TOTUS TUUS, MARIA !

OPENBARING BIJ HET STABAT MATER DOLOROSA

vanwege Maria, de Moeder van Smarten, Vastentijd 2021

aan Myriam van Nazareth

Toen de Meesteres van alle zielen in februari 2001 Haar gebedsbloem 249 (Novene tot Maria, Moeder van Smarten) inspireerde, liet Zij deze besluiten met het Stabat Mater Dolorosa uit de 13e eeuw. Deze hymne begint met een aantal 'beschrijvende' verzen. Vanaf een zeker punt worden de verzen als het ware smekingen tot de Moeder van Smarten.

In de Vastentijd van 2021 verbond de Meesteres van alle zielen jegens Myriam deze smekende verzen met woorden die samen een uitnodiging vanwege de Moeder van Smarten aan elke ziel vormen, via dewelke Zij deze tot meer diepgang tracht te brengen in de beleving van de eenheid met de lijdende Christus en Haarzelf, omdat precies deze eenheid een sleutel vormt voor de ontsluiting van de vruchten van het Verlossingsmysterie in de ziel.

Daarom ook richt de Smartvolle Moeder Haar woorden in deze Openbaring precies op de smekende verzen, met andere woorden op de laatste twaalf van de twintig strofen van de hymne Stabat Mater Dolorosa, want precies in deze twaalf strofen schuilen Hemelse uitnodigingen die, in de mate waarin de ziel erop ingaat, de ziel haar eigen Verlossing ten volle kan helpen ontsluiten.

De Koningin des Hemels droeg Myriam op om tussen de betreffende verzen Haar woorden op te tekenen, die Zij rechtstreeks tot elke individuele ziel richt:

Geef, o Moeder, bron van Liefde, dat ik lijd wat U doorgriefde, geef mij dat ik met U klaag.
"Bied Mij je bereidheid om te delen in Mijn Smarten, want slechts door een gewilde eenheid van hart met Mij kun je God aantonen dat je in MIJN gesteldheden van hart wil leven om zo naar Zijn beeld en gelijkenis open te bloeien".

Ach, ontvlam mijn hart en zinnen, dat ook ik mijn God mag minnen en de Heiland steeds behaag.
"Een ziel die in haar hele wezen ontbrandt in het Vuur van de Ware Liefde, zal delen in Mijn vermogen om God waarlijk lief te hebben, en zal daardoor het Hart van Christus winnen".

Heilige Moeder, hoor mijn bede, deel mij Christus’ Wonden mede, druk ze diep in mijn hart.
"Wees bereid, te delen in de Wonden van Jezus, dit wil zeggen in de kruisen en beproevingen die Gods Voorzienigheid op je levensweg brengt, en laat deze diep in je hart drukken, met andere woorden beleef hen met oprechte, aanvaardende Liefde, want zij maken je tot actief deelnemer aan de Verlossingswerken".

Van Uw Zoon, bedekt met Wonden, die zo leed om mijn zonden, laat mij delen in de Smart.
"Wees bereid, je in het hart te verenigen met alles wat omging en omgaat in het Hart van Jezus, want Hij heeft in het Hart ongeëvenaarde kwellingen ondergaan wegens de vaststelling van de talloze overtredingen der zielen tegen de Wet van de Liefde doorheen alle tijden".

Laat mij met U medewenen, mij met ’s Heren Leed verenen tot het uur van mijn dood.
"Wees je hele leven lang één van hart met Mij en open je hart ten volle voor datgene wat Jezus heeft geleden in Lichaam en Hart. Wees je er zo diep van bewust alsof je het persoonlijk zou ondergaan, en besef wat de oorzaak van die kwellingen is, en welk aandeel je er zelf in hebt".

Naast het Kruishout wil ik toeven en mij daar met U bedroeven om het Lijden, nameloos groot.
"Leef je leven in de schaduw van het Kruis, dit wil zeggen in het blijvend besef dat het hout ervan is bereid uit alle zonden en ondeugden uit de geschiedenis van de mensheid, met inbegrip van alle onverschilligheden, oppervlakkigheden en liefdeloosheden van je eigen leven, en koester een diep berouw als een bloem die getuigt van het Goddelijk Leven op het Golgotha der zonden".

Maagd der maagden onvolprezen, wil mij niet ongunstig wezen, laat mij treuren aan Uw zij.
"Open je voor Mijn volmaakte Liefde, die Ik onophoudelijk in jou tracht te laten overvloeien, want deze Liefde kan Mijn Smartvol Hart in jou laten kloppen als een onuitputtelijke bron van medeverlossing".

Laat mij Christus’ doodsstrijd strijden, deelgenoot van al Zijn Lijden, laat mij sterven zoals Hij.
"Wees één van hart met Jezus in Zijn doodsstrijd, en laat deze worden tot de doodsstrijd van je eigen duisternis in het verblindende Licht van de eenheid met de lijdende Christus. Schuw geen enkel kruis, wetende dat je het met Hem draagt als getuigenis van een onvergankelijke Liefde tot God en Zijn Werken, en leef ervoor, om zoals Hij te sterven, namelijk in Zijn eigen hartsgesteldheid van zelfverloochenende Liefde en dienstbaarheid in het Vuur van een alles beheersend verlangen om alles te offeren aan de verwezenlijking van Gods Heilsplan, want daarvoor heeft de God-Mens Zich op alomvattende wijze laten slachtofferen".

Laat Zijn Wonden mij doorwonden, word ik bij Zijn Kruis verslonden in het Bloed van Uw Zoon.
"Laat je hele wezen raken door alles wat Jezus is aangedaan, in het besef dat het zijn oorsprong vindt in elke overtreding en tekortkoming tegen de Ware Liefde, in elke oppervlakkigheid, in elke onverschilligheid. Laat je hele wezen het Verlossend Bloed van de Messias in zich opdrinken, opdat je moge worden vervuld van Zijn hele Wezen, al Zijn gevoelens, gedachten, verlangens en bestrevingen".

Moge ik in ’t vuur niet branden, neem, o Maagd, mijn zaak in handen in het oordeel voor Gods Troon.
"In de mate waarin je dit alles oprecht, bewust en verlangend tot zin en doel en het tot de alles beheersende drijfveer van je eigen leven maakt, kan Ik zonder enige belemmering en in volle overeenstemming met de Goddelijke Wetten van Gerechtigheid en Barmhartigheid de macht van Mijn Voorspraak voor jou ontplooien, zodat je leven niet moge worden verteerd in het vuur van de verdoeming doch in het Vuur van een levenslange loutering, het Vuur van oprecht berouw, oprechte Liefde en oprecht verlangen om te leven en te sterven als beeld en gelijkenis van God".

Christus, wil bij mijn verscheiden door Uw Moeder mij geleiden tot de overwinnaarsprijs.
"Wees één met Mij, opdat Jezus je door Mijn innerlijke begeleiding in het uur van je levensoordeel moge aantreffen in een toestand die de Eeuwige Gelukzaligheid verdient doordat je hebt geleefd in eenheid van hart en verlangen met de God-Mens en Zijn Moeder".

Doe, als ’t lichaam dan zal sterven, mijn ziel de glorie erven van het Hemels Paradijs.
"Ik kan je naar het Hemels Paradijs leiden om er de Glorie te erven die God je in Zijn volmaakte Liefde verlangt te geven, maar Ik heb je bewuste, volhardende medewerking, een nooit verwelkende Liefde, eenheid van Hart met Jezus en Mij, en een oprecht verlangen naar diepgang in de beleving van de Goddelijke Wet nodig".