vraagt om een groter vermogen tot liefhebben. Waarom is dat zo? Omdat Liefde de brandstof van de hele Schepping is. Zij is als het ware het Bloed van God. Wie het vermogen tot de Ware Liefde bezit, bezit zijn Schepper Zelf, en wordt op volkomen wijze door Hem gevoed. Tussen de ziel en God verloopt alle communicatie slechts via de Liefde. Niet woorden op zich raken Gods Hart, wel de Liefde waarvan die woorden vervuld zijn.

Toen Jezus na het Laatste Avondmaal met Zijn apostelen naar de Hof van Gethsemani ging en hen verzocht om met Hem te waken en te bidden, trof Hij hen kort na Zijn eigen gebed tot de Vader slapend aan. Daarop sprak Hij: "Bidt dat gij niet op de bekoring ingaat. De geest is wel gewillig, maar het vlees is zwak". De apostelen hadden het Avondmaal genuttigd, en hun lichaam zocht rust. Op zich dus een normale reactie, geen zonde. Doch Jezus wijst met Zijn waarschuwing op het gevaar dat rijst wanneer de behoeften van het lichaam ook de ziel van haar waakzaamheid beroven. Het grootste kwaad uit de geschiedenis van de mensheid stond op het punt om toe te slaan: het verraad en de gevangenneming van de Verlosser. Daarom was het noodzakelijk om te bidden.

Het kwaad bedreigt ook U in deze tijd onophoudelijk. Daarom is een leven van gebed en van totale toewijding noodzakelijker dan ooit. Om ook gedragen te worden in de ogenblikken waarop U niet bewust kunt bidden, is het belangrijk dat U Uw hele wezen en leven toewijdt aan Maria, U voortdurend bewust bent van het feit dat U daardoor partij bent in een heilig verbond, en hiernaar leeft. Alleen zo kan aan Uw ziel de alertheid worden geschonken om tijdig te herkennen wanneer Uw lichaam of geest op het punt staan om Uw ziel te verraden door de deur naar de zonde te ontsluiten. Zoals ik heb geschreven: die deur is de zwakheid. Deze deur kan ontelbare vormen en kleuren hebben. Het is van het grootste belang dat U bidt om Uw eigen zwakheden te leren kennen en herkennen, want zij zijn de grote verraders en vijanden van Uw ziel.

De strijd tegen deze verraders bestaat uit drie fasen:

  • ze leren kennen (welke zijn het?),
  • ze tijdig leren herkennen (hoe zien zij eruit, en wanneer komen zij tevoorschijn?), en tenslotte:
  • ze overwinnen.

Dit laatste betekent in feite:

de kracht en het middel vinden om die deur gesloten te houden. Het slot dat op die deur past, heeft drie namen:

  • 'zelfoverwinning',
  • 'deugdzaamheid',
  • 'heiligheid'.

Het materiaal waaruit dit slot is opgebouwd, is de genade. De installatie van het slot op de deur moet U zelf verzorgen door Uw onophoudelijke strijd tegen Uzelf. De gebruiksaanwijzing, de richtlijnen voor de installatie, wordt U aangereikt in volhardend gebed.

Bedenk dat elke overwinning op een zwakheid niet alleen Uw ziel verheft, doch ook Heil brengt over de hele Schepping, en een verheerlijking betekent aan God (en aan Maria, indien U aan Haar toegewijd bent). Bedenk tevens, dat:

hoe groter de overwinning op persoonlijke zwakheden, en hoe groter het aantal zielen die volhardend aan hun zelfoverwinning werken, des te sneller de grondvesting van Gods Rijk op aarde zich voor Uw ogen zal voltrekken.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 38

VREDE ZIJ MET U...

Openbaringen over de Ware Vrede van Christus

Myriam van Nazareth

Toen Jezus op aarde leefde, waren Zijn eerste woorden bij elke ontmoeting met mensen en bij elk bezoek aan een huis onveranderlijk: "Vrede zij met u". Wat is Vrede? Vrede is méér dan 'afwezigheid van oorlog'. De Ware Vrede is de Vrede van Christus, die Jezus ons beloofd heeft met de woorden: "Mijn Vrede geef Ik u".

Deze Ware Vrede is de gesteldheid waarbij het hart zich volkomen overgeeft aan Gods Plannen, omdat het begrijpt dat Gods beschikkingen tot in de kleine bijzonderheden een zin hebben binnen de voltrekking van het Heilsplan. Ware Vrede is derhalve vrij-zijn van innerlijke strijd, weerstand of verzet tegen de ontwikkelingen van het leven, in het besef dat ook datgene wat als onaangenaam ervaren wordt, door God toegelaten wordt omdat Hij het voor Zijn doelstellingen kan gebruiken.

Negatieve ontwikkelingen of gebeurtenissen kunnen in de oneindige macht van Gods Licht omgesmeed worden tot springstof waarmee de werken der duisternis ondermijnd worden om op Gods Tijd Gods Werken te verheerlijken. De enige vereiste om dit te bekomen (het vuur dat de lont van deze springstof kan ontsteken), is de toewijding van deze negatieve ervaringen, ontwikkelingen of gebeurtenissen. Wanneer U deze toewijdt (aan God of Maria opdraagt) kunt U er vrede mee krijgen. Hoe komt dit? Doordat God U laat voelen dat U door die offerande Zijn Plannen dient. Zijn antwoord daarop is het gevoel van Vrede in Uw hart. De ware Vrede van Christus is in die zin dan ook een uiting van het zich-in-God-geborgen-voelen, zich één weten met Zijn Eeuwig Plan.

Waaruit bestaat nu deze Vrede van Christus, die de enige Ware Vrede is?

De basis van alle Vrede is de Vrede van hart. Onvrede in Uw hart ligt ten grondslag aan alle ondeugden en zonden, en schept hierdoor een onrust in Uw ziel. De ziel die voelt dat het hart gevoelens koestert die niet in overeenstemming zijn met Gods bedoelingen, of dat het hart overmand wordt door indrukken die als negatief ervaren worden, voelt zich in zekere zin ontwapend in de strijd tegen de bekoringen, ondeugden en zonden. Men zou het zo kunnen beschouwen, dat Uw hart (Uw gevoelsbeleving) een filter is tussen Uw omgeving (Uw leefwereld) en Uw ziel. Zolang het hart op een gezonde wijze overweg kan met negatieve, 'bedreigende' gevoelens, loopt Uw ziel geen gevaar, want een hart dat negatieve indrukken 'weg filtert', is een zuiver hart, een schild tegen de bekoringen. Een hart waarin deze filterwerking optimaal verloopt, is een hart dat in vrede is met God. Een dergelijk hart vormt de vruchtbare grond waarop de heiligheid groeit. De filter van een zuiver hart is een systeem dat door God in elk hart wordt gelegd, doch dat door de lasten en teleurstellingen van het leven heel vaak vervuild raakt of in een zekere mate (soms zelfs totaal) onwerkzaam wordt. Naarmate deze functie vermindert of uitgeschakeld wordt, verlaagt de weerstand van de ziel. Daarom is een gebrek aan Vrede in het hart een constant gevaar voor Uw ziel.

Precies om die reden stelt Jezus er zozeer prijs op, de mens die Hij ontmoet in de eerste plaats Zijn Vrede te wensen. De Vrede van Christus is de volmaakte Vrede, die bloeit in de overvloeiing tussen God en de ziel. Deze overvloeiing kan slechts tot stand komen, en gehandhaafd blijven, door intens contact tussen de ziel en God door middel van gebed en toewijding.

Wanneer de filter van Uw hart vervuild raakt, moet hij gereinigd worden om zuiver contact met God in stand te houden. Toewijding aan Maria is het volmaakte reinigingsmiddel. Maria is de volmaakte Vrede van hart, want Zij was onvergelijkbaar sterk in de blijmoedigheid, zachtmoedigheid, verdraagzaamheid, mildheid, welwillendheid, stille berusting en totale overgave. Wie zich totaal en onvoorwaardelijk aan Maria geeft, wordt ook met Haar eigenschappen bevrucht. De Vrede van hart is het grootste fundament voor een stevig bouwwerk in Uw ziel. Daarom is zij ook het eerste wat Maria in Haar toegewijden zoekt te bewerken.

Hoe komt het dat de lasten en teleurstellingen van het leven de filter van Uw hart verontreinigen?

Doordat de erfzonde de mens naar een lager niveau heeft gehaald, waardoor zijn belangstelling en bestrevingen gemakkelijk op de dingen der wereld gericht worden. Waarom? Omdat hij na de zondeval in zijn eigen behoeften moest beginnen te voorzien en niet meer kon leven van Gods overvloed zonder de noodzaak van eigen inspanningen. Dit heeft tot gevolg gehad dat de mens sedertdien ook sneller geconfronteerd wordt met zijn zwakheden, de neiging vertoont om genot na te streven, en steeds minder vrede neemt met ongemak. In de mens is het gif van de opstandigheid van de satan gebleven, waardoor hij protesteert tegen de lasten en tegenslagen van het leven. Deze gesteldheid is niets anders dan onvrede met God. Doordat Uw diepste wezen het merkteken van God in zich draagt, loopt de onvrede met God steeds gelijk met onvrede over Uzelf. Onvrede in Uw hart keert zich daarom tegen Uw eigen ziel. Het is een zelfvernietigende kracht die U belemmert om te functioneren zoals God van U verwacht. Een hart dat niet meer in staat blijkt om de negatieve invloeden vanwege Uw leefwereld weg te filteren, is als een defecte filter tussen vergiftigd water en zuiver water: Het gif loopt onbelemmerd in het zuiver water over. Zo ook met dit hart: Het kan niet meer verhinderen dat de ziel ziek wordt.

De verontreinigende invloeden der wereld kunnen niet bestreden worden zonder Hemelse tussenkomst. God Zelf heeft Uw filtersysteem gemaakt, Hij is ook de enige Die het kan herstellen, en ook het reinigingsmiddel vloeit uit Zijn Bronnen: Wijd Uzelf totaal, onvoorwaardelijk en voor eeuwig toe aan Maria. Zijzelf zal de filter van Uw hart worden, opdat Uw ziel nog slechts gevoed zou worden door de Liefde, die de brandstof van de hele Schepping is, en alle negatieve invloeden die Uw hart bereiken, omgevormd zouden worden in het Licht van Haar Hart. Bedenk dat U slechts kunt uitstralen wat U in Uzelf draagt. Indien Uw ziel verduistert doordat Uw hart in onvrede verkeert, kunt U geen Licht om U heen verspreiden. Zorg dat Uw ziel, eerder dan Uw mond, de woorden van Jezus kan herhalen: "Vrede zij met u". Dan is Gods Rijk reeds in U gegrondvest.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 39

ZOZEER HEEFT GOD DE MENS LIEFGEHAD...

Openbaringen over Gods Liefde voor de mens

Myriam van Nazareth

God is de Bron van alle Liefde. In de schepping van de mens heeft Zijn Liefde haar hoogtepunt en volheid bereikt. Daar de mens geschapen is naar Gods beeld en gelijkenis, mag van de mens verwacht worden dat hij deze Liefde op volkomen wijze zou weerspiegelen. Dat blijkt allerminst zo te zijn. Door de zondeval heeft de mens het vermogen verloren om Gods Liefde op volkomen wijze over zijn omgeving uit te stralen. Elke zonde is in wezen een overtreding tegen de Wet van de Liefde. De grote opdracht van elk mensenleven bestaat hierin, dat de ziel de weg naar de volmaaktheid terugvindt en deze met volharding zoekt te volgen tot in de staat van heiligheid. De kern van deze heiligheid is het vermogen om de Liefde in al haar aspecten tot maximale ontplooiing te laten komen, haar ongeremd te kunnen ontvangen en haar om zich heen te verspreiden op een zodanige wijze dat zij het sluimerend (en veelal vrijwel uitgedoofd) Vuur van andere zielen nieuw leven inblaast, want Liefde is leven.

God heeft de mens geschapen naar Zijn beeld en gelijkenis, doch de mens heeft dit beeld door zijn ongehoorzaamheid jegens Gods Wetten zelf vervormd. Dat is de betekenis van het gezegde dat de mensheid in de ziel melaats geworden is. Een mens die waarlijk oprecht liefheeft, zonder voorwaarden of beperkingen en in navolging van God Zelf, is volmaakt mooi. Maria is daarvan het groot voorbeeld. Het is de zonde, elke afwijking van de Wet van Liefde, die lelijk maakt. Van de Goddelijke schoonheid die oorspronkelijk in de mens was gelegd, is weinig overgebleven. Zij keert pas terug indien, en in de mate waarin, de mens de weg van de heiliging volgt. De ziel kan slechts opnieuw een spiegel van Gods Liefde worden indien zijn Liefde zich tot het uiterste toe spiegelt aan Gods Liefde. Niet alleen is voor de heiliging Gods genade nodig, het is tevens noodzakelijk dat de mens de genade door eigen inspanning tot vrucht brengt.

U zou het zo kunnen zien: Bij haar schepping is Uw ziel een mooie akker, met een bodem die alles in zich draagt om de rijkste vruchten voort te brengen. Doch de meeste mensen laten deze akker gewoon liggen, onbewerkt. De krachten van het kwaad zaaien er allerlei onkruid in, maar deze zielen laten begaan. Het onkruid begint uit te groeien tot een wildernis en put geleidelijk de bodem uit, zodat deze zijn vruchtbaarheid verliest. Wat doet nu de ziel die kiest voor de weg naar de heiligheid? Zij bevrijdt regelmatig haar akker van alle onkruid (berouw, biecht en boetedoening), zij ploegt hem om zodat alle voedingsstoffen gemengd worden (gebed en betrachting van de deugden) en zij stelt alles in het werk om de vochtigheid op het gewenste peil te houden (zij zorgt voor evenwichtige benutting van de regen der genade en de zon der bezieling). Al deze handelingen waardoor de toegewijde ziel haar akker in stand zoekt te houden, vormen samen de uitingen van haar Liefde, want zij eren God door Zijn geschenken zichtbaar te waarderen, en bevorderen het goed van de naaste door de eigen akker in staat te stellen om rijke vruchten voort te brengen waarmee velen gevoed zullen worden. De rijpe vruchten van de eigen akker dragen zaad dat door veelvuldige Goddelijke genaden zodanig vruchtbaar is dat, wanneer zij door de winden van Gods Geest naar andere akkers gevoerd worden, zij ook daar de vruchtbaarheid verhogen.

Dit alles is het effect van de versmelting van Gods Liefde (de schepping van de akker door de Vader, de bevruchting van het zaad door de Vrucht van het Kruisoffer van Jezus, en de overdracht van het zaad door de Heilige Geest) met de Liefde van de mens die zich beijvert om Zijn beeld in zich te laten ontwikkelen.

De mens die de heiligheid betracht, heeft de waarde van Gods Liefde als enige Bron van Leven begrepen, en spiegelt zich in zijn hele gedrag, in al zijn woorden, gedachten en bestrevingen aan God Zelf.

Naarmate de genade van de roep tot de heiligheid beantwoord wordt door het verlangen naar omvorming tot Gods beeld en gelijkenis, worden de ogen van de ziel geopend, en leert deze te schouwen in de bron der Mysteries waarvan de aanblik en kennis door de erfzonde voor de ziel verborgen waren.

Zo worden aan de ziel de bewijzen voor Gods oneindige Liefde geopenbaard:

1. De Eeuwige Vader, Schepper van de mens en alles wat hem omringt, heeft Zijn Zoon Jezus in de wereld gezonden om als mens onder de mensen te leven, hun lot te delen in een onvoorstelbaar zwaar leven, en te sterven in ondenkbare omstandigheden. Het doel van de Menswording van Gods Zoon was de Verlossing van de zielen door de effecten van de erfzonde te compenseren door het Kruisoffer, zodat de mensheid opnieuw toegang zou krijgen tot de Eeuwige Gelukzaligheid in de Hemel. De gemakkelijke oplossing voor God zou zijn geweest: de zozeer verdorven mensheid hetzij de rug toe te keren (waardoor zij uiteindelijk haar eigen leven onmogelijk zou maken, want zonder God is er geen Leven), hetzij de Schepping te vernietigen en te herbeginnen. Doch Hij heeft Zijn Schepping tegen de hoogst denkbare prijs willen redden met een onvergelijkbaar Offer van zelfvernedering. Hij had dit niet hoeven te doen, maar Hij heeft het willen doen.

De les die U hieruit moet trekken, is deze, dat ook Uzelf het beste moet maken van elke situatie, in overeenstemming met Gods Plan, in plaats van te wensen dat alles totaal en radicaal veranderd wordt. Dat is een uiting van grote Liefde voor datgene wat is, omdat God het zo gewild en voorzien heeft.

2. Gods belofte van Zijn Rijk op aarde bij de Wederkomst van Jezus. Weinigen begrijpen de diepgang van deze belofte. Zij betekent de vestiging van de afspiegeling op aarde van het Eeuwig Rijk der Hemelen: een Rijk van Liefde, Vrede en Gelukzaligheid door innige eenheid tussen God en de mensenzielen. De enige voorwaarde die God hierbij stelt, is de heiliging van de mensheid. De mens heeft bewezen, zelfs de vruchten van de Verlossing niet ten volle te kunnen benutten. Men zou het zo kunnen stellen: De mens sterft van honger aan de rijkste tafelen. De vruchten van de Verlossing zijn in staat om alle zielen te voeden voor de Hemel, doch de menselijke zwakheid, het veelvuldig zwichten voor de bekoringen, verhindert de zielen om deze vruchten tot zich te nemen, of maakt ze onverteerbaar. God Zelf heeft Zich echter voorgenomen, de mensheid terug te voeren naar de oorspronkelijk bedoelde staat van heiligheid. Dat is veel méér dan de mensheid op grond van haar gedrag door de eeuwen heen verdiend heeft.

3. De Goddelijke Barmhartigheid, die zo groot is dat een ziel, die nochtans in de loop van een leven op aarde ontelbare malen Gods Liefde beschaamt door in te gaan op bekoringen in al hun vormen, niettemin de kans krijgt om de Gelukzaligheid van het Eeuwig Leven in de Hemel te verwerven. God heeft geen moeite gespaard om de mens tegemoet te komen. Enkele uitingen van Gods Barmhartigheid:

  • de Sacramenten (Communie, Biecht, Ziekenzalving). Ik heb vroeger reeds de Sacramenten betiteld als 'raakpunten tussen Hemel en aarde'. Zij brengen God in de ziel, zodat zij het Ware Leven terug kan vinden. Zo krijgt de ziel gelegenheden om haar staat van genade te verhogen, haar schuld jegens de Goddelijke Gerechtigheid te verminderen en zichzelf opnieuw klaar te maken om de onbeschrijflijke uitwerkingen van Gods Liefde in zich op te nemen en te verteren.
  • Uw engelbewaarder. God heeft elke mensenziel een engelbewaarder gegeven, die de opdracht heeft om haar te begeleiden en te sturen op de wegen van God. Van U wordt de inspanning gevraagd dat U Uw hart opent voor de voortdurende ingevingen van Uw Hemelse gids. Hij kan Uw ziel voor veel onheil behoeden.
  • de onophoudelijke inspiraties van de Heilige Geest. Geen mens heeft het recht, voor te geven dat hij alleen staat in de dagelijkse strijd voor het Eeuwig Heil. Gods Geest spreekt in elke ziel, maar of zij deze richtlijnen waarneemt, hangt af van de mate waarin zij geopend is voor de dingen van de Hemel. Wie slechts oog heeft voor de belangen die verband houden met het aardse leven, sluit de ogen van zijn ziel voor de Hemelse tekenen, en wie zich laat overrompelen door de drukte van de wereld, sluit de oren van zijn ziel voor de vredige stilte waarin Gods Geest de eeuwige Waarheid openbaart en de wegen naar het Heil bekendmaakt.
  • de begeleiding op Uw levensweg door ontelbare tussenkomsten van de Voorzienigheid: Elke dag weer doen zich allerlei gebeurtenissen voor die bedoeld zijn om de mens bij te staan, te bemoedigen of 'van richting te doen veranderen'. Deze gebeurtenissen zijn zachte tekenen van God, Die gewoonlijk niet bruusk ingrijpt in de dingen der wereld, maar wel Zijn geliefde mensheid wil waarschuwen voor elke stap die haar nog verder van Hem zou verwijderen. Gods Voorzienigheid werkt niet alleen via gebeurtenissen, doch eveneens via ontmoetingen. Wanneer een mens Uw pad kruist, kan dit een diepere betekenis hebben: Ieder mens heeft zijn eigen begaafdheden, zijn eigen levenstaak, is drager van zijn eigen ervaringen die hij met anderen kan delen, enzovoort. God kan tot U spreken door de mond van mensen.
    God is onophoudelijk bezig met de mens, zoekend naar gelegenheden om hem naar Zich toe te trekken zonder hem van zijn vrije wil te beroven. In Zijn oneindige Wijsheid regelt Hij het in elkaar passen van ontmoetingen, gebeurtenissen, ontwikkelingen, het spreken van woorden door mensen op welbepaalde ogenblikken, enzovoort. Zalig de ziel die Hij waakzaam vindt om deze tekenen te merken, die de genade in zich opneemt om ze te onderscheiden en te begrijpen, en die voldoende Liefde opbrengt om er op te reageren in de bestreving om Gods Plannen te bevorderen.
  • de gelegenheden om te lijden om de eigen verdoeming te verhinderen, eigen zondeschuld af te betalen, en de komst van Gods Rijk van Liefde en Vrede te bespoedigen tot Heil van de hele mensheid. Met wereldse ogen wordt lijden zelden beschouwd als een zegen. Nochtans is het één van de grootste geschenken uit Gods hand. God veroorzaakt geen lijden, maar Hij laat het toe omdat Hij het kan gebruiken voor de verwezenlijking van Zijn Plan, dat slechts de Eeuwige Gelukzaligheid van de zielen beoogt. De Wet van de Goddelijke Gerechtigheid wordt dagelijks massaal en zwaar beledigd door de ontelbare zonden die over de hele wereld bedreven worden. Het lijden van de mens in lichaam en gevoelens is bij uitstek het betaalmiddel om de schuld van de mensheid tegenover God te vereffenen. Om die reden is Jezus Mens geworden: Om in een menselijk lichaam en een menselijk hart te kunnen lijden en daardoor de mensheid te verlossen van de eeuwige verdoeming.
    Alle lijden dat U treft (in Uw lichaam, gevoelens, bezittingen, relaties enzovoort) is een geschenk van Gods Liefde, omdat het is als een onzichtbare spaarpot voor het Eeuwig Leven: Hier op aarde merkt U daarvan gewoonlijk slechts de lasten, na Uw aardse leven echter wordt de opbrengst ervan U uitbetaald met een onvergelijkbaar grote intrest.
  • het vagevuur als gelegenheid om schuld jegens de Gerechtigheid af te betalen, die U tijdens Uw aardse leven niet door lijden, toewijding, overgave, gebed en met Liefde aanvaarde beproevingen hebt vereffend. Slechts de ziel die in volkomen staat van genade dit leven verlaat, wordt rechtstreeks in de Hemel toegelaten. Het vagevuur is een plaats (eigenlijk eerder een toestand) van uitboeting, goedmaking. Het is de voorlopige bestemming van elke ziel die nog onbetaalde schulden tegenover de Goddelijke Gerechtigheid op zich draagt, die 'afbetaalbaar' is, dit wil zeggen: schuld die goedgemaakt kan worden door een loutering, een vorm van lijden dat na een welbepaalde tijd (afhankelijk van de aard en de omvang van de schuld) uitloopt in een volkomen reinheid die de ziel geschikt maakt voor de Hemel. De schuld is niet 'afbetaalbaar' indien zij zo zwaar is dat volgens de Wet van Gods Gerechtigheid zelfs geen eeuwenlang lijden zou volstaan om God met haar te verzoenen. In dit laatste geval verdoemt de ziel zichzelf, en kan haar zelfs niet meer de loutering van het vagevuur worden toegestaan.
    De louteringstijd in het vagevuur is een zeer grote uiting van Gods Liefde, want zelfs de noodzaak van een loutering gedurende vele jaren geeft de ziel niettemin de zekerheid dat zij ooit Gods Glorie zal aanschouwen en de Eeuwige Gelukzaligheid zal ervaren. Indien deze mogelijkheid niet bestond, zou het aantal zielen dat voor eeuwig verloren zou gaan, nog ontelbaar groter zijn dan nu reeds het geval is.
  • het stervensuur. Zeer weinige mensen geven zich hier rekenschap van, maar God roept geregeld zielen uit het aardse leven weg als een uiting van Liefde om hen te vrijwaren voor de eeuwige verdoeming, omdat Hij in Zijn oneindige Wijsheid voorziet dat hun zondeschuld te zwaar dreigt te worden vanwege hun onwil om de weg van de deugd in te slaan.

4. Het geschenk van Maria als groot Model, Moeder en Begeleidster. Ik hoef hier slechts te verwijzen naar de vele Myriam-geschriften.

Het grootste geschenk van Liefde dat U God kunt geven, is dat van een leven van gebed, offerbereidheid en totale toewijding. Bedenk echter dat geen enkel offer dat U kunt brengen, de liefdegaven van God aan U kan overtreffen, want Zijn gaven, die voor het grootste gedeelte in het verborgene worden geschonken, betreffen Uw eeuwigdurende Gelukzaligheid. De enige weg om Gods beeld en gelijkenis dichter te benaderen, is daarom deze van een heldhaftige Liefde, dus van een totale navolging van Jezus en Maria, in de deugd zowel als in het lijden.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 40

GIJ ZULT GROTERE DINGEN ZIEN DAN DEZE

Heiliging als het wonder der wonderen

Myriam van Nazareth

Het leven in deze wereld wordt getekend door beproevingen. U weet intussen dat dit te maken heeft met de erfzonde en de daaruit voortvloeiende noodzaak tot vergoeding voor zonden jegens de Goddelijke Gerechtigheid. De mens besteedt soms veel tijd met het verlangen naar wonderen die zijn leven draaglijker zouden maken. De grootste wonderen zijn echter de gaven en genaden die niet zichtbaar en vaak zelfs niet onmiddellijk voelbaar zijn, namelijk deze welke ingrijpen op Uw ziel.

De mens neigt ertoe, in de eerste plaats die dingen als wonderen te beschouwen, die hem in het oog springen als verschijnselen, gebeurtenissen of veranderingen die normaal gesproken de menselijke kracht te boven gaan, maar vooral: die opvallen. Dat komt omdat de mens in de wereld in de eerste plaats getroffen wordt door datgene wat hij met zijn zintuigen kan waarnemen, dus verschijnselen, gebeurtenissen of veranderingen van stoffelijke aard. Nochtans vormen deze niet de grootste bewijzen voor Gods macht. Bijvoorbeeld: Een lichamelijke genezing maakt de mens klaar voor een beter leven op aarde, doch heiliging als complete genezing van de ziel maakt de mens klaar voor het Eeuwig Leven. De waarde van deze laatste genezing is oneindig veel groter, en vergt een veel complexere inwerking van Goddelijke kracht op de mens. Niettemin zal zij weinig indruk maken op zielen die weinig voeling hebben met de Hemelse dingen.

De weg naar de heiligheid is een weg van onophoudelijke overwinning op de effecten van de erfzonde in Uw ziel.

Daarom is het een proces van constante zelfoverwinning: overwinning van de zwakheden die door de erfzonde in U werkzaam zijn. De erfzonde heeft de mens beroofd van zijn staat van heiligheid. Die staat van heiligheid kan derhalve alleen heroverd worden door de uitwerkingen van de erfzonde, dus Uw zwakheden, te overwinnen.
Heiliging veronderstelt een grondige vernieuwing van de hele persoonlijkheid van de mens, die vanaf zijn eerste uren van dit leven op aarde gekneed en beïnvloed wordt door ontelbare invloeden uit de wereld. De ziel draagt in zich een kiem van heiligheid, doch deze zit onder het slijk van de erfzonde bedolven, en dit slijk kan in hoge mate aangedikt raken door de dagelijkse zonden die de mens bedrijft. Daar komt nog bij dat de mens verhinderd wordt om dit slijk te verwijderen, doordat het leven in deze wereld zijn gevoelens, gedachten en verlangens gewoonlijk ver van een terugkeer naar Gods ideaal verwijdert. Zonder Goddelijke tussenkomst is heiliging, dus de verwijdering van alle slijk (dat door zondige gewoonten en verminking van de ziel door wereldse gedragingen tot een harde korst kan worden) niet mogelijk. De verwijdering van deze korst kan met veel pijnen in het gevoelsleven en geestelijke crisistoestanden gepaard gaan, tenzij een buitengewone instorting van Goddelijke genaden de ziel als in een revolutie omvormt en haar met kracht naar Gods Licht toewendt. Heiliging is dus zonder meer een wonder, maar waarom is heiliging het wonder der wonderen?

  1. Omdat het niet vanzelfsprekend is dat de mens, die overspoeld wordt door de indrukken uit de wereld om hem heen (dus de indrukken die hij waarneemt door middel van zijn zintuigen) en door zijn eigen gedachten waarmee hij deze indrukken tracht te verwerken, uit deze wereld loskomt om te gaan leven met zijn hart, geest, verlangens en bestrevingen gericht op de dingen van de Hemel die hij nochtans niet met zijn zintuigen kan waarnemen.
    Hierdoor is heiliging het grote wonder van het Geloof.
  2. Omdat het niet vanzelfsprekend is dat de mens, die door zijn leven in een stoffelijke wereld en in een stoffelijk lichaam dagelijks ten prooi is aan stoffelijke behoeften, zichzelf en de bevrediging van zijn eigen behoeften minder belangrijk gaat vinden dan de bevrediging van de behoeften van God en van de medemens, en slechts rust en vrede vindt in zijn ziel in de mate waarin hij voor God en voor de medemens een positief verschil kan betekenen.
    Hierdoor is heiliging het grote wonder van de Liefde.
    Er is een samenhang tussen dit punt en het vorige: Om zichzelf totaal te verloochenen ten behoeve van God en van de medemens, is een groot Geloof noodzakelijk, want de mens voelt normaal gesproken slechts de behoeften die zijn eigen wezen betreffen, niet deze van een ander. Geloof en Liefde hangen overigens ook samen in die zin dat mij is geopenbaard: Het Ware Geloof is vurige Liefde voor Gods Waarheid. Dit betekent dat men kan zeggen dat een ziel het Ware Geloof bezit in de mate waarin zij met verbetenheid zoekt om de Eeuwige Waarheid te kennen omdat zij ervan overtuigd is dat deze kennis de enige bron van het Ware Heil is. Heiliging betekent: de ziel laven aan de Bron van het Heil. Heiligheid is de toestand waarbij de ziel dit Heil in een zodanige mate in zich heeft opgenomen dat zij er totaal door omgevormd wordt: Naarmate de ziel het Heil in zich opneemt, vergroot haar gelijkenis met God Zelf. Zij kan dit alleen bereiken voor zover zij gedreven is door het alles overheersend verlangen om Gods Plan te dienen, Zijn Werken te volbrengen en Zijn Wil tot de hare te maken.
  3. Omdat het niet vanzelfsprekend is dat de mens, die dagelijks getuige is van ontelbare schijnoverwinningen van de duisternis, en gebukt gaat onder veelsoortige beproevingen en allerlei vormen van lijden, niettemin de totale Vrede van hart verovert in de stille maar onwrikbare overtuiging dat het Licht zal overwinnen in het leven van zijn ziel en in de Schepping als geheel, en dat eindeloze vertroostingen op hem wachten in een Werkelijkheid die komt nadat hij zijn opdracht in deze wereld heeft vervuld.
    Hierdoor is heiliging het groot wonder van de Hoop.

Heiliging van de ziel is de wonderbare vrucht van het gezegend samenspel van drie factoren:

  1. het zaad van de vruchtbaarheid in Uw ziel: de Vlam van de heiligheid die God bij Uw schepping in Uw ziel heeft gelegd. Dit is het allereerste geschenk dat God U heeft meegegeven.
  2. de genade. Men zou deze kunnen vergelijken met de regen en de zon, die allebei noodzakelijk zijn om het zaad tot rijping en bloei te brengen. Dit is een voortzetting van Gods geschenken, het bewijs dat God 'met de ziel bezig is'.
  3. de eigen inspanningen. Dit is de constante strijd, de onophoudelijke zelfoverwinning. Dit zijn de werken waarmee U de genade op het zaad van de heiligheid laat inwerken om onder Gods oog, en dank zij Zijn onophoudelijke tussenkomst, de bloei van heilige vruchten mogelijk te maken. De eigen inspanningen zijn noodzakelijk om Gods genaden optimaal te benutten. Heiliging is een roeping die door de ziel zelf beantwoord moet worden, anders wordt het zaad door onkruid overwoekerd, door de zon verschroeid of door de regen weggespoeld. Het geheim van een optimale benutting van de genade bestaat slechts hierin: Beschouw elke gebeurtenis in Uw leven als een gelegenheid om tot heiliging te komen of Uw staat van heiligheid te verhogen.

Wanneer in deze tijd een wonder gebeurt, is dat een grotere genade dan wanneer hetzelfde wonder werd vergund in elke vroegere tijd van de menselijke geschiedenis: De schuld van de mensheid jegens Gods Gerechtigheid is zo onvoorstelbaar groot geworden dat alleen nog de grenzeloze Barmhartigheid van God een wonder mogelijk maakt. Tenzij een mens een hoge graad van heiligheid weet te bereiken, kan hij (vanwege de grote schuld die op de mensheid als geheel drukt) geen verdienste voorleggen die zou volstaan om nog wonderen af te roepen. In onze tijd moet de genade dus het relatief gebrek aan menselijke verdiensten méér compenseren dan in vroeger tijden. Een genade is een gave van Gods Barmhartigheid die 'betaald' moet worden: door lichamelijk lijden, offers, gebed en een heilig leven.

Heiliging is het wonder der wonderen omdat zij Gods antwoord is op de gebeurtenis die in de geschiedenis van Zijn Schepping een invloed heeft gehad die met geen andere te vergelijken is: de zondeval van het eerste mensenpaar. Deze gebeurtenis heeft voor alle mensenzielen, met uitzondering van de allerheiligste Maagd Maria, de weg naar God versperd. Heiliging is het proces waardoor deze wegversperring opgeruimd wordt. In Maria heeft Gods eerste antwoord op de ontheiliging van de mens zijn absolute volmaaktheid bereikt. Gods Liefde voor de mens is echter zo groot dat Hij het herstel van Zijn Wonderwerken aan de mens niet bij Maria heeft willen laten ophouden. God is de God van schepping, Verlossing en heiliging. Doordat Zijn Liefde eindeloos is, kan Hij geen rust kennen alvorens Zijn Verlossings- en Heiligingswerk de vruchten draagt die in overeenstemming zijn met Zijn Liefde. Daarom worden onophoudelijk genaden geschonken om zielen te vormen in de heiligheid.

De heiliging van één ziel is op zich reeds een wonder dat de Hemel verbaast, omdat een heilige ziel binnen Gods Werken krachten in werking stelt die het normaal menselijk bevattingsvermogen te boven gaan. De schoonheid en macht van een heilige ziel zijn onmetelijk. De enige rem op haar macht wordt gevormd door de beperkingen opgelegd door de Wet van de Goddelijke Gerechtigheid: Een heilige ziel verlangt dezelfde dingen als God Zelf, doch God staat de inlossing van haar verlangens slechts toe in dezelfde mate als Hij Zijn eigen verlangens door rechtstreeks ingrijpen wil (kan) bevredigen. Waarom? Omdat de toekenning van een genade in feite betekent dat God een deeltje van de schuld jegens de Gerechtigheid kwijtscheldt. Bedenk steeds dat de vereffening van schulden jegens de Goddelijke Gerechtigheid normaal gesproken moet gebeuren door menselijke inspanningen (gebed, lijden, offers), en dat elk gebrek aan menselijke inzet op dit gebied het onevenwicht in de Schepping kan vergroten. Elke ziel is zo kostbaar dat Jezus voor elke ziel afzonderlijk de Kruisdood had willen ondergaan. Hoe groot is dan het wonder wanneer een ziel zich laat heiligen, en daardoor volkomen geschikt wordt gemaakt voor de verwezenlijking van Gods Plan. Onvergelijkbaar is het wonder van de heiliging van een veelvoud van zielen, want dit gebeuren schept het onzichtbaar fundament voor de grondvesting van Gods Rijk op deze wereld.

De heiliging van een ziel is het wonder der wonderen. God heeft heiligen nodig om de wereld in deze Laatste Tijden te redden. In alle tijden hebben heiligen op aarde geleefd. Ook in dit uur leven heiligen onder ons. U zult gemakkelijk aan hun aanwezigheid voorbijgaan, want zij zijn gering in aantal en het Vuur van hun werken en inspiraties brandt gewoonlijk het meest in het verborgene (omdat God en doorgaans ook deze heilige zielen zelf dit vaak niet anders willen). Het is hoofdzakelijk Maria Die de heiligen van deze Laatste Tijden vormt. Op hen zal het Rijk van Christus op aarde gegrondvest worden, want van hun geestelijk zaad verwacht God de bloemen die de werken van het onkruid moeten vernietigen.

Toen Natanaël zich verbaasde omdat Jezus hem wist te zeggen dat Hij hem (in de geest) onder de vijgenboom had zien zitten, antwoordde Jezus: "Gij zult grotere dingen zien dan deze". Jezus doelde op dingen van de bovennatuurlijke orde. De heiliging van Uw ziel behoort daartoe. Bemerk dat Jezus zegt "gij zult grotere dingen zien...". Heiliging op zich kan niet gezien worden met de ogen van het lichaam, wel met de ogen van de ziel: De ziel voelt onbewust de staat van andere zielen aan. Naarmate zij groeit in het bovennatuurlijk leven, kan zij dit ook bewust beginnen te voelen. Heiligheid komt overigens tot uiting in welbepaalde gedragingen, woorden, gedachten, gevoelens en verlangens. U hebt deze leren kennen in deugden zoals Liefde, zuiverheid, overgave, blijmoedigheid, zachtmoedigheid, verdraagzaamheid, offerbereidheid, aanvaarding van lijden en onwankelbaar Geloof. Maar de grootste uiting van heiliging der zielen zullen alle ogen zien: de vestiging van het Rijk van Jezus Christus op aarde.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 41

ALS ZIJ ZWIJGEN, ZULLEN DE STENEN ROEPEN

Openbaringen over de zonde als bron van vernietiging

Myriam van Nazareth

Toen Jezus op Palmzondag met hosannageroep in Jeruzalem werd ingehaald, waren de Farizeeën hierover verbolgen en vermaanden zij Jezus dat Hij de toejuichingen moest laten ophouden. Hij gaf hen ten antwoord: "Als zij zwijgen, zullen de stenen roepen". Vijf dagen later, bij Zijn Kruisdood op Golgotha, was geen hosannageroep te horen, maar werd Jeruzalem wel door een aardbeving geteisterd, alsof de natuur zich keerde tegen de grootste zonde aller tijden: de moord op de Messias. Wij kunnen de Kruisiging beschouwen als het hoogtepunt, de samenballing, van de zonde.

Wanneer leed de wereld of een individueel leven treft, wordt dit vaak toegeschreven aan 'de gesel Gods'. Deze visie dekt niet helemaal de waarheid: Niet God veroorzaakt het leed, wel de mens die zijn werken eerder verenigt met de werken der duisternis dan met deze van het Licht.

Gods Werken en Plannen hebben steeds tot doel, dingen op te bouwen: Zijn uiteindelijke bedoeling is het uitbouwen van Zijn Rijk van Liefde in de hele Schepping. De werken van de satan daarentegen, zijn gericht op vernietiging. Zodra de mens toegeeft aan zijn bekoringen, werkt hij mee aan zijn vernietigingswerk, soms in beperkte, soms in hogere mate.

Zo is het te begrijpen dat de mensheid vernietigende invloeden zelf bewerkt. Ellende in de meest uiteenlopende vormen, zelfs natuurrampen, zijn uitvloeisels van de mate waarin de mens afwijkt van de heiligheid die God voor hem had voorzien. Elke daad, woord, gedachte of gevoel waarmee de mens afwijkt van Gods bedoelingen of waarmee hij afbreuk doet aan de verwezenlijking van Zijn Plannen, heeft een (voor de ogen van het lichaam onzichtbare) uitwerking op het bovennatuurlijk vlak en zet krachten in werking die bepaalde elementen van Gods Schepping verder verwijderen van Gods invloed.

Die elementen (zielen, maar ook de natuur) slaan dan als het ware 'op drift' en verstoren het evenwicht dat God in de Schepping voorzien had. Zij keren zich dan tegen de Schepping als geheel. Deze invloeden zijn er de oorzaak van dat de mens zo weinig greep heeft op de Schepping, met inbegrip van zijn eigen ziel. Hoe groter het aantal zielen dat in staat van heiligheid leeft, des te meer worden verstorende invloeden gecompenseerd, met als gevolg: meer evenwicht in de natuur, en meer Liefde en Vrede onder de mensen. Wie in deze wereld om zich heen kijkt, krijgt de indruk dat de Schepping een labiel complex is dat niet steunt op harmonie maar op strijd en conflict. Zo heeft God het niet bedoeld, maar zo heeft de mens het gemaakt door zijn handelen en denken te laten vergiftigen door de voorschriften van de duisternis. Hij is sedert de erfzonde een spoor aan het volgen dat hem steeds dieper in het moeras leidt.

Eén van de gedragspatronen en levensvisies die het meest verstorend werken op Gods Schepping, is het materialisme: het leven met als uiteindelijk doel het bevredigen van de stoffelijke behoeften en de wereldse belangen. Het is uit materialistische overwegingen (financiële verrijking en winstbejag) dat de mens op grote schaal de natuur misbruikt: manipulatie van oogsten, uitputting van gronden, vervalsing van voedingswaren, gebruik van schadelijke stoffen op de gronden, gewassen en geplukte vruchten, enzovoort. Het gevolg is een minderwaardige voeding voor mens en dier, een steeds toenemend risico op ziekten en de verzwakking van de mens in zijn lichaam (dat steeds verder afwijkt van het model dat God had voorzien). Eén van de grootste gesels van de moderne tijd, kanker, kan worden beschouwd als een uiting van de woekering van de zonde onder de mensheid als geheel, die in individuele lichamen uitgeboet moet worden. De natuur slaat niet toevallig terug door mislukte oogsten, hongersnoden en natuurrampen op een nooit eerder geziene schaal.

Bedenk dat elke uiting van negativiteit tussen mensen, en vanwege de mens tegenover dieren, ongeluk brengt over Gods Schepping. Waarom? Omdat de Schepping leeft op de Liefde. Wat gebeurt er dan op het bovennatuurlijk vlak? Liefde bevordert de ontwikkeling van de Schepping, onverschilligheid blokkeert deze ontwikkeling, en negativiteit (haat, geweld, jaloersheid, spot, mishandeling, agressie, ruzie, enzovoort) breekt de Schepping af en verziekt haar. Gods Schepping is nooit voleindigd. God heeft gewild dat de mens zelf haar ontwikkeling verderzet. De mens geeft zich geen rekenschap van de wonden die hij slaat in de 'ziel' van de Schepping als geheel door elke uiting van haat jegens een medemens, elke mishandeling of verwaarlozing ten nadele van een dier, elk misbruik van een dier (bijvoorbeeld uit financiële overwegingen zoals wedstrijdsport met dieren), en elk roekeloos gedrag ten nadele van de plantenwereld (ontbossing op grote schaal, enzovoort).

Door gedrag dat niet in overeenstemming is met Gods Wet, schept de mens situaties die vergoeding jegens de Goddelijke Gerechtigheid noodzakelijk maken. Indien deze vergoeding niet gebeurt, vergroot het onevenwicht binnen de Schepping. Deze goedmaking gebeurt door gebed, boete en offers. Wanneer de mens niet bereid is om vrijwillig offers te brengen, zoekt de Schepping zelf dit evenwicht en wordt aan de mens het offer opgelegd in de vorm van zware beproevingen, natuurrampen enzovoort.

God heeft de mens aangesteld als beheerder van de Schepping. Hij verwacht dat de mens deze eervolle taak waarneemt op inspiratie van Gods Geest, gedreven door de Liefde van God Zelf, en bezield door het verlangen om de Schepping te laten bloeien tot een Rijk waarin God een voortzetting van Zijn Hemels Rijk terugvindt. God is Liefde, en Hij kan niet anders dan Zich terugtrekken uit een wereld die Zijn Liefde veracht en de grondvesten van Zijn Rijk verwoest. De natuur verheerlijkt God oneindig veel méér dan de mens dit doet, die nochtans de koning van de Schepping moest zijn. De mens zinkt steeds verder weg in een koortsachtige zucht tot vernietiging. Hij misbruikt de Schepping voor zijn eigen doeleinden, die reeds lang niet meer Gods doeleinden zijn. Wanneer de mens niet meer tot God roept (gebed, verheerlijking), roepen de andere elementen van de Schepping dit aan de mens toe. Wees heilig, opdat de Schepping, die aan U onderworpen was, U niet aan Uw plichten hoeft te herinneren.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 42

LAAT UW HART NIET VERONTRUST WORDEN

Openbaringen over de bronnen van onvrede

Myriam van Nazareth

In diverse vroegere geschriften wees ik U er reeds op hoe belangrijk het voor de groei, gezondheid en heiliging van Uw ziel is dat U Vrede hebt in Uw hart. Vrede in de harten is de enige rotsvaste fundering waarop Gods Rijk op deze wereld gevestigd kan worden, want zij is de Ware Vrede van Christus, die bestaat uit de Ware Liefde in al haar geledingen. De Vrede van hart is de vrucht van de aanvaarding van Gods beschikkingen in elk detail van Uw leven.

Vrede van hart bezit U zodra U in alle eenvoud en oprechtheid kunt zeggen dat U alle protest, verzet en opstandigheid tegen de beproevingen en kruisen op Uw levensweg hebt laten varen, en geen negatieve gevoelens meer koestert jegens God, Uw medemens of de omstandigheden van het leven. Ware Vrede van hart is het loslaten van alle verkramping en spanning die Uw gevoelsleven beklemt, en van elke neiging om dingen zelf te regelen. Vrede van hart is volkomen, absolute overgave en toewijding aan God.

Onvrede in het hart, in welke vorm dan ook, is als een ketting die Uw ziel belemmert om naar God toe te vliegen. God is het Ware Geluk. Daarom is onvrede in het hart de basis van elk gevoel van ongelukkig-zijn. Tegenover elke situatie, bedroevend of verheugend, kunt U zich positief of negatief opstellen. Een positieve opstelling tegenover een weinig verheugende situatie kan het leed 'een andere kleur' geven. Het is wel degelijk mogelijk om als negatief ervaren situaties met Vrede in het hart tegemoet te treden. U zult merken dat Uw leven veel eenvoudiger wordt en dat U ook in dit leven reeds gelukkig kunt worden. God wacht op de ontwikkeling van deze ingesteldheid in Uw hart, want alleen dan kan Hij al het goede in U volbrengen dat Zijn Liefde Hem ingeeft.

Hoe komt een mens eigenlijk tot onvrede in het hart, en hoe kunt U zich ertegen wapenen?

Onvrede in het hart is een gesteldheid die in wezen voortvloeit uit bekoringen, die allerlei vormen kunnen aannemen. God heeft geen belang bij een dergelijke gesteldheid, de vijanden van God des te méér, want onvrede in Uw hart belemmert Uw groei naar de heiligheid en verhindert de vestiging van Gods Rijk op aarde.

De volgende vijf categorieën zijn mij geopenbaard als de voornaamste bronnen van innerlijke onvrede:

  1. Elke gelegenheid waarbij U niet leeft, handelt, spreekt, denkt of verlangt in overeenstemming met de Wil van God. Zolang Uw ziel niet volkomen afgesloten is voor Gods kracht, is in haar een mechanisme werkzaam dat U waarschuwt zodra Uw gedrag niet in overeenstemming is met wat God van U verwacht. Ook indien U zich er niet van bewust bent wat er precies schort, zult U hierdoor vage gevoelens van onvrede ervaren. Ontelbaar zijn de mensen die hun eigen leven vergald zien doordat zij slechts hun eigen verlangens inwilligen en geen rekening houden met het doel waartoe God hen in dit leven heeft geroepen. Deze mensen zijn constant ontevreden omdat hun gedrag hun eigen ziel ontwricht, want hun ziel weet onbewust dat zij niet leven in overeenstemming met Gods Wil en Zijn Plannen. Van deze mensen (en zij zijn zeer talrijk) kunt U de indruk krijgen dat zij knorrig zijn over alles en iedereen, zichzelf inbegrepen.

    Onder deze categorie valt ook alle opstandigheid, protest en verzet tegen het lot en tegen Gods beschikkingen, en alle niet-aanvaarding van lijden, van omstandigheden, zelfs niet-aanvaarding van Uzelf. Weliswaar is het een gezonde bron van zelfmotivering, pijn te voelen over Uw eigen onvolkomenheid, want dit kan Uw ziel stimuleren om meer te verlangen om God (Jezus/Maria) dichter te benaderen, maar die pijn mag niet ontaarden in ontevredenheid die U verlamt.

    Hoe U hiertegen wapenen?

    Herinner U het gevoel van Vrede dat Uw hart heeft ervaren wanneer U voor een medemens iets goeds hebt gedaan. Deze Vrede moet U in alles nastreven. U zult haar vinden en kunnen vasthouden in de mate waarin U zich in al Uw gedragingen en woorden laat leiden door Gods intenties, niet door intenties die wereldse belangen en doelstellingen dienen. Daar Gods hele Wezen bestaat uit Liefde, worden al Zijn Werken, Plannen en Zijn Wil door niets anders bewogen dan door de Liefde. Daarom: Om Gods Wil te leren kennen, bid om vurige Liefde in U te kunnen opnemen en haar om U heen te kunnen verspreiden.

    In de mate waarin Uw Liefde voor God en de medemens groeit, zult U groeien in alle deugden en zal Uw hele doen en laten steeds méér in overeenstemming komen met Gods Wil. Dit is de meest trefzekere weg naar de heiligheid, en heiligheid zaait in het hart een Vrede die zo diep kan worden dat U de indruk kunt krijgen dat U eerder in de Hemel dan op aarde leeft. In deze gesteldheid, die in haar hogere vormen omschreven kan worden als 'gelukzaligheid', krijgt geen onvrede nog plaats in het hart, want onvrede wordt dan ervaren als werelds, zelfs duivels, en als onverenigbaar met Gods Plan.

  2. Elke ondeugd, elke niet-gebiechte zonde. Deze categorie sluit nauw aan bij de vorige, omdat het niet in overeenstemming leven met Gods Wil in feite automatisch betekent dat de ziel geen hoge graad van deugdzaamheid beoefent. Een ziel die beladen is met zonden die niet door het Sacrament der Verzoening weggewassen zijn, voelt zich bezwaard, alsof zij stenen met zich meesleurt. Zij verliest de lichtheid die haar gelijk maakt aan de engelen. Deze ziel kan haar vlucht naar God niet verderzetten, want zij is te zwaar om zich van de wereld los te maken.

    Hetzelfde, doch eventueel in geringere mate, ervaart de ziel die zich diep binnenin bewust is van bepaalde ondeugden, slechte gewoonten die haar van God vervreemden of die Zijn Plannen niet dienen. U hebt wellicht reeds ervaren welke vage ontevredenheid zich van U meester kan maken wanneer U een medemens onterecht behandeld hebt (onvriendelijkheid, knorrigheid, ongeduld, kritiek enzovoort, van Uwentwege ten nadele van deze medemens). Hoewel deze gedragingen soms geen echte zonden vormen, kunnen ze U echt beklemmen. Wanneer ze vaak voorkomen, kunt U zelfs een hekel aan Uzelf krijgen zonder bewust te weten waarom.

    Uw ziel voelt elke afwijking van Gods Wet aan, zelfs al dringt deze nooit tot Uw bewuste geest door. Ik kan dit vergelijken met het volgende: U proeft kleine hapjes van een grote verscheidenheid aan gerechten, en enkele uren later begint U zich vaag onwel te voelen. U kunt door bewust nadenken niet achterhalen welk hapje U ziek heeft gemaakt. Zo ook komt het vaak voor dat een mens vele gedragingen stelt, waarvan er één als een steen op de ziel valt omdat de ziel voelt dat deze gedraging niet door God gewenst is, terwijl de bewuste geest er maar niet achter komt waar het vage gevoel van onvrede vandaan komt. Indien deze gedraging in de werkelijke zin van het woord een zonde was, kan de onvrede zich uiten in de vorm van wroeging: knaging van het geweten, waardoor de ziel pogingen doet om de geest bewust te maken van het feit dat iets onverteerd op de ziel ligt. Om de ziel in staat te stellen om verder te groeien, moet dat onverteerde verwijderd worden.

    Hoe U hiertegen wapenen?

    Onvrede in het hart die haar oorsprong vindt in terugkerende ondeugden of in zonden, kunt U uitbannen door een grondige individuele Biecht. Geen collectieve biecht, doch louter en alleen een individuele Biecht tegenover een priester, want alleen deze Biecht schenkt U de genade van een Sacrament. Sacramentele Biecht schenkt de vreugde van het zich-door-God-vergeven-weten. Boetvaardigheid tot goedmaking van fouten, en gebed om groei en volharding in de deugden, kunnen de verzoening tussen God en Uw ziel versterken. Een ziel die zich inspant om haar schulden jegens God zo beperkt mogelijk te houden, staat meer open voor de overvloeiing van de absolute Vrede uit God Zelf. Ook dat is heiligheid: bevrijding van schuld. God stort Zichzelf uit in zielen die hun schulden jegens de Gerechtigheid afbetalen en zich inspannen om geen nieuwe schulden op zich te laden.

  3. Elke gelegenheid waarbij U een genade niet of onvoldoende benut of ze misbruikt. God stuurt de ziel niet zonder enige uitrusting de wereld in. Zij is toegerust met talenten en gaven, en krijgt dagelijks genaden. Genaden zijn Goddelijke geschenken die het leven, en vooral de terugkeer naar het Goddelijk Leven, mogelijk maken. Vele genaden gaan ongemerkt aan U voorbij. U merkt ze niet met de ogen van Uw lichaam, en getroost U dan ook geen inspanningen om ze in Uw leven in te bouwen. Zo gaan zeer veel Goddelijke geschenken verloren.

    Andere genaden dringen wel tot het bewustzijn door maar worden verkeerd gebruikt. Dat is vaak het geval met speciale gaven en talenten: De begaafde ('begenadigde') wordt gegrepen door een soort machtsgevoel of ziet de gelegenheid om zijn materieel leven te verbeteren door gebruikmaking van een buitengewoon vermogen. In al deze gevallen maakt God Zijn droefheid (of ongenoegen) kenbaar door prikken in het geweten. Het hart komt in onvrede.

    Het meest voorkomende voorbeeld binnen deze categorie is dat van de gemiste kansen: Ontelbaar zijn de mensen die op een zeker punt in hun leven gegrepen worden door een zekere mistroostigheid omdat zij beginnen te beseffen dat zij op diverse kruispunten op hun levensweg de verkeerde richting hebben gekozen. Soms zijn deze ingevingen niet door God bezield: In dit geval vervallen deze mensen in zelfverwijt omdat zij kansen hebben verzuimd om zich materieel te verrijken of om hun sociaal aanzien te verhogen. In andere gevallen echter, is het Gods Geest Die hier spreekt: De ziel wordt zich bewust van de kansen die zij in het leven heeft verzuimd om dichter bij God te komen, doordat zij de genaden niet heeft herkend of ze verkeerd heeft benut.

    Hoe U hiertegen wapenen?

    Wij leven in een wereld die zozeer onze aandacht tracht op te slorpen dat het niet vanzelfsprekend is, de geest en het hart op de dingen van de Hemel gericht te houden. Het is daarom zeer nuttig, regelmatig een soort onderzoek in te stellen naar Uzelf, de werkelijke verlangens van Uw ziel, Uw ware roeping, datgene wat God van U verwacht als levensdoel, de ontwikkelingen in Uw leven. Bid om openheid voor de inwerkingen van de Heilige Geest, opdat U tijdig Gods genaden zou herkennen en de waarschuwingen voor elke valstrik of dwaling ernstig zou nemen.

    U mag daarbij niet gespannen worden: Het is niet gezond, Uzelf onder druk te zetten en Uzelf eindeloos verwijten te maken over elke gemiste kans. Beschouw Uw hele verleden als een leerproces, en wees dankbaar dat U vandaag de genade krijgt om het Ware Licht te zien en vanaf dit uur Uw koers te veranderen waar nodig.

    Het betreuren dat U vele genaden van God niet of verkeerd hebt benut, is op zich een akt van Liefde jegens God, want U erkent Zijn goedheid, en door Uw droefheid daarover zegt Uw hart Hem dat het U spijt dat U zo vaak niet dankbaar bent geweest (want U hebt al die genadegeschenken niet eens herkend). Dit besef alleen reeds, en Uw gevoelsmatige reactie ertegenover, kan de Vrede in Uw hart herstellen doordat de kern van Uw ziel Gods vreugde hierover zal aanvoelen. Daarom is het precies zo belangrijk dat U bij Uw verleden niet te lang met treurnis blijft stilstaan. Elk nieuw besef of inzicht moet voor U zijn als een nieuwe zonsopgang, een nieuwe dag met heel wat betere kansen dan voordien.

  4. Elk vastgehouden gevoel van wrok, bitterheid en teleurstelling tegenover Uw medemens in verband met handelingen of woorden waarmee hij U (echt of vermeend) benadeeld of gekwetst heeft. Een onenigheid, vete of ruzie die nooit bijgelegd wordt, kan de levens van alle betrokken mensen vergallen. Wrok of verbittering die blijft hangen nadat een medemens U heeft gekwetst, vreet als kanker aan Uw ziel. Zolang U hiermee blijft rondlopen, zult U geen ogenblik meer gelukkig zijn. Waarom? Omdat Uw ziel zich ook vele jaren later nog herinnert dat U in staat van onvrede leeft met een medemens.

    God verlangt dat alle zielen met elkaar in vrede leven. Ook wanneer een medemens U teleurgesteld heeft door iets te doen of te zeggen dat U niet van hem had verwacht of omdat hij anders blijkt te zijn dan U had gedacht, kan dit in Uw ziel blijven knagen. Vaak vergiftigt dit geleidelijk aan Uw hele persoonlijkheid, want gevoelens van onvrede (waarvan U soms niet de oorzaak herkent) breiden zich snel uit over alle aspecten van Uw denk- en gevoelsleven.

    Een gelijkaardige uitwerking heeft elk gevoel van wrok, bitterheid of teleurstelling over situaties en ontwikkelingen in Uw leven. In dit geval bent U niet in onvrede ten aanzien van een medemens, doch ten aanzien van de loop van Uw leven, wat in feite neerkomt op onvrede rechtstreeks ten aanzien van God, want in wezen verwijt U Hem dat Hij Uw leven een wending heeft gegeven waarmee U niet verzoend raakt. U verkeert dan in ongehoorzaamheid jegens Gods beschikkingen.

    Hoe U hiertegen wapenen?

    God vergeeft U Uw eigen fouten in de mate waarin U zelf bereid bent om Uw medemens te vergeven voor het leed dat hij U heeft aangedaan. Uw medemens vergeving schenken, komt op U terug als een stortvloed die Uw hart en ziel vrij wast van slijk dat steeds viezer wordt naarmate het langer op U blijft rusten. Vergeving schenken, vervult het hart met diepe Vrede omdat het Uw ziel herinnert aan de kiem van de Godheid die bij haar schepping in haar is gelegd. Vergeving schenken, is een daad van onzelfzuchtigheid: Door deze daad veegt U in één klap de behoefte aan eigenwaarde weg die U vóór de vergeving zo hoog prees, en zegt Uw ziel in feite tot Uw 'schuldige' medemens: "Je hebt geen schuld meer jegens mij, ik wil opnieuw met jou in vrede leven".

    Op het ogenblik waarop U Uw medemens vergeeft, wordt Uw eigen hart door God omhelsd. Op dat ogenblik spreekt God in U het oordeel van Uw eigen bevrijding uit, herinnert Uw ziel zich de heilige Bron waaruit zij ontsproten is en krijgt zij opnieuw voeling met het Licht waarop zij in haar oorsprong gericht was. Vergeving is heldhaftige navolging van Jezus, Die het grootste onrecht wist te vergeven: het vreselijk Lijden dat Hem onterecht was aangedaan, want Hij had geen mens kwaad gedaan.

    Indien Uw gevoelens van wrok, bitterheid of teleurstelling niet een medemens maar de loop van Uw leven betreffen, kunt U niet de Vrede terugwinnen door een mens te vergeven, wel door God te 'vergeven'. God is onfeilbaar, dus kan Hij nooit enige fout begaan die vergeving behoeft, maar U kunt Hem wel bekennen dat U Zijn beschikkingen verkeerd had begrepen, en Hem danken omdat Hij U de ogen heeft geopend voor dat deel van Zijn Waarheid dat U heeft leren begrijpen dat Uw tegenslagen, beproevingen en lasten er voor Uw Eeuwig Goed zijn geweest. Vrede hebben met Gods beschikkingen in Uw leven, betekent overgaan naar een leven van innerlijke Vrede.

  5. Alle zorgen, twijfels en gepieker. Zodra U bij dingen blijft stilstaan, U zorgen maakt, twijfel koestert of piekert, hebt U gebrek aan vertrouwen in de leiding van Gods Voorzienigheid, dus gebrek aan geloof in Gods goede zorgen. De ziel die neigt tot zorgen, twijfels of gepieker, is in Gods ogen geen ware gelovige. Geloven betekent niet alleen: ervan uitgaan dat God bestaat, het betekent vooral: er zeker van zijn dat God werkt, dat Hij voortdurend met U bezig is opdat U vooruit zou komen op Uw levensweg, die een weg naar verheerlijking en heiliging moet zijn. God heeft er geen baat bij dat U Uw levensweg niet zou aankunnen, want Hij wil U na dit leven bij Zich in de Hemel.

    Hoe U hiertegen wapenen?

    Deze gesteldheden van onzekerheid komen voor zolang U te veel belang hecht aan de dingen der wereld. Het door God gewenste evenwicht is dit: dat U Uw wereldse taken nakomt met plichtsbesef, doch over geen enkele gebeurtenis of ontwikkeling in Uw dagelijks leven begint na te denken noch begint te rekenen of te overwegen. Vervul Uw taken op het ogenblik waarop zij zich aandienen, en laat al het overige aan God over. Pieker niet over wat voorbij is, en maak U geen zorgen over wat zal (of kan) komen. Bedenk overigens dat veel van wat U verwacht, nooit zal komen, of niet zal komen in de vorm waarin U het nu verwacht: God trekt vele kromme wegen recht, op voorwaarde dat U niet zelf begint te regelen. Houd U bovendien steeds voor ogen dat alles waarover U piekert, het effect heeft van een ketting die U afremt om hogerop te klimmen.

    Heiligheid is totale vrijheid: De gedachten van de heilige ziel verwijlen slechts bij de Dingen van de Hemel, haar gevoelens zijn een constante overvloeiing tussen haar eigen hart en het Hart van God Zelf (of van Maria, Die één is van gevoelens met God), en haar hele denk-, gevoels- en belevingswereld laat zich niet aan banden leggen door de dingen der wereld. Hoe komt dat? Omdat de heilige ziel zich geen zorgen maakt, geen twijfels koestert en niet piekert, doch gewoon God laat begaan in de uitvoering van Zijn allerheiligste Plannen met haar. U kent dit verschijnsel, want ik heb het er reeds vaak over gehad: Het heet totale en onvoorwaardelijke toewijding. Toewijding en zorgen zijn niet met elkaar verenigbaar.

God heeft U lief. Hij aanvaardt U zoals U bent, op één voorwaarde: dat U inspanningen levert om steeds beter te worden. Alleen zo geeft U blijk van erkentelijkheid voor het vele waarvan Hij U op Uw levensweg voorziet (gaven, talenten, genaden, tussenkomsten van de Voorzienigheid, ingevingen, bescherming...). Heilig zijn is voor Gods Hart zeer verheugend; U tot het uiterste inspannen om heilig te worden, is echter het toppunt van Gods vreugde. God heeft een grote voorliefde voor de ziel die vurig strijdt om Hem steeds dichter te naderen.

Het dichtst kunt U God benaderen in de eenwording, die zich in wezen afspeelt op het terrein van de verenigingsmystiek. Hoewel slechts weinige zielen een mystieke roeping ontvangen, kan elke ziel vele dingen leren door het wezen van de mystieke vereniging te beschouwen. Eén van de meest opmerkelijke kenmerken van de mystieke beleving is de diepe, Hemelse Vrede die in het hart ervaren wordt. Elke onvrede wordt in het hart met een mystieke roeping ervaren als een ziekmakende etterbron, omdat het zo is in Gods ogen, want een hart in onvrede draagt niet het Ware Leven in zich...

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 43

JEZUS VAN NAZARETH, WAT HEBT GIJ MET ONS TE MAKEN

Over de ziel als inzet van de eeuwige strijd

Myriam van Nazareth

De ontwikkeling van de christelijke samenleving heeft in ontelbare zielen een kanker veroorzaakt. Deze dodelijke ziekte van de ziel komt tot uiting in het wegkwijnen van de Ware Liefde. De ontsporing waardoor deze kanker veroorzaakt wordt, is de vrucht van een gebrek aan Geloof, niet alleen aan geloof in God maar ook aan geloof in het bestaan en de werken van de satan. Het enige geneesmiddel tegen deze kanker van de ziel is de bekering tot het ene Ware Licht van Christus. Om in de noodzaak en in de kracht van dit geneesmiddel te geloven, moet de ziel eerst en vooral erkennen dat de duisternis bestaat, en dat zij de ziel onophoudelijk verziekt. Het ongeloof over het bestaan van de duivel, de satan, het kwaad, kost in onze tijd aan evenveel zielen het Eeuwig Leven als het ongeloof jegens God. Wie geen rekening houdt met het bestaan en de werken van de duivel, kan door hem naar believen gemanipuleerd worden zonder zich daar ooit bewust van te worden. Deze verblinding stort dagelijks talloze zielen in de afgrond.

Het bestaan en de werken van de satan zijn even grote geloofswaarheden als het bestaan en de Werken van God. De eeuwige strijd tussen het Licht en de duisternis is de uiteindelijke motor van alle ontwikkelingen van de Schepping en de schepselen op het bovennatuurlijk niveau. Wie hiermee geen rekening houdt, kan nooit begrijpen of herkennen welke krachten op zijn dagelijkse handelingen inwerken, en kan geen richting geven aan zijn gedrag. De ziel die deze strijd negeert, drijft doelloos rond, als een schip zonder kompas en zonder enig richtinggevend houvast. Zij kan nooit naar de voor haar bedoelde heiligheid toewerken.

Sedert de schepping van de mens tracht de satan de wereld tot zijn rijk te maken, en gebruikt hij de mens om dat doel te bereiken. God heeft de mens bedoeld als de kroon op Zijn Schepping, de beheerder van de wereld. De satan was er zich dus van bewust dat hij de hele Schepping in zijn macht kon krijgen indien hij erin zou slagen, de mens tot zijn slaaf te maken. Reeds bij het eerste mensenpaar wist hij te achterhalen waar de zwakke punten van de mens lagen: neiging tot hoogmoed, zucht naar bezit, naar macht en naar genot. Dit werden ook meteen de eigenschappen die de satan op listige wijze heeft bespeeld om de mens voor zijn eigen doeleinden van verwoesting te gebruiken en hierdoor zijn twee grote bestrevingen te verwezenlijken:

  1. de totale vernedering van de mensheid en verwoesting van de mensenzielen. De mens was door God als Zijn heilig evenbeeld bedoeld, doch werd door de satan zodanig misleid dat hij tot marionet in diens handen werd. Deze strategie is door de satan doorheen alle eeuwen toegepast, en ontelbare mensen zijn steeds weer in zijn netten verstrikt geraakt en hebben zich door hun gedrag volmaakt geleend tot de verwezenlijking van de doeleinden van de duivel.
  2. de heerschappij over de hele wereld, en daardoor de verwoesting van Gods grootste Werk. De satan wordt de beheerser van de wereld genoemd. Deze titel heeft hij ten onrechte veroverd: Hij bezat hem niet van nature, doch de mens heeft de duivel een zodanig grote macht gegeven dat deze alle ontwikkelingen in de menselijke geschiedenis vrijwel absoluut naar zijn hand heeft kunnen zetten. Hoe? Doordat een grote meerderheid van de mensen in veel grotere mate de ingevingen van de satan volgt dan deze van God.

De satan heeft het eerste mensenpaar weten te verleiden tot de erfzonde: de eerste zonde van ongehoorzaamheid tegenover God. Dit was de eerste injectie van duivels gif in de mensenziel, waardoor de mens een eerste gelijkenis met de duivel verkreeg: De ongehoorzaamheid jegens God was precies de zonde waardoor de satan en zijn aanhang (de opstandige engelen) uit de Hemel verdreven waren. Door de erfzonde tekenden de eerste mensen als het ware voor de hele mensheid van alle komende tijden een verbond met de duivel.

De erfzonde kan beschouwd worden als afvalligheid jegens God, dus een keuze voor de wet van de haat en de vernietiging boven Gods Wet van Liefde. Het eerste mensenpaar heeft hierdoor het diep heilig wezen van de mensenziel verminkt en het als het ware verkocht aan de satan in ruil voor de kortstondige en vergankelijke genietingen van het leven op aarde.

De ziel wordt dagelijks geïnspireerd door Gods Geest, doch het leven volgens Gods Wet vergt volgehouden inzet en vereist tevens dat de mens zich zo veel mogelijk onthoudt van bepaalde gedragingen die hij heeft leren ervaren als genot. De satan daarentegen, inspireert de mens bij voorkeur tot deze gedragingen omdat zij de ziel verwonden en van God verwijderen. De meerderheid van de mensen is eerder geneigd, te kiezen voor deze 'gemakkelijke' zijde van het leven, en geeft daarom sneller toe aan de inspiraties van de satan dan aan deze van Gods Geest.

Om die reden is de macht van de satan op deze wereld zo groot geworden. De duivel speelt in op de neiging van de mens om te kiezen voor het kortstondig genot tijdens dit leven, en stelt alles in het werk om de mens in dwaling en verblinding te brengen en te houden, opdat deze niet Gods enige en eeuwige Waarheid zou achterhalen of er niet in zou geloven. De macht van de satan neemt toe naarmate méér mensen in méér situaties de dingen nastreven die zijn plannen en werken in de kaart spelen.

Het is dan ook een grote vergissing, te menen dat het kwaad sterker is dan God, en dat de gang van de wereld hiervoor het bewijst levert. De satan zou geen enkele macht bezitten indien de mens zich niet door hem liet manipuleren. Precies om die reden is het een grote dwaling, God de schuld te geven voor alle ellende op deze wereld.

Door de eeuwen heen bleef de mens het geluk zoeken in een streven naar volmaaktheid in de belevingssferen die hem juist aan het eeuwig ongeluk overleverden: hoogmoed, materialisme, machtsdrang en zucht naar genot. Deze bestrevingen zijn nu de meest wezenlijke kenmerken van een grote meerderheid van de mensen. Nochtans was de mens bedoeld om slechts één vorm van volmaaktheid te bezitten: de heiligheid. Naarmate de mens de vier bovenvermelde kenmerken méér tot de zijne maakt, begint hij méér op de satan te lijken en verwijdert hij zich verder van God. De ziel die deze kenmerken in hoge mate in zich tot ontwikkeling brengt, wordt zodanig misvormd dat haar voorziene gelijkenis met God volkomen verloren gaat.
God had de mensenziel van bij haar schepping de Wet van de Liefde ingeprent als een natuurwet, een 'aangeboren neiging'. Omdat de verleiding door de satan op de mens een grotere aantrekkingskracht uitoefende dan deze aangeboren neiging om Gods belangen te dienen, nam de zonde overhand toe, temeer doordat de toeneiging tot de inspiraties van de duisternis door de erfzonde van generatie op generatie in de zielen doorgegeven werd. Men zou dit de vloek van de erfzonde kunnen noemen.

Om die reden is de Menswording van Jezus noodzakelijk geweest: Gods Zoon moest in de wereld komen om de zielen te herinneren aan hun oorspronkelijk aangeboren neiging tot de heiligheid.

Inderdaad, Jezus is onder ons gekomen om de vier kenmerken die de satan in de mensenziel had gedrukt, te vervangen door vier Goddelijke kenmerken:

  1. Tegenover de hoogmoed stelde Jezus de nederigheid en eenvoud (worden als een kind).
  2. Tegenover de machtsdrang stelde Jezus de gehoorzaamheid (de Wil van God volbrengen).
  3. Tegenover de drang naar genot stelde Jezus de aanvaarding van het lijden (elke dag het kruis opnemen).
  4. Tegenover de bezitsdrang stelde Jezus de onthechting (alles verkopen om de parel, dus de dingen des Hemels, te kopen).

De vier kenmerken die de satan in mensenzielen tracht te prenten, vormen samen het fundament van de HAAT en de ZELFZUCHT. De vier elementen die Jezus in de zielen wilde komen herstellen, vormen daarentegen samen het fundament van de LIEFDE:

  1. Nederigheid en eenvoud: Wie zich klein maakt, past zichzelf op volmaakte wijze in Gods Plannen in. Volkomen plooibaarheid naar Gods intenties, is ook volkomen Liefde, want het betekent dat U Gods absolute Wijsheid, macht en goedheid erkent en U volkomen dienstbaar maakt om Zijn Wet van Liefde ten uitvoer te brengen.
  2. Gehoorzaamheid: Wie absolute gehoorzaamheid betracht, groeit daardoor in alle deugden, want gehoorzaamheid betekent dat de ziel zich volkomen geeft aan alles wat God van haar verwacht. Het is U intussen bekend dat alle deugden dochters zijn van dezelfde moeder: de Liefde.

  3. Aanvaarding van lijden: De bereidheid om elke dag opnieuw alle kruisen te dragen die op Uw levensweg komen, is martelaarschap, en dit kan niet op de juiste wijze en met volle vrucht gedragen worden zonder vurigheid in de Liefde.

  4. Onthechting: Wie zich meer en meer losmaakt van wereldse verlangens, nadert steeds dichter tot een leven voor, van en in de dingen van de Hemel. Onthechting is heiliging, want de ziel wordt tot meesteres van alle doen en laten, en niet het lichaam en zijn (vaak slechts vermeende en daarom verslavende) behoeften.

De satan stimuleert de mens in de ontwikkeling van zijn eigen vier kenmerken door hem te verslaven aan welbepaalde middelen.

  1. In verband met de behoefte aan genot zijn dit voornamelijk seksualiteit, alcohol, drugs, tabak en overvloedig eten. Bedenk dat het nastreven van genot via deze middelen veel ellende onder mensen brengt. Bovendien houdt de bevrediging van deze behoefte de ziel vast in zelfzucht (egoïsme): Het gedrag wordt gericht op de eigen lichamelijke noden, en draagt niets bij tot de verwezenlijking van Gods Plannen, integendeel: deze worden tegengewerkt. In deze zin is het nastreven van genot niet verenigbaar met de Liefde. Ook de seksualiteit bevordert niet de Ware Liefde, want zij is in wezen niets anders dan een binding aan het lichaam.
  2. In verband met de behoefte aan bezit is dit het geld, en alles wat met geld te koop is, dus het materialisme in zijn ruimste betekenis. Geld is de god van de moderne wereld, ons voorgehouden door de satan om de ware God uit de harten te verdrijven. Over de verwoestende, antichristelijke invloeden van materialisme en geld heb ik het reeds uitvoerig gehad. Bezitsdrang is hebzucht, en is niet verenigbaar met Liefde en naastenliefde.

  3. In verband met de behoefte aan bevrediging van de hoogmoed is dit de zucht naar erkenning, naar de verheffing van het eigen imago, en de neiging tot concurrentie en competitie. Hoogmoed bestemt de mens voor tot strijdlust: Hij beijvert zich om door de medemens geprezen te worden, en alle gedragingen zijn erop gericht, de medemens het leven moeilijker te maken en de indruk te wekken dat men zelf de beste, de mooiste of de sterkste is.

  4. In verband met de behoefte aan macht is dit de geldingsdrang, het zich boven zijn medemens willen stellen om zijn doel te bereiken. De mens die naar macht streeft, wil méér lijken dan zijn medemens, en wil deze vervullen met vrees of gevoelens van nietigheid of onwaardigheid tegenover hem. Waar macht uitgeoefend wordt, kan geen echte Liefde heersen.

Rond deze vier neigingen bouwt de dwalende ziel haar hele leven op. Ik zou deze vier willen vergelijken met de vier hoeken van een net, die steeds dichter naar elkaar toe getrokken worden, tot het net zich sluit rond de ziel. Wat is het concreet gevolg? Dat de ziel in een gevangenis zit waaruit zij niet gemakkelijk meer kan ontsnappen, terwijl zij niet die indruk heeft, want zij kan doorheen de mazen van het net nog steeds alles om haar heen waarnemen. Zij wordt dus misleid door een vals gevoel van vrijheid.

Toen Jezus in het begin van Zijn Openbaar Leven de duivel uit een bezetene verdreef, sprak de satan door de mond van deze ongelukkige: "Jezus van Nazareth, wat hebt Gij met ons te maken?". Hiermee beduidde hij dat de Christus hem een aanstoot was, een struikelblok, iemand die de voltrekking van zijn plannen kwam verstoren en die zich beter niet met hem kon bemoeien. Gods Plannen en deze van de duivel zijn elkaars tegenpolen. Om vruchtbaar te kunnen zijn voor God, moet de ziel vrij zijn van duivelse inmenging. Vanaf haar schepping is de mensenziel de grote inzet geweest van de strijd tussen God en de satan. De macht van de duivel is nietig in vergelijking met de macht van God en de macht van Zijn grote Vertegenwoordigster, de Allerheiligste Maagd Maria. Niettemin lijkt de satan op dit ogenblik de strijd te winnen. Dat komt doordat God de vrije wil van de mens respecteert, en de mens massaal kiest voor de verleidelijke beloften van gemak, genot en grootheid die de satan hem voorhoudt. De mens heeft zichzelf gewillig tot slaaf gemaakt van de duivel, die de mens zodanig heeft verblind en misleid dat deze meent dat hij de hele Schepping beheerst en ook naar believen en zonder enig nadeel meester kan zijn over zijn medemens.

Jezus heeft het beloofd, en de tekenen zijn nu overvloedig aanwezig: Gods Uur is nabij, Zijn Rijk is om U heen bezig, geboren te worden. Kies nu voor het Licht. Wie de duisternis dient, krijgt niets terug dan de vruchten van de eeuwige haat. Uw waardigheid als kroon op de Schepping kunt U alleen bewaren door Uzelf niet te verlagen tot speelbal van de satan. Onderteken vandaag nog het Nieuw Verbond dat Jezus voor U op het Kruis heeft gesloten, door U totaal toe te wijden aan Maria. De satan ligt reeds onder Haar voeten. Zij wacht op Uw ja-woord om Uw ongeluk te vertrappen.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 44

WIE MIJN LEERLING WIL ZIJN...

Over de volmaakte navolging van Christus

Myriam van Nazareth

Toen de faam van Jezus zich begon te verbreiden, kwamen steeds weer mensen op Hem toe die Zijn leerling wilden worden. Velen gaven zich weinig rekenschap van de gevolgen van die beslissing. Daarom waarschuwde Jezus hen dat de navolging van de Christus een bijzondere levenshouding vergt. Ook onder ons, christenen van geboorte, zijn er velen die niet begrepen hebben wat het betekent, werkelijk christen te zijn. In de dagen van Jezus op aarde kwamen velen naar Hem toe omdat zij Hem beschouwden als een soort bevrijder uit wereldse verdrukking. In onze dagen is de toestand in die zin nog veel erger geworden, dat de christenen in vele gevallen volkomen onverschillig geworden zijn voor de grote genade, als christen geboren te zijn. Wij zijn geboren in de schoot van het Verlossingsmysterie, wij worden gevoed met de Eeuwige Waarheid van God, doch onze houding is er vaak één van een onverschillige slaap die alleen nog doorbroken wordt om naar Jezus te gaan als oplossing voor onze wereldse noden, namelijk bij ziekte en beproevingen. Dat is geen christen-zijn zoals Jezus het heeft onderwezen en verlangd.

Welke zijn de voorwaarden om Uzelf werkelijk christen te kunnen noemen?

  1. Onvoorwaardelijk geloof in Gods Werken. In God geloven, houdt niet op met het geloof dat er een God bestaat: daarmee begint het pas. Het Ware Geloof schuilt in de zekerheid dat God werkt. De grootste Werken van Gods hand zijn de schepping, de Verlossing, de heiliging van zielen, en de Voorzienigheid. U kunt geen ware christen zijn indien U niet zonder enige twijfel aanneemt dat God alles geschapen heeft en dat Hij nog dagelijks bezig is, dingen te herscheppen door ontwikkelingen en veranderingen richting te geven (vooral in de zielen), dat Hij zielen verlost (te beginnen met het Lijden en de Kruisdood van Jezus, en nog dagelijks via Uw eigen lijden voor zover U dit draagt in overgave, Liefde en toewijding, en door de tegemoetkomingen van Zijn Barmhartigheid), dat Hij zielen heiligt (dus de sporen van de erfzonde wegwist door Uw bestrevingen van de deugden te laten versmelten met Zijn genaden), en dat Hij dagelijks pogingen doet om Uw levensweg in goede en vruchtbare banen te leiden (voor zover U openstaat voor Zijn ingevingen en leiding, en daaraan beantwoordt).
  2. Leven in overeenstemming met de Leer van Jezus Christus. Wat heeft Jezus ons geleerd? In wezen bestaat het gebouw van Zijn Leer uit de volgende vier muren:

    *Geloof: Alles, Uw volledig Heil, ligt besloten in de uitspraak: "Uw Geloof heeft u gered". Wie gelooft (en ik verwijs hier naar punt 1) kan alles van God verkrijgen, maar vooral: Hij opent de poort naar de Schatkamer van de Verlossing van zijn ziel. Zeer velen menen dat zij geloven, doch het Ware Geloof is heel zeldzaam. U kunt het onder andere afmeten naar de mate waarin U vertrouwt op Gods bijstand in uren van beproeving. Over vele mensen wordt gezegd dat zij geloven 'op hun manier'. Dat is een onzinnige uitspraak, want er is slechts één manier: deze welke God in de zielen heeft gelegd, en dat is het Geloof dat de ziel de zekerheid verschaft, reeds de volheid van het Heil te hebben ontvangen. De ziel die het geschenk der geschenken reeds in zich tot bloei voelt komen, bezit een onverwoestbare kracht om de bergen der hindernissen te slopen en de dalen der beproevingen op te vullen met de blijmoedigheid uit Gods Hart.

    *Liefde: Jezus noemde de Liefde tot God en tot de naaste 'wet en profeten', met andere woorden: Alles wat God voorschrijft en onderricht, heeft te maken met het basisvermogen dat 'liefhebben' wordt genoemd. Ik heb de Liefde vroeger reeds de brandstof van de Schepping genoemd. Jezus Zelf heeft getoond wat echte Liefde is, door Zijn weldaden en Zijn totale zelfverloochening voor het goed van de mensen. Hij heeft Zijn Kruis gedragen zonder opstandigheid, en Hij was in de eerste plaats bekommerd om het Eeuwig Heil van de ziel: Zelfs toen Hij lichamelijke genezingen verrichtte, gaf Hij in wezen eerst en vooral een les voor het welzijn van de ziel opdat deze zich zou openen voor de Verlossing. De Ware Liefde is het Vuur dat alle terughoudendheid tegenover de beproevingen van het leven verbrandt, in de wetenschap dat zelfverloochening de bron van waar en onvergankelijk Geluk is.

    *Gehoorzaamheid: Jezus heeft ons geleerd dat ons gedrag slechts het Ware Heil kan brengen voor zover het gelijkloopt met Gods bedoelingen. Alles wat van de mens uitgaat (handelingen, woorden, zelfs gedachten en gevoelens) kan slechts gezond, heilzaam en vruchtbaar zijn voor hemzelf en voor de hele Schepping wanneer het beantwoordt aan Gods verlangens. U moet er van uitgaan dat alles wat op Uw pad komt, door God gewild of ten minste toegelaten wordt omdat het Zijn Plannen kan dienen. Gehoorzaamheid is: In elke beproeving God dienen door het lijden voor Hem neer te leggen voor de verwezenlijking van Zijn intenties. De volmaakte leerschool daarvoor is de totale toewijding aan Maria: Oefen Uzelf in Liefde en gehoorzaamheid door Haar alles te geven wat U overkomt. U zult merken dat U dan alles veel beter kunt dragen, en dat Uw lijden iets 'Hemels' krijgt: U draagt het dan samen met de Kruis dragende Jezus en de Moeder van Smarten, en Hun volmaakte Liefde zal in U overstromen.

    *Vergevingsgezindheid: In het Onze Vader, bij uitstek het gebed van Jezus, wordt aan de Eeuwige Vader gevraagd 'vergeef ons onze schulden gelijk ook wij vergeven aan onze schuldenaren'. De betekenis van dit verzoek is, dat God U moge vergeven in de mate waarin U zelf Uw medemens vergeeft. Met andere woorden: Indien U bij Uw oordeel na dit leven totale kwijtschelding van zonden en misstappen verlangt, wees dan zelf volmaakt vergevingsgezind tegenover ieder die tegen U misdoet. Vergevingsgezindheid haalt de satan alle wind uit de zeilen: Wanneer alle mensen hun medemensen vergeven, krijgen haat, wrok en vijandschap geen kans meer, en ontstaat vanzelf het Rijk van Vrede waarnaar God zozeer verlangt.

  3. Uw kruis opnemen. U kunt niet anders dan Uw beproevingen dragen, maar het maakt een hemelsbreed verschil of U ze draagt in aanvaarding, overgave en Liefde, of onder protest, verzet, opstandigheid, verbittering en soms met verwijten aan God. Uw leven op aarde is niets anders dan een geheel van gebeurtenissen, gedragingen en gesteldheden die samen Uw bijdrage vormen tot de verwezenlijking van Gods Plan met de Schepping. Uw lichaam is daarbij het instrument door middel waarvan U Uw aandeel levert in de afbetaling van de gemeenschappelijke schuld van de mensheid tegenover de Goddelijke Gerechtigheid. Uw kruis opnemen, betekent dus Uw bijdrage leveren, zoals God dit van U verwacht. Indien U daar tegen protesteert, kunt U geen aanspraak maken op het eeuwig loon na dit leven. Hoe kunt U de Hemel verdienen indien U Jezus het Kruis der wereld laat dragen, en zelf geen vinger wil uitsteken naar de lasten die Uw eigen Geluk moeten betalen?
  4. Gebruik maken van de Sacramenten. Als christen wordt U gedoopt. Normaal gesproken ontvangt U het Vormsel. Indien U huwt, sluit U dit verbond voor God in een Sacrament. Bij levensgevaar is een soort voorbereiding op de stap naar Uw oordeel voor God voorzien in het Sacrament van de Ziekenzalving. Indien U God wil dienen door Zijn eredienst te leiden en Zijn kudde te weiden, kunt U op plechtige wijze tot priester gewijd worden. U krijgt gelegenheid om Uw ziel te reinigen door het Sacrament van de Biecht. Tot slot is er de Heilige Communie, waardoor U Jezus in U kunt opnemen op voorwaarde dat Uw ziel daartoe de nodige reinheid bezit en Uw hart de passende gesteldheid bezit om God in U te herbergen. In feite kan de mate waarin Uw ziel verlangt naar de Communie, beschouwd worden als een meter voor de mate waarin U in vereniging met Christus leeft. Jezus zei reeds dat wie Zijn Vlees niet eet (dus het Sacrament van de Communie niet ontvangt) het Eeuwig Leven niet in zich kan dragen.

  5. Leven voor het Rijk Gods op aarde. De kernzin van het Onze Vader is wel 'Uw Rijk kome'. De vestiging van Gods Rijk op aarde was de grote doelstelling van Jezus tijdens Zijn leven in deze wereld, en dat zal zo blijven tot de aarde daadwerkelijk het Rijk Gods opneemt. De zielen kunnen zich slechts klaarmaken om bouwstenen te vormen voor dat Rijk zodra zij bereid zijn om de wereld af te zweren, dus hun wereldse banden en verlangens geleidelijk te laten sterven. Precies dat is wat bedoeld wordt met de woorden 'aan zichzelf sterven': de kettingen die U aan de wereld vastbinden, in U kruisigen opdat Uw verlangen naar de dingen van de Hemel zou vrijkomen en onbelemmerd groeien. Zodra U daarin slaagt, leeft U werkelijk voor het Rijk Gods op aarde: De belangen van Jezus en Maria worden dan de enige drijfveren voor al Uw doen en laten, en U streeft ze na als in een zoete koorts. Jezus en Maria Zelf hebben U dit voorgedaan. Indien U Hun voetsporen wil drukken, moet U hetzelfde betrachten.

  6. Bestrijding van de werken van de satan. Als christen wordt van U verwacht dat U eerst en vooral de werken van de satan in Uzelf bestrijdt: Alle dwaling, onwaarheid, misleiding, bekoringen, verleidingen moet U door veelvuldig gebed leren herkennen als strijdig met Gods Werken en bedoelingen in U. De werken van de satan kunt U slechts onvruchtbaar maken door aan Uzelf te werken en Uw eigen weerstand tegen alle kwaad te versterken. Aangezien zijn verwoestende werken geconcentreerd zijn op de zielen, moet elke ziel hem vooral in zichzelf onschadelijk maken. U kunt Jezus niet echt volgen zolang U de satan voedsel geeft. Van U wordt daarbij niet rechtstreeks een resultaat verwacht, wel een inspanning om door een goed gebruik van de genade tot het gewenst resultaat te komen: zuiverheid van hart. Naarmate U zelf gezuiverd wordt, kunt U de wereld buiten U helpen zuiveren.

  7. Aanvaarding van Maria als Model. Jezus Zelf vereerde Zijn Moeder boven alles wat onder God staat, en heeft Haar aan de mens gegeven als ladder naar de heiligheid en naar Hem. Maria is door God voorzien als grote Overwinnares in de eindtijd, als Vernietigster van alle kwaad en Fundament van het Rijk van Jezus Christus op aarde. Jezus heeft door Zijn Kruisdood het slot verbroken van de deur naar Uw Verlossing. Maria zal die deur helemaal openzetten. Zij weet precies hoe, Zij bezit alle macht van God Zelf om hindernissen op te ruimen, en Zij kan U begeleiden bij elke stap op Uw levensweg, mits U Haar dit toestaat. Wie Maria miskent, kan onmogelijk deel hebben aan de volheid van het Goddelijk Leven, want:

    * Maria is de Draagster van alle eigenschappen die de Eeuwige Vader voor de heilige mens had voorzien.

    * Maria heeft geleefd in volkomen eenheid met Jezus, Zoon van God en Verlosser van de zielen, en is de volmaakte Brug naar Uw verheerlijking.

    * Maria is de mystieke Bruid van de Heilige Geest. Zij heeft deel aan alle vermogens van Haar Goddelijke Bruidegom, en heeft als geen ander een absolute macht over de Gaven en Genaden die uit Hem stromen.

    U kunt onmogelijk Maria miskennen en terzelfdertijd Jezus volgen, want Maria is een deel van Jezus: Zij heeft Hem Zijn Lichaam en Bloed gegeven, is één van Hart met Hem, en heeft Zijn macht, Wijsheid en volmaakte heiligheid ontvangen. Jezus kan Zich niet volkomen geven aan een ziel die onvoldoende Liefde en eerbied voor Maria heeft. God heeft Maria bedoeld als het groot Voorbeeld voor alle mensen. Wie Haar niet als zodanig aanvaardt, kan zich geen christen noemen en kan niet volkomen geheiligd worden.

Bid om de kracht, deze zeven 'geboden van de christen' tot Uw heilige plicht te maken, en Jezus Zelf zal U zalven voor Zijn heilige dienst.

In voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 45

ALS GIJ NIET WORDT ZOALS DE KINDEREN...

Over de eenvoud als sleutel tot Gods Hart

Myriam van Nazareth

Toen de apostelen Jezus vroegen: "Wie is nu wel de grootste in het Rijk der Hemelen?" gaf Hij hen ten antwoord: "Als gij niet opnieuw wordt als de kleine kinderen, zult gij het Rijk der Hemelen zeker niet binnengaan". Waarom had Jezus een voorliefde voor de kinderen? Omdat een kind, zolang en in de mate waarin het vrij blijft van de invloeden der wereld, eenvoudig en oprecht is in zijn Liefde en Geloof, en vrij is van hoogmoed. De ziel wordt geschapen in zuiverheid, weliswaar besmet door de erfzonde, doch gewapend met de kern van heiligheid uit Gods Hart. Zodra het kind in aanraking komt met de wereldse invloeden, beginnen de aanvallen op deze heilige kern. Dat is de reden waarom in deze moderne wereld kinderen vaak zo onrustig en onhandelbaar zijn: Gedragsstoornissen bij kinderen zijn vaak niets anders dan uitingen van de strijd tussen de eigenschappen die God in de pas geschapen ziel heeft gelegd, en de invloeden der wereld, die door de satan wordt beheerst. Bedenk dat de satan zijn verwoestende werken bij voorkeur richt op de kinderzielen, die de toekomst van Gods Schepping moeten dragen.

Om terug te keren naar de zuiverheid die God U bij Uw geboorte heeft meegegeven, moet U dus kunnen terugkeren naar de toestand van Uw ziel bij haar schepping. Dat is precies de raad die Jezus gaf: De mens moet opnieuw geboren worden. Hij bedoelde daarmee dat U Uw oude 'ik' moet afleggen en bezield moet zijn door de wil, een nieuw leven te beginnen. Op elk ogenblik van Uw leven kunt U de stap zetten naar een nieuwe ingesteldheid tegenover de dingen. Toewijding aan Maria is hiervoor een groot voorbeeld: Echte toewijding begint met het begraven van Uw hele verleden: U draagt het op aan Maria en smeekt Haar om uitzuivering, om een nieuw fundament, een geestelijke wedergeboorte uit Haar allerzuiverste Schoot.

Wat maakt de kinderziel tot een 'volwassen' ziel? Deze overgang is volkomen tegennatuurlijk. In een wereld die Gods Rijk zou zijn, zou een ziel niet besmet worden. Bij het kind zijn het verstand en het vermogen tot redeneren nog niet ontwikkeld. Een kind leeft vooral vanuit zijn gevoelsbeleving. Naarmate de geest zich ontwikkelt, lijkt het hart zich te sluiten of althans ondergeschikt te worden gemaakt. Onze wereld bevordert deze overgang in hoge mate: Wie niet de voorrang begint te geven aan het nuchter redeneren, wordt bespot als kinderachtig, naïef of onderontwikkeld. Om dezelfde reden is het voor mensen met een hoge scholingsgraad vaak een grote opgave om het eenvoudig Geloof te bewaren. Mensen met een lagere scholingsgraad lijken vaak beter in staat om te leven vanuit het hart: Zij redeneren of analyseren minder, en zijn scherper op God afgestemd vanuit hun gevoelsleven. Zo is het ook bij kinderen. Zodra een kind overspoeld wordt door wereldse invloeden (via menselijke contacten, televisie, computer, enzovoort...), verliest het zijn eenvoud: Het hart wordt gemakkelijk 'op nul gesteld', en de geest op het voorplan geschoven. Deze verandering wordt doorgaans sterk aangemoedigd door volwassenen die haar beschouwen als teken van rijping. Tijdens de opvoeding van kinderen wordt het verstandelijk redeneren en het 'realistisch kijken naar de dingen' ingeprent 'om te kunnen overleven' in een wereld die zo hard en vijandig is. Leven vanuit het hart wordt afgedaan als sentimenteel en zwak. Vaak is voor een kind een bijzondere genade of een regelrechte roeping nodig om zich te kunnen wapenen tegen deze invloeden, stand te houden tegen alle reacties uit zijn omgeving, en de eenvoud te bewaren.

Wat is deze 'eenvoud'?

In wezen twee dingen: Liefde en zuiverheid. 'Worden als een kind' betekent dus concreet niets anders dan het terugwinnen van de Liefde en zuiverheid die de jonge ziel kenmerken.

Jezus zei "zalig de armen van geest". Wie zijn dit? Het zijn zij die hun geest vrij houden (of vrij maken) van de ballast van de wereld: het materialisme, allerlei dwalingen, uitingen van haat en onverschilligheid, en de besmetting van de zeden. Wie rijk wil zijn van hart, moet arm worden van geest. De waarde van de mens ligt niet in de eerste plaats in zijn geestelijke vermogens (verstand, redeneervermogen...) maar in zijn emotionele vermogens (het vermogen om Liefde te geven en te ontvangen, het vermogen om zich in de situatie en het lijden van de medemens in te leven, enzovoort).

God heeft de mens allerlei gaven en vermogens geschonken opdat hij deze goed zou gebruiken: om hen in staat te stellen, op deze wereld voor zichzelf en voor anderen te zorgen, de Schepping op de juiste wijze te beheren, en oordeelkundig en met gezond verstand te werken aan zijn Eeuwig Heil en aan de verwezenlijking van Gods Plan. Van de mens wordt echter ook verwacht dat hij deze gaven en vermogens in juiste banen leidt door niet toe te staan dat ze 'een eigen leven zouden leiden'. De gaven en vermogens van de mens zou ik kunnen vergelijken met een paard. Een paard zonder ruiter loopt vaak rond zonder duidelijke bestemming of richting. Wat is hier de ruiter? De nederigheid, de eenvoud, het hart dat zich volkomen laat gaan in Gods Liefde. Deze ruiter zorgt ervoor dat het paard niet onstuimig wordt, doch zijn krachten goed gebruikt om op de meest doeltreffende wijze zijn bestemming te bereiken. De bestemming is het Eeuwig Heil. Zij kan niet bereikt worden zonder eenvoud, nederigheid, de richtinggevende heerschappij van het hart. Niet Uw intelligentie of de vermogens van Uw geest brengen U in de Hemel, wel de vermogens van het hart.

Slechts de ziel die eenvoudig is als een kind, dus de Liefde en zuiverheid van het ogenblik van haar schepping nieuw Leven weet in te blazen, gaat het Rijk der Hemelen binnen. Niet Uw verstand, intelligentie of kennis heiligt Uw ziel: Heiligheid wordt slechts ondersteund door de ontwikkeling van het hart, de Liefde en alle deugden die op de Liefde gebouwd zijn of door haar gevoed worden. Welke vruchten brengt een ontwikkelde geest met een ondervoed gevoelsleven? Niets anders dan gebrek aan blijmoedigheid, eenvoud en nederigheid, en een groot risico op het najagen van werelds succes. Een niet-besmette kinderziel leeft in overgave, oprechtheid, medeleven en zuiverheid, en laat zich leiden en raken door Hem die haar Bestemming is: God. Zij kent haar Bestemming, en heeft geen ander verlangen dan haar te bereiken.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 46

VRAAGT EN GIJ ZULT VERKRIJGEN

Over de toegang tot de Schatkamer der Genaden

Myriam van Nazareth

In Stormschrift nr. 22 heb ik U laten delen in de mij door Maria geschonken Openbaringen over gebed. Gebed is communicatie met God, maar is ook één van de gouden sleutels tot de Schatkamer van Zijn Genaden. Vele mensen keren hun Geloof de rug toe omdat zij zich door God in de steek gelaten voelen. Indien niet elk gebed verhoord wordt, hoe moeten zij dan begrijpen wat Jezus bedoelt met de woorden 'Vraagt en gij zult verkrijgen'? De Schatkamer van Gods Genaden is onuitputtelijk. Niettemin worden smekingen niet altijd verhoord. Menselijk beschouwd, lijkt dit in strijd met Gods Liefde en goedheid. Niets is minder waar. Ik wees er vroeger reeds op dat een gebedsintentie slechts verhoord kan worden voor zover zij overeenstemt met Gods Wil. Dat is geen onverschilligheid noch een willekeurige tirannie van Gods wege, doch een verborgen geschenk. Om dit te begrijpen, moet U binnengeleid worden in de beginselen van een Goddelijk Mysterie.

Gods Wil is het groot regelmechanisme van de Schepping. Alle elementen en alle onderdelen van de Schepping kunnen slechts op een geoorloofde en harmonieuze wijze met elkaar in wisselwerking zijn indien alle uitwisselingen onderling geregeld en gecontroleerd worden door een 'hogere macht'. Deze hogere macht is Gods Wil. Indien deze kracht niet werkzaam was, zou alle leven in staat van totale en onherstelbare chaos verkeren. Chaos brengt ongeluk, ellende, ontregeling, ziekte, ontsporing. Elke mensenziel formuleert haar eigen intenties, die bepaald worden door de persoonlijke verwachtingen die zij van het leven op aarde heeft, maar ook door haar eigen verleden, de ervaringen die voor geen twee zielen gelijk zijn. Zo kunnen wij begrijpen dat de verhoring van alle intenties voor totale chaos zou zorgen, want zij zijn vaak volkomen tegenstrijdig. Gods Wil is het enige mechanisme dat op grond van de onovertroffen Intelligentie en Wijsheid van de Schepper een alomvattende kijk heeft op alle elementen en ontwikkelingen binnen de Schepping, en dat als enige weet welke gevolgen bepaalde verhoringen kunnen krijgen.

Geef Uzelf in absoluut vertrouwen over aan die Goddelijke Wijsheid, en leer het als een verborgen zegen beschouwen indien een verlangen niet ingewilligd wordt. Uw hart is een gevoelssysteem dat voortdurend ten prooi is aan wereldse invloeden, en dat derhalve zijn eigen ondergang kan bewerken door dingen na te streven die binnen Gods Werken niet verantwoord zijn. Het 'verborgen geschenk' bestaat dus hierin, dat God bepaalde dingen niet toestaat omdat Hij weet dat zij voor de vrager en/of voor zijn omgeving of zelfs voor de Schepping als geheel nadelig zouden zijn. Eén klein voorbeeld: Indien U bidt om een grote som geld te winnen of te verdienen, zal God dit gebed als nietig beschouwen. Ten eerste is het winnen van geld voor God totaal onbelangrijk, want het betreft slechts Uw aardse leven, en ten tweede weet God dat er een grote kans bestaat dat financiële rijkdom Uw inspanningen voor het Heil van Uw ziel zouden verminderen en zelfs Uw ziel op vele uiteenlopende wijzen kan schaden.

Welke andere factoren spelen een rol in Gods beslissing om een intentie al dan niet te verhoren?

1. De onoverzienbaar grote schuld van de hele mensheid van alle tijden jegens de Goddelijke Gerechtigheid. De genaden die toegekend kunnen worden zonder het risico dat het geheel van de Schepping helemaal in onevenwicht zou komen, worden om deze reden zo veel mogelijk toegekend voor het bevorderen van Gods Heilsplan. Alle intenties die niet rechtstreeks daarmee verband houden, kunnen slechts verhoord worden door een overmaat van Gods Barmhartigheid, niet door menselijke verdiensten. Begrijp wel dat God in een wereld die reeds onnoemelijk veel gebed nodig heeft om een enigszins afdoende tegengewicht te vormen voor de onvoorstelbare zondenlast die dagelijks vergroot, niet steeds verhoring kan schenken aan, bijvoorbeeld, een gebed om de genezing van een ziekte: Deze laatste intentie betreft slecht een vergankelijk lichaam, het voortbestaan van de Schepping daarentegen betreft het Heil van miljarden zielen.

2. Hoe meer verdiensten de mensheid verzamelt (door gebeden, offers, boetedoening, lijden, lofprijzingen...), des te groter wordt het aantal genaden die God binnen Zijn Wet van Gerechtigheid op een billijke wijze kan toekennen. Deze hoeveelheid wordt onophoudelijk weer verkleind door nieuwe collectieve schuld (elke dag worden over de hele wereld vele miljarden zonden bedreven!). Dus: Hoe heiliger de mensheid als geheel wordt, des te meer gebedsintenties kunnen verhoord worden. In een volkomen heilige wereld zou elke intentie zonder meer verhoord worden. God zou niets weigeren, want de hele mensheid zou leven in overeenstemming met Gods Wil en dan ook alleen dingen verlangen die God Zelf ook verlangt. De heiligheid van de mensheid als geheel kan slechts op één manier toenemen: doordat de zielen individueel een leven in de deugd betrachten. Daarom geldt ook: Indien U verlangt naar een betere wereld, een wereld met meer Liefde en Vrede, minder ellende en ongeluk, en waarin Gods Aanwezigheid en werking duidelijker zichtbaar en voelbaar worden, werk dan eerst en vooral aan Uw eigen heiliging.

3. Naarmate U zelf in heiligheid toeneemt, wordt Uw gebed krachtiger, meer vervuld van Licht. Het is dan alsof het Vuur dat God bij Uw schepping in Uw ziel heeft gelegd, vrij wordt van het slijk en stof van zonde en ondeugd, en meer Licht gaat uitstralen, dat Gods Hart doet ontvlammen. Hoe meer U in ondeugd en zonde leeft, des te minder 'recht' hebt U op het verkrijgen van gunsten. Let wel: Hier speelt Gods Barmhartigheid, vooral in deze duistere tijden, een zeer grote rol, want God verleent vooral in deze tijden veel genaden aan dwalende zielen in een poging om hen te openen voor het Ware Licht. Ook deze gunsten kunnen beëindigd worden indien de ziel niet de wil blijkt te hebben om de genaden in zich in te bouwen om werkelijk naar God toe te groeien. Indien de genaden slechts worden benut voor wereldse doeleinden, kan verdere toekenning van gelijkaardige genaden de ondergang van de ziel bewerken.

4. Hoe veelvuldiger U gebruik maakt van het Sacrament van de Biecht, hoe grondiger en oprechter U Uw Biecht spreekt, en hoe vuriger Uw gedrevenheid om na de Biecht gelijkaardige zonden en misstappen te vermijden, des temeer opent U de weg naar gebedsverhoringen. Dit heeft twee redenen: ten eerste een groeiende zuiverheid van Uw eigen ziel, en ten tweede het feit dat U door een goede Biecht de staat van genade van de mensheid als geheel helpt verhogen.

Eén ziel heeft zonder enige beperking toegang gekregen tot de Schatkamer der Genaden: de Heilige Maagd Maria. Waarom? Omdat Zij alle voorwaarden daartoe vervulde. Zij bezat de volmaakte heiligheid, en leefde daardoor in volkomen overeenstemming met Gods Wil. God kon Haar niets weigeren. Haar macht op Gods Hart was van bij Haar Ontvangenis, en zeker vanaf Haar verheerlijking bij Haar Tenhemelopneming, zo oneindig groot dat Zij de absolute macht over de verdeling der genaden heeft verkregen. Haar absolute zuiverheid en volmaaktheid in alle deugden maakten Haar tot volkomen Spiegel van God Zelf. Vanwege Zijn volmaakt welbehagen in Maria, heeft God Haar laten delen in de Goddelijke macht en Haar de beschikking gegeven over de oneindig grote en oneindig rijk gevarieerde geschenken die in zielen en harten uitgestrooid kunnen worden. Maria is de Meesteres van de Schatkamer van Gods Genaden.

Waar ligt voor U de sleutel tot een grotere toegang tot deze Schatkamer? In Maria. Wie Maria’s Hart verovert, deelt overvloedig in de vruchten van Haar macht.

Maria’s Liefde is grenzeloos. Zij begenadigt echter met voorliefde de zielen die zich volkomen aan Haar weggeven, met andere woorden: die met de inzet van heel hun leven en al hun daden bewijzen dat hun Liefde voor Haar grenzeloos is. Zij doet dit op grond van de Wet van de Goddelijke Gerechtigheid, die zielen méér begunstigt naarmate zij zich in Gods dienst stellen. De grootste vorm van dienstbaarheid is de totale, onvoorwaardelijke en eeuwigdurende toewijding aan Maria, en wel in de mate waarin U die toewijding concreet leven geeft in Uw dagelijks gedrag. Hoe kunt U dit doen?

1. Door de beoefening van alle deugden. Ik verwijs hiervoor naar het boek Lentebloesems aan de Levensboom.

2. Door liefdevolle aanvaarding en opoffering van alle beproevingen, lijden, lasten en kruisen, elke dag opnieuw. Ook hierover heb ik het reeds meermaals gehad.

3. Door vurig gebed om bezieling en leiding door Maria in alle situaties en gebeurtenissen van Uw dagelijks leven, zelfs de kleinste. Hoe méér U brandt van verlangen om werkelijk Maria toe te behoren, met des te meer macht zal Zij Uw hele wezen beheersen. 'Bezeten zijn van Maria' kan de bron van een buitengewoon snelle heiliging worden.

4. Door volledige toewijding van Uw hele wezen (ziel, verstand, wil, gedachten, gevoelens, verlangens, relaties, lichaam) en Uw hele leven (verleden, heden en toekomst) aan Maria. Wanneer U elk ogenblik van Uw hele leven en elk aspect van Uw wezen uitdrukkelijk in Maria’s handen legt (aan Haar geeft als geschenk), kan Zij hiermee veel schuld afbetalen, zowel voor U als voor Uw medemensen. Deze afbetaling geeft U als het ware meer 'recht' op genaden, of beter uitgedrukt: Deze afbetaling wekt in een hogere mate Gods Barmhartigheid op. Een belangrijke maatstaf voor een diep doorleefde toewijding is de volgende: Maak Maria tot absolute Meesteres van Uw tijd. Dit betekent dat U van Haar afsmeekt dat Zij elk ogenblik van Uw dagelijks leven richting geeft. Zeg Haar dat Zij vrij over elk ogenblik van Uw leven kan beschikken. Wat ook elke dag Uw levenspad moge kruisen, tot in de kleinste dingen, geeft U als ononderbroken offers aan Maria. Op deze wijze wordt Maria Meesteres van Uw hele leven en mag U ervan uitgaan dat elk detail van Uw dagelijks leven door Haar (en dus door God) gewenst wordt. Zo wordt elke handeling die U stelt een akt van gehoorzaamheid jegens Haar aan Wie U de heerschappij over Uw leven en Uw wezen hebt gegeven. Dit is volkomen dienstbaarheid tegenover God.

U bent slechts om één enkele reden hier op aarde: om een bijdrage te leveren tot de verwezenlijking van Gods Plan met Zijn Schepping. God heeft de mens geschapen als kroon op de Schepping. Hij had met de mensheid onvoorstelbare plannen, doch de mens heeft deze zelf door de erfzonde gedwarsboomd. Het was zo beschikt dat de mens op aarde zou leven in volkomen harmonie met God en in eenheid met Zijn Goddelijk Hart. Sedert de zondeval rust op de mensheid een zware schuld, die nog dagelijks aangroeit vanwege de talloze zonden die overal ter wereld bedreven worden.

Daarom heeft elke ziel die haar leven op aarde begint, één grote opdracht: bijdragen tot het herstellen van het evenwicht in de Schepping, teneinde te komen tot de voltooiing van Gods Plan, de vestiging van Zijn Rijk van Liefde, Vrede en volmaakt Geluk op aarde.

Aan dit grote doel is alles ondergeschikt, ook Uw persoonlijke behoeften en verlangens, want deze hebben slechts te maken met Uw korte leven op aarde. Niettemin laten Uw behoeften en verlangens God niet onverschillig. Hij kent dagelijks genaden toe om Uw leven op aarde leefbaarder te maken, opdat het ongeluk en de ellende die voortkomen uit de zware schuld van de mensheid tegenover Gods Gerechtigheid U het leven niet onmogelijk zouden maken.

Indien U deze genaden onbelemmerd wil laten stromen, leef dan niet langer met het oog op de bevrediging van Uw eigen behoeften en verlangens. Leef voor de vestiging van het Rijk Gods op aarde, richt daarop al Uw inspanningen, en al het overige (Uw aardse behoeften) zal U erbij gegeven worden.

God zal Zijn Schatkamer voor U openstellen in de mate waarin U zelf bijdraagt tot de aanvulling van de daarin bewaarde schatten door Uw gebeden en offers voor Zijn Rijk. Werk in Uw kleinheid voor Zijn intenties, en Hij zal in Zijn grootheid overvloedig delen voor de verwezenlijking van Uw intenties. Aanvaard Maria als Meesteres van Uw leven, en Zij zal de sleutel tot Gods rijkdommen in Uw hart leggen. Hoe meer Uw leven, gedrag en gevoelsleven gelijkvormig worden met deze van Maria, des te meer kunt U van God verkrijgen, want wat Hem vanuit het Hart van Maria wordt gevraagd, kan Hij niet weigeren. De toegang tot Gods Schatkamer is vrij voor de ziel die leeft in vereniging met Maria.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 47

WAT IS DE MENS DAT GIJ NAAR HEM OMZIET?

Over het wezen en de waardigheid van de mens

Myriam van Nazareth

Voor God is niets waardevoller dan de mens. Hij heeft de mens gemaakt als kroon op de Schepping. De grootste parel, het Meesterstuk van de Schepping, is Maria. Ieder mens wordt geacht, in de mate van zijn mogelijkheden, talenten en gaven Maria na te volgen in de groei naar de heiligheid. Elke ziel heeft een oneindige waarde. De mate waarin de ziel aan deze waarde beantwoordt door haar gedrag en haar bestrevingen, vormt haar waardigheid. Elke ziel is in Gods ogen een diamant, een product van onschatbare waarde, voldoende waardevol om Gods Zoon op aarde te laten neerdalen om in een mensenlichaam te lijden en een (in wereldse ogen) schandelijke dood te sterven.

De diamant van een mensenziel bewaart haar glans zolang zij verlicht blijft door de straling van het Goddelijk Vuur dat in haar binnenste brandt. Door de harde inwerkingen vanuit de wereld en door eigen toegevingen aan bekoringen kan deze diamant aan glans beginnen te verliezen en ruwe kantjes krijgen, maar het blijft steeds een diamant. Alleen moet de ene ziel wat méér geslepen of gepolijst worden dan de andere. Dat slijpen en polijsten is het werk waarmee de Heilige Geest dagelijks bezig is. Het resultaat van dit slijpwerk zou op zich volmaakt moeten zijn omdat God Zelf de bewerking leidt.

Toch wordt deze volmaaktheid eerder uitzonderlijk bereikt. Waarom? Omdat er een grote hindernis is die slechts in een minderheid van de zielen overbrugd wordt: de vrije wil van de mens. De mens moet willen groeien, moet willen de invloeden der wereld van zich afzetten en zich een gedragspatroon en streefdoelen eigen maken die hem in staat stellen om Gods Genaden in zich op te nemen en daardoor de voor hem als mensenziel voorziene waarde volledig tot ontplooiing te laten komen.

De menselijke waardigheid heeft dus veel te maken met het bewust verlangen om geheiligd te worden. Heiligheid wordt beschouwd als een uitzonderlijke toestand, zelfs als een streefdoel dat niet nagestreefd wordt door een 'normale, gemiddelde' ziel. Dat is tegennatuurlijk: De mens is bedoeld om niets anders te worden dan heilig. De waardigheid die God aan de mens bij zijn schepping had verleend, was volmaakt en absoluut. Wanneer U de brede kloof bekijkt die gaapt tussen Gods bedoelingen met de mens en de zielstoestand van de gemiddelde mens in de moderne wereld, kunt U slechts vaststellen hoezeer de mensheid de haar door God gegeven geschenken heeft verkwist.

De menselijke waardigheid is afgezakt naar nooit geziene diepten, niet door Gods schuld, doch door de onverschilligheid van de mens die zich niet meer weet te gedragen zoals het een product uit Gods hand betaamt, en die niet langer de passende doelstellingen aan zijn leven weet te geven omdat hij er niet meer in slaagt, zijn ware roeping als mens te achterhalen. Waarom niet? Omdat hij niet meer in overeenstemming leeft met Gods Wil, Gods Plannen en Gods Werken. De mens is een leven op zich gaan leiden, los van God. Zalig hij die zich uit de greep van deze grootste der dwalingen weet los te maken en die de moed heeft om in een goddeloze wereld te streven naar de ware heiligheid. Het fundament vanaf hetwelk deze vlucht naar God moet vertrekken, is het terugvinden van de menselijke waardigheid.

Wat maakt de menselijke waardigheid uit?

Eerst en vooral moet U goed begrijpen dat U als mens een lichaam hebt maar een ziel bent, niet omgekeerd. De ware kern van Uw wezen is Uw ziel. Voor de mens die zich niet meer bewust is van zijn echte waardigheid, is dit niet vanzelfsprekend. De mens is zich vooral bewust van zijn lichaam, en meent daardoor gemakkelijk dat het lichaam zijn ware wezenskern is. Naarmate het zelfbewustzijn van de ziel groeit, beseft deze steeds méér dat het lichaam niets anders is dan het voertuig van de ziel. In een stoffelijke wereld moet Uw wezen zich in een stoffelijk lichaam verplaatsen. Sedert de zondeval is het lichaam bovendien een instrument van betaling aan de Goddelijke Gerechtigheid geworden: drager van pijnen, ziekten en lasten. Ook om deze reden is de mens zich méér bewust van zijn lichaam dan van zijn niet-tastbare ziel, en meent hij dat het lichaam de kern, en zelfs het enige element, van zijn wezen vormt.

Het wezen 'mens' bestaat in feite, algemeen geschetst, uit vier verschillende niveaus van ervaren en beleven: het lichaam, de geest, het hart en de ziel. De ziel is het niveau dat alles overkoepelt, bij elkaar brengt en leven geeft. Op elk van de vier niveaus van ervaren en beleven moet de mens zijn door God bedoelde waardigheid in stand houden, want zodra de mens op één vlak zijn waardigheid verliest, kan hij niet tot volkomenheid groeien. In feite heeft de waardigheid van de mens in de allereerste plaats te maken met de beleving en ontplooiing van de zuiverheid op alle vier de niveaus, en van de Liefde. Niet toevallig vormen deze twee deugden de grootste kenmerken van de ziel die in Gods welbehagen leeft. Ik herinner eraan dat ik reeds eerder de ziel heb vergeleken met een bloem, waarbij de Liefde haar schoonheid en de zuiverheid haar geur is. Bij een bloem zijn schoonheid en geur de twee eigenschappen die het meest in het oog lopen en het meest de waardering voor de bloem opwekken. Zo zijn de Liefde en de zuiverheid de eigenschappen die de waardigheid van de mens het meest vorm geven en in verregaande mate zijn heiligheid bepalen.

  1. Het lichaam. Op dit niveau beleeft U Uw behoeften in Uw stoffelijk lichaam: voeding, drank, kleding, huisvesting, lichaamsverzorging, geneeskundige bijstand, en nog andere, 'afgeleide' behoeften die niet meer levensnoodzakelijk zijn, zoals seksualiteit. U kunt deze behoeften op ongecontroleerde wijze trachten te bevredigen, en in dat geval zult U heel snel in ondeugden verzinken. U kunt ze ook trachten te bevredigen in zelfbeheersing, in navolging van alle deugden en met de betrachting, daarbij noch Uw medemens tekort te doen noch schade toe te brengen aan Uw eigen lichaam, want het is een geschenk dat God U te leen heeft gegeven om U het leven op aarde mogelijk te maken. De bevrediging van de lichamelijke behoeften in zelfbeheersing is de enige wijze die past bij de menselijke waardigheid. Zij is slechts mogelijk naarmate U groeit in de matigheid, reinheid, kuisheid, offerbereidheid en voorzichtigheid. Dit betekent meteen ook dat bijvoorbeeld ijdelheid, onkuisheid, gulzigheid, pronkzucht en materialisme mensonwaardig zijn, en daarom in Gods ogen bedroevend.

    Vele gedragingen van mensen stijgen niet of nauwelijks uit boven deze van de dieren, wat een oneer is voor de mensheid, want God heeft de mens heel wat hogere vermogens geschonken die bij dieren in veel geringere mate ontwikkeld zijn. Zo bevat de ziel van de mens een uniek kenmerk: zij is draagster van een Goddelijke kern. Om deze reden verwacht God van de mens dat hij uitstijgt boven het niveau van de lichamelijke beleving om uiteindelijk in zo hoog mogelijke mate te leven op het niveau van de ziel. De volkomen ontwikkeling van het belevingsniveau van de ziel is de heiligheid. Heiligheid is daarom de bekroning van de waardigheid van het menselijk wezen.

    De mens die in de beleving van zijn bestaan blijft vastzitten op het niveau van het lichaam, komt niet los van het wereldse. Zijn wereldse gehechtheden komen vaak tot uiting door gedragingen die erop wijzen dat hij een grote klemtoon legt op lichamelijke noden en daarin ook weinig zelfbeheersing kent: allerlei verslavingen, vraatzucht, ongeremde seksualiteit, ziekelijke behaagzucht en dergelijke. De ervaringswereld van het lichamelijke is het laagste niveau van de mens. Daarom geldt dat de mens die de grootste aandacht schenkt aan zijn lichamelijke noden, zijn ziel laat 'verhongeren' en er niet in slaagt om de vlucht naar de heiligheid te nemen. Deze mens bereikt dus niet de bestemming die God voor hem heeft bereid.

  2. De geest. De geest is het geheel van de vermogens die de mens in staat stellen om zijn leefwereld te begrijpen en zijn gedrag daarbij aan te passen: verstand, intelligentie, geheugen, inzicht, redeneervermogen, denkvermogen, leervermogen, het vermogen om gegevens met elkaar in verband te brengen, enzovoort. Het 'begrijpen' van Uw leefwereld heeft vooral betrekking op de dingen die niet met het Goddelijke of de Dingen des Hemels te maken hebben, want het 'begrijpen' van deze laatste dingen dankt U niet aan geestelijke vermogens doch aan gevoelsvermogens (dus het niveau van het hart) en aan de niet-bewuste 'herkenning' van de Hemelse werkelijkheid vanuit Uw ziel. God heeft in Uw ziel een deeltje van Zichzelf gelegd. Om die reden kunt U Hem en Zijn Werken en Plannen nooit vatten met Uw denkende geest, U kunt alleen door een volle benutting van de Genade God leren aanvoelen (vanuit het hart).

    Een mens die de klemtoon van zijn belevingswereld te zeer legt in de geest, vertoont de neiging om alles te beredeneren, te analyseren, met zijn verstand te vatten en te beheersen. Hij kan echter slechts vat krijgen op welbepaalde elementen van de Schepping, want de niet-tastbare wereld van het Hemelse onttrekt zich totaal aan de greep van de geest. Daarom kan de verstandelijk ingestelde mens heel moeilijk voeling krijgen met het Goddelijke. Vaak ontaardt de beklemtoning van de geest in hoogmoed: De mens krijgt het vals gevoel dat hij steeds meer macht krijgt over de wereld, terwijl in waarheid het grootste gedeelte van de werkelijkheid voor hem verborgen blijft. De waardigheid van de mens op het niveau van de geest schuilt in de Wijsheid. De Wijsheid is één van de meest opmerkelijke tekenen van Gods werking. Zij stelt de mens in staat om de vele elementen van Gods Waarheid met elkaar in verbinding te brengen tot een duidelijk geheel, en wel zonder er werkelijk over te redeneren, ik zou dus kunnen zeggen: via Goddelijke inspiratie. Wijsheid is het kenmerk van de mens die 'verlicht' is.

    Wat is onwaardig op het niveau van de geest?
    Elk verkeerd gebruik van Uw geest, elk gebruik ervan in onzuiverheid: hoogmoed, onreine gedachten (in de brede zin: gedachten die de ziel van God verwijderen, een zondige inhoud hebben of gericht zijn op dingen of activiteiten die schadelijk zijn voor de ziel), negatieve gedachten, het vasthouden van neerslachtige en bedrukte stemmingen, vervloekingen, verwensingen, medemensen kwaad toewensen, en verder ook onzuiverheden in het gesproken woord (achterklap, roddel, laster, beledigingen, spot, verwijten, het gebruik van scheldnamen, het kwetsen van medemensen, en alle uitingen van ruzie).

  3. Het hart. Onder 'hart' wordt in de spirituele zin verstaan: de gevoelens, het geheel van de vermogens die de mens in zijn zuivere toestand in staat stellen om Gods verlangens te kennen en de 'trillingen' van Gods Liefde waar te nemen, zowel deze welke rechtstreeks van Gods Hart uitgaan als deze welke God in Zijn schepselen (mensen, dieren en planten) heeft gelegd. Via deze vermogens kunt U bijvoorbeeld informatie krijgen over een medemens die U ontmoet en die U niet kent: U voelt als het ware 'wat van deze mens uitgaat'. Door deze vermogens kunt U eventueel gewaarschuwd worden over goede of slechte bedoelingen van een medemens, over de gemoedsgesteldheid van deze mens, zelfs over verborgen zielennood. Sommige gevoelige zielen kunnen tijdens gebed of in gelijkaardige omstandigheden als het ware delen in bepaalde bovennatuurlijke 'gemoedsgesteldheden'. Dit kan het geval zijn in de verenigingsmystiek, waarbij het bijvoorbeeld aan een instrument van Maria toegestaan wordt, dingen aan te voelen 'vanuit Maria’s Hart', gaande van extatische gelukzaligheid tot verscheurende smart. Deze overvloeiing van gevoelens vindt onder andere plaats wanneer het mensenhart op mystieke wijze wordt geplaatst in de authentieke sfeer van een gebeurtenis die plaats heeft gevonden in het leven van Jezus en/of Maria (de Passie, de Nederdaling van de Heilige Geest...), alsook tijdens visioenen en andere mystieke contactervaringen.

    Het belevingsniveau van het hart is dus het terrein van de gevoelens: allerlei emoties, vreugde, verdriet, Liefde. Dit niveau kan ook in werking treden in situaties waarop de meeste mensen het niet verwachten: Hebt U wel eens opwellingen van diepe Liefde gevoeld wanneer U naar een mooi landschap of naar een bloem keek, en daarbij plots een heel diepe verbondenheid met God gevoeld? Dat komt doordat God in elke plant, in elke bloem, in elk stukje enigszins zuivere natuur een zucht van Zijn Hart heeft gelegd. Een mensenhart dat hiervoor gevoelig is, kan dit opvangen, aanvoelen, 'lezen'. Inderdaad, lezen. U moet U dit als volgt voorstellen: God heeft Zijn Schepping bezaaid met buitengewoon gevarieerde uitingen van Zijn oneindige Liefde, maar deze dragen als het ware de geheime code van Zijn Goddelijk Hart. Slechts een hart dat de oorspronkelijke menselijke waardigheid in zich tot rijping heeft gebracht door heiligheid in gedrag en bestrevingen, vindt de sleutel tot deze geheime code, en kan Gods taal verstaan. De weg naar het ontsluiten van de wondere wereld van Gods Hart loopt over de Liefde in al haar vormen. Waardigheid van hart wordt in de eerste plaats bepaald door een heldhaftige groei en vurigheid in de Liefde.

    Wat is onwaardig op het niveau van het hart?
    Elke uiting van haat, onverschilligheid, jaloersheid, nijd, afgunst, wrok, wrevel, Uw medemens slechte (bijvoorbeeld vijandige) gevoelens toedragen, Uw medemens kwellen, plagen, het leven zuur maken of tot wanhoop drijven, en onoprechtheid.

  4. De ziel. De volheid van de menselijke waardigheid komt pas tot ontwikkeling in de mens die zoveel mogelijk leeft op het niveau van de ziel. Dit betekent: al Uw doen en laten, al Uw gevoelens, woorden, gedachten, bestrevingen, verlangens en alle uitingen van Uw wil richten op de belangen van de Hemel (Gods Heilsplan), zelfs in de gevallen waarin deze niet helemaal verenigbaar lijken met Uw eigen belangen. Wanneer U de Dingen van de Hemel tot richtlijn neemt voor alles wat van U uitgaat, zult U door de genadewerking zodanig omgevormd worden dat Gods belangen spoedig werkelijk tot de Uwe worden, want U zult steeds minder belangstelling krijgen voor de dingen der wereld. Over het algemeen mag gesteld worden dat Uw waardigheid als mens tot volle ontplooiing komt naarmate U de door God bedoelde waardigheid in U tot leven weet te wekken op de niveaus van lichaam, geest en hart, want het belevingsniveau van de ziel heeft het geheel van de belevingsniveaus van lichaam, geest en hart als fundering. Het stijgt echter boven deze fundering uit door speciale Goddelijke gaven die de mens onderscheiden van andere levende wezens. Ziehier de voornaamste:

    (1) De ziel kan worden beschouwd als het levensprincipe, als het ware de energiebron of levensbron van Uw hele wezen. In wezen bezitten alle schepselen dit levensprincipe, doch alleen bij de mens kan het in zijn volheid ontwikkeld worden:
    De toestand waarbij de ziel het levensprincipe in zijn volheid in zich draagt is de heiligheid. Dit betekent dat de ziel in staat van heiligheid het hele wezen doordringt van de Goddelijke energie die Eeuwig Leven schenkt. De mens is het enige wezen op aarde dat tot de heiligheid bestemd is.

    (2) De staat van heiligheid zou nooit bereikt kunnen worden indien God de ziel geen waarschuwingssysteem had geschonken waardoor zij op elk ogenblik geïnformeerd kan worden over de staat waarin zij zich in Gods ogen bevindt en over de mate waarin haar toestand beantwoordt aan Gods verwachtingen. Dit waarschuwingssysteem is het geweten. De mens is het enige schepsel met een geweten. Het geweten is het systeem dat de mens in staat stelt om berouw te voelen over zijn overtredingen tegen Gods Wetten, het verlangen te krijgen om deze overtredingen weer goed te maken (boetvaardigheid), en voortaan deze overtredingen te vermijden.

    (3) Uniek voor de mens is eveneens de bestemming om Gods beeld en gelijkenis te zijn. Hij kan dit slechts bereiken in de mate waarin hij het leven en de werkelijkheid op het niveau van de Dingen des Hemels, het bovennatuurlijke, weet aan te voelen, en het vermogen weet te ontwikkelen om zich totaal aan dat leven en die werkelijkheid over te geven. Dit vermogen is de vergeestelijking. Het komt tot uiting in de onthechting van de dingen der wereld, het loslaten van het verleden (dus alle gebeurtenissen uit Uw leven tot het ogenblik net vóór het huidige ogenblik) en alle gevoelens en gewaarwordingen die daarmee gepaard zijn gegaan, en de totale overgave aan God en toewijding aan Hem (bij voorkeur via onvoorwaardelijke en volkomen zelfgave aan Maria). Vergeestelijking is minder leven alsof U één en al lichaam was, en méér leven alsof U één en al geest was. De mens die de vergeestelijking betracht, leeft met de blik op de Eeuwige Waarden gericht. Hij wordt als het ware constant verlicht door een inwendig Licht dat hem eraan herinnert dat hij in de eerste plaats een ziel is. Dit is het uiteindelijk doel van elke mensenziel.

Vaak wordt over een situatie gezegd dat zij 'mensonwaardig' is. Daarmee wordt bedoeld dat zij 'niet past bij de menselijke waardigheid'. Gewoonlijk wordt met dit woord verwezen naar toestanden die te maken hebben met lijden, beproevingen, gebrek aan bevrediging van materiële behoeften. Nochtans heeft dit woord 'mensonwaardig' een veel diepere, spirituele betekenis, waarvan slechts heel weinig mensen zich bewust zijn, namelijk 'niet passend bij het ware wezen van de mens zoals God dit wezen heeft bedoeld'. Hoe heeft God het wezen van de mens bedoeld? Heilig, zuiver, rein. Bemerk dat deze betekenis vooral verwijst naar de wijze waarop een mens omgaat met de dingen en gebeurtenissen in zijn leven, en niet zozeer naar die dingen en gebeurtenissen zelf.

Een voorbeeld: Wanneer een mens in materiële nood leeft, kan men in de menselijke betekenis zeggen dat zijn leven 'mensonwaardig' is. Niettemin is het best mogelijk dat dit in de spirituele betekenis helemaal niet het geval is, wanneer hij op deze situatie reageert op een heilige wijze: Hij kan zijn beproevingen beschouwen als een dankbare bron van loutering, heiliging, boetvaardigheid en verlossend lijden. In de spirituele betekenis van het woord is 'mensonwaardig' bijvoorbeeld: ruzie maken, onverschilligheid tegenover de medemens, gebrek aan naastenliefde, verzet en protest tegen beproevingen en lasten, elke vorm van onzuiverheid in daden, woorden, gedachten en verlangens.

'Onwaardige' omstandigheden kunnen een heel grote waarde krijgen indien U er op een waardige wijze op reageert. 'Onwaardig' wordt daarbij tot 'waardig' door inschakeling van een 'wissel' (denk aan een trein die van spoor verandert) waardoor de loop der dingen plots van richting verandert. Wat zijn deze 'wissels'? Het zijn deugden die situaties van leed en beproevingen veranderen in offers van Liefde, namelijk de boetvaardigheid, offerbereidheid, aanvaarding, nederigheid, naastenliefde, Liefde tot God, blijmoedigheid, toewijding, Geloof, Hoop, volharding en vertrouwen op de Goddelijke Voorzienigheid. Deze deugden kunnen omstandigheden die in de ogen van de wereld 'mensonwaardig' zijn, bevruchten tot uitermate vruchtbare bodems voor verlossende offers. Deze verlossende offers vormen de fundering voor de vestiging van Gods Rijk op aarde.

De ziel die erin slaagt, de 'mensonwaardige' beproevingen op haar levensweg zodanig te benutten dat ze vruchten van de grootste waardigheid voortbrengen, heeft de kunst van het leven in heiligheid begrepen, want zij oogst die vruchten op de bodem van de deugden die God het aangenaamst zijn.

Ik heb de ziel vergeleken met een diamant die slagen krijgt vanuit de wereld en daardoor aan schoonheid verliest. De menselijke waarde en waardigheid worden bepaald door de glans van Uw diamant: Uw verdiensten en de schoonheid van Uw ziel in Gods ogen. Veel hangt af van Uw 'bewerkbaarheid' of 'kneedbaarheid', dus van Uw overgave aan God en Uw vertrouwen op Hem. Wat doet afbreuk aan de waardigheid van de mens? De zonde. De menselijke waardigheid bestaat uit zijn heiliging, de terugkeer naar de staat zoals God de mens heeft bedoeld.

Wanneer U heiligenlevens beschouwt, kunt U merken hoezeer deze op zich een lering vormen in de ware levenskunst, omdat zij U aantonen hoe heilige zielen hebben gereageerd op de situaties die zij op hun levensweg hebben gevonden, en hoe zij omgegaan zijn met de genaden die God hen heeft verleend om die situaties zodanig te benaderen dat deze hun ziel naar het Heil konden voeren. 'Heilig worden' betekent inderdaad 'de ziel naar het Heil voeren' door een heilzaam gebruik van de genade. Dit veronderstelt de benadering van elke levenssituatie vanuit een gedrag dat in overeenstemming is met de deugden en met Gods Wil.

Alles wat met het religieuze te maken heeft, wordt door vele mensen beschouwd als wereldvreemd, een terrein dat met het 'werkelijke leven' weinig te maken heeft. Dat is een ernstige dwaling: kennis van en inzicht in het religieuze, Gods Mysteries en Waarheid, de Leer van Jezus en de evangelische waarden, is in de diepste betekenis van het woord levenskunst. Het is de enige weg naar de ware Vrede van hart, het Ware Geluk en het Eeuwig Heil. Het zijn Uw inspanningen op dat vlak die maken dat God naar U omziet, want zij vormen de schoonheid van Uw hele wezen.

In voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 48

GA, EN ZONDIG VOORTAAN NIET MEER

Over de gevolgen van de zonde voor de ziel

Myriam van Nazareth

Wanneer Jezus zonden vergaf en de zondaar genas naar lichaam en ziel, drukte hij deze op het hart dat hij zich voortaan van de zonde moest afwenden. Wanneer God zonden vergeeft, herstelt Hij daardoor de ziel in een hogere gezondheidstoestand. Een ziel die met zonden beladen is, is een zieke ziel, en wel in des te hogere mate naargelang de zonden talrijker en/of zwaarder zijn. De zonde is voor de ziel wat een ziekteverwekker is voor het lichaam.

Wat is zonde? Een zonde is elke handeling, woord, gedachte, verlangen of nalatigheid waardoor U Gods Plan met de Schepping tegenwerkt en de harmonie en goede werking binnen de Schepping verstoort. Zo kunt U de zonde verstaan als een overtreding tegen Gods Wet.

Gods Wet is het geheel van de Goddelijke Beschikkingen en Raadsbesluiten die de hele Schepping regelen en erop gericht zijn dat Gods Plannen en Werken tot voltooiing kunnen worden gebracht. Door te zondigen, in welke vorm dan ook, brengt U dus schade toe aan Gods Werken. Hoe zwaar die schade is, kunt U niet gemakkelijk inschatten, want elke handeling, elk woord, elke gedachte, elke nalatigheid kan vele gevolgen krijgen die U zelf niet kon voorzien.

Bijvoorbeeld: U geeft iemand een raad die niet helemaal in overeenstemming is met Gods verwachtingen. Het is mogelijk dat deze mens Uw raad niet alleen ten uitvoer brengt maar hem ook op zijn beurt aan vele andere mensen doorgeeft. God kan U hiervoor moreel verantwoordelijk stellen, omdat U in feite aan de basis kunt liggen van veel schade. Uw verantwoordelijkheid is des te groter naarmate mensen méér van U verwachten of méér naar U opkijken: Zij zullen dan geneigd zijn om Uw woorden een meer dan gemiddelde waarde toe te meten, zodat elk woord uit Uw mond dat niet door God gewenst is, eveneens grote schade kan aanrichten voor vele zielen.

Het zou ons te ver leiden indien ik zou trachten, een overzicht te geven van alle zonden. Dat zou trouwens niet eens mogelijk zijn. Ik kan voor U wel een korte analyse maken van het begrip 'zonde'. Waaruit bestaat zij in wezen? Zonde is elke handeling, woord, gedachte of nalatigheid waardoor U één of meer van de volgende vormen van schade toebrengt:

  1. schade aan Gods belangen. Breed genomen, mag U ervan uitgaan dat U Gods belangen schaadt in vele gevallen waarbij U vooral de bevrediging van Uw eigen wensen nastreeft. Richt Uw doen en laten bovenal op Gods verwachtingen.

  2. Schade aan een medemens:

  • aan zijn leven. Bijvoorbeeld moord, abortus, euthanasie...

  • aan zijn lichaam. Bijvoorbeeld mishandeling; Uw kind onvoldoende of slecht te eten geven...

  • aan zijn gevoelens. Bijvoorbeeld een medemens onvrede in het hart leggen; hem kwetsen...

  • aan zijn geest. Bijvoorbeeld iemand moedwillig in verwarring brengen; iemand tot wanhoop drijven; geestelijke terreur uitoefenen...

  • aan zijn ziel. Bijvoorbeeld iemand medeplichtig maken aan Uw zonde; iemand moreel dwingen om U gelijk te geven terwijl U zelf in dwaling bent, zodat hij zelf ongewild in ondeugd vervalt; iemand vervloeken of verwensen; een slecht of zondig voorbeeld geven; Uw kind onchristelijk opvoeden...

  • aan zijn goederen of bezittingen. Bijvoorbeeld diefstal, moedwillige vernieling, bedrog, afpersing...

  • aan zijn relaties. Bijvoorbeeld onenigheid stichten tussen mensen, een medemens een slechte naam geven of verdacht maken (roddel, laster, achterklap!)...

  • aan zijn belangen. Bijvoorbeeld Uw medemens oneerlijke concurrentie aandoen; onvoldoende oog hebben voor de noden van Uw medemens.

  1. Schade doordat U Uzelf verhindert of belemmert om de taken te vervullen of de wegen te gaan die God van U verwacht. Bijvoorbeeld Uzelf verwaarlozen of onvoldoende voorzichtigheid betrachten (onder andere: Uzelf ziek maken, allerlei verslavingen); ook de meeste ondeugden werken zelfvernietigend (haat, jaloersheid, verbittering...).

Omdat Uw gedrag door Uw medemens kan worden gebruikt als een spiegel voor zijn eigen gedrag, is het noodzakelijk dat U de beide volgende leefregels ter harte neemt:

  1. Betracht in al Uw doen en laten en in al Uw woorden een vlekkeloze deugdzaamheid. Oefen Uw hart en geest zelfs in die richting, dat U slechts verlangens koestert die volkomen zuiver zijn, want Uw verlangens zijn de bronnen waaruit uiteindelijk Uw daden en woorden ontspringen. Uit een onzuivere bron kan geen zuiver water stromen.
  2. Zorg ervoor dat U in elk opzicht een positief, stichtend voorbeeld bent voor Uw medemensen, in woord en daad. Wees waakzaam en voorzichtig opdat niets wat van U uitgaat, een medemens in dwaling kan brengen, zelfs in het geringste en schijnbaar onbenulligste van Uw handelingen en woorden.

De zonde brengt niet alleen schade toe aan Gods Heilsplan en Werken, en aan andere zielen. Zij brengt eveneens schade toe aan Uw eigen ziel.

welke veranderingen brengt de zonde aan in de ziel?

  1. Bij elke zonde komt een smet op de ziel, zodat zij als het ware minder Licht om zich heen gaat verspreiden. Hierdoor vermindert haar gelijkenis met God, en gaat er minder kracht uit van alles wat de ziel doet: Haar gebeden, haar voorspraak, haar verheerlijkingen en lofprijzingen worden voor God minder aantrekkelijk en nodigen Hem minder uit tot verhoring. De schoonheid en de aantrekkingskracht van de ziel verminderen. Hierdoor vermindert ook het nut, het 'gewicht' dat de ziel kan opbrengen voor de verwezenlijking van Gods Plannen. Haar bijdrage tot de vestiging van Gods Rijk wordt kleiner, en haar verdiensten voor de wereld en voor haar medemensen verminderen eveneens.

  2. Elke zonde onderbreekt stromen van Liefde. God zoekt Zijn Heilsplan uit te werken doorheen ieder mens en zijn woorden, handelingen, gedachten, gevoelens, verlangens en bestrevingen. Hij doet dit door stromen van Liefde doorheen Uw hart te sturen. Telkens wanneer U een zonde bedrijft, worden deze stromen van Liefde onderbroken. Dit betekent dat de verwezenlijking van het gedeelte van Gods Heilsplan dat voorzien was om via Uw tussenkomst voltrokken te worden, tijdelijk stilvalt of verontreinigd wordt. Bijgevolg draagt alles wat van U uitgaat, niet meer Gods Liefde en zuiverheid in zich, en heeft het minder 'betaalkracht' voor de vergoeding jegens Gods Gerechtigheid.

  3. De zonde verontreinigt het venster van Uw ziel. U kunt U dit als volgt voorstellen: God legt bij Uw schepping Zijn Vuur in Uw ziel. Dit Vuur kan door zonde niet zuiver branden, en produceert rookontwikkeling. Uw ziel is dan minder goed in staat om de stralen van Gods Licht binnen te laten (leiding en ingevingen van de Heilige Geest). Hierdoor worden Uw eigen handelingen en woorden, en Uw innerlijk leven, minder goed verlicht door Gods Wijsheid, en wordt Uw eenheid met God zwakker.

  4. Door de zonde komt Uw geweten in een toestand van onrust. U krijgt onvrede in Uw hart. Deze onvrede verzwakt Uw verbinding met God, want slechts een hart in Ware Vrede heeft echt voeling met God. In deze gesteldheid van innerlijke onrust of onvrede ('koorts' van de ziel) kunt U geen Licht om U heen verspreiden, noch handelingen stellen of woorden spreken die volkomen door Gods Geest bezield zijn. In deze toestand is Uw innerlijke beleving een broedhaard voor verbittering, ontevredenheid over Uzelf, gebrek aan levenslust, en depressie: gesteldheden die U tot instrument van de satan kunnen maken.

  5. Het bedrijven van zonde trekt in de ziel een nieuw spoor dat het herhalen van dezelfde zonde in de toekomst vergemakkelijkt. Er wordt dus als het ware een nieuwe weg aangelegd. Het gevaar is groot, dat Uw onderbewuste dit nieuwe pad als een gemakkelijke vluchtweg gaat waarderen, en dat U voor Uzelf een gewoonte schept die U steeds minder waakzaam maakt voor bekoring en dwaling, en die Uw zelfbewustzijn geleidelijk begint uit te schakelen, zodat U op zeker ogenblik geen weerstand meer hebt tegen de influisteringen van het kwaad. Door elke zonde verwerft de satan nieuwe rechten op Uw ziel. Het is alsof Uw ziel door de zonde een verbond met hem ondertekent.

  6. De zonde schept in de ziel een toestand van ondervoeding, die erger wordt naarmate de zonden talrijker en zwaarder zijn. Dit komt doordat de ziel tijdens het bedrijven van zonde afgesneden wordt van de Bron der Genaden.

    U kunt U dit als volgt voorstellen: Uw ziel is een tak aan de Boom die Christus heet. Deze tak wordt voortdurend bevoorraad met het sap uit Gods bodem, en ontwikkelt op Zijn Tijd bladeren en vruchten. Tijdens het zondigen staat U toe dat de grote vijand van Jezus met een hakmes een barst maakt op de plaats waar Uw tak aan de boomstam vastzit, zodat de saptoevoer gehinderd wordt, de tak minder voedsel krijgt, ziek wordt, steeds minder groen en vruchten maakt en in ernstige gevallen helemaal verdort en afsterft.

    Door de zonde wordt Uw hele wezen meer en meer naar het wereldse toe getrokken. Gevolgen zijn de verzwakking van het geweten, van het vermogen tot heiliging en tot vergeestelijking en onthechting. In Stormschrift nr. 47 hebt U deze laatste vermogens leren kennen als de Goddelijke gaven in de ziel.

  7. Door elke zonde krijgt de ziel minder deel aan de stroom van de gezamenlijke verdiensten van alle zielen (deze op aarde zowel als in de Hemel en in het vagevuur). Deze verdiensten, die hun oorsprong vinden in gebeden, offers, boetedoening, lijden, de Liefde tot God en tot de naaste, vormen samen met de oppermachtige Voorspraak van de Allerheiligste Maagd Maria, met de tegemoetkomingen van de Goddelijke Barmhartigheid, en niet te vergeten met de eeuwigdurende vruchten van het Kruisoffer van Jezus Christus, de oneindige, nooit stilvallende Stroom van de Genade.

    Volgens de Wet van de Goddelijke Gerechtigheid geeft elke zonde U minder recht op de genade. Van deze regel kan God naar Zijn goeddunken afwijken door een overgrote tegemoetkoming van Zijn Barmhartigheid indien Hij dit voor de verwezenlijking van Zijn Plannen en Werken nuttig of noodzakelijk acht, doch Hij zal van U enige vorm van vergoeding vragen, in de vorm van bekering, berouw, in aanvaarding gedragen beproevingen en uitingen van oprechte Liefde.

  8. Door de zonde verliest de ziel Gods Tegenwoordigheid. God tracht onophoudelijk in U te leven en Uw ziel te kneden en te vormen naar Zijn beeld en gelijkenis. Door de zonde verliest U Gods Aanwezigheid, omdat Hij niet kan verblijven in een atmosfeer van onzuiverheid. Zo wordt Gods beeld in Uw ziel misvormd en moet God Zijn kneedwerk in haar herbeginnen.

  9. Elke zonde schept een noodzaak tot goedmaking. Die goedmaking bestaat in de eerste plaats in berouw: Berouw is een eerste stap in de terugkeer naar de Liefde, en slechts de Liefde kan een nieuwe verzoening scheppen tussen de ziel en God. Om daadwerkelijke vergeving te bekomen, moet de zonde uitgesproken worden in het Sacrament van de Biecht. Daarna is nog een goedmaking noodzakelijk tot herstel van het evenwicht in de Schepping dat door Uw zonde verstoord is, en deze goedmaking kan vele vormen hebben.

    Lijden is een sterke vorm van goedmaking (wat niet betekent dat alle lijden dat U overkomt, U opgelegd wordt om Uw zonden goed te maken). Een groot aandeel van de op aarde bedreven zonden wordt goedgemaakt door de louteringstijd in het vagevuur die vele zielen doormaken na het oordeel op het einde van hun leven op aarde. Indien de ziel dit leven verlaat met een zware last aan niet gebiechte, ernstige zonden, is het mogelijk dat op grond van Gods Gerechtigheid zelfs een lange louteringstijd in het vagevuur niet meer volstaat om deze zondenlast goed te maken. In dat geval bestaat voor de ziel geen Eeuwig Leven meer.

Elke handeling, woord, gedachte, gevoel, verlangen of bestreving draagt een bepaalde 'maat van leven' in zich. Hoe groter deze maat, des te meer is deze handeling, dit woord enzovoort, in staat om het Leven van de ziel te bevorderen of de volheid van het Leven in de ziel tot ontplooiing te laten komen.

U weet uit vroegere Stormschriften dat de brandstof van alle leven in de Schepping de Liefde is. Daarom draagt een handeling, woord, gedachte, gevoel, verlangen of bestreving méér leven in zich naargelang zij meer Liefde in zich draagt. U weet ook dat elke zonde in wezen een overtreding tegen de Liefde is. Zo zult U begrijpen dat elke zonde een handeling, woord, gedachte, gevoel, verlangen of bestreving is die de 'maat van leven' verkleint. Daarom worden de ergste zonden doodzonden genoemd: Zij beroven de ziel van alle Leven. Om deze reden moet het U ook duidelijk zijn dat een ziel die belast is met een niet-gebiechte of niet oprecht gebiechte doodzonde niet door God verdoemd wordt, doch zichzelf doodt.

De uitspraak van Jezus "Ga, en zondig voortaan niet meer", was in wezen een uitnodiging tot het Ware Leven voor de ziel, en dus een oproep om terug te keren tot de Ware Liefde. In de Liefde ligt de eenvormigheid met Gods Wil, en dus het zaad voor Zijn Rijk op aarde. De zonde bant God uit Uw ziel, doch Zijn Rijk van Vrede en Liefde kan pas op aarde gevestigd worden nadat het eerst in Uw eigen ziel tot bloei is gekomen. Het Rijk Gods zal er niet in de eerste plaats komen door Uw verlangen ernaar, doch door Uw dagelijkse strijd tegen de zonde in Uw eigen ziel, hart, geest en lichaam.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 49

EERDER NOG ZULLEN HEMEL EN AARDE VERGAAN...

Over de tijdloze Waarheid van God

Myriam van Nazareth

God heeft voor ieder mens een welomlijnd Plan: Hij voorziet op welk tijdstip Uw ziel op aarde in een lichaam gestort wordt, en naargelang Uw werken en bestrevingen tijdens Uw leven kan Hij U terugroepen op het voor U bestemde ogenblik, of ook vroeger of later. Gods Plan met elke ziel is het product van Zijn onovertroffen Wijsheid, en gaat er onder meer van uit dat de ziel zich door de Goddelijke inspiraties laat leiden en haar werken volbrengt in overeenstemming met Gods Wil. Naarmate meer zielen afwijken van de verwachtingen van Gods Wil en zich eerder laten leiden door eigen belangen en door ingevingen van het kwaad dan door de Heilige Geest, komt de Schepping in een toestand van relatieve wanorde te verkeren.

Om nog enigszins een evenwicht te vinden dat het mogelijk maakt om de Schepping in stand te houden, is God als het ware genoodzaakt om Zijn Werken voortdurend aan te passen. Omdat Gods Plannen gegrondvest zijn op absolute Wijsheid, en het in het belang van de hele Schepping en van het Heil van de zielen is dat geen letter van Gods Beschikkingen veranderd zou worden, zal God min of meer grote verschuivingen moeten doorvoeren indien Hij wil vermijden dat de Wet van Zijn Gerechtigheid naar de letter toegepast zou worden. Deze verschuivingen zijn slechts mogelijk door het noodplan van Gods Liefde dat de Barmhartigheid wordt genoemd. Doordat de mens zich steeds verder van Gods Wil verwijdert, hindert hij steeds méér de uitvoering van Gods Plannen en Werken. Doordat God de menselijke wil respecteert, grijpt Hij zelden op bruuske wijze in op afwijkende of zelfs zondige handelingen en werken van de mens. Niettemin heeft God Zich voorgenomen dat nog eerder Hemel en aarde zullen vergaan dan dat één haaltje veranderd zou worden aan Zijn Wet vóór alles in vervulling is gegaan.

God heeft de mens geschapen met welbepaalde bedoelingen en verwachtingen, en Hij heeft daar van meet af aan regels voor ingegeven: Hoe de mens zich behoort te gedragen om Gods Plan van alomvattende Liefde en Vrede op aarde te verwezenlijken opdat de aarde een spiegelbeeld zou zijn van het Rijk Gods in de Hemel, want zo was de Schepping door God bedoeld. De mens heeft Gods Wet van in den beginne gekend, doch hij heeft zijn eigen wetten afgekondigd, die gericht zijn op een menselijk rijk van genot en zelfzucht.

Wat God heeft vastgesteld, zal in vervulling gaan. Groot is de zonde van de mens die Gods Plan tegenwerkt. Dat is precies wat reeds vanaf de erfzonde is gebeurd, en later op steeds grotere schaal herhaald zou worden. Deze neiging tot het instellen van eigen voorschriften die afwijken van de oorspronkelijke Wet van God, is modernisme.

Modernisme is de overtuiging dat de wereld verbeterd moet worden door het veranderen van de oude, traditionele waarden. Dit geloof steunt op de vaststelling dat de wereld en de ontwikkeling van de mensheid vervuld zijn van ellende. Deze vaststelling is weliswaar juist, doch het modernisme trekt uit deze vaststelling de verkeerde conclusie: Het heeft niet begrepen dat alle ellende precies in de wereld is gekomen door van de traditionele waarden af te wijken.

U kunt dit het beste vaststellen in de Kerk. De traditionele waarden zijn door Jezus ingesteld en aan de apostelen van het eerste uur doorgegeven. Na de Hemelvaart van Jezus heeft de Heilige Geest de jonge Kerk van Christus gezuiverd van haar laatste menselijke waarden door de heiliging van de apostelen te voltooien en hen de totale bezieling van al hun woorden en handelingen, gedachten en bestrevingen in te storten. De traditionele waarden van de Kerk van Christus zijn dus in de diepste zin van het woord Goddelijke waarden.

Vanaf het ogenblik waarop de eerste wijzigingen in de riten en de liturgie in de Kerk begonnen te sluipen, is dus sprake van modernisme, en vanaf dat ogenblik is bijgevolg afbreuk gedaan aan de Goddelijke waarden (het Hemels fundament) van de Kerk. Elke vorm van modernisme is in wezen verwereldlijking, en bijgevolg een stap achteruit.

De aanhangers van het modernisme in de Kerk hebben niet begrepen dat elk woord, elke handeling en elke ritus in de Kerk en de Eucharistie een vaste waarde heeft, die door God slechts is toegekend voor zover deze woorden, handelingen en riten zo en niet anders worden gesproken of uitgevoerd, want uitsluitend in die vorm kan Gods kracht in haar volheid over de Schepping uitgestort worden. Gods Waarheid is tijdloos. Daarom is het een zeer grote dwaling, de Kerk aan te passen bij de ontwikkelingen in de samenleving. Wie van oordeel is dat de Kerk de ontwikkelingen in de samenleving moet volgen, is ten prooi aan misleiding, want hij beschouwt de Kerk als een wereldse instelling, een bouwsel van mensen, in plaats van als een bouwwerk dat opgetrokken is op het Woord van God en boven alle menselijke elementen in leven wordt gehouden door de bezieling van de Heilige Geest.

De opvatting dat de Kerk van Christus 'verouderd' of 'uit de mode' is, berust op diepe duisternis en verblinding. De Kerk en de liturgie moeten niet aangepast worden aan de maatschappij, integendeel: De maatschappij moet aangepast worden aan de Kerk en de liturgie, want de traditionele christelijke Leer is de eeuwige en onveranderlijke Waarheid van God, de verwoording van Gods Wet die voor alle tijden geldt. Zodra de mens de liturgie en de Kerk begint 'aan te passen', is hij bezig, inbreuk te plegen op Gods Eeuwige Wet en verkeert hij dus in zonde. Gods Wet laat zich niet veranderen door het handelen en denken van de mens, wiens wijsheid in Gods ogen weinig méér kan zijn dan dwaasheid, want de menselijke wijsheid steunt op een fundering van grote onwetendheid.

De menselijke samenleving en het menselijk denken worden constant veranderd onder talloze invloeden, waarvan vele geïnspireerd worden door de krachten van het kwaad. De christelijke Leer, de liturgie en de Kerk aanpassen bij de veranderingen in de samenleving, zou daarom betekenen dat God Zich onder meer moet aanpassen bij de grillen van het kwaad. Indien daaraan wordt toegegeven, staat de deur wijd open voor algemeen verval en levert men de Kerk, het Erfgoed van God zelf, uit aan de satan.

Jezus Zelf heeft ons de enige Waarheid van God gegeven, maar de mens heeft het zich aangematigd om deze op zijn eigen manier te beginnen uitleggen. De diepe betekenis van de Bijbelteksten wordt nog slechts door weinigen begrepen. De wereld heeft vanuit zodanig veel hoeken de christelijke leerstellingen aangevreten dat deze ons vaak nog slechts in misvormde toestand aangereikt worden. Ook de mens zelf is door de wereld en de evolutie van de samenleving 'aangevreten'. De mentaliteit en levenswijze van de mensheid zijn sterk veranderd omdat de technologie en wetenschap (dus de menselijke denkwijze) sterk veranderd zijn, niet omdat Gods denkwijze veranderd zou zijn, want die is eeuwig en onveranderlijk.

Gods Waarheid is voor alle tijden in de mensenziel gelegd, maar de mens heeft wereldse invloeden de kans gegeven om die Waarheid onder een dikke laag stof te verbergen. Het is dan ook een dwaling, te menen dat de Kerk moet veranderen omdat Zij gegrondvest is in een tijdperk waarin de samenleving en het menselijk denken nog heel anders waren dan nu. Modernisme is een open deur naar algemeen verval, en bewerkt het absolute tegendeel van wat Jezus aan Zijn Kerk heeft opgedragen, namelijk zielen te winnen voor Gods Rijk. Modernisme levert juist steeds méér zielen uit aan Gods vijanden. Herken dus de tekenen die U bedreigen.

Hoe kunt U modernisme in de Kerk herkennen? De duidelijkste tekenen zijn:

  1. Verschuiving van de klemtoon naar het menselijke. God staat steeds minder centraal. Preken en gebedsintenties dragen vaak duidelijk het stempel van humanistisch denken (zie Stormschrift nr. 36). Dit betekent dat zij slechts zelden gericht zijn op Gods belangen, of niet meer hoofdzakelijk bezield zijn door het verlangen om zielen te onderrichten in Gods Waarheid. Steeds méér menselijke elementen worden in de Heilige Eucharistie binnengeleid, en wel in ontelbaar vele vormen, bijvoorbeeld het voorlezen van door leken gekozen gedichten, afzonderlijke programma’s voor kinderen tijdens de Heilige Mis, de omgang met de geconsacreerde Hostie en Wijn alsof het wereldse voedingsmiddelen voor een gewone maaltijd waren (dit doet wel sterk denken aan de broodmaaltijd van de protestanten, die niet geloven in de verandering van brood en wijn in Lichaam en Bloed van Jezus), verder ook de teloorgang van plechtige spirituele elementen in Huwelijks- en Doopceremonieën (deze worden steeds vaker afgehandeld alsof het sociale familiebijeenkomsten waren waar God nauwelijks iets mee te maken heeft).
    Dit verschijnsel is een afspiegeling van de toestand in de samenleving als geheel: De mens wordt tot middelpunt van alles gemaakt, en God wordt terzijde geschoven. Zo heeft Jezus het allerminst onderwezen.

  2. Afwijkingen van de traditie in de uitreiking van de Heilige Communie. Mij is bij herhaling in visioenen en openbaringen aangetoond dat de Heilige Communie slechts de volheid van haar Genade schenkt indien zij geknield en rechtstreeks op de tong ontvangen wordt. De gelovige die om medische redenen niet kan knielen, is verontschuldigd wat het knielen betreft. De priester die deze wijze van communiceren weigert, verkeert in ernstige dwaling en ongehoorzaamheid jegens Gods Wet en jegens de pauselijke voorschriften. De opvatting dat het ontvangen van de Heilige Communie op de tong en in geknielde positie niet meer past bij de nieuwe tijden, getuigt van de hoogmoed die de mens kenmerkt sedert hij door de grote vorderingen in techniek en wetenschap meent dat hij de Schepping onder controle heeft.

    Het modernisme houdt geen rekening meer met het feit dat de Heilige Communie een rechtstreeks contact is met God. De handcommunie mag dan onder druk van wereldse invloeden door bepaalde bisschoppen 'goedgekeurd' en door allerlei omstandigheden ingeburgerd geraakt zijn, zij beantwoordt niet aan Gods oorspronkelijke verwachtingen en bedoelingen.

  3. Verandering van de misliturgie. De teksten van de liturgie vertonen in bepaalde Heilige Missen opvallende afwijkingen ten opzichte van de traditionele teksten. Zo wordt bijvoorbeeld het kernwoord 'God' wel eens vervangen door 'de Ene'. Niet zelden worden hele tekstgedeelten weggelaten. Andere tekstgedeelten worden geherformuleerd, zodat de evangelische woorden 'begrijpelijker' worden maar hierdoor ook soms hun dieperliggende betekenis verliezen. Een bijkomend modernistisch element bestaat hier uit de keuze voor de gemakkelijke oplossing (vereenvoudiging van de woorden van Jezus) in plaats van voor de onderrichting van de gelovigen door moeilijkere bijbelteksten diepgaand toe te lichten. Jezus heeft Zijn apostelen geleerd hoe zij met geduld en volharding Gods Waarheid moesten verkondigen en onderrichten. Met de modernisering van de wereld lijkt dit door velen als tijdverspilling te worden beschouwd: Een moderne samenleving wil alles 'snel, efficiënt en ter zake' zien gebeuren. Voor het voeden en kneden van iets zo ontastbaar als de ziel is geen plaats meer.

    In de loop der eeuwen zijn vele wijzigingen doorgevoerd in de liturgie. Het gevaar bestaat dat het geheel hierdoor steeds minder overeenstemming vertoont met Gods ware bedoelingen, en dat de Heilige Mis als geheel aan waarde inboet ten opzichte van haar oorspronkelijk ingestelde vormgeving. De gelovige die met een oprecht hart een 'vervormde' Heilige Mis bijwoont, wordt hiervoor door God niet ter verantwoording geroepen: De Kerk als instelling van Jezus Christus vult voor deze zielen aan wat ontbreekt doordat bepaalde genaden door een afwijkende liturgie niet vrijgemaakt zijn; wel verdient het aanbeveling dat de ziel die zich van ernstige afwijkingen op dit gebied bewust is geworden, niet meer de voorkeur geeft aan het bijwonen van dergelijke Misvieringen.

  4. Ontwaarding van het zondebegrip. De mens houdt er in de nieuwe tijden minder dan ooit van, eraan te worden herinnerd dat hij niet volmaakt is en dat hij kan zondigen. Op een zonde, fout of ondeugd gewezen te worden, wordt door vele mensen beschouwd als een belediging. Voor de Kerk als stichtende en vormende Nalatenschap van Christus wordt het pas echt gevaarlijk wanneer ook priesters weinig waarde gaan toekennen aan het Sacrament van de Biecht (hoe zeldzaam worden goede biechtgelegenheden!), en als biechtvader, als predikant of als raadgever de betekenis van zonde en ondeugd beginnen te minimaliseren. Zij volgen op dat ogenblik niet meer de onderrichtingen van Jezus. Het leiden en begeleiden van zielen veronderstelt een fijngevoelige zin voor evenwicht tussen barmhartigheid en mildheid enerzijds, en absolute Liefde voor de Waarheid anderzijds.

    Zielen kunnen niet openbloeien indien zij slechts adviezen krijgen die de Waarheid verwringen met de bedoeling, hen de confrontatie met hun eigen geweten te besparen. Groei naar heiligheid kan slechts één fundament hebben: kennis van Gods Waarheid en van de bijhorende dwaalwegen. Het Sacrament van de Biecht moet niet alleen de ziel zuiveren en haar opnieuw met God verzoenen, het moet evenzeer het zondebesef en de oprechte zelfkennis aanscherpen.

  5. Afnemend geloof in de Transsubstantiatie. Transsubstantiatie is de verandering van het brood en de wijn in het Lichaam en Bloed van Jezus. Dit is het grote mirakel dat zich dagelijks in de Rooms-katholieke Heilige Missen over de hele wereld voltrekt en waardoor Jezus Zijn belofte waar maakt: "Ik zal met u zijn alle dagen, tot het einde der tijden". Steeds méér mensen, zelfs priesters, geloven niet meer in de werkelijkheid van dit Goddelijk Mysterie. Dit schokkend gegeven ondermijnt het hele fundament van datgene waarvoor de Heilige Eucharistie borg moet staan: de herbeleving van het Verlossend Kruisoffer van Jezus op Golgotha, de zelfgave van Jezus aan alle zielen die Hem in zich willen opnemen om zich te voeden voor het Eeuwig Leven en om Hem 'het onderdak te geven' dat Hem op aarde zo vaak is ontzegd. De Transsubstantiatie is de verwezenlijking van de beloofde eeuwigdurende verbinding tussen Hemel en aarde. Wie hierin niet gelooft, ontneemt alle fundament aan de werkelijkheid van het Eeuwig Leven, en verloochent alle Werken van Jezus, Zijn Verlossingswerk, en Zijn verheerlijking, zelfs de diepe zin en betekenis van Zijn Kerk.

    Gebrek aan geloof in de Transsubstantiatie heeft tot gevolg dat ook de zin van de aanbidding van het uitgestald Sacrament niet meer begrepen wordt, en dat niet zelden zelfs aan de Heilige Mis als dusdanig nog weinig waarde wordt toegekend. Het gif van het modernisme krijgt hier wel zijn dodelijkste uitwerking: Wat niet voor de lichamelijke zintuigen waarneembaar is, wordt verloochend.

  6. Minimalisering van de eerbied. Zowel in de kerk (het huis van God) als tijdens de eredienst (de prijzing en verheerlijking aan God en Zijn Werken) heerst een schrijnende toename van het gebrek aan eerbied. Een stoffelijk zichtbare uiting hiervan vertoont zich door de steeds zeldzamer wordende mogelijkheden om te knielen in de kerk. Een ander voorbeeld is het bedroevend gering bewustzijn van Gods Aanwezigheid en van het heilig doel van de plaatsen van eredienst, zoals blijkt uit het toenemend gebrek aan ingetogenheid, respect en stilte. Ook hier geldt de vaststelling dat het niet waarneembare niet of onvoldoende als werkelijkheid wordt erkend. Het menselijk opzicht speelt in dit alles een hoofdrol: De moderne, 'ontwikkelde' mens lijkt zich te schamen voor een ingetogen en nederig gedrag onder het oog van zijn medemens. Dit gebrek aan eerbied krijgt verder voedsel door de modernistische neiging om mensen 'nader te betrekken' bij het hoog-mysterieuze gebeuren van de Heilige Mis.

    Een paar voorbeelden: de oproep om samen rond het altaar te gaan staan, en de uitnodiging aan de gelovigen om bij Communie in beide gedaanten (Brood en Wijn) zelf de Heilige Hostie uit de Kelk te nemen en deze eigenhandig in de Wijn te dopen. De vermaningen die Gods Geest hierover in de harten stort, worden miskend, en de gewetens worden gevoed met de valse geruststelling dat deze maatregel tenslotte dient om de gelovigen een hechtere band met de Kerk te verschaffen. Dit is een dwaling: Een hechtere band kan niet worden gesmeed door de goedbedoelende ziel te misleiden tot een handeling die Gods verontwaardiging opwekt. Volg de wijze en geïnspireerde richtlijn van onze heilige vader Paus Johannes-Paulus II, en weiger als gelovige leek het Allerheiligste Lichaam van Jezus in de hand te nemen en in Zijn Allerheiligste Bloed te dopen. Vraag de priester dat hij dit voor U doet. Indien hij weigert, kies dan niet voor het menselijk opzicht maar voor God, en neem liever niet deel aan de Heilige Communie dan God bewust te beledigen. Spreek in de stilte van Uw hart een akte van eerherstel uit, en vraag aan Maria dat Zij Jezus op geestelijke wijze in Uw hart wil leiden. Zij zal dit doen, en U bovendien overvloedige genaden in de ziel storten vanwege Uw voorbeeldige keuze voor de eerbied jegens Haar Zoon.

    Een laatste voorbeeld: de zozeer verbreide oproep aan de gelovigen om tijdens de Eucharistie, meteen vóór het Onze Vader, de woorden van de doxologie ('door Hem, en met Hem, in Hem, zal Uw Naam geprezen zijn, Heer onze God almachtige Vader,...') hardop uit te spreken. Dit is een uitnodiging tot, of minstens een tolerantie van, gebrek aan eerbied, want terwijl de priester deze woorden uitspreekt, hoort de gelovige in stille aanbidding te zijn. In visioenen werd mij ooit geopenbaard welke verbanden er bestaan tussen de verschillende onderdelen van de Heilige Eucharistie enerzijds en de gebeurtenissen op Golgotha anderzijds. Deze verbanden bevestigen dat de Heilige Eucharistie inderdaad een spirituele herhaling van het Verlossingsoffer van Jezus is. Tijdens de woorden van de doxologie zag ik daarbij Jezus aan het Kruis, heel kort vóór Zijn Dood en onmiddellijk vóór de woorden 'Het is volbracht'. Wie zich van deze verbanden rekenschap geeft, kan deze fase van de Heilige Mis niet anders beleven dan in stille ingetogenheid en met een warm hart dat voldoende heeft aan het bewustzijn van de innige nabijheid van Jezus Die voor hem aan het sterven is.

    Bedenk overigens dat eveneens de steeds méér verbreide oproep tot het uitwisselen van de vredesgroet een brutale onderbreking van dit zo verheven gebeuren van de Kruisdood tot gevolg heeft. Deze modernistische gewoonte berust tevens op een voorkeur voor het menselijke boven het Goddelijke. Waar is de diepe eerbied en aandacht voor de stervende Verlosser op een ogenblik waarop mensen herinnerd worden aan de aanwezigheid van mensen? Een verdere uiting van het gebrek aan eerbied blijkt uit het toenemend gebrek aan ernst. Wie tijdens de Heilige Mis waarlijk beseft dat hij met de zaken van God bezig is, wordt stil en liefdevol eerbiedig. Deze gesteldheid lijken mensen (ook priesters) steeds minder te durven opbrengen (eens te meer herinner ik U aan het zo belangrijk geachte menselijk opzicht). De moderne mens is bang geworden om zijn waarde en waardigheid, waaraan hij zoveel belang hecht, in de ogen van zijn medemens te verliezen. Vandaar de zo verbreide neiging om zich in het huis van God, zelfs tijdens de eredienst, te gedragen met een kunstmatige luchtigheid.

    Het menselijk opzicht overheerst overigens ook het maken van het kruisteken, bij uitstek het symbool voor het geloof in onze Verlossing en de Liefde voor de Verlosser: Hoe vaak wordt het kruisteken niet, of op onverschillige wijze, gemaakt, onder meer bij het betreden en het verlaten van de kerk.

  7. Ontvluchten van de stilte tijdens de Eucharistie. Dit kenmerk van modernisme in de Kerk komt onder andere tot uiting in de neiging om elke gebedsstilte op te vullen met gesproken woorden of muziek (vaak zelfs muziek met een moderne inslag). De ware communicatie met God (bijvoorbeeld na de Heilige Communie) wordt aldus tot een minimum herleid. Bedenk dat Jezus Zich vaak terugtrok om te bidden in de stille afzondering van een berg, omdat Hij wist dat een diep en verheerlijkend contact met Zijn Vader slechts tot stand kon komen in een hart dat de stilte eert. In de stilte fluistert Gods Geest. De moderne mens lijkt wel bang geworden voor dit contact met de Eeuwige Liefde, evenals voor de confrontatie met de eigen ziel, die zich aan het bewustzijn openbaart in de stilte, in haar pogingen om zich te zuiveren.

De vaststelling van de ernstige afwijkingen ten opzichte van Gods bedoelingen bij de grondvesting van Zijn Kerk, die tenslotte de vestiging van Zijn Rijk op aarde moet voorbereiden, noopt elke christen tot gebed voor de terugkeer van de traditionele waarden en voor de vrijwaring van het zuiver contact van de priesters met de ingevingen van de Eeuwige Wijsheid. Het modernisme in Kerk en liturgie is in wezen niets anders dan een gebrek aan Liefde voor Gods Werken, aan eerbied voor Zijn bedoelingen, en aan geloof in de onovertroffen Wijsheid die Hem ertoe heeft aangezet om Zijn eredienst in te stellen op de wijze waarop Hij het bij monde van Jezus heeft gedaan. Het feit dat de verblinde en misleide mens Zijn Nalatenschap misbruikt, is voor God geen reden om Hemel en aarde te laten vergaan. Laten wij samen dagelijks meermaals de volgende aanroeping richten tot Gods Geest, opdat de Kerk haar aloude tradities in ere moge herstellen, tot uitroeiing van alle dwaling.

Kom, Heilige Geest, stort het Licht van Gods Waarheid in de zielen.
Bevrijd de mensheid uit de duisternis.

In Voluntate Dei, Myriam


www.maria-domina-animarum.net

TOTUS TUUS, MARIA !

STORMSCHRIFTEN - deel 50

GIJ ZIJT HET ZOUT DER AARDE

Over Uw roeping tot bouwsteen voor Gods Rijk

Myriam van Nazareth

Twintig eeuwen geleden is Jezus de verdwaalde mensheid komen voeden met Gods Waarheid teneinde in de mensenzielen de fundamenten van de heiligheid te herstellen, opdat Gods Rijk op aarde gegrondvest zou kunnen worden. Omdat de mens zozeer ten prooi is aan de misleidende schijnwerkelijkheid die Gods eeuwige tegenstander zonder ophouden in de geesten zaait, kunnen ook de fundamenten die Gods Zoon Zelf met dat doel is komen optrekken, niet bestand blijven tegen de stormen der wereld indien zij niet onophoudelijk bevestigd worden. Deze taak heeft Jezus aan de christenen toevertrouwd. Als christen moet U zelf niet alleen de fundamenten van het christendom (de Leer van Gods enige Waarheid) helpen versterken, méér nog: Van U wordt verwacht dat U Uzelf tot bouwsteen laat maken in dat fundament voor Gods Rijk. Hoe? Door het voorbeeld van Uw eigen leven, dat U geheel en al aan God moet toewijden.

Jezus zei tot Zijn leerlingen dat zij het zout der aarde waren. Wat doet zout? Het geeft smaak aan iets dat anders arm is aan smaak en daardoor geen belangstelling opwekt bij de mens die ervan wil eten. Zout geeft ook meer 'vuur' aan diegene die het gebruikt, doordat het de bloedsomloop aanwakkert. Het beeld gaat evenzeer op in de spirituele betekenis. Wanneer bent U als zout voor Uw medemens? Wanneer U voor hem een positief verschil maakt, dus wanneer het Heil voor Uw medemens bereikbaarder wordt doordat U in zijn leven bent. Zodra het zout zijn smaak verliest, dient het tot niets anders meer dan om weggeworpen en vertrapt te worden, aldus sprak de Eeuwige Wijsheid. Dit betekent dat U slechts van dienst bent voor de verwezenlijking van Gods Heilsplan met de mensheid in de mate waarin U als zout voor de zielen kunt zijn.

Hoe wordt U 'zout' en hoe houdt U Uw smaak in stand?

1. Door de Waarheid niet te verloochenen. Een leven als ware christen is het beleven en doorleven van een heilig verbond met Gods enige Waarheid. Zodra U met de Waarheid een loopje begint te nemen, trekt U de kar van de tegenpartij (de satan). Zoals ik vroeger reeds heb geschreven: De Waarheid is de diepe werkelijkheid, de kern van Gods handelen en van Gods bedoelingen. Aangezien Gods handelen en Zijn bedoelingen (Zijn Plan van Heil voor de zielen) opgebouwd, gevoed en gestuurd worden door de Liefde, en de Liefde dus Gods Wet is, kunnen wij zeggen dat de Waarheid de werkelijkheid van Gods Wet is. De Waarheid niet verloochenen, betekent dan dat U geen dwaalleer of geen valse stellingen over Gods Wet verkondigt of navolgt. Dwaalleer of valse stellingen over Gods Wet, is wat bedoeld wordt wanneer sprake is van ketterij.

Indien U woorden spreekt of handelingen stelt die niet in overeenstemming zijn met Gods Wijsheid en Plan, leeft U in strijd met de Waarheid. Op dat ogenblik wordt Uw zout smakeloos en dient het voor God nergens anders meer toe dan om verworpen te worden. U dient dan Gods tegenstander. Deze heeft geen ware vrienden, doch slechts bondgenoten (dus zielen die samenwerken aan de verwoestende plannen van de satan). De satan kent geen Liefde. Wie niet Gods Plan dient, dient automatisch de doeleinden van de satan. Aangezien deze geen Liefde kent en geen echte vrienden heeft, garandeert hij niemand Eeuwig Geluk, ook niet aan hen die hem het trouwst hebben gediend, wel integendeel. De ziel die Gods Waarheid verloochent, wordt dus in elk opzicht misbruikt en verworpen: misbruikt door de antichrist, en verworpen doordat zij zich schuldig maakt tegenover Gods Wet van Gerechtigheid. Zij brengt Gods Schepping geen nut, en verspreidt slechts duisternis. Voor het Heil van haar medemensen is deze ziel smaakloos.

2. Door de betrachting om niets dan Licht in de wereld te brengen. U kunt dat slechts doen door U te hoeden voor woorden en daden die duisternis brengen of vasthouden. Als dienares/dienaar van Gods Plan is het Uw heilige plicht, steeds Uw medemens te bemoedigen en Liefde te verspreiden. Een niet te overschatten draagster van Goddelijk Licht is blijmoedigheid. De blijmoedige ziel stort Gods Liefde als een zon over haar omgeving uit. De lichtkracht van de blijmoedigheid is de lichtkracht van God Zelf. Mensen die in aanraking komen met een blijmoedige ziel, hebben diep in de kern van hun wezen het gevoel dat God Zelf dichtbij is gekomen. Daarom is blijmoedigheid één van de grote eigenschappen die de heiligheid in de ziel opvangen, vasthouden en uitstralen. Blijmoedigheid is draagster van het grootste Licht, omdat het niet alleen wijst op een buitengewoon vermogen aan Liefde, doch eveneens op een groot Geloof, vertrouwen, en overgave aan Gods Plan met het eigen leven. U kunt slechts Licht in de wereld brengen in de mate waarin U met de duisternis in Uzelf hebt afgerekend.

3. Door de dingen van Gods Eeuwigheid de overhand te laten in Uw leven. Om de smaak van Uw zout te bewaren, mag U nooit toelaten dat het wereldse Uw leven beheerst. De dingen die verband houden met Uw leven hier op aarde, zijn vergankelijk en hebben geen enkel belang voor de eeuwige toekomst van Uw ziel. Daarom mogen Uw wereldse belangen (de belangen die in wezen te maken hebben met de bevrediging van Uw stoffelijke behoeften) nooit voorrang krijgen op de belangen van de Hemel. Betracht, een voorbeeld van vergeestelijking te worden. Precies hierin ligt de diepe betekenis van Jezus’ woorden 'anders deugt het zout nergens meer voor dan om weggeworpen en door de mensen vertrapt te worden'. Een ziel die een overmaat aan wereldse bekommernissen en bestrevingen laat voelen, is niet in staat om smaak te geven aan het voedsel waarnaar zielen bewust of onbewust steeds op zoek zijn en dat hen moet klaarmaken en sterken voor het leven in Gods Rijk. De gouden weg naar vergeestelijking is de toewijding aan de Allerheiligste Maagd Maria. Beleef deze toewijding zelf in alle bijzonderheden van Uw leven, en leer Uw medemensen de waarde van toewijding kennen. Betracht, hen daarbij het voorbeeld van Uw eigen leven te geven om hen aan te tonen hoe totale toewijding concreet beleefd moet worden.

4. Door sterk te worden in vurigheid. Vurigheid is het vermogen om datgene wat de Voorzienigheid op Uw pad brengt, met inzet tegemoet te treden, en elk onderdeeltje van Uw taak aan te vatten alsof Uw hele leven ervan afhing. De vurige ziel kent geen onverschilligheid. Zij strijdt voor Gods zaak met Vuur in hart en ziel. In wezen is vurigheid de mate waarin U verlangt naar de komst van Gods Rijk. Hoe heviger dit verlangen is, des te meer zal Uw ziel een Vuur verspreiden dat andere zielen 'in brand zal steken'. Welke ziel wint de meeste zielen voor Gods Rijk? De ziel die voelbaar in vuur en vlam staat terwijl zij spreekt over de dingen van God. Welke priester kan in lauwe zielen plots het verlangen wekken om vaker de Heilige Mis bij te wonen, zich te verdiepen in Gods Plannen en Werken en in de Leer van Christus, en een diepere Liefde voor God en voor Maria tot ontwikkeling te laten komen? De priester die duidelijk laat blijken dat zijn hart overloopt van het Vuur van Gods Geest. Dát is inderdaad vurigheid: de uitstraling van de ziel die zich in hoge mate laat bezielen door de Heilige Geest. Door Uw vurigheid in het voorleven en overbrengen van de dingen des Hemels kunt U in vele zielen de smaak wekken voor de belangen van Gods Rijk op aarde.

5. Door een stichtend voorbeeld te zijn voor Uw medemens. Zoals zout geen smaak geeft aan Uw voedsel doordat U de naam 'zout' op de verpakking afleest doch doordat U het zout aan Uw voedsel toevoegt, zo ook kunt U geen zout zijn voor Uw medemens door louter woorden, doch slechts door het voorbeeld van Uw gedrag. Indien U de weg naar God hebt ontdekt en deze met overtuiging bewandelt, en Uw medemens met woorden wil overtuigen van de deugdelijkheid van Uw levensstijl, is het mogelijk dat hij zich door U beleerd voelt en U uit een zeker gevoel van eigenwaarde niet wil navolgen. Indien U hem echter zelf laat zien hoe U leeft, is de kans groter dat hij onder de indruk komt van de deugdelijkheid van Uw bestaanswijze, en dat hij deze wel begint na te bootsen, omdat hij het gevoel heeft dat het zijn eigen verdienste is dat hij de waarde daarvan heeft herkend. Woorden spreken, is steeds gemakkelijker dan die woorden in de praktijk brengen en daarbij niet terugdeinzen voor alle hindernissen die Uw pad kruisen.

Door Uw medemens een voorbeeld te geven door Uw concreet gedrag, bewijst U hem dat U in Uw eigen weg ook zelf gelooft, want hij kan vaststellen hoe U ook de hindernissen erbij neemt en ze overwint. Niemand is heilig door louter woorden. Uw leven moet getuigen van de degelijkheid van Uw woorden, zo onderricht U Uw medemens niet louter in theorie doch met alle praktische voorbeelden van Uw dagelijks leven. Woorden kunt U zorgvuldig uitkiezen, handelingen niet: deze dringen zich op door de loop van Uw leven van dag tot dag. Daarom kunt U zielen moeilijker om de tuin leiden door Uw gedrag in alle omstandigheden dan door de woorden die U spreekt. Uw gedrag getuigt beter van Uw volharding, oprechtheid, vertrouwen en daadwerkelijk beproefde deugd.

6. Door standvastigheid in Uw Geloof. Wees voor Uw medemens steeds een voorbeeld van vertrouwen op Gods Voorzienigheid en op de overwinning van het Licht op de duisternis. Wankelmoedigheid en wispelturigheid in de beleving van Uw christelijk Geloof zijn geen zout voor Uw medemens. U kunt in Uw medemens slechts het geloof in de komst van Gods Rijk op aarde laten bloeien in de mate waarin U zelf aan dat geloof vasthoudt. Een ziel die niet standvastig is in het geloof, raakt snel ontmoedigd bij beproevingen. Deze ziel is niet in staat om wankelende zielen op sleeptouw te nemen naar Gods Heil. Bij storm verliest zij alle houvast, en klampt zij zich vast aan alles waarop zij de hand kan leggen, zelfs indien het slechts drifthout blijkt te zijn dat haar uiteindelijk met het kolkend water meesleurt. Uit zichzelf is zij te zwak om staande te blijven tot het eerste teken van Gods tussenkomst verschijnt, omdat zij in feite slechts gelooft in wat zij tastbaar ziet. Echt Geloof is blind vertrouwen op Gods Voorzienigheid, en weten dat God U bij stormweer nog sterkere wortels geeft dan wanneer de lente om Uw ziel heen zonder einde lijkt en U geen redenen hebt om te vrezen. Uw medemens is daar niet blind voor: Hij zal merken dat hij tegen U aan kan leunen wanneer de wind opsteekt. Wanneer U zelf wankelt, heeft hij aan U geen steun.

7. Door blijk te geven van levenslust. Levenslust is een uiting van de werking van de Heilige Geest in de ziel, de geest, het hart en zelfs het lichaam. Gebrek aan levenslust is in wezen ook een gebrek aan openheid voor de echte Liefde. Liefde is de brandstof van alles wat van God uitgaat, dus ook van Uw ziel, en de ziel is het levensprincipe van Uw hele wezen. Daarom kan een ziel die gebrekkig is in het geven én ontvangen van de Liefde, ook geen ware en volhardende levenslust uitstralen. Uw levenslust kan andere zielen helpen genezen doordat U als het ware Goddelijke kracht op hen overdraagt.

De zeven bovenvermelde eigenschappen zijn stuk voor stuk bestanddelen waaruit het 'zout' van Uw ziel opgebouwd is. Al deze eigenschappen worden door de wereld ondergewaardeerd omdat zij niet productief lijken in een wereld die slechts oog heeft voor het stoffelijke. De wereld heeft slechts achting voor een mens die bijdraagt tot de bevrediging van de stoffelijke behoeften en/of die op opvallende wijze gebruik maakt van de middelen om zijn eigen stoffelijke behoeften te bevredigen. Mensen die blijk geven van rijkdom, materiële welstand, of van het vermogen om in hun dagelijkse werkzaamheden middelen te produceren die deze behoeften helpen bevredigen, staan in de wereld hoog in achting. Mensen die door de wereld niet in één van deze beide categorieën ondergebracht kunnen worden, met andere woorden mensen die hun leven duidelijk niet afstemmen op de dingen der wereld, zijn als stenen die door de 'bouwlieden' afgekeurd worden. Niettemin vormen precies zij de bouwstenen die God zoekt voor de fundering van Zijn Rijk.

In Voluntate Dei, Myriam